Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van lid Laçin over het bericht ‘Asbestvezels ontdekt op metrostation Stadhuis; voorlopig geen metro’s’
Vragen van het lid Laçin (SP) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht «Asbestvezels ontdekt op metrostation Stadhuis; voorlopig geen metro’s» (ingezonden 25 oktober 2018).
Antwoord van Staatssecretaris Van Veldhoven-Van der Meer (Infrastructuur en Waterstaat)
(ontvangen 13 december 2018). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019,
nr. 736.
Vraag 1
Kent u het bericht «Asbestvezels ontdekt op metrostation Stadhuis; voorlopig geen
metro’s»1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u aangeven hoe veel en hoe lang reizigers en werknemers van de Rotterdamse vervoersmaatschappij
RET blootgesteld zijn aan asbest? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
In antwoorden2 op vragen van de gemeenteraad laat de gemeente Rotterdam weten dat uit onderzoek
is gebleken dat reizigers en medewerkers die metrostation Stadhuis zijn gepasseerd
of hebben betreden, geen gezondheidsrisico hebben gelopen. Het is onbekend hoe veel
en hoe lang
reizigers en werknemers zijn blootgesteld aan asbest.
Vraag 3
Hoe valt te verklaren dat na onderzoek in 2009, waarbij geen asbest werd aangetroffen,
nu wel asbestdeeltjes zijn aangetroffen? Kunt u aangeven of er in de tussentijd asbesthoudend
materiaal is aangebracht, terwijl asbest al sinds 1993 verboden is? Zo nee, bent u
bereid hier onderzoek naar te doen?3
Antwoord 3
Bij sloop, verbouwen of renovatie is het verplicht om een asbestinventarisatie te
laten uitvoeren. De RET geeft aan dat uit een eerdere inventarisatie is gebleken dat
er asbesthoudend materiaal was verwerkt in het station. RET laat verder weten dat
er na het verbod op asbest in 1993 geen asbesthoudend materiaal meer is toegepast.
Vraag 4
Hoe kan het dat de RET in eerste instantie aangeeft minimaal 48 uur nodig te hebben
om onderzoek te doen naar de asbestdeeltjes en nog geen 24 uur na de melding concludeert
dat reizigers en werknemers van de RET geen gevaar hebben gelopen om met asbest in
contact te komen in het metrostation?4
Antwoord 4
RET heeft aan de onderzoekers gevraagd om het spoedig af te handelen. Er is een extra
inspanning geleverd om zo spoedig mogelijk eventuele onrust weg te nemen bij reizigers
en werknemers.
Vraag 5
Kunt u aangeven welke instantie in opdracht van de RET het onderzoek naar asbest op
metrostation Stadhuis heeft uitgevoerd en welke stappen zijn ondernomen om het onderzoek
betrouwbaar en volledig te verrichten?
Antwoord 5
Voor het saneren van asbest moeten daarvoor gecertificeerde bedrijven ingeschakeld
worden. Bevoegd gezag en de inspectie SZW zien hier op toe.
Vraag 6
Bent u bereid om de RET aan te sporen onderzoek te doen naar asbest op alle metrostations
in en rond Rotterdam, nu de RET zelf aangeeft compleet verrast te zijn door de aanwezigheid
van asbest op metrostation Stadhuis?
Antwoord 6
Het opdracht geven voor een dergelijk onderzoek is de verantwoordelijkheid van bevoegd
gezag dan wel de RET. De RET heeft laten weten inmiddels een dergelijk onderzoek te
zijn gestart.
Vraag 7
Welke mogelijkheden en faciliteiten krijgen reizigers en werknemers van de RET aangeboden
die zich inmiddels bij de RET hebben gemeld en hebben aangegeven aanwezig te zijn
geweest op metrostation Stadhuis?
Antwoord 7
RET geeft aan dat reizigers die zich hebben gemeld geïnformeerd zijn over mogelijke
risico’s. Ook heeft RET medewerkers geïnformeerd conform het vigerende asbestprotocol.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.