Motie : Motie van het lid Van Haga over het aandeel van het bedrijfslevenkanaal in de ODA-bestedingen
35 000 XVII Vaststelling van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2019
Nr. 31
MOTIE VAN HET LID VAN HAGA
Voorgesteld 29 november 2018
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat Nederlands belastinggeld wordt besteed aan ontwikkelingshulp;
constaterende dat het aandeel van het bedrijfslevenkanaal in de totale ODA-bestedingen
relatief klein is, zoals de Algemene Rekenkamer reeds eerder
concludeerde, en het bedrijfsleven überhaupt een relatief kleine rol krijgt in de
uitvoering van het Nederlandse OS-beleid;
overwegende dat het een goede zaak is om bij de inzet van ontwikkelingshulp Nederlandse
expertise en Nederlandse bedrijven actiever te betrekken;
verzoekt de regering, te bezien hoe het aandeel van het bedrijfslevenkanaal in de
ODA-bestedingen kan worden vergroot,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Haga
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.R. van Haga, Tweede Kamerlid