Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Beckerman over het bericht dat woningcorporaties geen energiesubsidies mogen aanvragen
Vragen van het lid Beckerman (SP) aan de Ministers van Economische Zaken en Klimaat en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht dat woningcorporaties geen energiesubsidies mogen aanvragen (ingezonden 23 oktober 2018).
Antwoord van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
23 november 2018).
Vraag 1
Klopt het bericht dat woningcorporaties geen subsidies voor duurzame energie op grond
van de Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie (SDE+) mogen aanvragen? Hoe
is het dan mogelijk dat andere corporaties wel gebruik hebben kunnen maken van de
SDE+?1
Antwoord 1
Woningcorporaties zijn op grond van de Woningwet niet uitgesloten van het aanvragen
van SDE-subsidie en ook de subsidieregeling kent ook geen uitsluiting voor verlening
van SDE-subsidie aan corporaties.
Vraag 2
Klopt het dat de productie en levering van elektriciteit aan derden buiten het werkterrein
van corporaties valt? Hoe verhoudt deze passage zich tot de site van de Rijksdienst
voor Ondernemend Nederland (RVO) waar staat dat het plaatsen van zonnepanelen valt
onder «het verlenen van diensten die rechtstreeks verband houden met de bewoning,
zoals bedoeld in artikel 45(2), sub c Woningwet».2
Antwoord 2
Het werkdomein van corporaties is beschreven in artikel 45 van de Woningwet.
Het is corporaties binnen de Woningwet toegestaan om diensten te verlenen die rechtstreeks
verband houden met de bewoning. In artikel 47 van het Besluit toegelaten instellingen
(BTIV) is toegelicht welke diensten daar niet onder vallen. Corporaties mogen geen
diensten leveren die door nutsbedrijven geleverd kunnen worden, behalve als dit gebeurt
met een voorziening die in of nabij de woongelegenheid aanwezig is. Hierbij kan gedacht
worden aan bijvoorbeeld een installatie voor warmtekoudeopslag of zonnepanelen die
gekoppeld zijn aan de woningen of de gemeenschappelijke ruimten.
Het produceren en leveren van elektriciteit aan derden, anders dan overcapaciteit
die wordt geleverd aan het net volgend uit het verlenen van een dienst die rechtstreeks
verband houdt met de bewoning (conform artikel 47 (1), sub B BTIV), valt niet binnen
de beschreven werkzaamheden op het gebied van de volkshuisvesting. Oftewel, corporaties
mogen elektriciteit opwekken in of in de nabijheid van woongelegenheden wanneer deze
rechtstreeks verband houden met de bewoning.
Vraag 3
Bent u bereid om met de Autoriteit Woningcorporaties, RVO, Dunavie en Aedes, branchevereniging
van woningcorporaties, om tafel te gaan om te zorgen dat voor alle corporaties dezelfde
regels gelden, waardoor ook corporate Dunavie in aanmerking kan komen voor subsidie
via de SDE+? Wilt u de Kamer op de hoogte stellen van de uitkomsten?
Antwoord 3
De Woningwet geldt voor alle toegelaten instellingen. Daarmee gelden er gelijke regels
voor alle toegelaten instellingen. De Autoriteit woningcorporaties (Aw) ziet toe op
hoe corporaties handelen. Dit doet de Aw zowel op het niveau van individuele casuïstiek
als op het niveau van de toegelaten instelling als geheel.
Zoals aangegeven onder antwoord 1 zijn er geen belemmeringen voor woningbouwcorporaties
om SDE+ aan te vragen. Alle corporaties komen dus onder dezelfde voorwaarden in aanmerking
voor een SDE+-subsidie.
Vraag 4
Bent u bereid om bij de evaluatie van de Woningwet deze kwestie te betrekken, zodat
het voor huurders en woningcorporaties makkelijker wordt om duurzaam energie op te
wekken? Wanneer wordt de evaluatie naar de Kamer gestuurd?
Antwoord 4
De evaluatie van de herziene Woningwet verwacht ik binnenkort naar uw Kamer te versturen.
In het kader van deze evaluatie kijk ik niet alleen terug, maar ook vooruit naar de
toekomstbestendigheid van de Woningwet en specifiek op dit punt of er onwenselijke
belemmeringen bestaan voor corporaties om te verduurzamen. Daarbij worden ook de Autoriteit
woningcorporaties en het Waarborgfonds Sociale Woningbouw betrokken. Zij kijken vanuit
hun rol als respectievelijk toezichthouder en borger naar de mogelijke bedrijfsvoeringsrisico’s
en een zorgvuldige inzet van het maatschappelijke vermogen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.