Voorstel van wet : Voorstel van wet
35 086 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en het Wetboek van Strafrecht in verband met strafbaarstelling van zeer gevaarlijk rijgedrag en verhoging van de strafmaxima van enkele ernstige verkeersdelicten met het oog op versterking van de verkeershandhaving (aanscherping strafrechtelijke aansprakelijkheid ernstige verkeersdelicten)
ARTIKEL I
ARTIKEL II
ARTIKEL III
ARTIKEL IV
Nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om de Wegenverkeerswet
1994 en het Wetboek van Strafrecht te wijzigen in verband met strafbaarstelling van
zeer gevaarlijk rijgedrag en verhoging van de strafmaxima van enkele ernstige verkeersdelicten
met het oog op versterking van de verkeershandhaving;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wegenverkeerswet 1994 wordt gewijzigd als volgt:
A
Na artikel 5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 5a
Het is een ieder verboden opzettelijk zich zodanig in het verkeer te gedragen dat
de verkeersregels in ernstige mate worden geschonden waardoor daarvan levensgevaar
of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander te duchten is. Als zodanige
verkeersgedragingen kunnen onder meer de volgende gedragingen worden aangemerkt:
a. onvoldoende rechts houden op onoverzichtelijke plaatsen;
b. gevaarlijk inhalen;
c. negeren van een rood kruis;
d. over een vluchtstrook rijden waar dit niet is toegestaan;
e. inhalen voor of op een voetgangersoversteekplaats;
f. niet verlenen van voorrang;
g. overschrijden van de krachtens deze wet vastgestelde maximumsnelheid;
h. zeer dicht achter een ander voertuig rijden;
i. door rood licht rijden;
j. tegen de verkeersrichting inrijden;
k. tijdens het rijden een mobiele telefoon vasthouden;
l. niet opvolgen van verkeersaanwijzingen van daartoe op grond van deze wet bevoegde
personen;
m. soortgelijke gedragingen als die onder a tot en met l genoemd.
B
Artikel 7, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel a, vervalt «of schade».
2. Onder verlettering van onderdeel b tot onderdeel c wordt een onderdeel ingevoegd,
luidende:
b. bij dat ongeval, naar hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden, schade aan een ander
is toegebracht;.
3. In het tweede lid wordt «onderdeel a» vervangen door: onderdelen a en b.
C
Artikel 175 wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan het tweede lid wordt na onderdeel b op een nieuwe regel een volzin toegevoegd:
Van roekeloosheid is in elk geval sprake als het gedrag tevens als een overtreding
van artikel 5a kan worden aangemerkt.
2. In het derde lid vervalt «of indien het feit is veroorzaakt of mede is veroorzaakt
doordat hij een krachtens deze wet vastgestelde maximumsnelheid in ernstige mate heeft
overschreden, dan wel zeer dicht achter een ander voertuig is gaan rijden, geen voorrang
heeft verleend of gevaarlijk heeft ingehaald».
D
Artikel 176 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het eerste tot en met vierde lid tot tweede tot en met vijfde
lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
1. Overtreding van artikel 5a wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee
jaren of geldboete van de vierde categorie.
2. In het tweede lid wordt «artikel 70m» vervangen door: de artikelen 7, eerste lid,
onderdelen a en c, 8, 9, eerste, tweede, vierde, vijfde, zevende, achtste en negende
lid en 70m.
3. In het vijfde lid wordt «7, eerste lid, 8, 9, eerste, tweede, vierde, vijfde, zevende
en negende lid,» vervangen door: artikel 7, eerste lid, onderdeel b.
E
Artikel 177 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het eerste en tweede lid tot tweede en derde lid wordt een
lid ingevoegd, luidende:
1. Overtreding van de artikelen 5 en 107, eerste en tweede lid, wordt gestraft met hechtenis
van ten hoogste zes maanden of geldboete van de derde categorie.
2. In het tweede lid, onderdeel a, vervalt «5», «9, achtste lid» en «107, eerste en
tweede lid».
F
In artikel 179, eerste lid, wordt «de artikelen 6,» vervangen door: de artikelen 5a,
6,.
ARTIKEL II
Aan artikel 43b van het Wetboek van Strafrecht wordt, onder vervanging van de punt
aan het slot van onderdeel 5° door een puntkomma, wordt een onderdeel toegevoegd,
luidende:
6° de misdrijven omschreven in de Wegenverkeerswet 1994.
ARTIKEL III
Onze Minister zendt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de beide
Kamers van de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten
van deze wet in de praktijk.
ARTIKEL IV
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor
de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries,
autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
de hand zullen houden
Gegeven
De Minister van Justitie en Veiligheid,
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.