Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Jasper van Dijk en Van Raak over de vluchtelingencrisis op Curaçao
Vragen van de leden Jasper vanDijk en Van Raak (beiden SP) aan de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Buitenlandse zaken over de vluchtelingencrisis op Curaçao (ingezonden 22 oktober 2018).
Antwoord van Staatssecretaris Knops (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties), mede
namens de Minister van Buitenlandse Zaken (ontvangen 16 november 2018).
Vraag 1
Kent u de uitzending van Nieuwsuur over de vluchtelingencrisis op Curaçao?1 Wat is uw oordeel daarover?
Antwoord 1
Ja. De betreffende uitzending schetst diverse beelden van de opgaven waarvoor het
land Curaçao zich gesteld ziet op het terrein van migratiebeleid. Deze opgaven zijn
– mede gelet op de kleinschaligheid van Curaçao – complex. Het kabinet heeft nadrukkelijk
aandacht voor de zorgelijke ontwikkelingen in Venezuela en de consequenties voor Aruba,
Bonaire en Curaçao. Nederland staat in nauw contact met de autoriteiten van onder
meer Curaçao over onder andere het migratiebeleid en vreemdelingendetentie. Waar nodig
en gevraagd is Nederland bereid bijstand te bieden aan Aruba en Curaçao. Zoals in
antwoord op vraag 2 en 3 uiteengezet, heeft Curaçao ook reeds om bijstand gevraagd
en wordt deze ondersteuning ook al door Nederland geboden. Nederland neemt daarbij
echter geen verantwoordelijkheden van Curaçao over.
Vraag 2, 3
Is het waar dat Curaçao een hulpverzoek heeft gedaan aan Nederland? Zo ja, welke concrete
hulp heeft Curaçao precies gevraagd?
Kunt u voldoen aan dit hulpverzoek? Zo nee, op welke manier kunt u wel hulp bieden
in deze vluchtelingencrisis op Curaçao?
Antwoord 2, 3
Zoals vermeld in antwoord op de vragen van het lid Bosman (VVD)2, hebben de autoriteiten van Curaçao eind januari jl. – anticiperend op een verslechterende
situatie in Venezuela – twee verzoeken om ondersteuning gedaan. Het eerste verzoek
zag op een eventuele situatie waarin Curaçao de opvang van migranten en vluchtelingen
zelf niet meer aan zou kunnen. Het kabinet ziet in dit verzoek vooral een wens om
nog nauwer samen te werken in de voorbereiding op een eventueel noodscenario. Uitgangspunt
daarbij blijft dat de toelating en uitzetting van vreemdelingen behoort tot de autonome
verantwoordelijkheden van het land Curaçao. Het kabinet is hier ook in gesprekken
met de regering van Curaçao uiterst duidelijk in geweest. Dat betekent echter niet
dat de landen aan hun lot worden overgelaten. Ik heb de regering van Curaçao laten
weten dat Nederland – mocht zo’n geval zich voordoen – waar mogelijk ondersteuning
zal bieden, bijvoorbeeld in de vorm van kennis en expertise op het terrein van migratie.
Deze ondersteuning is inmiddels op diverse manieren op verschillende terreinen tot
stand gekomen. Zo hebben diverse Nederlandse diensten en departementen begin juni
jl. een werkbezoek gebracht aan Curaçao, gericht op de doorontwikkeling van het Curaçaose
migratiebeleid en de processen voor de afhandeling van grotere aantallen migranten.
Op verzoek van de Minister van Justitie van Curaçao hebben experts van het Ministerie
van Justitie en Veiligheid in augustus tevens een meerdaags vervolgbezoek gebracht
aan Curaçao. Dit bezoek richtte zich op het optimaliseren van de artikel 3 EVRM aanvraagprocedure
om bescherming van Curaçao.
Het tweede verzoek zag op financiële ondersteuning voor de verbetering van detentiefaciliteiten
voor vreemdelingen. In reactie op vragen van het lid Bosman over deze verzoeken heb
ik uw Kamer op 22 mei jl. gemeld dat het kabinet hier in april jl. een financiële
bijdrage van 132.000 euro voor beschikbaar heeft gesteld. Dit heeft begin september
geleid tot een verzoek van Curaçao om de toezegde financiële bijdrage betaalbaar te
stellen. Curaçao dient hier nog wel een concreet voorstel voor in te dienen dat in
lijn is met internationale normen voor vreemdelingendetentie. Over de vormgeving van
deze plannen worden momenteel gesprekken gevoerd met Curaçao.
Vraag 4
Kunt u uitsluiten dat het terugsturen van vluchtelingen naar Venezuela onderdeel is
van de afspraken die zijn gemaakt tussen Nederland en Venezuela voor het weer openen
van de grens, eerder dit jaar tussen Venezuela en Aruba, Curaçao en Bonaire?
Antwoord 4
Er is tijdens de onderhandelingen over het akkoord niet gesproken over het terugsturen
van illegale migranten naar Venezuela. Dit is ook geen onderdeel van het akkoord dat
n.a.v. het WOB-verzoek van Zembla is gepubliceerd op de website van de rijksoverheid3. Een van de gevolgen van de grenssluiting was wel dat het terugsturen van illegale
migranten bemoeilijkt was en dit na het openen van de grenzen weer kon worden genormaliseerd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.W. Knops, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Mede namens
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.