Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Azarkan en Öztürk over flitskredieten die worden aangeboden tegen woekerrentes
Vragen van de leden Azarkan en Öztürk (beiden DENK) aan de Ministers van Financiën en van Economische Zaken en Klimaat over flitskredieten die worden aangeboden tegen woekerrentes (ingezonden 26 september 2018).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën) mede namens de Staatssecretaris van Economisch
Zaken en Klimaat (ontvangen 25 oktober 2018).
Vraag 1
Bent u op de hoogte van nieuwe flitskredieten, die worden aangeboden tegen woekerrentes?
1
2
Antwoord 1
Ja, ik weet dat er partijen zijn die reclame maken voor het snel kunnen aanbieden
van kredieten aan ondernemers.
Vraag 2
Waarom brengen deze kredietverstrekkers woekerrentes van 3% per maand plus 20 euro
per maand in rekening?
Antwoord 2
In het algemeen geldt dat rentepercentages zijn opgebouwd uit de kosten van het krediet,
een vergoeding voor het risico dat de kredietverlener draagt en een marge. Ik ken
de afwegingen van individuele aanbieders bij het bepalen van de hoogte van de rente
niet. Dit laat onverlet dat de overeengekomen rente moet voldoen aan de eisen van
redelijkheid en billijkheid, zoals verwoord in artikel 2 Boek 6 van het Burgerlijk
Wetboek. Ik verwacht ook dat partijen redelijke afspraken met elkaar maken. Wat in
een voorkomend geval redelijk is, is afhankelijk van de specifieke omstandigheden
van het geval.
Vraag 3
Waarom vallen deze kredieten blijkbaar buiten de wetgeving over consumentenkrediet,
met een verplichte waarschuwing («geld lenen kost geld») en een maximale rente van
12%, boven de wettelijke rente, per jaar?
Antwoord 3
De betreffende wet- en regelgeving is van toepassing op het aanbieden van krediet
aan «consumenten». Indien een financiële onderneming een financiële dienst verleent
aan een natuurlijk persoon die handelt in de uitoefening van zijn bedrijf of beroep,
wordt deze niet beschermd door de regels ter bescherming van consumenten. Personen
die handelen in de uitoefening van hun bedrijf of beroep kunnen in voorkomende gevallen
wel een beroep doen op de algemene bescherming van het vermogensrecht. Schuldeiser
en schuldenaar zijn verplicht zich jegens elkaar te gedragen overeenkomstig de eisen
van redelijkheid en billijkheid.
Vraag 4
Is het verantwoord dat binnen vijf minuten een krediet kan worden afgesloten van 50.000
euro, zonder dat er gevraagd wordt om onderpand, uittreksels, businessplannen of jaarrekeningen?
Antwoord 4
Er zijn advertenties waarin sommige aanbieders aangeven binnen vijf minuten krediet
te kunnen verstrekken. In de praktijk duurt de beoordeling van een aanvraag vaak langer,
omdat gegevens ontbreken of aanbieders aanvullende gegevens vragen om de kredietwaardigheid
te beoordelen. Voor zover het gaat om zakelijke kredieten, is het aan de aanbieder
om te bepalen welke informatie nodig is en of een aanbieder onderpand vraagt.
Vraag 5
Heeft dit ook geleid tot financiële problemen voor ondernemers en/of tot faillissementen?
Antwoord 5
Dat is niet bekend. In het MKB-actieplan, dat bij brief van 29 juni jl. door de Staatssecretaris
van Economische Zaken en Klimaat aan uw Kamer is gezonden, is aangegeven dat alternatieve
financiers zich verder moeten professionaliseren. De Stichting MKB financiering voor
alternatieve financiers is recent opgericht. Het Ministerie van Economische Zaken
en Klimaat steunt deze Stichting, die een gedragscode opstelt en zich onder meer inzet
voor het vergroten van kennis van verschillende financieringsvormen aan ondernemers
en intermediair. Dat moet ook leiden tot zelfregulering van deze sector en transparantie.
Vraag 6
Kunt u de gevolgen van deze woekerflitskredieten in beeld brengen, door hier onderzoek
naar te laten doen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Op dit moment heb ik geen signalen over ernstige misstanden of grote problemen in
deze branche vanwege hoge rentes of andere kosten. Daarom zie ik geen aanleiding om
hier specifiek onderzoek naar te doen. Bovendien heeft een aantal aanbieders van MKB-financiering
gedragsregels opgesteld (zie o.a. de Gedragscode Kleinzakelijke Financiering van de
Nederlandse Vereniging van Banken). Ook is de nieuwe stichting MKB-financiering (gestart
met tien partijen) bezig met het opstellen van gedragsregels en afspraken over transparantie.
Deze moeten uiterlijk 1 januari 2019 gereed zijn. Daarnaast zal het kabinet, zoals
is aangekondigd in het MKB-actieplan, dit jaar een onderzoek starten naar de werking
van de (alternatieve) financieringsmarkt.
Vraag 7
Kunt u onderzoeken of het mogelijk is om de bepalingen over consumentenkrediet (Boek
7 van het Burgerlijk Wetboek) van toepassing te laten zijn op een veel bredere groep,
bestaande uit zelfstandigen zonder personeel (zzp'ers) en ondernemers in het midden-
en kleinbedrijf (mkb'ers)? Zo nee, waarom niet?
Vraag 8
Wanneer zal een evaluatie plaatsvinden van de overgang van de bepalingen uit de Wet
op het consumentenkrediet naar Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek? Kunt u bij deze
evaluatie betrekken of de regels over consumentenkrediet verbreed kunnen worden naar
zzp'ers en mkb'ers?
Antwoord 7 en 8
De vraag is of kleine ondernemers op dit specifieke gebied extra bescherming moeten
krijgen, gelijk aan die van consumenten. Consumenten worden beschermd, omdat zij doorgaans
een informatieachterstand hebben en zich in een zwakkere positie bevinden ten opzichte
van ondernemers. Van ondernemers wordt meer voorbereiding en kennis verwacht. Er is
vooralsnog geen evaluatie voorzien van de Wet Consumentenkredietovereenkomsten, goederenkrediet
en geldlening (Stb. 2016, 360), die met name een aantal bepalingen van de Wet op het consumentenkrediet naar Boek
7 BW heeft verplaatst. Zoals eerder is aangegeven, ontbreken signalen over ernstige
misstanden of grote problemen. Om deze reden is er geen aanleiding voor specifiek
onderzoek, in aanvulling op het reeds aangekondigde onderzoek in het MKB-actieplan.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën -
Mede namens
M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.