Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
36 820 A Wijziging van de begrotingsstaat van het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Miljoenennota)
Nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van
artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld
en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar
2025 wijzigingen aan te brengen in:
de begrotingsstaat voor het Mobiliteitsfonds
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van
deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
R. Tieman
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1. Leeswijzer
De opzet en structuur van de onderliggende suppletoire begroting voor het Mobilteitsfonds
zijn gebaseerd op de rijksbegrotingsvoorschriften van het Ministerie van Financiën.
Naar aanleiding van de motie van de leden Van Helvert en Van Veldhoven (Kamerstukken
II 2015–2016, 34 475 XII, nr. 12) worden bij alle begrotingsartikelen op het Mobiliteitsfonds en Deltafonds groter
dan € 1 miljard de begrotingsmutaties boven de € 5 miljoen toegelicht. Dit heeft als
praktische uitwerking dat bij de artikelen tussen de € 200 miljoen en € 1 miljard
de ondergrens voor technische mutaties ook neerwaarts is bijgesteld. Voor beleidsmatige
mutaties was er bij de artikelen van deze omvang reeds sprake van een ondergrens van
€ 5 miljoen.
Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV
Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)
< 50
1
2
=> 50 en < 200
2
4
=> 200 < 1.000
5
5
=> 1.000
5
5
2. Overzicht belangrijkste uitgaven en ontvangsten mutaties
Tabel 2 Belangrijkste suppletoire uitgaven- en ontvangstenmutaties 2025 (Suplettoire
begroting September) (Bedragen x € 1.000)
Artikelnummer
Uitgaven
Ontvangsten
Vastgestelde begroting 2025
9.429,1
9.429,1
Mutaties 1e suppletoire begroting 2025
338,5
338,5
Stand 1e suppletoire begroting 2025
9.767,6
9.767,6
Belangrijkste mutaties suppletoire begroting september 2025
5,8
5,8
Kaderrelevante mutaties Mobiliteitsfonds
1. Loon- en Prijsbijstelling 2025
162,6
162,6
Prijsbijstelling 2025
divers
123,8
123,8
Loonbijstelling 2025
divers
38,8
38,8
2. Bijdragen derden
79,3
79,3
Hoofdwegennet
12
9,6
9,6
Spoorwegen
13
40,3
40,3
Hoofdvaarwegennet
15
13,1
13,1
Megaprojecten Verkeer en Vervoer
17
16,3
16,3
3. Actualisering Ontvangsten
divers
– 210,3
– 210,3
4. Overboekingen beleidsbegroting IenW (XII)
divers
– 24,0
– 24,0
Decentraal Spoor
13 & 19
– 20,9
– 20,9
Overige overboekingen
divers
– 3,1
– 3,1
5. Overboekingen van en naar andere ministeries
divers
– 1,8
– 1,8
Stand suppletoire begroting september 2025
9.773,4
9.773,4
Toelichting
1. Loon- en Prijsbijstelling 2025: Dit betreft de verwerking van de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2025.
Deze middelen zijn bij de eerste suppletoire begroting 2025 aan de beleidsbegroting
Hoofdstuk XII toegevoegd. Deze tranche is bij de Ontwerpbegroting 2026 overgeboekt
vanuit Hoofdstuk XII naar het Mobiliteitsfonds. Het gaat om € 123,8 miljoen voor de
prijsbijstelling en € 38,8 miljoen voor de loonbijstelling.
Bijdragen derden: Dit betreft de wijziging van diverse bijdragen van derden aan het Mobiliteitsfonds.
In de artikelgewijze toelichtingen worden per artikel de bijdrage van derden nader
toegelicht.
Actualisering Ontvangsten: De programma-ramingen aan de ontvangstenkant zijn geactualiseerd. De voornaamste
actualiseringen vinden plaats op de tolontvangsten A24 Blankenburg en de ViA15. In
2025 schuift € 210,3 miljoen van de ontvangsten naar latere jaren toe.
Overboekingen beleidsbegroting IenW (HXII): Voor de uitvoering van diverse projecten en programma's op de beleidsbegroting HXII
is er in 2025, € 24 miljoen overgeboekt vanuit het MF. De grootste is voor de SPUK
Decentraal Spoor (– € 20,9 miljoen).
Overboekingen andere ministeries: Dit betreffen de overboekingen van en naar andere ministeries. In 2025 gaat het
om € 1,8 miljoen.
3. Productartikelen
3.1. Artikel 11 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte
Budgettaire gevolgen van uitvoering
Tabel 3 Budgettaire gevolgen van uitvoering art. 11 Verkenningen, reserveringen en
investeringsruimte
11
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties Suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Verplichtingen
460.901
– 424.796
36.105
Uitgaven
117.555
– 94.583
22.972
11.01 Verkenningen
9.299
– 9.299
0
11.02 Korte termijn mobiliteitsmaatregelen
11.03 Reserveringen
71.565
– 71.543
22
11.03.01 Programma's
1
0
1
11.03.02 Overige reserveringen
12.185
– 12.165
20
11.03.03 Reserveringen Coalitieakkoord
59.379
– 59.378
1
11.04 Generieke investeringsruimte
36.691
– 13.741
22.950
Ontvangsten
11.09 Ontvangsten
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget op artikel 11 Verkenningen, Reserveringen en Investeringsruimte
is in 2025 verlaagd met € 424,8 miljoen.
De mutaties bij de verplichtingen sluiten grotendeels één-op-één aan bij de toelichtingen
op de uitgaven, met uitzondering van enkele verschillen:
– Het ritme van de verplichtingen is in sommige gevallen anders dan het kasritme. Dit
is ook het geval geweest bij de Reserveringen Westflank Groningen, Lijn Pampus en
HOV4. Ten opzichte van het kasbudget stonden hier in totaal € 276,2 miljoen meer verplichtingen
op geraamd. Deze verplichtingen zijn evenals het kasbudget (zie toelichting bij de
uitgaven) niet meer nodig in 2025 en schuiven dus door naar latere jaren.
– Daarnaast wijken de overige actualiseringen van de programmering bij de verplichtingen
op artikelonderdelen 11.01, 11.03 en 11.04 deels af van de actualisering op de uitgaven.
• Bij artikelonderdeel 11.01 gaat het om een verplichtingensschuif uit 2025 van € 9 miljoen
op de Verkenning Oude Lijn. Dit betekent dat er € 1 miljoen meer verplichtingen dan
kas wegschuift uit 2025 op de Verkenning Oude Lijn. Daarnaast gaat het om een verplichtingenschuif
van € 55,2 miljoen op de Verkenning Knooppunt OV Nijmegen. Dit betekent dat er € 53,4 miljoen
meer verplichtingen dan kas wegschuift uit 2025
• Bij artikelonderdeel 11.03 gaat het om een verplichtingensschuif uit 2025 van € 3,6 miljoen
op de Lelylijn. Dit betekent dat er € 1,6 miljoen meer verplichtingen dan kas wegschuift
uit 2025 op de Reservering van de Lelylijn.
• Bij artikelonderdeel 11.04 gaat het om een verplichtingenschuif van € 11,7 miljoen.
Op de generieke investeringsruimte schuift er namelijk € 2 miljoen minder verplichtingen
dan kas weg uit 2025.
Uitgaven
De uitgaven op het artikel 11 Verkenningen, Reserveringen en Investeringsruimte zijn
in 2025 zijn met € 94,6 miljoen verlaagd. Dit is hoofdzakelijk het resultaat van de
volgende mutaties in 2025:
Artikel 11.01 Verkenningen
Overboekingen Verkenningen Oude Lijn (– € 8 miljoen)
Dit betreft een overboeking van € 8 miljoen naar artikelonderdeel 13.03.04 ten behoeve
van een aanvullende subsidieaanvraag, op basis van het Plan van Aanpak voor de inzet
van ProRail, in deze fase van de MIRT-Verkenning Oude Lijn.
Artikel 11.03 Reserveringen
HXII: Apparaatskosten Woningbouw Mobiliteitsprogramma (– € 3,2 miljoen)
Dit betreft een overboeking naar de beleidsbegroting HXII vanuit de Reservering Woningbouwmiddelen.
De middelen zijn bedoeld voor de apparaatskosten voor woningbouw. In de jaren 2025–2031
gaat het om een totaalbedrag van € 100 miljoen.
Kasschuiven Reserveringen (– € 68,3 miljoen)
Er zijn budgetneutrale kasschuiven doorgevoerd om de programmering op het artikelonderdeel
11.03 Reserveringen te actualiseren naar het meest realistische ritme. De grootste
kasschuiven vinden plaats op:
– Reservering Rijnburg (– € 43,7 miljoen): de reservering Rijnburg wordt niet ingezet
in 2025 en is daarom doorgeschoven naar 2026.
– Reservering Klimaatneutrale en circulaire infrastructuurprojecten (KCI) (– € 10 miljoen):
de middelen worden niet ingezet in 2025 omdat de verwachting is dat de gesprekken
en afstemming rondom de planuitwerking en uitvoering pas eind 2025 afgerond zullen
zijn.
– Reservering ontsluiting woningbouwmiddelen (– € 7,1 miljoen): de verwachting is dat
deze middelen pas in 2026 worden gerealiseerd. Daarom vindt er een schuif vanuit 2025
naar 2026 plaats.
– Reserveringen Westflank Groningen, Lijn Pampus en HOV4 (– € 6,6 miljoen): deze middelen
worden beschikt via SPUKS. Naar verwachting vinden de beschikkingen van de SPUKS plaats
in 2026. Hierdoor schuiven de middelen weg uit 2025.
– Diverse kleinere aanpassingen (– € 0,9 miljoen).
Artikel 11.04 Generieke Investeringsruimte
Kasschuiven Reserveringen (– € 35,9 miljoen)
Er zijn budgetneutrale kasschuiven doorgevoerd om de programmering op de Generieke
Investeringsruimte te actualiseren naar het meest realistische ritme. Het gaat met
name om een actualisering van de Risicoreserveringen die niet meer nodig zijn in 2025
en kasschuiven die nodig zijn geweest om het beschikbare budget in lijn te stellen
met de gewenste loon- en prijscompensatie in 2025. Hierdoor schuift er in totaal op
dit artikelonderdeel € 35,9 miljoen naar latere jaren toe.
Loon-en Prijsbijstelling 2025 (€ 22,2 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2025 die vanuit de begroting
Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het
Mobiliteitsfonds. Vanuit de generieke investeringsruimte zijn de artikelonderdelen
verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
3.2. Artikel 12 Hoofdwegennet
Budgettaire gevolgen van uitvoering
Tabel 4 Budgettaire gevolgen van uitvoering art. 12 Hoofdwegennet
12
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties Suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Verplichtingen
6.379.371
15.811
6.395.182
Uitgaven
4.028.883
– 5.751
4.023.132
12.01 Exploitatie
6.791
1.231
8.022
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
6.791
1.231
8.022
12.02 Onderhoud en vernieuwing
1.384.835
32.980
1.417.815
12.02.01 Onderhoud
1.100.896
26.081
1.126.977
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
1.100.896
26.081
1.126.977
12.02.04 Vernieuwing
283.939
6.899
290.838
12.03 Ontwikkeling
836.754
– 91.323
745.431
12.03.01 Aanleg
394.249
– 41.162
353.087
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
–
3.200
3.200
12.03.02 Planning en studies
248.195
72.277
320.472
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
12.320
– 269
12.051
12.03.03 Optimalisering gebruik
194.310
– 122.438
71.872
12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
1.013.177
– 4.049
1.009.128
12.06 Netwerkgebonden kosten HWN
787.326
55.410
842.736
12.06.01 Apparaatskosten RWS
672.201
33.447
705.648
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
672.201
33.447
705.648
12.06.02 Overige netwerkgebonden kosten
115.125
21.963
137.088
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
115.125
21.963
137.088
Ontvangsten
166.287
– 48.112
118.175
12.09 Ontvangsten
166.287
– 48.112
118.175
12.09.01 Ontvangsten
37.308
6.149
43.457
12.09.02 Tolopgave
128.979
– 54.261
0
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget van het artikel Hoofdwegennet voor 2025 wordt met € 15,8 miljoen
verhoogd. Dit wordt met name veroorzaakt door de volgende mutaties:
Overboeking Vrachtwagenheffing (– € 10,7 miljoen)
RWS krijgt opdracht voor het uitvoeren en realiseren van wegbeheerderstaken in de
periode januari tot en met december 2025 op basis van afspraken die zijn vastgelegd
in de uitvoeringsovereenkomst realisatie vrachtwagenheffing IenW-RWS.
Overboeking Laadinfra voor Schoon Emissieloos Bouwen (€ 13,4 miljoen)
Dit betreft een overboeking uit het Klimaatfonds aan het landelijke taken budget van
RWS. Dit betreft laadinfra batterijsystemen op de bouwplaats en onderzoekskosten.
Loon- en prijsbijstelling 2025 (€ 165 miljoen)
Het verplichtingenbudget wordt in 2025 verhoogd met € 101,8 miljoen als gevolg van
de toegekende loon- en prijsbijstelling 2025.
Overboekingen binnen artikelonderdeel (€ 100,5 miljoen)
Dit betreft voornamelijk overboekingen van de reservering voor onderhoud en vernieuwing
naar realisatie op artikelonderdeel 12.02 voor o.a. de renovatie N3 Papendrechtsebrug.
Verplichtingenschuiven Hoofdwegennet (– € 243,8 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel verplichtingenschuiven doorgevoerd om over de diverse
jaren aan te sluiten op de programmering. De grootste verplichtingenschuiven in 2025
op dit artikel zijn: – € 300 miljoen voor de exploitatie Vrachtwagenheffing die vanuit
de minregel op het Mobiliteitsfonds voorgefinancierd was en nu terug wordt geboekt
doordat betaald en verplicht gaat worden vanuit Hoofdstuk HXII artikel 15, € 114,7 miljoen
voor A27 Houten-Hooipolder, € 10,9 miljoen voor de reservering Vernieuwing & Renovatie,
– € 93,1 miljoen voor Intelligente Wegkantsystemen, – € 16,4 miljoen voor A12/A27
Ring Utrecht, – € 24,6 miljoen voor Geluidsaneringprogramma – weg, – € 10,6 miljoen
voor SAA A9 Badhoevedorp-Holendrecht, € 21,2 miljoen voor doorfietsroutes, – € 17,7 miljoen
voor de Vrachtwagenheffing, € 39,2 miljoen voor Alternatieve Laad-Tankinfrastructuur,
– € 16 voor Kennis en Innovatie Schoon Emissieloos Bouwen, € 117,2 voor Tolvrij Westerscheldetunnel,
– € 61,7 voor de regeling Schoon Emissieloos Bouwen, € 8,5 miljoen voor maatregelenpakket
A15 Papendrecht-Gorinchem, € 11,7 miljoen voor de werksporen Maatregelpakket draaiend
houden ringen en – € 27,1 miljoen voor diverse kleinere mutaties.
De overige mutaties van het verplichtingenbudget van het artikel wordt met name veroorzaakt
door mutaties die worden toegelicht onder de uitgaven en door diverse kleinere mutaties.
Uitgaven
De uitgaven van het artikel Hoofdwegennet voor 2025 worden met € 5,8 miljoen verlaagd.
Dit wordt met name veroorzaakt door de volgende mutaties:
12.01 Exploitatie
De verhoging van de uitgaven met € 1,2 miljoen in 2025 voor dit artikelonderdeel wordt
veroorzaakt door diverse kleine mutaties.
12.02 Onderhoud en vernieuwing
De verhoging van de uitgaven met € 33 miljoen in 2025 voor dit artikelonderdeel wordt
voornamelijk veroorzaakt door:
Loon- en prijsbijstelling 2025 (€ 25,6 miljoen)
Dit betreft de verwerking van de loon- en prijsbijstelling 2025.
Verkeersveiligheid N18 (€ 5,8 miljoen)
Het resterende budget van € 5,8 miljoen van het amendement Koerhuis en van der Graaf
uit december 2022 (Kamerstuk 36 200 A, nr. 55) wordt geïnvesteerd in de N18. Hierdoor kan het plaatsen van de verkeersregelinstallatie
(VRI) op het kruispunt Lichtenvoordseweg gecombineerd worden met het opheffen van
het kruispunt Landstraat. Daarnaast worden de resterende delen van de berm veiliger
gemaakt. Na deze maatregelen is de N18 volledig veilig ingericht volgens de eisen
voor Rijks-N-wegen.
Diverse kleinere mutaties (€ 1,6 miljoen).
12.03 Ontwikkeling
De verlaging van de uitgaven met € 91,3 miljoen in 2025 voor dit artikelonderdeel
wordt voornamelijk veroorzaakt door:
Kaderruilen 2025 (– € 150 miljoen)
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te
krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane
negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per
saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Kasschuiven Ontwikkeling (€ 32,7 miljoen)
Om binnen een modaliteit tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair
neutrale kasschuiven over de diverse jaren noodzakelijk.
Correctie overboeking ViA15 (€ 25,4 miljoen)
Dit betreft een correctie overboeking binnen artikel 12 voor de ViA15. Bij de voorjaarsnota
2025 heeft de overheveling naar het DBFM project geleid tot een negatieve stand. Met
deze correctie wordt wat er teveel was overgeheveld weer teruggeboekt bij het aanlegproject.
Loon- en prijsbijstelling 2025 (€ 12,7 miljoen)
Dit betreft de verwerking van de loon- en prijsbijstelling 2025.
Overboeking voor Aanpak Draaiend houden Ringen fase 1 (– € 8,5 miljoen)
Dit betreft de overboeking voor de opdracht aan RWS voor fase 1 van de aanpak voor
het draaiend houden van de Ringen Amsterdam, Utrecht, Rotterdam en Den Haag.
Diverse kleinere mutaties (€ 3,6 miljoen).
12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
De verlaging van de uitgaven met € 4 miljoen in 2025 voor dit artikelonderdeel wordt
veroorzaakt door diverse mutaties.
12.06 Netwerkgebonden kosten HWN
De verhoging van de uitgaven met € 55,4 miljoen in 2025 voor dit artikelonderdeel
wordt voornamelijk veroorzaakt door:
Overboeking Laadinfra voor Schoon Emissieloos Bouwen (€ 13,6 miljoen)
Dit betreft een overheveling uit het Klimaatfonds aan het landelijke taken budget
van RWS. Dit betreft laadinfra batterijsystemen op de bouwplaats en onderzoekskosten.
Overboeking voor Aanpak Draaiend houden Ringen fase 1 (€ 6,5 miljoen)
Dit betreft de overboeking voor de opdracht aan RWS voor fase 1 van de aanpak voor
het draaiend houden van de Ringen Amsterdam, Utrecht, Rotterdam en Den Haag.
Loon- en prijsbijstelling 2025 (€ 29,6 miljoen)
Dit betreft de verwerking van de loon- en prijsbijstelling 2025.
Diverse kleinere mutaties (€ 5,7 miljoen).
Ontvangsten
De lagere ontvangsten van € 48,1 miljoen in 2025 wordt voornamelijk veroorzaakt door:
Ontvangsten tol (– € 54,3 miljoen)
Dit betreft de actualisatie van de tolontvangsten voor voornamelijk de A24 Blankenburgverbinding
die sinds 7 december 2024 in gebruik is genomen.
Diverse kleinere mutaties (€ 6,2 miljoen)
Dit betreft ontvangsten voor onder andere aanlegprojecten zoals A27 Houten-Hooipolder,
A20 Nieuwerkerk a/d IJssel-Knooppunt Gouwe, Veilige N-wegen, A2 Het Vonderen-Kerensheide
en diverse kleinere projecten.
3.3. Artikel 13 Spoorwegen
Budgettaire gevolgen van uitvoering
Tabel 5 Budgettaire gevolgen van uitvoering art. 13 Spoorwegen
13
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties Suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Verplichtingen
3.524.391
57.203
3.581.594
Uitgaven
3.207.074
– 24.204
3.182.870
13.02 Exploitatie, onderhoud en vernieuwing
2.790.704
– 112.700
2.678.004
13.03 Ontwikkeling
188.214
88.495
276.709
13.03.01 Aanleg personenvervoer
130.273
35.699
165.972
13.03.02 Aanleg goederenvervoer
13.114
13.104
26.218
13.03.03 Optimalisering gebruik
802
–
802
13.03.04 Planning en studies personenvervoer
25.580
39.338
64.918
13.03.05 Planning en studies goederenvervoer
18.445
354
18.799
13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
228.156
1
228.157
13.07 Rente en aflossing
Ontvangsten
396.518
– 112.428
284.090
13.09 Ontvangsten
396.518
– 112.428
284.090
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget van het artikel Spoorwegen voor 2025 wordt met € 57,2 miljoen
verhoogd. Dit wordt met name veroorzaakt door de volgende mutaties:
Verplichtingenschuiven Spoor (– € 53,6 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel verplichtingenschuiven doorgevoerd om de programmering
over de diverse jaren te actualiseren. De grooste verplichtingenschuiven in 2025 op
dit artikel zijn: € 40,6 miljoen voor behandelen en opstellen, € 17 miljoen voor beter
benutten spoor, – € 9,8 miljoen voor overwegen maatwerk, – € 106,4 miljoen voor maatregelenpakket
HSL-Zuid en € 5 miljoen voor diverse kleinere mutaties.
De overige mutaties van het verplichtingenbudget van het artikel wordt met name veroorzaakt
door mutaties die worden toegelicht onder de uitgaven en door diverse kleinere mutaties.
Uitgaven
De uitgaven van het artikel Spoorwegen voor 2025 worden met € 24,2 miljoen verlaagd.
Dit wordt met name veroorzaakt door de volgende mutaties:
13.02 Exploitatie, onderhoud en vernieuwing
De verlaging van dit artikelonderdeel met € 112,7 miljoen wordt veroorzaakt door de
volgende mutaties:
Overboeking Geïntegreerde contractvormen/PPS naar EOV (€ 8 miljoen)
Een deel van de onderhoudswerkzaamheden op de HSL wordt verantwoord op het EOV budget.
Dat deel wordt daarom overgeboekt vanuit Geïntegreerde contractvormen/PPS naar EOV.
Correctie Ontwerpfout HSL-Viaducten (– € 100 miljoen)
Bij Voorjaarsnota 2025 is er € 100 miljoen toegevoegd aan het EOV budget, voor de
kosten van de nieuwe ontwerpen voor 10 viaducten op de HSL sectie Noord. Deze kosten
worden echter gemaakt op Ontwikkelingen. Om de kosten op het juiste artikelonderdeel
te verantwoorden, worden deze middelen bij Ontwerpbegroting 2026 overgeboekt van EOV
naar Ontwikkelingen.
Correctie vergoeding OV-betalen NS (– 14,7 miljoen)
NS heeft in dejaren 2015–2024 kosten gemaakt voor de invoering van OV-betalen, met
als doel om betalen en reizen in het openbaar vervoer gemakkelijker te maken. NS ontvangt
hiervoor in 2025 een eenmalige compensatie. De middelen ter dekking van die compensatie
worden overgeboekt naar HXII artikel 16, omdat de compensatie vanuit daar als een
subsidie aan NS kan worden verstrekt.
Correctie Spoorstaafschade (– € 6 miljoen)
Bij Voorjaarsnota 2025 zijn er middelen toegevoegd aan het EOV budget, voor de de
problematiek betreffende Spoorschaafschade op de HSL-Zuid. Deze kosten worden echter
gemaakt op Geïntegreerde contractvormen/PPS. Om de kosten op het juiste artikelonderdeel
te verantwoorden, worden deze middelen bij Ontwerpbegroting 2026 overgeboekt van EOV
naar Geïntegreerde contractvormen/PPS.
13.03 Ontwikkeling
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 88,5 miljoen wordt veroorzaakt door de
volgende mutaties:
Correctie Ontwerpfout HSL-Viaducten (€ 100 miljoen)
Bij Voorjaarsnota 2025 is er € 100 miljoen toegevoegd aan het EOV budget, voor de
kosten van de nieuwe ontwerpen voor 10 viaducten op de HSL sectie Noord. Deze kosten
worden echter gemaakt op Ontwikkelingen. Om de kosten op het juiste artikelonderdeel
te verantwoorden, worden deze middelen bij Ontwerpbegroting 2026 overgeboekt van EOV
naar Ontwikkelingen.
Kaderruilen 2025 (€ 100 miljoen)
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te
krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane
negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Voor dit artikelonderdeel
gaat het om een kaderverhoging van € 100 miljoen. Over alle jaren is dit per saldo
budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Afrekening voorschotten ProRail 2024 (€ 40,3 miljoen)
Het betreft hier de terugbetaling van de te hoge bevoorschotting aan ProRail van het
2e halfjaar van 2024. Dit wordt in 2025 als ontvangst verantwoord. Om het uitgavenbudget
in stand te houden zijn tegelijkertijd de uitgaven verhoogd.
Overboeking constructiefouten HSL viaducten (€ 13,6 miljoen)
Als gevolg van constructiefouten in tien viaducten op de HSL-Zuid zijn er snelheidsbeperkingen
van kracht. De geconstateerde constructiefouten moeten worden hersteld, zodat de snelheid
weer kan worden verhoogd. Bij het viaduct Zuidweg bij Rijpwetering speelt naast de
constructiefout ook de zettingenproblematiek, met verplaatsing van de ondergrond en
verminderde baanstabiliteit tot gevolg. Financiering van de werkzaamheden is geraamd
op artikel 13.04 maar de werkzaamheden worden uitgevoerd door ProRail via de MIRT-systematiek.
Daarom wordt reservering overgeboekt naar artikel 13.03.01.
Overboekingen Verkenningen Oude Lijn (€ 8 miljoen)
Dit betreft een overboeking van € 8 miljoen naar artikelonderdeel 13.03.04 voor de
Verkenning Oude Lijn. De overboeking is ten behoeve van een aanvullende subsidieaanvraag,
op basis van het Plan van Aanpak voor de inzet van ProRail, in deze fase van de MIRT-Verkenning
Oude Lijn.
Loon- en prijsbijstelling 2025 (€ 0,5 miljoen)
Dit betreft de verwerking van de loon- en prijsbijstelling 2025.
Kasschuiven Spoorwegen (– € 152,7 miljoen)
Om binnen een modaliteit tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair
neutrale kasschuiven over de diverse jaren noodzakelijk.
Overboeking naar HXII Decentraal Spoor (– € 20,9 miljoen)
Dit betreft een overboeking naar HXII van € 20,9 miljoen ten behoeve van de exploitatie
bijdragen decentraal spoor in 2025. Dit bedrag zal in 2025 aan provincies worden beschikt
via een SPUK. Het gaat om de provincies Overijssel (€ 11,9 miljoen), Drenthe (€ 2,4 miljoen),
Limburg (€ 0,3 miljoen) en Utrecht (€ 6,3 miljoen).
Diverse kleinere mutaties (– € 0,3 miljoen)
13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 0,001 miljoen wordt veroorzaakt door de
volgende mutaties:
Kasschuiven Spoorwegen (€ 15,6 miljoen)
Om binnen een modaliteit tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair
neutrale kasschuiven over de diverse jaren noodzakelijk.
Correctie Spoorstaafschade (€ 6 miljoen)
Bij Voorjaarsnota 2025 is er € 24 miljoen toegevoegd aan het EOV budget, voor de de
problematiek betreffende Spoorschaafschade op de HSL-Zuid. Deze kosten worden echter
gemaakt op Geïntegreerde contractvormen/PPS. Om de kosten op het juiste artikelonderdeel
te verantwoorden, worden deze middelen bij Ontwerpbegroting 2026 overgeboekt van EOV
naar Geïntegreerde contractvormen/PPS.
Overboeking constructiefouten HSL viaducten (– € 13,6 miljoen)
Als gevolg van constructiefouten in tien viaducten op de HSL-Zuid zijn er snelheidsbeperkingen
van kracht. De geconstateerde constructiefouten moeten worden hersteld, zodat de snelheid
weer kan worden verhoogd. Bij het viaduct Zuidweg bij Rijpwetering speelt naast de
constructiefout ook de zettingenproblematiek, met verplaatsing van de ondergrond en
verminderde baanstabiliteit tot gevolg. Financiering van de werkzaamheden is geraamd
op artikel 13.04 maar de werkzaamheden worden uitgevoerd door ProRail via de MIRT-systematiek.
Daarom wordt reservering overgeboekt naar artikel 13.03.01.
Overboekingen Verkenningen Oude Lijn (– € 8 miljoen)
Dit betreft een overboeking van € 8 miljoen naar artikelonderdeel 13.03.04 voor de
Verkenning Oude Lijn. De overboeking is ten behoeve van een aanvullende subsidieaanvraag,
op basis van het Plan van Aanpak voor de inzet van ProRail, in deze fase van de MIRT-Verkenning
Oude Lijn.
Ontvangsten
13.09 ontvangsten
De lagere ontvangsten van € 112,4 miljoen worden veroorzaakt door de volgende mutaties:
Afrekening voorschotten ProRail 2024 (€ 40,3 miljoen)
Het betreft hier de terugbetaling van de te hoge bevoorschotting aan ProRail van het
2e halfjaar van 2024. Dit wordt in 2025 als ontvangst verantwoord. Om het uitgavenbudget
in stand te houden zijn tegelijkertijd de uitgaven verhoogd.
Bijstelling ontvangsten concessie HSL (– € 152,7 miljoen)
De verwachting is dat de ontvangsten van de concessie HSL in 2025 € 121,7 miljoen
lager zijn dan geraamd. De geraamde ontvangsten worden doorgeschoven naar 2026.
3.4. Artikel 14 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's
Budgettaire gevolgen van uitvoering
Tabel 6 Budgettaire gevolgen van uitvoering art. 14 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's
14
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties Suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Verplichtingen
307.574
– 148.460
159.114
Uitgaven
552.775
18.140
570.915
14.01 Regionale infrastructuur
8.480
– 492
7.988
14.01.02 Planning en studies prg reg/lok
8.230
– 497
7.733
14.01.03 Aanleg reg/lok
250
5
255
14.03 Bereikbaarheidsprogramma's
544.295
18.632
562.927
14.03.01 Concrete bereikbaarheidsprojecten
5
–
5
14.03.02 Regionaal Mobiliteitsprojecten
1
–
1
14.03.03 Ruimtelijke economisch programma
1
–
1
14.03.04 Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur
149.724
5.280
155.004
14.03.05 Mobiliteitspakketen
394.564
13.352
407.916
Ontvangsten
–
–
–
14.09 Ontvangsten
–
–
–
Toelichting
Verplichtingen
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget van het artikel Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's
voor 2025 wordt met € 148,5 miljoen verlaagd. Dit wordt veroorzaakt door de volgende
mutaties:
Verplichtingenschuif mobiliteitspaketten (– € 169,1 miljoen)
Dit betreft een verplichtingenschuif die nodig is om de negatieve standen te corrigeren
en verplichtingen in huidig boekjaar aan te gaan zoals het vastleggen van SPUKs.
De overige mutaties van het verplichtingenbudget van het artikel wordt met name veroorzaakt
door mutaties die worden toegelicht onder de uitgaven en door diverse kleinere mutaties.
Uitgaven
De uitgaven van het artikel Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's
voor 2025 worden met € 18,1 miljoen verhoogd. Dit wordt met name veroorzaakt door
de volgende mutaties:
14.01 Regionale infrastructuur
De mutaties op dit artikelonderdeel zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden
daarom niet toegelicht (zie leeswijzer).
14.03 Bereikbaarheidsprogramma's
Loon- en prijsbijstelling 2025 (€ 18,6 miljoen)
Dit betreft de verwerking van de loon- en prijsbijstelling 2025.
3.5. Artikel 15 Hoofdvaarwegennet
Budgettaire gevolgen van uitvoering
Tabel 7 Budgettaire gevolgen van uitvoering art. 15 Hoofdvaarwegennet
15
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties Suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Verplichtingen
1.381.146
63.873
1.445.019
Uitgaven
1.394.181
18.190
1.412.371
15.01 Exploitatie
8.628
274
8.902
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
8.628
274
8.902
15.02 Onderhoud en vernieuwing
737.270
14.036
751.306
15.02.01 Onderhoud
547.174
10.090
557.264
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
542.096
9.999
552.095
15.02.04 Vernieuwing
190.096
3.946
194.042
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
–
–
–
15.03 Ontwikkeling
160.631
– 15.590
145.041
15.03.01 Aanleg
137.093
– 5.021
132.072
15.03.02 Planning en studies
17.878
– 10.106
7.772
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
2.257
–
2.257
15.03.03 Optimalisering gebruik
5.660
– 463
5.197
15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
69.292
1.238
70.530
15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN
418.360
18.232
436.592
15.06.01 Apparaatskosten RWS
383.623
18.259
401.882
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
383.623
18.259
401.882
15.06.02 Overige netwerkgebonden kosten
34.737
– 27
34.710
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
34.737
– 27
34.710
Ontvangsten
11.131
13.117
24.248
15.09 Ontvangsten
11.131
13.117
24.248
Toelichting
Verplichtingen
De verhoging van het verplichtingenbudget van het artikel Hoofdvaarwegennet voor 2025
met € 63,9 miljoen wordt met name veroorzaakt door mutaties die worden toegelicht
onder uitgaven. Het resterende deel kan verklaard worden door diverse kleine mutaties.
Uitgaven
De uitgaven op het artikel Hoofdvaarwegennet voor 2025 worden met € 18,2 miljoen verhoogd.
Dit wordt met name veroorzaakt door onderstaande mutaties.
15.02 Onderhoud en vernieuwing
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 14,0 miljoen wordt met name veroorzaakt
door onderstaande mutaties. Het verschil kan verklaard worden door diverse kleine
mutaties.
Loon- en prijsbijstelling
Er is € 13,8 miljoen aan loon- en prijsbijstelling uitgekeerd op dit artikelonderdeel.
15.03 Ontwikkeling
De verlaging van dit artikelonderdeel met € 15,6 miljoen wordt met name veroorzaakt
door de volgende mutaties:
Aanvullende ontvangsten vanuit Vlaanderen in 2025
Voor het project Nieuwe Sluis Terneuzen is in 2025 € 10 miljoen ontvangen vanuit Vlaanderen.
Het projectbudget is daarom met € 10 miljoen verhoogd.
Kaderruilen
Om de programmering op het MF in een beheersbaarritme te zetten zijn er kadderruilen
uitgevoerd over de modaliteiten HWVN, HWN en Spoor (– € 27,5 miljoen)
15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 18,2 miljoen wordt met name veroorzaakt
door de volgende mutaties:
Loon- en prijsbijstelling
Er is € 16,3 miljoen aan loon- en prijsbijstelling uitgekeerd op dit artikelonderdeel.
15.09 Ontvangsten
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 13,1 miljoen wordt name veroorzaakt door
de volgende mutaties:
Aanvullende ontvangsten vanuit Vlaanderen in 2025
Voor het project Nieuwe Sluis Terneuzen is in 2025 € 10 miljoen ontvangen vanuit Vlaanderen.
Het projectbudget is daarom met € 10 miljoen verhoogd.
3.6. Artikel 17 Megaprojecten Verkeer en Vervoer
Budgettaire gevolgen van uitvoering
Tabel 8 Budgettaire gevolgen van uitvoering art. 17 Megaprojecten Verkeer en Vervoer
17
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties Suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Verplichtingen
1.450.856
174.282
1.625.138
Uitgaven
463.799
96.468
560.267
17.06 Project Mainportontwikkeling Rotterdam
–
–
–
17.07 ERTMS
128.244
5.232
133.476
17.07.01 Aanleg ERTMS
128.242
5.232
133.474
17.07.02 Planning en studies ERTMS
2
–
2
17.08 Zuidasdok
248.349
4.730
253.079
17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer
87.206
86.506
173.712
17.10.01 Aanleg PHS
82.060
87.947
170.007
17.10.02 Planning en studies PHS
5.146
– 1.441
3.705
Ontvangsten
82.528
16.336
98.864
17.09 Ontvangsten
82.528
16.336
98.864
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget van het artikel Megaprojecten Verkeer en Vervoer voor 2025
wordt met € 174,3 miljoen verhoogd. Dit wordt met name veroorzaakt door de volgende
mutaties:
Verplichtingenschuiven Megaprojecten Verkeer en Vervoer (€ 86,3 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel verplichtingenschuiven doorgevoerd om de programmering
over de diverse jaren te actualiseren. De grootste verplichtingenschuiven in 2025
op dit artikel zijn: € 58 miljoen voor Tunnel en A10 Zuidasdok, € 35,7 miljoen voor
OVT Zuidasdok, € 15,5 miljoen voor PHS planuitwerking en € 23 miljoen voor een wijziging
in de betalingssystemathiek ERTMS.
De overige mutaties van het verplichtingenbudget van het artikel wordt veroorzaakt
door diverse kleinere mutaties en mutaties die worden toegelicht onder de uitgaven.
Uitgaven
De uitgaven van het artikel Megaprojecten Verkeer en Vervoer voor 2025 worden met
€ 96,5 miljoen verhoogd. Dit wordt met name veroorzaakt door de volgende mutaties:
17.07 ERTMS
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 5,2 miljoen wordt met name veroorzaakt
door de volgende mutatie:
Afrekening voorschotten ProRail 2024 (€ 5,7 miljoen)
Het betreft hier de terugbetaling van de te hoge bevoorschotting aan ProRail van het
2e halfjaar van 2024. Dit wordt in 2025 als ontvangst verantwoord. Om het uitgavenbudget
in stand te houden zijn tegelijkertijd de uitgaven verhoogd.
17.08 Zuidasdok
De mutaties op dit artikelonderdeel zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden
daarom niet toegelicht (zie leeswijzer).
17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 86,5 miljoen wordt met name veroorzaakt
door de volgende mutatie:
Afrekening voorschotten ProRail 2024 (€ 9,1 miljoen)
Het betreft hier de terugbetaling van de te hoge bevoorschotting aan ProRail van het
2e halfjaar van 2024. Dit wordt in 2025 als ontvangst verantwoord. Om het uitgavenbudget
in stand te houden zijn tegelijkertijd de uitgaven verhoogd.
Kaderruilen 2025 (€ 77,5 miljoen)
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te
krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane
negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Voor dit artikelonderdeel
gaat het om een kaderverhoging van € 77,5 miljoen. Over alle jaren is dit per saldo
budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Ontvangsten
De verhoging van de ontvangsten met € 16,3 miljoen wordt name veroorzaakt door de
volgende mutaties:
Afrekening voorschotten ProRail 2024 (€ 14,8 miljoen)
Het betreft hier de terugbetaling van de te hoge bevoorschotting aan ProRail van het
2e halfjaar van 2024. Dit wordt in 2025 als ontvangst verantwoord. Om het uitgavenbudget
in stand te houden zijn tegelijkertijd de uitgaven verhoogd.
3.7. Artikel 18 Overige uitgaven en ontvangsten
Budgettaire gevolgen van uitvoering
Tabel 9 Budgettaire gevolgen van uitvoering art. 18 Overige uitgaven en ontvangsten
18
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties Suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Verplichtingen
3.437
– 2.487
950
Uitgaven
3.392
– 2.492
900
18.06 Externe veiligheid
3.392
– 2.492
900
18.08 Netwerkoverstijgende kosten
–
–
18.08.03 Afroming Eigen Vermogen Rijkswaterstaat
–
–
Ontvangsten
238.733
–
238.733
18.09 Ontvangsten
4
–
4
18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen
238.729
–
238.729
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget op artikel 18 Overige uitgaven en ontvangsten is in 2025
verlaagd met € 2,5 miljoen. Zie de toelichting bij de uitgaven. Deze is 1-op-1 aan
elkaar gelijk.
Uitgaven
De uitgaven op artikel 18 Overige uitgaven en ontvangsten is in 2025 verlaagd met
€ 2,5 miljoen. Dit wordt veroorzaakt door de volgende mutatie:
18.06 Externe Veiligheid
Kasschuiven Externe Veiligheid
Er is op dit artikelonderdeel een budgetneutrale kasschuif ingediend om de programmering
voor Externe Veiligheid te actualiseren naar het meest realistische ritme. Er schuift
€ 2,5 miljoen uit 2025 naar latere jaren, omdat dit budget niet meer nodig is is in
2025.
3.8 Artikel 19 Bijdragen andere begrotingen Rijk
Budgettaire gevolgen van uitvoering
Tabel 10 Budgettaire gevolgen van uitvoering art. 19 Bijdragen andere begrotingen
Rijk
19
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties Suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Ontvangsten
8.872.462
136.855
9.009.317
19.09 Ten laste van begroting IenW
8.872.462
136.855
9.009.317
Toelichting
Ontvangsten
Het voedingsartikel is met de Ontwerpbegroting 2026 opgeheven. De mutaties in 2026
worden wel nog toegelicht. In 2025 nemen de ontvangsten met € 136,9 miljoen toe. is
met name het gevolg van overboekingen van en naar de beleidsbegroting Hoofdstuk XII
en overboekingen naar andere ministeries. De overboekingen zijn bij de uitgavenartikelen
al nader geduid. De belangrijkste mutaties zijn:
HXII: Apparaatskosten Woningbouw Mobiliteitsprogramma (– € 3,2 miljoen)
Dit betreft een overboeking naar de beleidsbegroting HXII vanuit de Reservering Woningbouwmiddelen.
De middelen zijn bedoeld voor de apparaatskosten voor woningbouw. In de jaren 2025–2031
gaat het om een totaalbedrag van € 100 miljoen.
HXII: SPUKS Decentraal Spoor (– € 20,9 miljoen)
Dit betreft de overboeking voor de specifieke uitkering Decentraal Spoor. Deze SPUK
wordt op de beleidsbegroting HXII beschikt naar de provincies Overijssel (– € 11,9 miljoen),
Drenthe (– € 2,4 miljoen), Limburg (– € 0,3 miljoen) en Utrecht (– € 6,3 miljoen).
Loon-en Prijsbijstelling 2025 (€ 162,6 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2025 die vanuit de begroting
Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het
Mobiliteitsfonds. Vanuit de generieke investeringsruimte zijn de artikelonderdelen
verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Diverse kleinere mutaties (– € 1,6 miljoen).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R. Tieman, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.