Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de Hervorming douane-unie - Algemene raadsinzet onderhandelingen EP (Kamerstuk 22112-4092)
2025D38245 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Financiën heeft op 10 september 2025 enkele vragen en opmerkingen
aan de Staatssecretaris van Financiën – Fiscaliteit, Belastingdienst en Douane voorgelegd
over zijn op 26 juni 2025 toegezonden brief inzake de Hervorming douane-unie – Algemene
raadsinzet-onderhandelingen EP (Kamerstuk 22 112, nr. 4092).
De voorzitter van de commissie,
Nijhof-Leeuw
Adjunct-griffier van de commissie,
Lips
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie merken op kritisch tegenover de voorgenomen hervorming
van het Douanewetboek te staan. Hoewel modernisering deels begrijpelijk is door e-commerce
en geopolitieke spanningen, verzetten deze leden zich tegen voorstellen die vooral
leiden tot méér Brusselse bevoegdheden ten koste van de belangen van Nederlandse burgers,
ondernemers en een reeds zwaarbelaste douane.
De leden van de PVV-fractie vragen de Staatssecretaris of de voorgestelde amendementen
uitvoerbaar zijn en onderbouwd worden door concrete impactanalyses die rekening houden
met de Nederlandse bezwaren. Deze leden eisen dat de Nederlandse positie gewaarborgd
blijft. Lidstaten moeten een doorslaggevende stem behouden binnen het voorgestelde
agentschap. Kan het kabinet garanderen dat Nederland een veto of beslissende invloed
behoudt en dat gedifferentieerd nationaal douanetoezicht mogelijk blijft?
De leden van de PVV-fractie merken voorts op dat het voorstel voor een Europese douane-datahub
grote zorgen oproept over de nationale zeggenschap over gegevens. Wie bepaalt wie
toegang krijgt tot bedrijfs- of persoonsgegevens? Kan de Staatssecretaris garanderen
dat gevoelige Nederlandse informatie niet zonder instemming in een Brusselse databank
verdwijnt en dat Nederland zelfstandig blijft in keuzes over data-inzichten en handhaving?
De leden van de PVV-fractie merken daarnaast op dat het belang van de Nederlandse
expediteur onvoldoende geborgd lijkt. Hoe wordt voorkomen dat Nederlandse dienstverleners
worden weggeconcurreerd door partijen uit landen met lagere standaarden of gunstigere
wetgeving, bijvoorbeeld door doorvoerlanden die tarieven baseren op het uiteindelijke
bestemmingsland?
Verder constateren deze leden dat een mechanisme voor prioritering van werk bij de
douane ontbreekt, terwijl de werkdruk al extreem hoog is. Waarom ontbreekt dit en
is het kabinet bereid om in EU-verband alsnog voor een dergelijke voorziening te pleiten?
Ook vragen de leden van de PVV-fractie wat de gevolgen zijn van de sturing op bulkzendingen
voor de Nederlandse burger, zoals nieuwe heffingen of hogere handling fees. Het schrappen
van de btw-vrijstelling op import is in de ogen van deze leden een verkapte belastingverhoging,
waarbij per pakketje additionele kosten van 15–25 euro wordt verwacht. Acht de Staatssecretaris
dit acceptabel voor de Nederlandse consument en kan de Staatssecretaris aangeven waarheen
deze gelden vloeien?
Verder willen de leden van de PVV-fractie een duidelijke onderbouwing van de totale
kosten, de verdeling daarvan en de benodigde personeelsinzet. Hoe worden deze kosten concreet gedekt en wat zijn de gevolgen voor de bestaande
personele capaciteit bij de douane?
Tot slot vragen deze leden waarop de bewering is gebaseerd dat bulkzendingen niet
tot hogere prijzen leiden. Is daarbij rekening gehouden met complexe B2B2C-structuren
en de gevolgen voor prijsopbouw en uitvoerbaarheid?
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de
brief over de raadsinzet voor de onderhandelingen over de hervorming van het Douanewetboek
van de Europese Unie. Zij hebben hierover enkele vragen.
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie zijn benieuwd of de Staatssecretaris van mening
is dat het aantal individueel geadresseerde zendingen dat via Nederland de Europese
Unie binnenkomt zou moeten krimpen en zo ja, hoe het kabinet dit aantal wil verminderen.
Voorts vragen deze leden of de Staatssecretaris vindt dat het voor individuele consumenten
mogelijk moet blijven om te blijven bestellen bij webwinkels uit bijvoorbeeld China,
of dat het wat hem betreft beter zou zijn als consumenten individueel zo min mogelijk
van buiten de Europese Unie importeren. De leden zijn benieuwd welke voor- en nadelen
de Staatssecretaris ziet.
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie willen daarnaast graag weten hoeveel procent
van de inkomende zendingen nu gecontroleerd wordt door de douane.
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de brief over de
raadsinzet voor de onderhandelingen over de hervorming van het Douanewetboek van de
Europese Unie. Deze leden onderschrijven het belang van modernisering van de douaneregels.
Deze leden hebben nog enkele vragen.
De leden van de VVD-fractie lezen ten aanzien van e-commerce en handling fee dat het
voorstel van de Commissie voor de hervorming van het Douanewetboek tekortschiet in
het beter beheersbaar maken van de e-commercestroom. Nederland heeft via het Non-paper
E-commerce voorgesteld om maatregelen op te nemen die bulkimport stimuleren ten opzichte
van individueel geadresseerde zendingen. Wat is het verwachte effect van bulkimport
stimuleren? Welke maatregelen zijn nog meer nodig om de e-commercestroom beheersbaar
te krijgen in Nederland?
De leden van de VVD-fractie lezen op het punt van toegang van het mkb tot faciliteiten
en vertegenwoordiging dat de faciliteiten voor de zogenoemde Trust & Check Traders
(T&CT) beter worden geborgd. Hoe borgt het kabinet dat de gegevensverplichting voor
T&CT beperkt blijft tot strikt noodzakelijke gegevens met inachtneming van het Unierecht
over gegevensbescherming? Kan het kabinet garanderen dat T&CT-verplichtingen niet
leiden tot directe toegang tot interne bedrijfsservers maar uitsluitend via een beveiligde
interface verlopen? Hoe zet Nederland zich in om deze waarborgen expliciet vast te
leggen zodat bedrijven de T&CT-status daadwerkelijk zullen omarmen?
De leden van de VVD-fractie lezen ook dat de AEO-C-status voor bewezen betrouwbare
bedrijven behouden blijft. Hoe borgt het kabinet dat naast T&CT ook AEO-vertegenwoordiging
behouden blijft (zoals opgenomen in de Raadsversie), zodat vooral mkb en kleinere
importeurs toegang houden tot douanefaciliteiten?
De leden van de VVD-fractie lezen ten aanzien van logistieke processen dat het kabinet
zich tijdens de besprekingen in de Raad sterk heeft gemaakt voor het waarborgen van
een soepele voortgang van alle logistieke processen en dienstverlening in Nederland.
Erkent het kabinet dat ook de Raadsversie nog knelpunten oplevert omdat de hoedanigheid
van importeur in de keten kan wisselen zonder dat partijen zich daarvan bewust zijn?
De leden van de VVD-fractie lezen ook dat er een aangepaste definitie van importeur
in de voorstellen van de Europese Commissie staat. Hoe ziet het kabinet de verdeling
van civielrechtelijke aansprakelijkheid wanneer meerdere partijen achtereenvolgens
als importeur worden aangemerkt? Welke risico’s ziet het kabinet voor de rechtspositie
van marktpartijen en douane bij onduidelijke afbakening van verantwoordelijkheden?
Hoe kan worden voorkomen dat civielrechtelijke overeenkomsten onvoldoende zekerheid
geven over de publiekrechtelijke verantwoordelijkheid richting douane? Welke mogelijkheden
ziet het kabinet om via «kwijting in de keten» of andere instrumenten de verantwoordelijkheden
en aansprakelijkheden duidelijker te maken?
De leden van de VVD-fractie lezen ten aanzien van het EU-Douaneagentschap dat het
van belang is dat de taken van het agentschap duidelijk en specifiek in de wetgeving
worden omschreven. Door wie en aan de hand van welke specificaties wordt het EU-douaneagentschap
gecontroleerd?
De leden van de VVD-fractie lezen op het punt van de EU-Douanedatahub dat de vertrouwelijkheid
van gegevens gewaarborgd zijn, en moet duidelijk zijn wie toegang heeft tot welke
gegevens en voor welk doel. Is het kabinet bereid te pleiten voor onafhankelijk onderzoek
naar de integriteit, kwaliteit en gegevensveiligheid van de EU-Douanedatahub, vergelijkbaar
met de toetsing door het Adviescollege ICT-toetsing?
Deze leden lezen ook dat in de algemene raadsinzet er ten opzichte van de voorstellen
van de Europese Commissie diverse aanvullende waarborgen voor een goede omgang met
gegeven zijn opgenomen. Hoe wordt geborgd dat in zowel de ontwerpfase als na ingebruikname
onafhankelijke validatie plaatsvindt?
De leden van de VVD-fractie lezen ten aanzien van het minimumkader voor overtredingen
en sancties dat het kabinet geen voorstander is van het door de Europese Commissie
voorgestelde minimumkader voor douane-overtredingen en minimumboetes. Deelt het kabinet
de visie dat sanctiebeleid, gezien de verschillen in samenwerking tussen Douane en
bedrijfsleven, primair een nationale bevoegdheid moet blijven? Hoe gaat het kabinet
zich daarvoor inzetten?
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
De leden van de BBB-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de Staatssecretaris
van Financiën over de raadsinzet voor de onderhandelingen over de hervorming van het
Douanewetboek van de Europese Unie. Deze leden hebben enkele vragen ten aanzien van
de voorgestelde handling fee voor kleine pakketten.
De leden van de BBB-fractie lezen dat de Staatssecretaris in zijn brief het volgende
schreef: «Dagelijks komen er meer dan drie miljoen unieke goederen via Nederland de
EU binnen. Voor de douane en andere toezichthouders is het onmogelijk deze grote aantallen
effectief te controleren op bijvoorbeeld de juiste afdracht van invoerrechten en productveiligheid.
Het voorstel van de Commissie voor de hervorming van het Douanewetboek van de Unie
schiet te kort in het beter beheersbaar maken van de e-commercestroom. Nederland heeft
middels het Non-paper E-commerce voorgesteld om maatregelen op te nemen die bulkimport
stimuleren, ten opzichte van individueel geadresseerde zendingen. Het kabinet is verheugd
dat dit voorstel met brede steun een plek heeft gekregen in de algemene raad inzet.»
Kan de Staatssecretaris verduidelijken waar de opbrengsten voor bestemd zijn? Ligt
er al een concrete uitwerking van de bestemming van de middelen? Hoe voorkomt de Staatssecretaris
dat de opbrengsten worden gebruikt voor niet- douanedoeleinden? Is de Staatssecretaris
van mening dat het hierbij om een EU-belasting gaat? Wat is de houding van het kabinet
ten opzichte van nieuwe EU-belastingen?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.M. Nijhof-Leeuw, voorzitter van de vaste commissie voor Financiën -
Mede ondertekenaar
W.A. Lips, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.