Voorstel van wet : Voorstel van wet
36 799 Wijziging van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen in verband met het bevorderen van proactieve dienstverlening door het UWV, de SVB en gemeenten (Wet proactieve dienstverlening SZW)
ARTIKEL I. WIJZIGING VAN DE WET STRUCTUUR UITVOERINGSORGANISATIE WERK EN INKOMEN
ARTIKEL II. INWERKINGTREDING
ARTIKEL III. CITEERTITEL
Nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet structuur uitvoeringsorganisatie
werk en inkomen te wijzigen teneinde het niet-gebruik van uitkeringen en voorzieningen
tegen te gaan, door UWV, SVB en gemeenten de mogelijkheid te geven om onderzoek te
doen naar potentieel rechthebbenden, deze groep gericht te informeren en te faciliteren
bij het doen van een aanvraag;
Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
ARTIKEL I. WIJZIGING VAN DE WET STRUCTUUR UITVOERINGSORGANISATIE WERK EN INKOMEN
De Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen wordt als volgt gewijzigd:
A
Aan artikel 1, eerste lid, wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van dat
lid door een puntkomma, een onderdeel [waarvan de letteraanduiding alfabetisch aansluit
op het laatste onderdeel] toegevoegd, luidende:
#. proactieve dienstverlening:
proactieve dienstverlening als bedoeld in artikel 10b, tweede lid.
B
Na artikel 10a wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 10b. Proactieve dienstverlening
1. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, de Sociale verzekeringsbank en
de colleges van burgemeester en wethouders zijn bevoegd proactieve dienstverlening
toe te passen, ten behoeve van het versterken van de bestaanszekerheid en participatie,
en het verkrijgen van een zo integraal mogelijke dienstverlening op het gebied van
werk en inkomen.
2. Proactieve dienstverlening bestaat in:
a. het gevraagd of ongevraagd individueel verstrekken van informatie en advies over relevante
uitkeringen of voorzieningen; of
b. het faciliteren van het doen van een aanvraag.
3. Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld omtrent de vormgeving van
de samenwerking bij proactieve dienstverlening, waaronder over de inrichting van,
en verwerkingsverantwoordelijke voor, een fysiek en digitaal loket voor ondersteuning
met informatie en advies.
C
In artikel 33, tweede lid, onderdeel a, wordt na «aan het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
zijn opgedragen» ingevoegd «, en deze gegevens beschikbaar te houden voor verdere
verwerking ten behoeve van proactieve dienstverlening».
D
In artikel 37, tweede lid, wordt «de artikelen 9, 10 en 10a» vervangen door «de artikelen
9 tot en met 10b».
E
Artikel 46, tweede lid, komt te luiden:
2. Bij ministeriële regeling worden regels gesteld omtrent de inhoud en de indiening
van het jaarplan met begroting. Deze regels hebben in ieder geval betrekking op de
dienstverlening, en de mate waarin deze:
a. bijdraagt aan het bieden van bestaanszekerheid;
b. ten aanzien van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, bijdraagt aan de
bevordering van de arbeidsparticipatie; en
c. geschiedt op basis van de publieke waarden dienstbaarheid, responsiviteit, inclusiviteit,
toegankelijkheid, betrouwbaarheid, effectiviteit, rechtmatigheid en doelmatigheid.
F
Aan artikel 49, vijfde lid, wordt toegevoegd «De regels met betrekking tot het jaarverslag
en de tussentijdse verslagen hebben in ieder geval betrekking op de onderwerpen, bedoeld
in artikel 46, tweede lid.».
G
In artikel 64 vervalt het vierde lid, onder vernummering van het vijfde lid tot vierde
lid.
H
Artikel 65 vervalt.
I
Na artikel 73a wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 73b. Gegevensverwerking voor proactieve dienstverlening
1. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, de Sociale verzekeringsbank en
de colleges van burgemeester en wethouders zijn bevoegd om te onderzoeken wie mogelijk
recht heeft op een uitkering of voorziening, ten behoeve van proactieve dienstverlening.
Zij kunnen daartoe de gegevens in de onder hun verantwoordelijkheid gevoerde administraties
verder verwerken.
2. Verstrekking van gegevens aan het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, de
Sociale verzekeringsbank of het college van burgemeester en wethouders voor het doeleinde,
bedoeld in het eerste lid, op grond van het bepaalde bij of krachtens artikel 54,
62 of 73, is toegestaan indien bij algemene maatregel van bestuur regels zijn gesteld
met betrekking tot in ieder geval:
a. de gegevens die worden verstrekt;
b. de uitkering of voorziening ten aanzien waarvan proactieve dienstverlening kan worden
toegepast;
c. de bewaartermijnen, met dien verstande dat de gegevens niet langer worden bewaard
dan noodzakelijk en ten hoogste twaalf maanden; en
d. de technische en organisatorische maatregelen die worden toegepast om te waarborgen
dat aan de voorschriften van de Algemene verordening gegevensbescherming wordt voldaan.
3. Gegevens die met toepassing van het tweede lid worden verstrekt aan het Uitvoeringsinstituut
werknemersverzekeringen, de Sociale verzekeringsbank of het college van burgemeester
en wethouders, voor het doeleinde, bedoeld in het eerste lid, worden niet verder verwerkt
ten behoeve van handhaving.
4. De bestuursorganen, genoemd in het eerste lid, kunnen onderling gegevens verstrekken
om te onderzoeken of de gegevens in de onder hun verantwoordelijkheid gevoerde administraties
noodzakelijk zijn voor proactieve dienstverlening, indien bij algemene maatregel van
bestuur regels zijn gesteld over in ieder geval:
a. de gegevens die worden verstrekt;
b. de duur van het onderzoek en de bewaartermijnen, met dien verstande dat de gegevens
niet langer worden bewaard dan noodzakelijk en ten hoogste twaalf maanden;
c. de technische en organisatorische maatregelen die worden toegepast om te waarborgen
dat aan de voorschriften van de Algemene verordening gegevensbescherming wordt voldaan,
met dien verstande dat in ieder geval regels worden gesteld over het indien mogelijk
anonimiseren dan wel pseudonimiseren van persoonsgegevens en over de toegankelijkheid
ervan;
d. de wijze waarop in dit verband uitvoering wordt gegeven aan de rechten van de betrokkene,
bedoeld in hoofdstuk III van de Algemene verordening gegevensbescherming; en
e. de evaluatie van het onderzoek.
5. Voor proactieve dienstverlening worden geen bijzondere categorieën van persoonsgegevens
verwerkt, behoudens gegevens over gezondheid.
6. Gegevens worden niet verwerkt ten behoeve van proactieve dienstverlening nadat de
betrokkene hier desgevraagd of uit eigen beweging bezwaar tegen maakt als bedoeld
in artikel 21 van de Algemene verordening gegevensbescherming. Bij algemene maatregel
van bestuur worden regels gesteld over de wijze waarop bezwaar kan worden gemaakt,
de inrichting en het beheer van de registratie van bezwaren, de verwerkingsverantwoordelijkheid
voor het register, en de bewaartermijnen, met dien verstande dat kenbaar gemaakte
bezwaren niet langer worden bewaard dan vijf jaar.
ARTIKEL II. INWERKINGTREDING
1. Deze wet treedt, met uitzondering van artikel I, onderdelen F en G, in werking op
een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen
of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
2. Artikel I, onderdelen F en G, treedt in werking met ingang van de dag na de datum
van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst en werkt terug tot
en met 5 februari 2020.
ARTIKEL III. CITEERTITEL
Deze wet wordt aangehaald als: Wet proactieve dienstverlening SZW.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries,
autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.