Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda voor de informele EU Gezondheidsraad van 24-25 maart 2025 in Warschau (Kamerstuk 21501-31-777)
2025D09988 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport hebben enkele fracties
de behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Staatssecretaris
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de geannoteerde agenda voor de Informele
EU-Gezondheidsraad van 24–25 maart 2025, van 6 maart 2025 (Kamerstuk 21 501-31, nr. 777).
De voorzitter van de commissie,
Mohandis
Adjunct-griffier van de commissie,
Van der Graaf
Inhoudsopgave
I.
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
II.
Reactie van de Staatssecretaris
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van EU-signalering en agenda voor
de aankomende EU-Gezondheidsraad van 24 en 25 maart 2025. De leden van de PVV-fractie
hebben hierover een aantal vragen aan het kabinet.
Bij het eerste agendapunt gaat de EU-Gezondheidsraad in gesprek over mentale gezondheid
van jongeren en de impact van digitale technologieën daarop. Ook in Nederland is de
discussie gaande over het social media gebruik van onze jongeren. In hoeverre is er
overeenstemming tussen de EU-landen op dit gebied? Ook vragen de genoemde leden zich
af hoe groot de verschillen in de EU zijn op het gebied van mentale gezondheid van
onze jongeren? En hoe «scoort» Nederland op dit gebied?
Het tweede agendapunt gaat over de Europese Commissie die voornemens is om de Critical
Medicines Act (CMA) op 11 maart te presenteren. Dit onderwerp maakt niet direct onderdeel
uit van de agenda van de Raad, wel staat er een discussie over de beschikbaarheid
van geneesmiddelen op de agenda van de Raad.
Hoe gaat het kabinet garanderen dat in Nederland deze beschikbaarheid altijd voldoende
zal zijn? Kan het kabinet patiënten garanderen dat er net zo veel of meer geneesmiddelenontwikkeling
plaatsvindt – zowel in Europa als in Nederland – met verlaging van de basisdatabescherming
van acht naar zes jaar? Zo ja, kan het kabinet deze onderbouwing met de Kamer delen?
Zo nee, hoe denkt het kabinet er dan voor te zorgen dat de huidige voorstellen niet
leiden tot minder ontwikkeling en dus beschikbaarheid van geneesmiddelen?
Een advies van de Critical Medicines Alliantie is dat overheidsinvesteringen en een
aanleg van medicijnvoorraden noodzakelijk zijn.
De huidige staatssteuninstrumenten zijn volgens de alliantie onvoldoende voor het
ondersteunen van de sector. De genoemde leden willen weten in hoeverre het kabinet
dit advies gaat overnemen? Mocht het kabinet dit advies overnemen, hoe gaat dit bekostigd
worden? Kan het kabinet aangeven om hoeveel staatssteun dit voor Nederland gaat?
Heeft het kabinet aangaande de CMA al enige toezeggingen gedaan richting de EU?
Heeft het kabinet kennisgenomen van de zorgen van de voorzitter van de Europese koepelvereniging
voor farmaceutische bedrijven in het EW Magazine van 30 januari 2025 (Topman farmagigant Novo Nordisk: «Europa dreigt vergeten regio te worden»)? Deelt het kabinet de zorgen dat Europa een vergeten regio lijkt te worden als het
gaat om geneesmiddelenontwikkeling? Waarom wel of niet?
Is het kabinet op de hoogte van de standpunten rondom de herziening van de Europese
geneesmiddelenontwikkeling van Denemarken, Zweden en Duitsland? Zo ja, hoe taxeert
het kabinet de opvattingen van deze landen? Zo nee, kan het kabinet zijn appreciatie
van de standpunten van deze landen met de Kamer delen?
Sinds de publicatie van de herziening van de Europese geneesmiddelenwetgeving in het
voorjaar van 2023 is er geopolitiek veel gebeurd. Ziet het kabinet aanleiding zijn
inzet op de herziening van de Europese geneesmiddelenwetgeving in Europa te wijzigen
ten opzichte van het BNC-fiche zoals gepubliceerd door het vorige kabinet? Zo ja,
op welke punten? Zo nee, waarom niet?
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de
geannoteerde agenda voor de informele EU Gezondheidsraad van 24–25 maart 2025 en hebben
nog enkele vragen en opmerkingen.
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie zien dat de mentale gezondheid van jongeren
op de agenda staat. De leden maken zich grote zorgen over de gezondheidsgevolgen van
te hoge schermtijd en verslavende sociale media, voor jongeren en voor volwassenen.
De verslavende en polariserende ontwerpkeuzes, waar het verdienmodel van sociale media
op is gebouwd, moeten Europees in de ban. Deze elementen verzieken de online leefwereld
voor iedereen en daar gaan de reële voordelen van sociale media aan ten onder. Hoe
gaat het kabinet de motie-Kathmann c.s. [Kamerstuk 26 643-1302] die vraagt om een Europees verbod op verslavend en polariserend ontwerp uitvoeren?
Gaat het kabinet deze oproep in de Gezondheidsraad ook kenbaar maken? In welke wetgevingstrajecten
kan zo’n Europees verbod op verslavend ontwerp worden opgenomen?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie willen dat de Digital Services Act (DSA) voortvarend wordt uitgevoerd en gehandhaafd. Zij vragen de Staatssecretaris
om in de Gezondheidsraad te vragen bij collega’s hoe andere lidstaten op nationaal
niveau de DSA handhaven en uitvoeren. Naar welke landen kijkt de Staatssecretaris
met interesse op dit gebied? Hoe gaat de Staatssecretaris de best practices van andere
lidstaten ophalen en verwerken in Nederland? Op welke manier trekt de Staatssecretaris
hierin op met zijn collega’s van Binnenlandse Zaken?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie pleiten voor gezaghebbend advies over de gezondheidsgevolgen
van sociale media. De leden zijn geen voorstander van een hogere minimumleeftijd voor
sociale media. Zij achten het onuitvoerbaar en symbolisch, zeker zolang er geen betrouwbare
methode voor leeftijdsverificatie bestaat. Bovendien ontslaat het Big Tech van hun
verantwoordelijkheid om hun platforms voor iedereen gezonder te maken. Wel zijn de
leden groot voorstander van nationale gezondheidsadviezen als richtlijn voor ouders
en jongeren die afspraken willen maken over telefoongebruik. Deelt het kabinet de
zorgen van de leden van GroenLinks-PvdA-fractie over deze situatie? Kan de Staatssecretaris
bevestigen dat de Staatssecretaris de motie-Van der Werf c.s. [Kamerstuk 26 643-1299], die het kabinet heeft geïnterpreteerd als een oproep om tot niet-bindende adviesleeftijden
te komen, ook als zodanig zal uitvoeren? Welke partijen betrekt de Staatssecretaris
bij het opstellen van de adviezen?
De leden herinneren de Staatssecretaris aan de aangehouden motie-Kathmann/Van der
Werf [Kamerstuk 36 600 VII-71] die vraagt om een Digitale Kijkwijzer te ontwikkelen samen met het NICAM. Door de
grondige methodiek van de Kijkwijzer toe te passen op sociale media platforms en apps,
kunnen specifieke ongezonde ontwerpkeuzes worden geïdentificeerd. Door nationaal voorop
te lopen met zulke gezaghebbende adviezen over platforms, op basis van de vertrouwde
Kijkwijzer-methode, kan Nederland ook op Europees niveau gericht pleiten voor verdergaande
regulering van sociale media vanuit gezondheidsperspectief. Ook kan dit inzicht helpen
met het vaststellen van nationale gezondheidsadviezen over sociale media. Deelt de
Staatssecretaris deze opvatting? Wanneer komt het onderzoek naar de Gamecheck, waar
ook in gegaan zal worden op een soortgelijke classificatie voor sociale media?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie vinden het belangrijk dat er een herziening
van de Tabaksrichtlijnen komt. Eenduidiger beleid tussen lidstaten draagt bij aan
het tegengaan van de toegankelijkheid van nieuwe tabaks- en nicotineproducten. Met
name om het gebruik van vapes onder jongeren tegen te gaan. De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
vinden het een goede zaak dat de Staatssecretaris pleit voor strengere regels voor
vapes. Kan de Staatssecretaris aangeven welke maatregelen hij wil treffen als hij
pleit voor strengere regels voor vapes? Valt een Europees smaakjesverbod onder die
strengere regels? Is de Staatssecretaris het met de leden eens dat een Europees smaakjesverbod
een effectieve maatregel is om het aantal vapes met een smaakje in Nederland terug
te dringen?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie onderstrepen de noodzaak om in Europees verband
samen te werken voor het aanleggen van voorraden van kritieke geneesmiddelen en bij
te dragen de betaalbaarheid van dure geneesmiddelen. De leden delen de analyse van
de Minister van Volkgezondheid, Welzijn en Sport dat het niet realistisch is om alle
productie van (kritieke) geneesmiddelen in Nederland te laten plaatsvinden, gezien
de complexiteit van de productieketens. Sterke samenwerking op EU-niveau is daarom
van essentieel belang. Kan het kabinet aangeven op welke manier Nederland gaat bijdragen
aan de versterking van het concurrentievermogen betreft geneesmiddelen van de Europese
Unie?
Ondanks dat prijsonderhandelingen een nationale aangelegenheid zijn, kan EU-wetgeving
bijdragen aan lagere prijzen van geneesmiddelen. De leden onderstrepen dan ook het
belang van het verkorten van de data- en marktbeschermingsperiode voor nieuwe geneesmiddelen.
Deze verkorting zal de concurrentie bevorderen en de prijzen van geneesmiddelen doen
dalen. Voor welke duur van marktbescherming en databescherming pleit de Staatssecretaris?
De leden van GroenLinks-PvdA zijn voorstander van het legaliseren van leveringen van
apotheekbereidingen tussen apothekers. Is de Staatssecretaris bereid dit in te brengen
tijdens de informele EU Gezondheidsraad van 24–25 maart 2025?
De leden van GroenLinks-PvdA onderstrepen het belang van medicijn ontwikkelingen voor
zeldzame aandoeningen en de strijd tegen antibioticaresistente. Hier ligt nog ruimte
in de wetgeving om de ontwikkeling van bepaalde soort innovatieve geneesmiddelen te
stimuleren. Deelt de Staatssecretaris deze mening van de leden? Kan de Staatssecretaris
nader toelichten hoe hij deze ontwikkelingen wil stimuleren?
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de
informele EU-Gezondheidsraad op 24 en 25 maart aanstaande. Zij hebben hierbij nog
enkele vragen.
Tijdens de informele EU-Gezondheidsraad zal van gedachten worden gewisseld over preventie,
zo lezen de leden van de VVD-fractie. Vaccinatie is een bewezen effectieve vorm van
preventie. In Nederland is het aantal gevallen van mazelen in twee weken bijna verdubbeld
waarbij de meeste mensen besmet zijn geraakt tijdens een bezoek aan Marokko of Roemenië1. Welke maatregelen neemt Roemenië om de mazelenuitbraak in te dammen? En welke lidstaten
hebben een effectieve vaccinatieaanpak waar Nederland lessen uit kan trekken?
Daarnaast vragen de leden wanneer het actieplan cardiovasculaire gezondheid verwacht
wordt. En wordt in het actieplan ingegaan op man/vrouw verschillen bij hart- en vaataandoeningen?
Zo nee, is de Staatssecretaris dan bereid om zich in te zetten dit onderwerp aan het
actieplan te laten toevoegen?
De leden van de VVD-fractie merken op dat het kabinet al enige tijd aangeeft het belangrijk
te vinden dat de Commissie spoedig met de herziening van de Tabaksrichtlijnen komt.
Ook de leden zien deze herziening liever vandaag dan morgen. Zij vragen daarom of
duidelijk is wanneer de Commissie met de herziening komt? In hoeverre is het kabinet
afhankelijk van vernieuwing van de Tabaksrichtlijnen om zijn eigen tabakspreventiebeleid
succesvol te kunnen uitvoeren?
Daarnaast zijn de leden van de VVD-fractie benieuwd naar de aanpak van internationale
productie en handel in illegale rookwaren. Op welke manier wordt samengewerkt tussen
verschillende lidstaten om illegale handel aan te pakken? En hoe verloopt deze samenwerking?
Met betrekking tot het gesprek over mentale gezondheid van jongeren en digitale technologieën.
Recent bleek dat digitale ggz-zorg steeds vaker gebeurt en dat de Nederlandse ggz
voorstander is2. De leden vragen in hoeverre het kabinet met internationale en nationale organisaties
aan de slag gaat om een goede balans te vinden tussen de voor- en nadelen van sociale
media voor gezondheid en zorg?
Het doet de leden van de VVD-fractie goed te lezen dat er aanzienlijke vooruitgang
is geboekt op het gebied van de herziening EU farmaceutische wetgeving3. Wat is de verwachting van het kabinet over de voortgang op de nog openstaande punten?
Wat de leden van de VVD-fractie betreft kan innovatie bijdragen aan betaalbaarheid
en toegankelijkheid, zeker op Europese schaal. Kan het kabinet toelichten hoe het
zich de komende tijd inzet om het aantrekkelijk te houden voor geneesmiddelenontwikkelaars
om te investeren in Nederland?
De leden van de VVD-fractie zijn enthousiast over het feit dat het Pools voorzitterschap
inhoudelijke besprekingen opent over kruidengeneesmiddelen en homeopatica. Wat de
leden betreft horen voedingssupplementen hier ook bij. De leden maken zich zorgen
over de toename van zogenaamde «healthfluencers» en de verkoop van bijvoorbeeld afslankthee
met de verboden stof sibutramine via sociale media. Wat gaat de inzet van het kabinet
zijn op dit onderwerp? Wat gebeurt er momenteel al aan Europese samenwerking op dit
gebied, bijvoorbeeld rondom wet- en regelgeving?
De leden van de VVD-fractie vragen verder naar het tijdspad omtrent het creëren van
een wettelijke grondslag voor her-uitgifte van (dure) geneesmiddelen.
Eerder stonden de leden van de VVD-fractie niet direct te springen om de komst van
de Critical Medicines Act omdat andere manieren van coördineren en samenwerking nog
niet gerealiseerd waren. In dat licht vragen zij hoe het kabinet de deelname aan de
Critical Medicines Alliance (CMA) tot nu toe ervaart. Verloopt dit volgens verwachting
of zijn er knelpunten? Daarnaast vragen de leden een reactie van het kabinet op de
conclusies en aanbevelingen die het CMA inmiddels heeft gedaan. Hoe verhoudt het kabinet
zich tot deze aanbevelingen?
Verder vragen de leden van de VVD-fractie hoe het kabinet kijkt naar de noodzaak van
en het gebrek aan een impact assessment bij de Act?
Tot slot maken de leden van de VVD-fractie van de gelegenheid gebruik om nog wat aanvullende
vragen te stellen naar aanleiding van het verslag van de EU-Gezondheidsraad van 3 december.
De leden hebben al vaker opgeroepen tot Europese samenwerking op het gebied van inkoop
van geneesmiddelen, onder andere via een motie4. Zij zijn dan ook enthousiast over het voorstel van kleinere lidstaten om vrijwillig
samen te werken middels gemeenschappelijk aankopen. Hoe kijkt het kabinet naar dit
voorstel en is het kabinet bereid deel te nemen aan een dergelijke samenwerking?
Daarnaast vinden de leden van de VVD-fractie het zeer positief dat een groep lidstaten
heeft opgeroepen tot het (gezamenlijk) aanpakken van de verkoop van illegale geneesmiddelen
aan Europese burgers. Wat is de inzet van het kabinet geweest op dit punt? Verwacht
het kabinet dat hier op termijn afspraken over gemaakt gaan worden?
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
De leden van de NSC-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de
informele EU Gezondheidsraad van 24–25 maart 2025 in Warschau. Deze leden hebben hier
nog enkele vragen over.
De leden van de NSC-fractie zijn verheugd te lezen dat de mentale gezondheid van jongeren
en adolescenten in het digitale tijdperk op de agenda staat voor deze aankomende EU
Gezondheidsraad. Wel hopen deze leden dat bij dit proces de stem van de jongeren zelf
ook wordt meegenomen in deze discussie. Kan de Staatssecretaris zich hiervoor inzetten
bij de Gezondheidsraad? De leden vragen in hoeverre in Nederland wordt gecontroleerd
of grote techbedrijven zich daadwerkelijk aan de regelgeving houden, zoals de DSA.
Welke concrete veranderingen zullen de procedures van de Europese Commissie op grond
van de DSA teweegbrengen, bijvoorbeeld in het kader van de lopende procedure tegen
Meta? De leden van de NSC-fractie vragen wat de Minister van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport ziet als de grootste uitdagingen bij het internationaal afstemmen van richtlijnen
en regelgeving op dit gebied?
De leden van de NSC-fractie vinden het goed dat er aandacht wordt besteed aan preventie.
Daarbij delen deze leden de mening van de Staatssecretaris dat het van belang is dat
er spoedig een herziening van de verschillende Tabaksrichtlijnen komt. Al waarderen
deze leden de inzet van de Staatssecretaris om vapen tegen te gaan, hopen zij ook
dat de Staatssecretaris zich net zo hard in zal zetten om ook het traditionele roken
tegen te gaan. Kan de Staatssecretaris toelichten hoe hij zich zal inzetten om ook
vooruitgang te boeken op rookpreventie bij deze EU Gezondheidsraad? En heeft de Staatssecretaris
plannen om daar ook alcoholpreventie en gezondere etenskeuzes te agenderen?
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Met interesse hebben de leden van de D66-fractie kennisgenomen van de stukken omtrent
de EU-gezondheidsraad en hebben hierover geen verdere vragen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
De leden van de BBB-fractie hebben kennisgenomen van de Informele EU-Gezondheidsraad
op 24 en 25 maart. De leden hebben de volgende vragen aan de Minister.
De leden hebben gelezen dat in de laatste versie van de conclusies over mentale gezondheid
van jongeren en de impact van digitale technologieën (Delegates Portal 6348/25) de
Europese Commissie wordt verzocht hier bestaande wet- en regelgeving voor te benutten.
Verder wordt in de concept-conclusies geconcludeerd dat leeftijd een van de belangrijkste
factoren is in de impact op jongeren. In de conclusies wordt de lidstaten aangeraden
om na te denken over het beperken van de toegang van schoolgaande kinderen tot digitale
technologieën.
− Wat gaat het kabinet overbrengen op het gebied van de focus op weerbaarheid en veerkrachtig
worden van kinderen? Bijvoorbeeld door mentale weerbaarheid als schoolvak in te stellen
in het basisonderwijs?
− Wat gaat het kabinet overbrengen als het gaat over vroegtijdige preventie? Hoe denkt
het kabinet over het oprichten van startklassen waar extra intensief wordt ingezet
op de ontwikkeling?
− Hoe wordt er tijdens de EU-Gezondheidsraad stilgestaan bij de impact van de coronatijd
op de mentale gezondheid van jongeren? En wat zijn acties die we Europees kunnen nemen
als het gaat om dit onderwerp?
− Is het kabinet voorstander van het creëren van nieuwe Europese instrumenten ter bevordering
van de mentale gezondheid van jongeren met betrekking tot digitale technologieën?
− En zo ja, hoe staat het met de privacy vriendelijke app voor online leeftijdsverificatie,
waar nu door de Europese Commissie aan wordt gewerkt?
II. Reactie van de Staatssecretaris
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Mohandis, voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede ondertekenaar
L. van der Graaf, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.