Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de informele JBZ-Raad van 30 en 31 januari 2025 (Kamerstuk 32317-927)
2025D02886 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen en opmerkingen
voorgelegd over de volgende brieven:
• Geannoteerde agenda informele JBZ-Raad 30–31 januari 2025 (Kamerstuk 32 317, nr. 927);
• Verslag van de JBZ-Raad van 12 en 13 december 2024 (Kamerstuk 32 317, nr. 925).
De voorzitter van de commissie,
Pool
Adjunct-griffier van de commissie,
Van Tilburg
Inhoudsopgave
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
II Reactie van de Minister
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
Met betrekking tot onafgedane zaken zouden de leden van de PVV-fractie graag weten
van de Minister of er nog ontwikkelingen zijn inzake de Verordening ter voorkoming
en bestrijding van seksueel misbruik van kinderen (CSAM-verordening). Ook willen deze
leden weten wat het standpunt is van de Minister is inzake de verordening grensoverschrijdende
erkenning van ouderschap, en welke impact hij verwacht op de Nederlandse wet- en regelgeving.
Met betrekking tot het Wijzigingsvoorstel richtlijn tegengaan mensensmokkel willen
deze leden graag van de Minister weten wat dit wijzigingsvoorstel inhoudt, wat het
kabinetsstandpunt is, en in hoeverre de bestrijding van ngo-mensensmokkelboten is
opgenomen.
De leden van de PVV-fractie willen graag weten wat de status is van de herziening
EU interne veiligheidsstrategie. Deelt de Minister specifieke conclusies en aanbevelingen?
Kan de Minister aangeven wat hij als topprioriteit ziet in de bedreigingen? Is de
Minister het met deze leden eens dat de voortdurende digitalisering ook veiligheidsproblemen
met zich mee brengt? Welke concrete maatregelen neemt hij? Welke conclusies verbindt
de Minister aan de EU-veiligheidsstrategie voor Nederland, en wat is het kabinetsstandpunt
hierover?
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het verslag van de Raad Justitie
en Binnenlandse Zaken (JBZ-raad) van 12 en 13 december 2024 en de geannoteerde informele
JBZ-raad van 30–31 januari 2025. Deze leden stellen hierover nog enkele vragen.
De leden van de VVD-fractie vragen welke elementen van de huidige EU interne veiligheidsstrategie
de komende tijd echt verbetering behoeven volgens de Minister. Deelt de Minister de
mening dat veel meer zal moeten worden ingezet op het oplossen van knelpunten rondom
het uitwisselen van gegevens met het oog op de bestrijding en het voorkomen van georganiseerde
criminaliteit? Ook vragen deze leden welke nieuwe accenten de Minister zou willen
zien in de EU interne veiligheidsstrategie die op 26 maart 2025 wordt verwacht.
De leden van de VVD-fractie vragen naar aanleiding van de conclusie van het Voorzitterschap
tijdens de JBZ-raad van december 2024 dat er «meer werk nodig is voordat een akkoord
kan worden gesloten» over de CSAM-verordening, op welke termijn dit werk wordt afgerond
en op welke termijn een nieuw tekstvoorstel op tafel kan worden gelegd. Ook vragen
deze leden of de Minister bereid is een aanvullend BNC-fiche op te stellen over een
eventueel gewijzigd voorstel voor de CSAM-verordening als de teksten beschikbaar zijn.
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
De leden van de NSC-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde
agenda voor de informele JBZ-Raad van 30–31 januari 2025. Deze leden hebben hierover
nog enkele vragen.
De leden van de NSC-fractie hebben kennisgenomen van het feit dat de Europese Commissie
in 2025 een nieuwe EU interne veiligheidsstrategie zal presenteren en dat het voorstel
met de nieuwe accenten die voor de strategie zullen worden voorgesteld, naar verwachting
op 26 maart 2025 wordt gepubliceerd. Deze leden hebben in de geannoteerde agenda gelezen
dat de Minister zich ervoor zal inspannen om een aantal thema’s een plek te laten
krijgen in deze nieuwe strategie. Dat geldt onder andere voor het verder weerbaar
maken van logistieke knooppunten tegen drugscriminaliteit, het tegengaan van corruptie,
het verstoren van criminele geldstromen, preventie en de aanpak van cybercriminaliteit.
Kan de Minister concreter aangeven wat hij op deze onderwerpen voor nieuwe accenten
zou willen leggen ten opzichte van de huidige EU interne veiligheidsstrategie 2020–2025?
De leden van de NSC-fractie hebben kennisgenomen van het rapport van Niinistö over
het versterken van de weerbaarheid van de EU en haar lidstaten. Niinistö stelt hierin:
«The EU needs to adopt a robust all-hazards, whole-of-government and whole-of-society
approach to its civilian and military preparedness and readiness [...] to ensure that
the EU and its Member States can continue to function under all circumstances. This
requires a collective capacity to effectively anticipate, prevent, withstand or respond
to any type of major shock or crisis with cross-sectoral and cross-border implications
and the potential to threaten the Union as a whole». In het rapport worden meerdere
aanbevelingen gedaan, ook buiten het justitieterrein. Deze leden hebben gezien dat
de Minister een voorlopige appreciatie heeft gegeven over het rapport, maar nog met
een uitgebreide reactie zal komen. Wanneer verwacht de Minister dat deze reactie met
de Kamer wordt gedeeld en kan de Minister alvast op hoofdlijnen aangeven wat de implicaties
van het rapport zullen zijn voor het justitieterrein en of hij op dit terrein met
concrete voorstellen gaat komen die gebaseerd zijn op de aanbevelingen uit het rapport?
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben de geannoteerde agenda van de JBZ-Raad van 30 en
31 januari gelezen. Deze leden hebben hierover nog een aantal vragen.
De leden van de SP-fractie constateren dat er zal worden gesproken over de civiele
weerbaarheid naar aanleiding van een rapport van de Europese Commissie vorig jaar.
Te lezen valt dat er gaat worden gewerkt aan civiel-militaire samenwerking en de inzet
op versterking van weerbaarheid en crisisbeheersing op EU-niveau. Kan de Minister
aangeven wat wordt bedoeld met civiel-militaire samenwerking? Op welke punten ziet
de minsiter met name verbeterpunten in de civiele weerbaarheid en wat heeft prioriteit
in Nederland volgens de Minister? Wat is de precieze rol geweest van de Defensie-industrie
in de Europese Unie bij het maken van dit rapport en de verdere uitvoering?
De leden van de SP-fractie lezen dat Nederland het voortouw gaat nemen door een ontbijtsessie
te organiseren van de kopgroep terrorismebestrijding, Tijdens deze bijeenkomst spreekt
met Nederland met acht andere landen en de EU Contraterrorismecoördinator over de
recente ontwikkelingen in Syrië en de implicaties daarvan op de interne veiligheid
van de EU en op contraterrorisme. Waarom initieert Nederland dit gesprek? Waarom wordt
slechts met acht andere landen over gesproken? Kan de Minister aangeven welke implicaties
hij ziet voor de veiligheid gezien de ontwikkelingen in Syrië?
De leden van de SP-fractie zien dat er gesproken zal worden over een nieuwe EU-Interne
Veiligheidsstrategie die in 2025 gepresenteerd wordt. Deze JBZ-Raad geeft de lidstaten
de gelegenheid hierover van gedachten te wisselen en prioriteiten en boodschappen
mee te geven. Deze leden vinden het positief om te zien dat Nederland in EU-verband
aandacht blijft vragen voor het gebruik van zwaar vuurwerk als explosief, met als
inzet de punten uit de non-paper. Kan de Minister meer uitwijden over de positie van
andere landen hierin? Welke landen zijn momenteel aangesloten? Voor welke landen geeft
dit non-paper momenteel de meeste frictie? Denkt de Minister ook na over bilaterale
gesprekken met omringende lidstaten zoals Duitsland en België over het aanbod van
zwaar explosief vuurwerk?
De leden van de SP-fractie lezen daarnaast dat Nederland graag wil praten over de
bescherming van de economische veiligheid als een belangrijk thema. De Minister zet
in op het aanjagen van de Europese strategie op economische veiligheid. Wat definieert
de Minister als economische veiligheid? Kan de Minister een beeld geven van maatregelen
die zouden moeten worden genomen voor meer economische veiligheid?
De leden van de SP-fractie zien dat op het terrein van civielrecht het kabinet de
inzet steunt om de samenwerking verder te verbeteren, waarin er een focus is op het
versterken van de interne markt en de kapitaalmarktunie. De Minister geeft aan dat
dit kan door het wegnemen van barrières binnen de interne markt met name daar waar
obstakels bestaan op het terrein van het ondernemingsrecht, faillissementsrecht of
jaarverslaggeving. Wat bedoelt de Minister hiermee? Zou er niet een reden kunnen zijn
dat deze obstakels bestaan zodat niet alles in hoog tempo richting een kapitaalmarktunie
beweegt? Vindt deze Minister dat de mogelijkheden om te werken binnen een kapitaalmarktunie
geen grenzen zou moeten kennen?
II Reactie van de Minister
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J. Pool, voorzitter van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid -
Mede ondertekenaar
I. van Tilburg, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.