Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over o.a. de geannoteerde agenda Milieuraad d.d. 17 december 2024 te Brussel (Kamerstuk 21501-08-969)
2024D47779 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat hebben verschillende fracties
de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Staatssecretaris van Infrastructuur
en Waterstaat over de geannoteerde agenda van de Milieuraad op 17 december 2024 te
Brussel (Kamerstuk 21 501-08, nr. 969) en het verslag van de Milieuraad van 14 oktober 2024 (Kamerstuk 21 501-08, nr. 966)
De voorzitter van de commissie,
Peter de Groot
Adjunct-griffier van de commissie,
Wiendels
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Inhoudsopgave
Inleiding
PVV-fractie
GroenLinks-PvdA-fractie
VVD-fractie
NSC-fractie
D66-fractie
Partij voor de Dieren-fractie
Inleiding
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de stukken voor dit schriftelijk
overleg en hebben een aantal vragen en opmerkingen.
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de
geannoteerde agenda voor de Milieuraad op 17 december en hebben hierover enkele vragen.
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de
Milieuraad op 17 december en hebben daarover nog enkele vragen.
De leden van de NSC-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde
agenda en hebben daarover nog een aantal vragen.
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de geannoteerde
agenda van de Milieuraad en hebben daarover nog enkele opmerkingen.
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen
van de geannoteerde agenda van de Milieuraad van 17 december 2024. Zij hebben hierover
nog enkele vragen.
PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie nemen kennis van de agenda, maar vragen tegelijkertijd
ook of de Staatssecretaris rekening houdt met de principes realisme, haalbaar en betaalbaar.
De leden van de PVV-fractie wijzen erop dat de Staatssecretaris ook goed in acht neemt
dat er geen nieuwe nationale koppen op Europees beleid komen en kijkt naar welke andere
bestaande nationale koppen kunnen worden geschrapt in lijn met het Hoofdlijnenakkoord.
De leden van de PVV-fractie vragen hoe de sterke ambitie van de Staatssecretaris ten
aanzien van circulariteit rijmt met het huidige tijdperk waarbij het toepassen van
gerecycled plastic onder druk staat.
De leden van de PVV-fractie vragen hoe de Staatssecretaris de uitvoering voor zich
ziet met betrekking tot de verbreding van het UPV-systeem (uitgebreide producentenverantwoordelijkheid),
met name gericht op aanhangwagens (omdat veel wagens van deze categorie niet zijn
voorzien van een kenteken).
De leden van de PVV-fractie vragen tevens wat het mechanisme voor kosten van het afvalbeheer
van nieuwe categorieën in de praktijk wordt uitgevoerd. Mede gezien het feit dat dit
omschreven staat als «een uitdaging in de uitvoering». Wellicht ten overvloede: rekening
houdend met de principes realisme, haalbaar en betaalbaar.
De leden van de PVV-fractie vragen de Staatssecretaris om meer informatie betreffende
de maatregelen om te voorkomen dat voertuigen (illegaal) geëxporteerd worden als die
niet rijwaardig zijn en als afval (voertuigwrak) bestempeld zijn, waarbij negatieve
milieueffecten worden afgewenteld op derde landen. Dit in relatie tot het feit dat
de Staatssecretaris daarbij oog voor de handelspolitieke aspecten van het voorstel
en de impact hiervan op derde landen houdt. Hoe ziet hij de uitvoering hiervan?
De leden van de PVV-fractie vragen waarom de Staatssecretaris streeft op diverse onderwerpen
naar een hoger ambitieniveau (in andere woorden: zijn dit verborgen koppen).
De leden van de PVV-fractie vragen of er voldoende rekening wordt gehouden met kleine
ondernemingen (lastendruk) bij de regelgeving voor microplastics.
De leden van de PVV-fractie vragen met betrekking tot de drempelwaarde (microplastics)
waarom er na de evaluatie zo nodig naar beneden bijgesteld moet gaan worden.
De leden van de PVV-fractie vragen met betrekking tot het Klimaatdoel 20240 of de
Staatssecretaris zich inzet voor een tussendoel dat haalbaar is. Ook hier ontbreekt
weer haalbaarheid, betaalbaarheid en realisme. Hoe ziet de Staatssecretaris dit en
dan met name als het gaat om de netcongestie?
De leden van de PVV-fractie vragen met betrekking tot de indicatie van het krachtenveld
of Nederland ook behoort tot een grote groep lidstaten die steun heeft uitgesproken
voor een ambitieuze reductiedoelstelling van netto 90% te.
De leden van de PVV-fractie nemen kennis van het feit dat Nederland een gezamenlijke
verklaring heeft ondertekend om wind op zee ambities te realiseren. In hoeverre houdt
de Staatssecretaris rekening met ruimte voor de visserij in plaats van onze Noordzee
vol te bouwen met windturbines zoals afgesproken in het Hoofdlijnenakkoord?
De leden van de PVV-fractie lezen dat er wat afgereisd wordt in naam van de Milieuraad
en/of onder het mom van klimaat en milieu. Zo zijn er onder andere bezoeken afgelegd
aan, of staan nog in de planning, naar Azerbeidzjan, Colombia en Zuid-Korea. Toegevoegd
aan deze agenda zijn geplande bezoeken aan Saudi-Arabië, Thailand, Namibië en Slovenië.
Er zou aandacht aan worden besteed om dit soort bezoeken centraal al dan niet digitaal
te voeren in de toekomst, ook gezien de ecologische voetafdruk. Waarom is dit nog
niet gedaan?
De leden van de PVV-fractie vragen met betrekking tot de consultatiereactie van Nederland
op de evaluatie NEC-richtlijn of het verstandig is om de uitstoot van luchtverontreinigde
stoffen alleen binnen de EU te verminderen. Zetten wij, gezien de huidige opstelling
vanuit diezelfde EU om Europa zelfvoorzienend te maken, ons hiermee niet op achterstand
ten opzichte van landen buiten Europa?
GroenLinks-PvdA-fractie
Circulaire voertuigen
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie zijn het in grote lijnen eens met het voorstel
voor circulaire voertuigen en de lijn van de Staatssecretaris hierop, maar denken
dat het voorstel op enkele vlakken nog kan worden aangescherpt. Deze leden zijn van
mening dat er een verplicht oplopend percentage groen staal en aluminium in de bouw
van nieuwe auto’s in het voorstel moet worden opgenomen. Dat geeft zekerheid over
de vraag naar groen staal en kan de transitie van de staalsector aanjagen. Ten tweede
zijn deze leden van mening dat het voorgestelde Circular Vehicle Passport meer informatie zou moeten bevatten, zoals materiaalsamenstelling (inclusief aandeel
gerecyclede inhoud per materiaal) en de CO2-voetafdruk. Ten derde vinden deze leden dat er te weinig gebeurt om afgedankte voertuigen
in te zamelen. Daarom denken zij dat de inzameling kan worden verbeterd als er nieuwe
financiële prikkels voor eigenaren worden ingevoerd om hun afgedankte voertuigen naar
een erkende verwerker te brengen, zodat kostbare materialen niet verloren gaan, bijvoorbeeld
via een retourpremie of statiegeldregeling. Kan de Staatssecretaris zich vinden in
elk van deze aanscherpingen en is hij bereid om zich daar tijdens de Milieuraad hard
voor te maken?
Microplastics
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben met veel interesse kennisgenomen van
het voorstel ter voorkoming van pelletverlies om microplasticvervuiling te verminderen.
Plastic pellets, ook wel nurdles, zijn één van de voornaamste oorzaken van microplasticvervuiling en betere regelgeving
is erg belangrijk. Deze leden vinden het goed dat de Staatssecretaris wil pleiten
voor een hoger ambitieniveau, maar hebben hierbij nog een aantal toevoegingen. Het
huidige voorstel laat de zeetransport van plastic pellets grotendeels buiten beschouwing,
terwijl dit een belangrijke oorzaak is van pelletvervuiling. Zo zouden er verplichtingen
moeten zijn rond het veilig vervoer van pellets om risico’s bij extreem weer te voorkomen,
zoals de toepassing van goede verpakkingen en verplicht onderdeks vervoer. Er moet
een protocol zijn voor reders, zodat zij direct kunnen ingrijpen wanneer er toch lekkages
op zee zijn. Tevens zijn de leden van mening dat er sancties moeten zijn bij nalatigheid.
Gaat de Staatssecretaris zich inzetten voor verplichte maatregelen voor maritiem vervoer?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie zijn ook van mening dat er onvoldoende maatregelen
worden genomen om de verantwoordelijkheid van de producenten vast te leggen. In het
huidige voorstel blijft dat beperkt tot preventieve maatregelen tegen lekkages in
fabrieken. Gaat de Staatssecretaris zich ervoor inzetten dat er ook in het voorstel
wordt opgenomen dat er verplichte trainingen komen voor personeel dat met pellets
werkt, zodat zij effectief pelletvervuiling kunnen aanpakken? En gaat de Staatssecretaris
zich er tevens voor inzetten dat er lekkageprotocollen komen?
Klimaatdoel 2040
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen over het Europese klimaatdoel voor 2040
dat «een grote groep lidstaten steun heeft uitgesproken voor een ambitieus doel, waarbij
een aantal lidstaten expliciet een reductiedoelstelling van netto 90% heeft omarmd».
Hoort Nederland bij deze groep lidstaten? Pleit de Staatssecretaris in Brussel expliciet
voor het vastleggen van een reductiedoelstelling van 90% of hoger en probeert de Staatssecretaris
hier ook andere lidstaten op mee te krijgen? Waarom wel of niet? Zoals aangegeven
in de geannoteerde agenda is tijdige besluitvorming over het 2040-tussendoel ook van
belang voor de COP30. Gaat de Staatssecretaris er in de Milieuraad op aandringen dat
de Europese Klimaatwet ook echt begin 2025 wordt afgerond?
De leden van de fractie van GroenLinks-PvdA vragen al langere tijd aandacht voor het
fors verbeteren van het Europese treinnetwerk. Deze leden constateren dat zowel de
EU als veel lidstaten – waaronder Nederland – vaak mooie intenties uitspreken, maar
dat er nog weinig daden zichtbaar zijn op dit vlak. Deze leden vragen de Staatssecretaris
in het kader van het behalen van het klimaatdoel veel steviger in te zetten op het
fors verbeteren van het Europese treinnetwerk. Welke concrete doelen wil hij in EU-verband
afspreken en welk tijdpad ziet de Staatssecretaris hierbij? En op welke manier vormt
Nederland een kopgroep met andere EU-lidstaten om dit op korte termijn concreet te
bevorderen?
PFAS
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben onlangs met blijdschap kennisgenomen
van het feit dat de Staatssecretaris eindelijk heeft besloten om in Nederland alle
PFAS te gaan classificeren als zeer zorgwekkende stof (ZZS) en dat daarmee voor al
deze stoffen een minimalisatieplicht gaat gelden. De directe aanleiding voor dit besluit
was het feit dat PFAS recent als prioritaire stof is opgenomen in het OSPAR-verdrag
en het verdrag als rechtsbasis dient. Ook andere EU-landen en de EU zelf zijn lid
van dit verdrag. Kan de Staatssecretaris aangeven of ook andere lidstaten deze stap
aan het zetten zijn? En zo niet, kan de Staatssecretaris er in gesprekken met EU-landen
en in EU-verband op aandringen dat ook andere landen tot dergelijke actie over gaan?
En als laatste, kan de Staatssecretaris toelichten welke rol de EU hier zelf, als
lid van het verdrag, kan spelen?
VVD-fractie
Circulaire voertuigen
De leden van de VVD-fractie staan achter de Nederlandse inzet. Echter maken zij zich
zorgen over de import van Chinese voertuigen die niet voldoen aan de circulariteitseisen.
Deze Chinese producten kunnen de overhand nemen op onze markt. Kan de Staatssecretaris
ervoor waken dat naar Europa geïmporteerde voertuigen aan dezelfde circulariteitseisen
voldoen als waar Europese producenten aan moeten voldoen? Daarnaast benadrukken deze
leden dat het belangrijk is dat er een gelijk speelveld is om ongeregeldheden bij
import/export van autowrakken te voorkomen.
Klimaatdoel 2040
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de Nederlandse inzet ten aanzien
van een tussendoel voor 2040. Deze leden zijn benieuwd welke lidstaten nog positie
moeten bepalen en welke lidstaten hebben aangeven dat ze het tussendoel niet kunnen
steunen. Daarnaast vinden deze leden het positief om te lezen dat de Staatssecretaris
pleit voor een stevig uitvoeringspakket. Is hiervoor (voldoende) steun vanuit andere
lidstaten? Wanneer verwacht de Staatssecretaris dat er meer duidelijkheid zal zijn
over of het uitvoeringspakket er komt? Welke mogelijke obstakels ziet hij specifiek
voor het Nederlandse doel, die moeten worden overwonnen? Daarnaast zijn deze leden
benieuwd wat de impact van het tussendoel voor Nederland zal zijn, is hier al meer
over bekend? Wanneer wordt inzichtelijk gemaakt wat de gevolgen van de 90%-doelstelling
voor Nederland zijn?
Terugkoppeling recente internationale bijeenkomsten
De leden van de VVD-fractie vragen of er ook een terugkoppeling komt van de internationale
conferentie over plastics, de Intergouvernementeel Onderhandelingscomité van de VN
(INC-5), onlangs gehouden in Busan, Zuid-Korea.
NSC-fractie
De leden van de NSC-fractie vragen hoe de Staatssecretaris de uitkomsten van de onderhandelingen
bij de VN-top over plasticvervuiling in Busan beoordeelt. Specifiek vragen deze leden
ook naar wat dit betekent voor de Europese concurrentiepositie, de Nederlandse recyclebedrijven
in het bijzonder en voor de circulaire economie.
De leden van de NSC-fractie zijn benieuwd naar de lopende trilogen rondom de herziening
van de Kaderrichtlijn Water. Wat is de huidige stand van zaken en welke uitkomst verwacht
de Minister? Voorts vragen deze leden of de Staatssecretaris een schriftelijke appreciatie
kan geven ná afronding van deze en andere lopende triologen (de herziening Kaderrichtlijn
water, herziening Kaderrichtlijn afval, richtlijn bodemmonitoring en de Green Claims
richtlijn)?
De leden van de NSC-fractie lezen dat er bij de Milieuraad van gedachten gewisseld
zal worden over de vraag of het klimaatdoel voor 2040 op 90% CO2-reductie ten opzichte van 1990 gesteld zou moeten worden. Deze leden vragen de Staatssecretaris
om bij het gezamenlijk vastleggen van dit doel niet alleen de haalbaarheid van de
Europese doelen in ogenschouw te nemen, maar ook rekening te houden met het feit dat
er in Nederland nog klimaatbeleid op de plank ligt dat nog uitgevoerd moet worden,
dat er uitdagingen zijn op het gebied van de betaalbaarheid van de energietransitie
(energieprijzen en tarieven warmtenetten) voor lage en middeninkomen huishoudens en
kleine bedrijven, en dat de energietransitie in Nederland wordt afgeremd door de problemen
rond netcongestie.
De leden van de NSC-fractie lezen dat de Staatssecretaris voornemens is om voor juli
2025 een aanvraag te doen voor het EU Sociaal Klimaatfonds, waaruit uitkeringen gedaan
zullen kunnen worden ter bestrijding van energiearmoede en vervoersarmoede. Deze leden
vragen de Staatssecretaris of hij de aanvraag voor het EU Sociaal Klimaatfonds specifiek
zal onderbouwen met een plan om in Nederland vervoersarmoede in de regio tegen te
gaan.
Tenslotte vragen de leden van de NSC-fractie de Staatssecretaris om de terugkoppeling
door het voorzitterschap over de op de agenda genoemde internationale bijeenkomsten
op korte termijn na de Milieuraad in een kabinetsbrief aan de Kamer te doen toekomen.
D66-fractie
De leden van de D66-fractie onderschrijven het belang van een Europees klimaatdoel
voor 2040 en steunen de inzet van de Europese Commissie om dit doel op 90% reductie
vast te stellen. Zij vragen de Staatssecretaris om toe te zeggen bij de Milieuraad
duidelijk te maken dat Nederland achter de inzet van de Commissie staat en geen steun
te bieden aan lidstaten die de inzet van de Commissie ter discussie stellen.
Partij voor de Dieren-fractie
Verordening circulaire voertuigen
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie constateren dat de Staatssecretaris
onvoldoende aandacht besteedt aan de zorgwekkende trend van steeds grotere, zwaardere
en materiaalintensievere voertuigen. In voertuigen worden veel kostbare materialen
gebruikt, waarvoor Europa volledig afhankelijk is van andere landen. Deze leden vragen
of de Staatssecretaris niet wegkijkt voor deze ontwikkeling, die haaks staat op het
streven naar een circulaire economie, efficiënt materiaalgebruik en strategische autonomie.
Wat doet de Staatssecretaris eraan om deze trend tegen te gaan? Is de Staatssecretaris
het met deze leden eens dat het het meest circulair is om minder materiaal te gebruiken?
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie constateren dat bij de inzet van Nederland
enkel wordt gesproken over ontwerpeisen ten behoeve van reparatie en hergebruik en
dat de focus ligt op recycling en recyclaatdoelstellingen. Waarom wordt bij de inzet
van Nederland niet gesproken over bijvoorbeeld een maximum aan de lengte, breedte
en hoogte van voertuigen om kostbaar materiaal te besparen? Ziet de Staatssecretaris
het als een prioriteit om in het verdrag te pleiten voor het verminderen van het gebruik
aan materialen voor circulaire voertuigen? Deze leden van vragen hoe minder materiaalgebruik
het best zou kunnen worden toegepast in de verordening, en wat de Staatssecretaris
concreet heeft gedaan, of gaat doen, om dit voor elkaar te krijgen.
Biodiversiteitstop Cali
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie vragen allereerst of de Staatssecretaris
de biodiversiteitscrisis wel erkent, aangezien hij de top helemaal niet serieus heeft
genomen. Er is niet voldaan aan de deadline voor de National Biodiversity Strategies
and Action Plans (NBSAP) en er zijn geen bewindspersonen naar de top gegaan. Deze
leden vragen ook hoe de Staatssecretaris ervoor gaat zorgen dat de inzet van Nederland
volgende keer wel wordt afgestemd met de Kamer in plaats van alleen te worden toegestuurd.
Daarnaast vragen deze leden zich af hoe Nederland zich in de EU gaat inzetten om voor
de COP17 wel geld voor het biodiversiteitsfonds vrij te maken.
Klimaat COP
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie constateren dat Minister Hermans tijdens
de COP29 een opdracht had om een speerpunt te maken van de ontwikkeling van een tijdgebonden
afbouwpad van fossiele subsidies en hier ook in EU-verband invulling aan te geven.
Er zijn maar drie landen bij deze zogenaamde Coalition on Fossil Fuel Incentives and
Subsidies (COFFIS) gekomen, en verder is er vrijwel niets bereikt. Deze coalitie gaf
geen overzicht van de voordelen die zijn afgeschaft en om hoeveel geld het daarbij
gaat, geen enkele transparantie en geen echte stappen. Deze leden vragen hoe het kan
het dat er zo weinig noodzakelijke vooruitgang is geboekt. Welke lessen trekt de Staatssecretaris
uit dit falen?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P.C. (Peter) de Groot, voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
N. Wiendels, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.