Advies Afdeling advisering Raad van State en Nader rapport : Advies Afdeling advisering Raad van State en Nader rapport
36 623 Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Vorstendom Andorra tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen en het voorkomen van het ontduiken en ontwijken van belasting; Marrakesh, 12 oktober 2023
B/ Nr. 2
ADVIES AFDELING ADVISERING RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT
Hieronder zijn opgenomen het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
d.d. 31 januari 2024 en het nader rapport d.d. 3 september 2024, aangeboden aan de
Koning door de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Staatssecretaris van
Financiën. Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State is cursief
afgedrukt.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 29 november 2023, no. 2023002811,
machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake
het bovenvermelde verdrag rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd
31 januari 2024, nr. W02.23.00353/II, bied ik U hierbij aan.
De tekst van het advies treft u hieronder aan, voorzien van mijn reactie.
Bij Kabinetsmissive van 29 november 2023, no.2023002811, heeft Uwe Majesteit, op voordracht
van de Minister van Buitenlandse Zaken mede namens de Staatssecretaris Fiscaliteit
en Belastingdienst, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging
aanhangig gemaakt het verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Vorstendom
Andorra tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot belastingen naar
het inkomen en naar het vermogen en het voorkomen van het ontduiken en ontwijken van
belasting; Marrakesh, 12 oktober 2023 (Trb. 2023, 128), met toelichtende nota.
Het verdrag met protocol bevat afspraken om dubbele belasting met betrekking tot belastingen
naar het inkomen en naar het vermogen te vermijden en om het ontduiken en ontwijken
van belasting te voorkomen.
De Afdeling advisering van de Raad van State adviseert in de toelichtende nota aandacht
te besteden aan het onder het toepassingsbereik van het verdrag vallen van de Wet
minimumbelasting 2024 en aan het informeren van Andorra over de minimumbelasting.
In verband hiermee is aanpassing wenselijk van de toelichting.
Het verdrag met protocol is op 12 oktober 2023 ondertekend. Het verdrag bevat een
opsomming van de op het moment van ondertekening van kracht zijnde Nederlandse en
Andorrese belastingen waarop het verdrag van toepassing is. Het verdrag is ook van
toepassing op alle gelijke of in wezen gelijksoortige belastingen die na ondertekening
van het verdrag naast of in de plaats van de opgesomde belastingen worden geheven.1 Andorra en Nederland dienen elkaar in kennis te stellen (te notificeren) van alle
wezenlijke wijzigingen in hun nationale belastingwetgeving.2
De toelichtende nota besteedt geen aandacht aan de per 1 januari 2024 ingevoerde Wet minimumbelasting
2024. Uit de toelichtende nota blijkt daarom niet of de minimumbelasting een gelijke
of in wezen gelijksoortige belasting is en of Nederland hiervan een mededeling aan
Andorra zal doen.
Uit eerdere Kamerstukken is op te maken dat de regering de minimumbelasting aanmerkt
als belasting die valt onder het toepassingsbereik van reeds in werking getreden verdragen.3 Ook is hieruit op te maken dat de regering ervan uitgaat dat verdragspartijen via
OESO-updates inzake de implementatie van de Pijler 2-regels op de hoogte raken van
de invoering van de minimumbelasting in Nederland en de regering afzonderlijke notificatie
daarom niet van toegevoegde waarde vindt.
Het nu voorliggende verdrag is het eerste belastingverdrag dat na inwerkingtreding
van de Wet minimumbelasting 2024 moet worden geratificeerd. Los van een standpunt
dat de regering inneemt over notificatie bij reeds in werking getreden verdragen,
roept dit de vraag op of de fase waarin dit verdrag zich bevindt niet om een eigen
afweging over notificatie vraagt.4 Ook om die reden is aanvulling van de toelichting wenselijk.
De Afdeling adviseert in de toelichtende nota aandacht te besteden aan de minimumbelasting
en aan het informeren van Andorra over deze belasting.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft een aantal opmerkingen bij het
verdrag en adviseert daarmee rekening te houden voordat het verdrag aan de beide Kamers
der Staten-Generaal wordt overlegd.
De Vice-President van de Raad van State,
Th.C. de Graaf
Naar aanleiding van dit advies is in de toelichtende nota in onderdeel II. Artikelsgewijze toelichting onder II.2. Belastingen waarop het Verdrag van toepassing is opgenomen dat het verdrag van toepassing is op de Wet minimumbelasting 2024. Voorts
is opgenomen dat de regering het doen van een mededeling aan Andorra hieromtrent op
grond van artikel 2, vierde lid, van het verdrag niet noodzakelijk acht, omdat Andorra
als lid van het OESO/Inclusive Framework op de hoogte is van invoering van dergelijke wetten door leden daarvan.
Ik verzoek U, mede namens de Staatssecretaris van Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst,
mij te machtigen gevolg te geven aan mijn voornemen het verdrag vergezeld van de gewijzigde
toelichtende nota ter stilzwijgende goedkeuring over te leggen aan de Eerste en aan
de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
C.C.J. Veldkamp
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Th.C. de Graaf, vicepresident van de Raad van State -
Mede ondertekenaar
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.