Voorstel van wet : Voorstel van wet
36 503 Wijziging van de Warenwet en de Tabaks- en rookwarenwet in verband met aanpassingen overwegend ter verbetering van toezicht en handhaving en aanpassingen van technische aard
ARTIKEL I
ARTIKEL II
ARTIKEL III
ARTIKEL IV
Nr. 2 VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo, Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een meldplicht in te
voeren voor bedrijven die rauwe melk of rauwe room produceren voor rechtstreekse menselijke
consumptie, de bevoegdheid te regelen tot invordering bij dwangbevel van de kosten
die gemaakt worden voor keurings- en controlewerkzaamheden, de verruiming van het
aanprijzingsverbod voor tatoeages en piercings en andere aanpassingen door te voeren
ter verduidelijking en verbetering van enkele voorschriften van de Warenwet en de
Tabaks- en rookwarenwet;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Warenwet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt na «te vervoeren,» ingevoegd «te verhandelen».
2. Het eerste lid, onderdeel c, komt te luiden:
c. voordat Onze Minister of een bij de maatregel aangewezen andere minister dan onze
Minister of ander bestuursorgaan op de hoogte is gesteld van bij de maatregel aangewezen
gegevens betreffende de samenstelling of verhandeling van de waar.
B
Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. De bij algemene maatregel van bestuur gestelde regels, bedoeld in het eerste lid,
kunnen bij ministeriële regeling worden gewijzigd in verband met aanpassingen van
verwijzingen naar bindende EU-rechtshandelingen of onderdelen daarvan, voor zover
de aanpassingen niet inhoudelijk van aard zijn.
C
Artikel 13b wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In de aanhef wordt «degene» vervangen door «degene of degenen».
b. In onderdeel b wordt «keuring of controle van waren» vervangen door «keuringen, controles
of maatregelen».
c. Aan onderdeel c wordt toegevoegd «indien die wordt voorgeschreven door een bindend
besluit van de Europese Unie».
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Onze Minister kan de bedragen ter vergoeding van de kosten, bedoeld in het eerste
lid, invorderen bij dwangbevel.
D
Artikel 18a wordt als volgt gewijzigd:
1. Het tweede lid komt te luiden:
2. Onze Minister wijst bij regeling normen aan die Europese normen omzetten waarvan
de referenties door de Europese Commissie bekend zijn gemaakt in het Publicatieblad
van de Europese Unie.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Onze Minister kan bij regeling andere dan de in het tweede lid bedoelde normen aanwijzen.
E
Artikel 24 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c
door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende:
d. eisen inzake de deskundigheid van personen die tatoeage- of piercingmateriaal gebruiken.
2. Het vijfde lid komt te luiden:
5. Het aanprijzen van het aanbrengen van een tatoeage of piercing is verboden, tenzij:
a. het aanprijzen in overeenstemming is met de regels gesteld bij of krachtens deze wet
voor het aanbrengen van een tatoeage of piercing; en
b. de natuurlijke persoon of de rechtspersoon ten behoeve van wie het aanprijzen plaatsvindt,
beschikt over een geldige vergunning, indien krachtens deze wet voor het gebruik van
tatoeage- of piercingmateriaal een vergunning noodzakelijk is.
F
Artikel 32 komt te luiden:
Artikel 32
Onze Minister is bevoegd tot oplegging van een last onder bestuursdwang ter handhaving
van het bepaalde bij of krachtens deze wet.
G
In artikel 32a, derde lid, aanhef, vervalt «voor de overtreding op basis van de Wet
op de economische delicten een hogere geldboete kan worden opgelegd dan de in de bijlage
ter zake van de overtreding voorziene bestuurlijke boete, en».
H
Artikel 33 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt «degene» vervangen door «degene of degenen».
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Onze Minister kan de bedragen ter vergoeding van de kosten, bedoeld in het eerste
lid, invorderen bij dwangbevel.
ARTIKEL II
De Tabaks- en rookwarenwet wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 9a, eerste lid, wordt na «binnenlandse verkoop op afstand of grensoverschrijdende
verkoop op afstand van tabaksproducten en aanverwante producten aan consumenten» ingevoegd
«of het voor binnenlandse verkoop op afstand of grensoverschrijdende verkoop op afstand
aanbieden van tabaksproducten en aanverwante producten aan consumenten».
B
Aan artikel 19 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Onze Minister kan de bedragen ter vergoeding van de kosten, bedoeld in het eerste
lid, invorderen bij dwangbevel.
ARTIKEL III
De Verzamelwet VWS 2018 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel I, onderdeel F, komt te luiden:
F
Na artikel 12 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 12a
1. Degene die waren anders dan in doorvoer buiten Nederland wil brengen, kan Onze Minister
verzoeken een verklaring af te geven in verband met door landen van bestemming gestelde
eisen.
2. Onze Minister kan omtrent de uitvoering van de afgifte van verklaringen nadere regels
stellen met betrekking tot de inhoud van de verklaringen en de gronden waarop verklaringen
kunnen worden geweigerd. Hierbij kunnen voor verschillende categorieën tabaksproducten
en aanverwante producten verschillende regels worden gesteld.
B
Artikel II, onderdeel B, komt te luiden:
B
Na artikel 21c van de Warenwet wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 21d
1. Degene die waren anders dan in doorvoer buiten Nederland wil brengen, kan Onze Minister
verzoeken een verklaring af te geven in verband met door landen van bestemming gestelde
eisen.
2. Een verklaring als bedoeld in het eerste lid, kan in afwijking van het eerste lid
ook worden afgegeven door personen in dienst van een privaatrechtelijke rechtspersoon
aangewezen krachtens artikel 25a, derde lid, voor zover het betrekking heeft op waren
waarop deze personen toezicht houden.
3. Onze Minister kan omtrent de uitvoering van de in het eerste en tweede lid bedoelde
afgifte van verklaringen nadere regels stellen met betrekking tot de inhoud van de
verklaringen en de gronden waarop verklaringen kunnen worden geweigerd. Hierbij kunnen
voor verschillende categorieën waren verschillende regels worden gesteld.
ARTIKEL IV
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat
voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries,
autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister voor Medische Zorg,
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
PVV | 37 | Tegen |
GroenLinks-PvdA | 25 | Voor |
VVD | 24 | Voor |
NSC | 20 | Voor |
D66 | 9 | Voor |
BBB | 7 | Voor |
CDA | 5 | Voor |
SP | 5 | Voor |
ChristenUnie | 3 | Voor |
DENK | 3 | Voor |
FVD | 3 | Tegen |
PvdD | 3 | Voor |
SGP | 3 | Voor |
Volt | 2 | Voor |
JA21 | 1 | Voor |
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.