Voorstel van wet : Voorstel van rijkswet
36 374 (R2187) Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering van de Grondwet, strekkende tot invoering van de bevoegdheid van de Eerste Kamer om voorstellen van wet te wijzigen en terug te zenden aan de Tweede Kamer
ARTIKEL I
ARTIKEL II
ARTIKEL III
Nr. 2 VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat er grond bestaat een voorstel in overweging
te nemen tot verandering van de Grondwet, strekkende tot invoering van de bevoegdheid
van de Eerste Kamer om voorstellen van wet te wijzigen en terug te zenden aan de Tweede
Kamer;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut
voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk
Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Er bestaat grond het hierna in de artikelen II en III omschreven voorstel tot verandering
van de Grondwet in overweging te nemen.
ARTIKEL II
In de Grondwet worden de volgende wijzigingen aangebracht:
A
Artikel 85 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. In het eerste lid vervalt de zinsnede «, die het voorstel overweegt zoals het door
de Tweede Kamer aan haar is gezonden».
3. Er worden twee leden toegevoegd, luidende:
2. Zolang een aan de Eerste Kamer gezonden voorstel van wet niet door haar is aangenomen,
kan het door haar, op voorstel van een of meer leden, worden gewijzigd, tenzij:
a. het een voorstel van rijkswet betreft;
b. zij van oordeel is dat het een voorstel van wet betreft dat de kamers alleen met ten
minste twee derden van het aantal uitgebrachte stemmen kunnen aannemen;
c. het een voorstel van wet betreft als bedoeld in artikel 105, eerste lid;
d. het een voorstel van wet betreft dat door of vanwege de Koning is ingediend op het
in artikel 65 bedoelde tijdstip en dat noodzakelijk is voor de uitvoering van een
voorstel van wet als bedoeld in artikel 105, tweede lid.
3. Zodra de Eerste Kamer een door haar gewijzigd voorstel van wet heeft aangenomen,
zendt zij het aan de Tweede Kamer. De Tweede Kamer besluit over elk van de door de
Eerste Kamer aangebrachte wijzigingen en overweegt overigens het voorstel zoals het
door de Eerste Kamer aan haar is gezonden.
B
In artikel 86, eerste lid, wordt na «Zolang een voorstel van wet niet» ingevoegd «overeenkomstig
artikel 85».
C
In artikel 87, eerste lid, wordt na «Een voorstel wordt wet, zodra het» ingevoegd
«overeenkomstig artikel 85».
ARTIKEL III
Aan de Grondwet wordt het volgende additionele artikel toegevoegd:
Artikel VII
1. Indien een wijziging van artikel 17, vierde lid, van het Statuut voor het Koninkrijk
der Nederlanden in werking treedt die ertoe strekt te bepalen dat de Gevolmachtigde
Ministers en de bijzondere gedelegeerden niet bevoegd zijn om wijzigingen voor te
stellen in een ontwerp dat door de Eerste Kamer is teruggezonden aan de Tweede Kamer,
vervalt onderdeel a van artikel 85, tweede lid, onder verlettering van de onderdelen b
tot en met d tot a tot en met c.
2. Dit additionele artikel vervalt met ingang van de dag waarop de wijziging van het
Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden, bedoeld in het eerste lid, in werking
treedt.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad, in het Afkondigingsblad van Aruba, in
het Publicatieblad van Curaçao en in het Afkondigingsblad van Sint Maarten zal worden
geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.