Voorstel van wet : Voorstel van wet
36 270 Regels ter bevordering van de digitale weerbaarheid van bedrijven (Wet bevordering digitale weerbaarheid bedrijven)
Artikel 1 Begripsbepalingen
Artikel 2 Taken van Onze Minister
Artikel 3 Verstrekking gegevens aan Onze Minister
Artikel 4 Verstrekking van vertrouwelijke gegevens door Onze Minister
Artikel 5 (wijziging Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen)
Artikel 6 (wijziging Wet open overheid)
Artikel 7 (toepasselijkheid in Caribisch Nederland)
Artikel 8 (inwerkingtreding)
Artikel 9 (citeertitel)
Nr. 2 VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de weerbaarheid van niet-vitale
bedrijven te versterken tegen digitale dreigingen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
aanbieder:
aanbieder als bedoeld in artikel 1 van de Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen;
bedrijf:
in Nederland gevestigde natuurlijke persoon of privaatrechtelijke rechtspersoon die
bedrijfsmatige activiteiten uitvoert, niet zijnde vitale aanbieders of digitaledienstverleners
als bedoeld in artikel 1 van de Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen;
CSIRT voor digitale diensten:
CSIRT voor digitale diensten als bedoeld in artikel 1 van de Wet beveiliging netwerk-
en informatiesystemen;
incident:
incident als bedoeld in artikel 4, onder 7, van de NIB-richtlijn;
netwerk- en informatiesysteem:
netwerk- en informatiesysteem als bedoeld in artikel 4, onder 1, van de NIB-richtlijn;
NIB-richtlijn:
richtlijn (EU) 2016/1148 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 houdende
maatregelen voor een hoog gemeenschappelijk niveau van beveiliging van netwerk- en
informatiesystemen in de Unie (PbEU 2016, L 194);
Onze Minister:
Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat.
Artikel 2 Taken van Onze Minister
1. Onze Minister heeft, ter versterking van de digitale weerbaarheid van bedrijven,
de volgende taken:
a. het analyseren en het onderzoeken van gegevens over kwetsbaarheden, dreigingen en
incidenten die betrekking kunnen hebben op netwerk- en informatiesystemen van bedrijven;
b. het informeren en adviseren van bedrijven over kwetsbaarheden, dreigingen en incidenten
die betrekking kunnen hebben op hun netwerk- en informatiesystemen;
c. indien relevant het verstrekken van ingevolge onder a verkregen gegevens aan bedrijven.
2. Voorts heeft Onze Minister, ter verdere versterking van de digitale weerbaarheid
van de Nederlandse samenleving of ter voorkoming van nadelige maatschappelijke gevolgen
in en buiten Nederland, de volgende taken:
a. het stimuleren van de ontwikkeling van samenwerkingsverbanden tussen bedrijven op
het gebied van digitale weerbaarheid;
b. samenwerken met bestuursorganen en rechtspersonen op het gebied van digitale weerbaarheid;
c. het verstrekken van ingevolge het eerste lid, onder a, verkregen gegevens over dreigingen
en incidenten aan de Minister van Justitie en Veiligheid, ten behoeve van de uitvoering
van diens taken, bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Wet beveiliging netwerk-
en informatiesystemen;
d. het verstrekken van ingevolge het eerste lid, onder a, verkregen gegevens over dreigingen
en incidenten aan het CSIRT voor digitale diensten, ten behoeve van de uitvoering
van diens taken, bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Wet beveiliging netwerk-
en informatiesystemen.
Artikel 3 Verstrekking gegevens aan Onze Minister
1. Onze Minister kan een rechtspersoon of een orgaan daarvan verzoeken om gegevens te
verstrekken die noodzakelijk zijn voor de vervulling van de in artikel 2, eerste lid,
genoemde taken.
2. De rechtspersoon of het orgaan kan op grond van het eerste lid gevraagde persoonsgegevens
ook aan Onze Minister verstrekken als die verstrekking onverenigbaar is met de doeleinden
waarvoor de persoonsgegevens zijn verzameld.
Artikel 4 Verstrekking van vertrouwelijke gegevens door Onze Minister
1. Ter uitvoering van de in artikel 2, eerste en tweede lid, onder c en d, genoemde
taak verstrekt Onze Minister geen vertrouwelijke gegevens met betrekking tot een bedrijf
die hij ingevolge deze wet verkrijgt, als:
a. de geheimhouding van die gegevens onvoldoende is geborgd, of
b. onvoldoende is gewaarborgd dat zij uitsluitend worden gebruikt voor het doel waarvoor
zij worden verstrekt.
2. Ter uitvoering van de in artikel 2, tweede lid, onder c, genoemde taken kan Onze
Minister vertrouwelijke gegevens met betrekking tot een vitale aanbieder als bedoeld
in artikel 1 van de Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen of een andere aanbieder
die onderdeel is van de rijksoverheid die hij ingevolge deze wet verkrijgt, zonder
diens instemming verstrekken aan de Minister van Justitie en Veiligheid, ten behoeve
van de uitvoering van diens taken als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Wet
beveiliging netwerk- en informatiesystemen.
3. Ter uitvoering van de in artikel 2, tweede lid, onder d, genoemde taken kan Onze
Minister vertrouwelijke gegevens met betrekking tot een digitaledienstverlener als
bedoeld in artikel 1 van de Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen die hij
ingevolge deze wet verkrijgt, zonder diens instemming verstrekken aan het CSIRT voor
digitale diensten, ten behoeve van de uitvoering van diens taken als bedoeld in artikel
4, vierde lid, van de Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen.
4. De Wet open overheid is niet van toepassing op gegevens als bedoeld in het eerste
tot en met derde lid, die herleid kunnen worden tot een bedrijf of een in het tweede
of derde lid bedoelde aanbieder onderscheidenlijk digitaledienstverlener, behalve
voor zover die gegevens milieu-informatie inhouden als bedoeld in artikel 19.1a van
de Wet milieubeheer. De eerste volzin geldt ook als de gegevens bij een ander overheidsorgaan
berusten na verstrekking op grond van dit artikel.
Artikel 5 (wijziging Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen)
De Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen wordt als volgt gewijzigd:
A
Aan artikel 3, tweede lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel
d door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende:
e. Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat, ten behoeve van de uitvoering van
diens taken als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet bevordering digitale
weerbaarheid bedrijven.
B
Aan de artikelen 20, tweede lid, en 21, tweede lid, wordt onder vervanging van de
punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma telkens een onderdeel toegevoegd,
luidende:
d. Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat, ten behoeve van de uitvoering van
diens taken als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet bevordering digitale
weerbaarheid bedrijven.
Artikel 6 (wijziging Wet open overheid)
In de alfabetische rangschikking van de bijlage bij artikel 8.8 van de Wet open overheid
wordt ingevoegd: Wet bevordering digitale weerbaarheid bedrijven: artikel 4, vierde
lid.
Artikel 7 (toepasselijkheid in Caribisch Nederland)
Deze wet is mede van toepassing in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en
Saba.
Artikel 8 (inwerkingtreding)
De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan
worden vastgesteld.
Artikel 9 (citeertitel)
Deze wet wordt aangehaald als: Wet bevordering digitale weerbaarheid bedrijven.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries,
autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
PVV | 37 | Voor |
GroenLinks-PvdA | 25 | Voor |
VVD | 24 | Voor |
NSC | 20 | Voor |
D66 | 9 | Voor |
BBB | 7 | Tegen |
CDA | 5 | Voor |
SP | 5 | Tegen |
ChristenUnie | 3 | Voor |
DENK | 3 | Voor |
FVD | 3 | Voor |
PvdD | 3 | Tegen |
SGP | 3 | Voor |
Volt | 2 | Voor |
JA21 | 1 | Voor |
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.