Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden : Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden
36 250 X Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2022 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)
Nr. 3
VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 14 december 2022
De vaste commissie voor Defensie, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel
van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met
de daarop gegeven antwoorden.
De vragen zijn op 5 december 2022 voorgelegd aan de Minister en de Staatssecretaris
van Defensie. Bij brief van 9 december 2022 zijn ze door de Minister en de Staatssecretaris
van Defensie beantwoord.
Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van
het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
De voorzitter van de commissie, De Roon
De adjunct-griffier van de commissie, Goorden
1
Is het waar dat uit de najaarsnota blijkt dat de met de voorjaarsnota geplande extra
F-35's en Reapers dit jaar niet konden worden gerealiseerd? Zo nee, wat zijn dan de
feiten?
2
In welk jaar verwacht u de verplichtingen uit de voorjaarsnota 2022 voor de F-35's
en Reapers aan te kunnen gaan? Op basis van welke informatie komt u tot die verwachting
in het licht van de opgesomde hindernissen (corona, gebrekkige supply chain, personeelstekort
e.d.)?
3
Vanwaar de haast over de extra F-35's en Reapers, waarvan de bestelling niet kon worden
gerealiseerd?
6
Hoe kan het dat, ondanks het later aangaan van de verplichting voor de F-35»s en MQ-9
Reapers, de levering van deze wapensystemen niet vertraagd is?
8
Waarom is het niet gelukt de verplichting voor de verwerving van extra F-35»s en MQ-9
Reapers in 2022 aan te gaan, terwijl de Kamer daarvoor wel met spoed een incidentele
suppletoire begroting behandeld heeft?
Defensie wil graag zo snel mogelijk beschikken over de extra F-35 en MQ-9 toestellen.
Om nog mee te kunnen doen in de eerstvolgende beschikbare productieserie voor de F-35
en de productielijn voor de MQ-9 A open te houden, was het nodig om deze behoefte
uiterlijk in de zomer van 2022 kenbaar te stellen bij de Amerikaanse overheid. Defensie
had het benodigde (verplichtingen)budget voor deze projecten echter nog niet (volledig)
op de begroting staan. Dit budget is met de tweede ISB versneld verwerkt op de Defensiebegroting.
Met de ISB stelde Defensie het parlement in staat haar budgetrecht uit te voeren.
Defensie heeft na instemming van het parlement de behoefte kenbaar gesteld bij de
Amerikaanse overheid. Deze is daarna gesprekken gestart met de industrie. Inmiddels
is duidelijk dat deze onderhandelingen in 2023 zullen worden afgerond en Defensie
de verplichting dan zal aangaan. In beide gevallen is de door Defensie gewenste productieruimte
al wel gereserveerd door de producenten. Het later vastleggen van de verplichting
betekent dus niet dat de levering van de toestellen vertraagt (vanaf medio 2025 voor
de F-35 en medio 2026 voor de MQ-9 toestellen).
4
Kunt een volledig overzicht geven van de uitgaven ten behoeve van Oekraïne van het
Ministerie van Defensie voor 2022 en zo mogelijk latere jaren, daarbij wapenleveranties,
trainingsmissen en steunpakketten inbegrepen?
Het kabinet informeert uw Kamer regelmatig vertrouwelijk over leveringen aan Oekraïne.
Deze levering worden generaal gecompenseerd. In het overzicht dat het Ministerie van
Defensie vertrekt aan het Ministerie van Financiën, wordt aangegeven wat de boekwaarde
en de vervangingswaarde zijn van de leveringen. Voor een overzicht van de directe
gecommitteerde Oekraïne-uitgaven verwijst het kabinet naar bijlage 4 (Uitgavenoverzicht
Oekraïne) van de Najaarsnota.
5
Hoeveel zullen de defensie-uitgaven naar verwachting bedragen als percentage van het
BBP? Welke gevolgen heeft de vrijgave van het bedrag van € 96,1 miljoen voor de ontwikkeling
van het percentage?
Met de standen zoals ze in de 2e suppletoire begroting 2022 aan uw Kamer zijn gemeld is het verwachte bbp-percentage
voor het jaar 2022 1,40%. Na afloop van het jaar is duidelijk waar het BBP-percentage
in 2022 op uit is gekomen. Ik zal uw Kamer hierover in het Jaarverslag informeren.
7
Is in de 2e suppletoire begroting ook de verschuiving van de verplichting voor de
extra F-35»s en extra MQ-9 Reapers verwerkt? Zo ja, voor welke projecten op artikel
4 luchtmaterieel van het DMF zijn dan verplichtingen ad € 1 miljard eerder aangegaan?
Ja, in de 2e suppletoire begroting zijn de verschuivingen van de verplichtingenbudgetten voor
de extra F-35»s en extra MQ-9 Reapers verwerkt. Daarnaast heeft er een opwaartse correctie
van het verplichtingenbudget voor instandhouding van luchtmaterieel plaatsgevonden
van € 954,1 miljoen. Dit betreft het afgesloten Production Sustainment Follow on Development Memorandum of Understanding (PSFD MoU) voor de productie-, instandhoudings- en doorontwikkelingsfase voor de
F-35. De MoU was in 2021 niet als meerjarige verplichting vastgelegd waardoor de aanpassing
van het verplichtingenbudget in de begroting van 2021 niet heeft plaatsgevonden. Hierover
is de Kamer geïnformeerd in het Jaarverslag van het DMF in 2021 (Kamerstuk 36 100-K-1). De betreffende verplichting is met deze mutatie nu in de verplichtingenbegroting
van 2022 verwerkt.
9
Waarom kan de instandhouding niet volgens planning in 2022 plaats hebben?
31
Wat is de reden van de kasschuif voor instandhouding? Waarom kan de instandhouding
niet conform planning in 2022 plaatsvinden?
Met de motie Hermans heeft Defensie structureel € 300 miljoen toegewezen gekregen
om de achterstanden in het onderhoud weg te werken. De budgetten voor de instandhouding
van de (wapen)systemen, het vastgoed en de ICT zijn daarmee met € 300 miljoen verhoogd.
Dat is zeer noodzakelijk, want de achterstanden zijn omvangrijk en de materiële gereedheid
van de (wapen)systemen, het vastgoed en de ICT was verder aan het afnemen. De instandhoudingsprogramma’s
voor de komende jaren van de defensieonderdelen, met name het Marinebedrijf, het Materieellogistiek
Commando, het Logistiek Centrum Woensdrecht en DMO zijn daarmee ook uitgebreid.
Een drietal ontwikkelingen heeft de uitvoering daarvan vertraagd: personeel, logistieke
aanlevering en de oorlog in Oekraïne. In de eerste plaats blijft de arbeidsmarkt erg
gespannen, waardoor Defensie nog lastiger dan werd verwacht voldoende logistiek en
inkooppersoneel kan aannemen. Ten tweede, als gevolg van de COVID-pandemie zijn de
logistieke ketens nog altijd verstoord. Het wereldwijde handelsverkeer is ontregeld.
Vanwege de afhankelijkheid van leveranciers van elders geproduceerde onderdelen, die
geen componenten kunnen leveren (bijvoorbeeld chips) worden minder gerede producten
gemaakt. Een derde ontwikkeling is de oorlog in Oekraïne, waardoor de mondiale vraag
naar wapens, wapensystemen en munitie sterk is toegenomen. Daarom is het nu moeilijker
wapens, wapensystemen en munitie tijdig geleverd te krijgen, waaronder voor instandhouding.
De verplichtingen worden wel zoveel mogelijk aangegaan, maar de daadwerkelijke kasuitgaven
volgen later. Omdat de achterstanden toch zullen moeten ingehaald, wordt het budget
verplaatst naar de jaren, waarin het reëel is te verwachten dat de leveringen en dus
kasuitgaven zullen plaatsvinden.
10
Wat is in het licht van de ervaringen van 2022 een realistische schatting voor 2023?
16
Wat is, gezien het jaarlijks doorschuiven van grote bedragen voor investeringen en
instandhouding en de huidige marktomstandigheden, de realistische verwachting voor
2023? Zal daar ook weer sprake zijn van grote onderuitputting?
32
Wat is, gezien het jaarlijks doorschuiven van grote bedragen voor investeringen en
instandhouding en de huidige marktomstandigheden, de realistische verwachting voor
2023? Zal daar ook weer sprake zijn van grote onderuitputting?
In 2023 zal het budget van de defensiebegroting en het defensiematerieelbegrotingsfonds
(inclusief de toegevoegde eindejaarsmarge) ongeveer € 3 miljard hoger zijn dan de
€ 12,9 miljard van 2e suppletoire begroting in 2022. De verwachting voor 2023 voor wat betreft de overspannen
arbeidsmarkt, de verbroken logistieke ketens en toegenomen vraag naar wapensystemen
en munitie zal niet heel anders zijn dan de situatie in 2022. De verwachting is dan
ook, dat niet al het budget van 2023 ook in dat jaar uitgegeven kan worden. Defensie
zal vroeg in 2023 daarvan een raming maken en de uitkomst verwerken in de eerste suppletoire
begroting 2023. Defensie zal zoveel mogelijk verplichtingen aangaan, al volgen kasuitgaven
later in de tijd.
11
Hoeveel compensatie heeft Defensie uit de Europese Vredefaciliteit ontvangen en hoeveel
is toegezegd?
Tot en met 20 juli (tranche 1 en 2) 2022 heeft Nederland voor ongeveer € 172 miljoen
gedeclareerd bij de Europese Vredesfaciliteit, waarvan ruim € 145,5 miljoen is aangemerkt
als prioriteit 1. Daarvan krijgt Nederland ongeveer € 62,9 miljoen gecompenseerd.
Nederland blijft doorlopend declaraties bij EPF indienen. De hoogte van de vergoeding
is afhankelijk van het aantal ingediende declaraties van de andere landen.
12
Welk deel van de onderuitputting op de begroting van Defensie wordt ingezet ter dekking
op de Rijksbegroting?
13
Betekent dit dat de middelen die gebruikt zijn ter dekking van tegenvallers op de
Rijksbegroting ook niet meer ingezet kunnen worden door Defensie en dus niet ten goede
komen aan defensiedoelstellingen?
18
Klopt het dat er voor 1,4 miljard euro aan onderuitputting is bij Defensie? Of gaat
het om 748 miljoen euro? Klopt het dat deze onderuitputting doorrolt naar 2023 en
dus behouden blijft voor Defensie in 2023? Rolt de onderuitputting in zijn geheel
door? Zo nee, welk gedeelte? Klopt het dus dat er een uitzondering wordt gemaakt op
de eindejaarmarge-regel van 1% die doorgaat naar het volgende begrotingsjaar?
24
Kunt u nader ingaan op de vrijgave van het bedrag van € 96,1 miljoen?
Wat gebeurt er met deze middelen? Blijven ze behouden voor Defensie of vloeien ze
naar de algemene middelen?
27
Klopt het dat het in de Najaarsnota genoemde bedrag van € 748 miljoen aan onderuitputting
bij Defensie samengesteld is uit de door Defensie vrijgegeven bedragen van € 96,1
op de begroting en € 651,4 miljoen bij het DMF? Welke consequenties heeft de vrijgave
van deze onderuitputting? Wordt een deel van de onderuitputting onttrokken aan de
defensiebegroting en het DMF? Wanneer vindt hierover besluitvorming plaats binnen
het kabinet?
28
Wat betekent de «vrijgave» van het bedrag van € 96,1 miljoen? Wordt er op enigerlei
wijze bezuinigd op Defensie? Zo ja, hoe kunt u dit uitleggen aan onze bondgenoten?
Het Ministerie van Defensie heeft twee begrotingen. Dit zijn de defensiebegroting
(hoofdstuk 10) en het defensiematerieelbegrotingsfonds (hoofdstuk 66).
In de 2e suppletoire defensiebegroting worden de budgetten verlaagd, die dit jaar niet meer
tot besteding komen. Het betreft allereerst de verlaging van het budget voor de arbeidsvoorwaarden
(€ 189 miljoen) in 2022. Dit budget blijft behouden voor de defensiebegroting en is
reeds met een kasschuif aan het defensiebudget in latere begrotingsjaren toegevoegd.
Hiermee wordt het arbeidsvoorwaardenbudget in het juiste kasritme gezet.
Daarnaast is sprake van onderrealisatie op verschillende artikelen van de defensiebegroting
van in totaal € 96,1 miljoen, zie daarvoor tevens het antwoord op vraag 33 In de tweede
suppletoire defensiebegroting is de uitgavenraming hiervoor in 2022 verlaagd. Bij
Slotwet wordt de definitieve omvang van de onderrealisatie over 2022 bekend.
. Conform de begrotingsregels kunnen budgetten die niet meer in het huidige begrotingsjaar
gerealiseerd worden, worden doorgeschoven naar het volgende begrotingsjaar. Dit is
de eindejaarsmarge, waarvoor een maximum van 1% van het (gecorrigeerde) begrotingstotaal
geldt. De toevoeging van deze budgetten aan de defensiebegroting in het volgende begrotingsjaar
is onderdeel van de Voorjaarsnota.
Op het DMF is in 2022 sprake van onderrealisatie. Zo zijn in 2022 de budgetten reeds
met € 567 miljoen verlaagd en middels kasschuiven aan het DMF in latere begrotingsjaren
toegevoegd. Deze kasschuiven zijn toegelicht in de Ontwerpbegroting voor het DMF voor
2023 in tabel 1 (Belangrijkste beleidsmatige mutaties, pagina 16).
Daarnaast is sprake van onderrealisatie op verschillende artikelen van het DMF van
in totaal € 651 miljoen. In de tweede suppletoire DMF-begroting is de uitgavenraming
hiervoor in 2022 verlaagd. Bij Slotwet wordt de definitieve omvang van de mogelijke
onderrealisatie over 2022 bekend.
Omdat het DMF een begrotingsfonds betreft, dat in de Rijksbegroting is opgenomen onder
het investeringsplafond, geldt geen maximum voor de eindejaarsmarge. De onderrealisatie
in 2022 wordt op het DMF volledig doorgeschoven. De toevoeging van deze budgetten
aan het DMF in het volgende begrotingsjaar vindt plaats bij de Voorjaarsnota.
14
Hoe verklaart u het verschil tussen de € 60,9 miljoen (vervangingswaarde geleverd
materieel) met de brief van d.d. 14 november jl. waarin wordt vermeld dat er materieel
is geleverd met een vervangingswaarde van € 526 miljoen euro?
In de leveringenbrief van 14 november 2022 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de materiele
steun van Defensie aan Oekraïne. De totale vervangingswaarde daarvan bedroeg op 9 augustus
2022 in totaal € 526 miljoen. De € 60,9 miljoen genoemd in de Najaarsnota is het bedrag
dat Defensie tot dan toe in het jaar 2022 daadwerkelijk heeft uitgegeven aan die leveringen.
15
Waarom is er niet gekozen de € 96,1 miljoen onderuitputting te gebruiken om de salarissen
van de manschappen te verhogen of te gebruiken als wervingspremie?
De salarissen zijn met het recent gesloten arbeidsvoorwaardenakkoord 2021–2023 flink
verhoogd. Door de extra investering in het nieuwe loongebouw zijn de salarissen van
de manschappen naar verhouding het meest verhoogd. Daarnaast zijn voor diverse categorieën
aan schaars personeel wervingspremies ingesteld.
17
Wat zijn de operationele consequenties van het later aangaan van verplichtingen op
de verschillende projecten? Lopen de projecten nu ook vertraging op?
30
Wat zijn de operationele consequenties van de kasschuiven voor investeringen en instandhouding?
35
Wat zijn de operationele consequenties van het later aangaan van verplichtingen op
de verschillende projecten? Lopen de projecten nu ook vertraging op?
Omdat Defensie in de projectplanning rekening houdt met marges in tijd, hoeft een
beperkte vertraging in het aangaan van de verplichtingen daarbij niet per se te zorgen
voor een latere oplevering.
Als een project onverhoopt toch later dan initieel gepland opgeleverd dreigt te worden,
dan beperkt Defensie de negatieve operationele consequenties door bestaand materieel
langer in dienst te houden, al dan niet tijdelijk te verbeteren, of een interim-oplossing
te verwerven.
19
Hoe is het mogelijk dat er voor circa € 1 miljard verplichtingen versneld aangegaan
zijn in 2022? Zijn alle aanbestedingsregels hierbij gevolgd? Kan dit versneld aanbesteden
ook in de toekomst worden gedaan?
Het betreft bij artikel 4 Lucht Materieel niet versneld aangegane verplichtingen.
Zoals ook bij vraag 7 is aangegeven, betreft het hier een correctie in de verplichtingenbegroting
van 2022 voor instandhouding van luchtmaterieel voor de PSFD MoU F-35. De MoU was
in 2021 niet als meerjarige verplichting vastgelegd waardoor de aanpassing van het
verplichtingenbudget in de begroting van 2021 niet heeft plaatsgevonden. Hierover
is de Kamer geïnformeerd in het Jaarverslag van het DMF in 2021. De betreffende verplichting
is met deze actie nu correct in de verplichtingenbegroting van 2022 verwerkt.
20
Loopt door de kasschuif investeringen de verwerving van materieel vertraging op? Zo
ja, welke projecten betreft dit?
Nee. Verschillende kasschuiven die Defensie heeft doorgevoerd, en bij de afgelopen
miljoenennota aan de Kamer zijn gemeld, zijn het gevolg van betalingen die naar verwachting
later plaatsvinden. Over vrijwel de gehele breedte van het DMF hebben neerwaartse
aanpassingen van de uitgaven plaats gevonden. In het Defensie projectenoverzicht wordt
tweemaal per jaar (onder andere) gerapporteerd over afwijkingen in de planning van
de investeringsprojecten.
21
Hoeveel bedraagt de Europese Vredesfaciliteit op dit moment? Hoeveel is er al uitgegeven?
Het financiële plafond van de EPF is € 5,692 miljoen (2021–2027). Van dit bedrag is
reeds € 4,882 miljoen gecommitteerd, waaronder € 3,1 miljard steun aan de Oekraïense
strijdkrachten.
Zoals eerder aan uw Kamer gemeld, heeft de Europese Dienst Extern Optreden op verzoek
van EU lidstaten, waaronder Nederland, opties gepresenteerd voor ophoging van het
financieringsplafond (2022D52568). Het voorstel wordt besproken tijdens de Raad Buitenlandse Zaken op 12 december,
en de EDEO zet in op een politiek besluit tijdens de Europese Raad van 15-16 december.
De eerste optie is een eenmalige ophoging van € 5,5 miljard. De tweede optie is een
initiële ophoging van € 2 miljard en een finale ophoging later. De genoemde bedragen
zijn in 2018 prijzen, conform Europese begrotingssystematiek.
22
Heeft Defensie zicht op de tekorten van de microchips? Waar komt dit tekort vandaan?
Welke toeleveringsketens zijn verstoord? Hoe lang wordt verwacht dat deze tekorten
aanhouden?
De toeleveringsketens van alles waar een chip in zit, het overgrote deel van defensiematerieel,
zijn in meer of mindere mate verstoord door de grote vraag op de markt en de achterblijvende
stijging van het aanbod. Waar dit voor Defensie mogelijk is, bestelt Defensie vooruit.
De duur van de chiptekorten is van veel factoren, zoals de wereldeconomie, afhankelijk
en daardoor niet met zekerheid te voorspellen. Een technologisch hoogwaardige Defensie-industrie,
van Nederland en onze bondgenoten, is van groot belang voor een toekomstgerichte Krijgsmacht.
Toegang tot voldoende materialen, waaronder chips zijn daarvan een belangrijk onderdeel.
Daarom werkt Defensie op dit gebied nauw samen met de industrie.
23
Hoe beoordeelt u dat in de Najaarsnota op blz. 4 gemeld wordt dat de onderuitputting
op begrotingen gebruikt gaat worden voor de dekking van tegenvallers (asielinstroom
en minder boeten en afpakken-ontvangsten op de begroting van Justitie en Veiligheid),
dat er op de defensiebegroting sprake is van onderuitputting ter grootte van € 748
miljoen en dat deze (deels) via de eindejaarsmarge volgend jaar weer zal worden toegevoegd
aan de departementale begrotingen? Wat betekent «deels»? Wordt een deel afgeroomd
van Defensie? Zo ja, om welk bedrag gaat het en hoe verhoudt zich dat tot uw bewering
dat «de noodzaak van de investeringen onverminderd hoog blijft» en dat «de huidige
budgetaanpassingen daar op geen enkele wijze afbreuk aan doen»?
25
Wordt er op enigerlei wijze onderuitputting op de defensiebegroting en/of het DMF
gebruikt voor de dekking van tegenvallers op de Rijksbegroting die in de Najaarsnota
gemeld worden (asielinstroom en minder boeten en afpakken-ontvangsten op de begroting
van Justitie en Veiligheid)? Zo ja, om welk bedrag gaat het? Vindt hierover nog nadere
besluitvorming in het kabinet plaats? Zo ja, binnen welke termijn en wordt de Kamer
hierover geïnformeerd?
26
Hoe beoordeelt u de berichtgeving van De Telegraaf («Defensie krijgt het niet voor
elkaar 1 miljard euro te spenderen: «Geld lost niet alles op»», 30 november 2022)
dat het door Defensie vrijgegeven bedrag van € 96 miljoen mogelijk terugvloeit in
de schatkist? Klopt het dat als dat geld de komende weken niet alsnog wordt uitgegeven,
een deel teruggaat naar het Ministerie van Financiën? Is het waar dat het kabinet
begin volgend jaar beslist waaraan dit bedrag wordt besteed en dat dit niet per se
aan de krijgsmacht hoeft te zijn? Wat gaat u doen om dit te voorkomen en ervoor te
zorgen dat dit geld door Defensie wordt uitgegeven?
De onderrealisatie op de Defensiebegrotingen in 2022 zorgt per saldo voor lagere Rijksuitgaven
op de Rijksbegroting in 2022 en daarmee voor budgettaire ruimte onder het uitgavenplafond
2022. De Minister van Financiën kan deze budgettaire ruimte inzetten voor de financiering
van tegenvallers, de invulling van de taakstellende onderuitputting en/of de invulling
van de reguliere taakstelling. Dit wordt in paragraaf 2 van de Najaarsnota toegelicht.
29
Kunt u aangeven uit welke bedragen en begrotingsposten het vrijgegeven bedrag is opgebouwd?
Kunnen deze middelen elders binnen de defensiebegroting worden aangewend? Zo nee,
waarom niet? Zo ja, bent u daartoe bereid en de Kamer daarover te informeren?
33
Kunt u nader specificeren waar de € 96,1 miljoen onderuitputting exact uit bestaat?
De vrijgevallen € 96,1 miljoen betreft grotendeels vrijval van salarisbudget voor
het eigen personeel als gevolg van ondervulling van de defensieorganisatie in 2022.
De bedragen per operationeel commando en defensieonderdeel zijn vermeld in de artikelsgewijze
toelichting.
34
Waarom valt de «kasschuif arbeidsvoorwaarden» onder artikel 13, zijnde de bijdragen
aan het defensiematerieelbegrotingsfonds?
In de tabel belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2022 staat ten onrechte dat
deze kasschuif op artikel 13 van de defensiebegroting plaats vindt. De kasschuif is
gedaan op artikel 12 Nog onverdeeld. Op pagina 24 van de suppletoire begroting wordt
deze mutatie ook verder toegelicht onder de budgettaire tabel van artikel 12 Nog onverdeeld.
36
Kunt u aangeven waarom de Universiteit van Amsterdam jaarlijks € 74.000 aan subsidie
ontvangt?
Defensie verstrekt een subsidie van € 73.953,63 aan de Universiteit van Amsterdam
(UVA) ten behoeve van de Leerstoel Militair Recht. De Leerstoel Militair recht verzorgt
wetenschappelijk onderwijs en onderzoek in het nationaal- en internationaal militair
recht en levert een bijdrage aan de juridische vorming en opleiding van personeel
van het Ministerie van Defensie. Dit onderwijs op master-niveau vindt plaats in het
kader van de Militair Juridische Vorming voor militair juristen die deel uitmaken
van de Militair Juridische Dienst Krijgsmacht. Op dit moment zijn geen andere aanbieders
binnen Nederland voor dit specifieke opleidings- en onderzoekdomein en zijn geen vergelijkbare
leerprogramma’s bij andere wetenschappelijke instellingen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R. de Roon, voorzitter van de vaste commissie voor Defensie -
Mede ondertekenaar
F.C.G. Goorden, adjunct-griffier
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.