Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
Tweede Kamer der Staten-Generaal
InhoudsopgaveA. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL B. BEGROTINGSTOELICHTING1 Leeswijzer begroting2 Wijzigingen in de omvang van de HGIS3 Beleid3.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties4 BeleidsartikelenArtikel 1: Versterkte internationale rechtsordeArtikel 2: Veiligheid en stabiliteitArtikel 3: Effectieve Europese samenwerkingArtikel 4: Consulaire dienstverlening en uitdragen Nederlandse waarden5 Niet-beleidsartikelenArtikel 5: GeheimArtikel 6: Nog onverdeeldArtikel 7: Apparaat
36 250 V Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2022 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)
36 250 V
Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING
Vergaderjaar 2022‒2023
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2022 wijzigingen aan te brengen in:
De departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V);
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Buitenlandse Zaken,W.B.Hoekstra
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1 Leeswijzer begroting
De voorliggende tweede suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2022 van hoofdstuk V van de begroting van het Rijk.
In onderdeel 2 wordt een beknopte toelichting gegeven op de wijzigingen die zijn opgetreden binnen het totaal van de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS).
In onderdeel 3 worden de belangrijkste mutaties op de begroting van Buitenlandse Zaken toegelicht.
Onderdeel 4 bevat per beleidsartikel een tabel budgettaire gevolgen van beleid. Na deze tabellen wordt een toelichting op de mutaties gegeven. Hierbij worden per artikel de mutaties die groter of gelijk zijn aan de ondergrenzen in onderstaande staffel conform de Rijksbegrotingsvoorschriften toegelicht. De wijzigingen van de verplichtingen worden alleen toegelicht wanneer ze groter zijn dan 10% ten opzichte van de stand in de 1e suppletoire begroting op artikelniveau.
Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV
Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)
< 50
1
2
=> 50 en < 200
2
4
=> 200 en < 1000
5
10
=> 1000
10
20
In onderdeel 5 staan de tabellen van de niet-beleidsmatige artikelen.
2 Wijzigingen in de omvang van de HGIS
In deze paragraaf wordt geschetst welke wijzigingen zijn opgetreden in de omvang van de HGIS sinds de Voorjaarsnota 2022. Zoals uit de hiernavolgende tabellen blijkt, nemen de uitgaven per saldo toe met EUR 414,0 miljoen en nemen de ontvangsten toe met EUR 24,6 miljoen. Het ODA budget neemt toe met 380,1 miljoen, het non-ODA budget neemt toe met 33,9 miljoen.
Tabel 2 Wijzigingen in HGIS uitgaven vanaf Voorjaarsnota 2022 (bedragen x EUR 1 miljoen)
Uitgaven
Totaal
Wv. ODA
Stand uitgaven VJN 2022
7.564,8
5.749,2
Totaal mutaties
414,0
380,1
Stand uitgaven NJN 2022
7.978,8
6.129,3
De HGIS standen zijn inclusief EU- en asieltoerekening.
De toename is het gevolg van meerdere mutaties op de verschillende begrotingshoofdstukken. In de hiernavolgende tabel zijn deze nader uitgesplitst.
Tabel 3 Oorzaken uitgavenmutaties HGIS vanaf Voorjaarsnota 2022 (bedragen x EUR 1 miljoen)
Uitgaven
Totaal
Wv. ODA
1) Macrobijstellingen BNI (ODA) en prijscomponent BBP (non-ODA)
70,3
57,7
2) Overboekingen van en naar de HGIS
433,9
315,4
3) Desaldering op ontvangsten
14,4
7,0
4) Kasschuif
‒ 31,1
0,0
5) Toevoeging middelenafspraak huisvesting
‒ 33,9
0,0
6) Eindejaarsmarge (verwacht)
‒ 39,5
0,0
Totaal
414,0
380,1
Toelichting uitgaven:
Het uitgavenkader van de HGIS neemt per saldo toe met EUR 414,0 miljoen ten opzichte van de stand die in de Voorjaarsnota 2022 is gepresenteerd. Dit kent de volgende oorzaken:
1. Macrobijstellingen: op basis van de wijzigingen zoals deze zijn opgenomen in de Macro Economische Verkenning voor het Bruto Nationaal Inkomen (ODA) en de prijscomponent van het Bruto Binnenlands Product is de omvang van de HGIS bijgesteld. Hierdoor wordt het ODA-budget met EUR 57,7 miljoen verhoogd en wordt het non-ODA-budget met EUR 12,6 miljoen verhoogd.
2. Overboekingen van en naar de HGIS: er vindt een aantal overboekingen van en naar de HGIS plaats, waardoor het niet ODA-deel van het HGIS budget per saldo met EUR 118,5 miljoen toeneemt. Het betreft voornamelijk de levering van militaire goederen aan Oekraine (EUR 110,5 miljoen), welke op de Defensiebegroting worden verantwoord. Hiernaast nemen de HGIS uitgaven toe door een toevoeging vanuit niet-HGIS middelen van VWS ten behoeve van een bijdrage aan het Financial Intermediary Fund for Pandemic Prevention, Preparedness and Response (FIF/PPR). De ODA-uitgaven nemen met EUR 315,4 miljoen toe. Dit is voornamelijk toe te schrijven aan een correctie van een mutatie die bij Voorjaarsnota 2022 uit de HGIS is gegaan en nu weer wordt toegevoegd aan de HGIS. Het betreft de eenmalige bijdrage van EUR 150 miljoen aan de opvang van Oekraïense vluchtelingen. Daarnaast heeft het kabinet EUR 162 miljoen aan extra ODA beschikbaar gesteld ten behoeve van het voorbereiden van Oekraïne op de aankomende winter (winterisation).
3. Desaldering op ontvangsten: de ontvangsten nemen per saldo toe met EUR 14,4 miljoen. Dit is met name het gevolg van extra ontvangsten op de begroting van BHOS op het gebied van Dutch Trade and Investment Fund en programma's op het gebied van internationaal ondernemen.
4. Kasschuif: dit betreft een kasschuif op de begroting van Defensie. De levering van militaire goederen leidt pas in latere jaren tot uitgaven, waardoor het budget wordt doorgeschoven.
5. Toevoeging middelenafspraak huisvesting: het huisvestingsbeleid van het Ministerie van Buitenlandse Zaken is gericht op het moderniseren, verduurzamen en rationaliseren van de vastgoedportefeuille. Om dit te bewerkstelligen is een middelenafspraak huisvesting gemaakt waarbij de opbrengst van de verkopen opnieuw kan worden ingezet in latere jaren. In dit kader wordt EUR 33,9 miljoen doorgeschoven naar volgend jaar. Uitvoering van de huisvestingsprojecten loopt vertraging op vanwege de effecten van COVID-19 en de onzekerheid omtrent de huidige oorlog in Oekraïne.
6. Eindejaarsmarge (verwacht): binnen de HGIS verwacht een aantal departementen lagere uitgaven dan geraamd. De belangrijkste mutaties zijn opgenomen in de begrotingen van Buitenlandse Zaken en BHOS. Deze middelen worden via de HGIS-eindejaarsmarge opgevraagd in de volgende jaren.
Tabel 4 Wijzigingen in HGIS ontvangsten vanaf Voorjaarsnota 2022 (bedragen x EUR 1 miljoen)
Ontvangsten
Totaal
Wv. ODA
Stand ontvangsten VJN 2022
152,6
23,2
Totaal mutaties
24,6
6,1
Stand ontvangsten NJN 2022
177,2
29,3
Toelichting ontvangsten:
– De ontvangsten nemen per saldo toe met EUR 24,6 miljoen. Dit is met name het gevolg van extra ontvangsten op de begroting van BHOS op het gebied van het Dutch Trade and Investment Fund en programma's op het gebied van internationaal ondernemen. Hier staat tegenover dat de geraamde ontvangsten op de begroting van Buitenlandse Zaken afnemen vanwege vertraging in verkoop van vastgoed. Tot slot wordt er een extra ontvangst geraamd bij Defensie van EUR 9,4 miljoen.
3 Beleid
3.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties
Uitgaven
In dit wetsvoorstel is een aantal begrotingswijzigingen opgenomen dat leidt tot een verhoging van de geraamde uitgaven van Buitenlandse Zaken (V) met EUR 585,2 miljoen in 2022.
De belangrijkste mutaties ten opzichte van de eerste suppletoire begroting worden onder de tabel toegelicht. Een uitgebreidere toelichting is opgenomen onder de desbetreffende beleidsartikelen.
Tabel 5 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2022 (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Art.
Uitgaven 2022
Vastgestelde begroting 2022
11.807.800
Stand 1e suppletoire begroting 2022
12.938.812
Belangrijkste suppletoire mutaties
1)Goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak
5.490
2) Wapenbeheersing
2.3
‒ 5.000
3) Bevordering van veiligheid, stabiliteit enrechtsorde in internationaal verband
2.4
11.016
4) Afdrachten aan de Europese Unie
3.1
646.691
5) Materiële uitgaven
7.1.14
‒ 78.563
6) Overige mutaties
5.519
Stand 2e suppletoire begroting 2022
13.523.965
Toelichting
Artikelonderdeel 1.1 Goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak
Het budget op dit artikelonderdeel neemt met EUR 5,5 miljoen toe. Dit komt met name door de organisatie van de Ukraine Accountability Conference.
Artikelonderdeel 2.3 Wapenbeheersing
De uitgaven voor wapenbeheersing dalen in 2022 omdat de Conferentie Responsible AI in the Military Domain (REAIM, voorheen New Tech) die wordt georganiseerd door het Ministerie van Buitenlandse Zaken is verplaatst van 2022 naar 2023.
Artikelonderdeel 2.4 Bevorderen van veiligheid, stabiliteit en rechtsorde in internationaal verband
De uitgaven voor de bevordering van veiligheid, stabiliteit en rechtsorde in internationaal verband worden naar boven bijgesteld. Dit is met name het gevolg van nieuwe bijdragen vanuit het Stabiliteitsfonds ten behoeve van het NAVO Trust Fund voor Oekraïne en het Special Trust Fund for Afghanistan (VN-Ontwikkelingsprogramma).
Artikelonderdeel 3.1 Afdrachten aan de Europese Unie
De afdrachten aan de Europese Unie stijgen met EUR 646,7 miljoen. Dit heeft verschillende oorzaken. Voor een gedetailleerde toelichting zie artikelonderdeel 3.1 (Mutaties Miljoenennota en Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2022) op pagina 15 en 16.
Artikelonderdeel 7.1.14 Materiële uitgavenDe mutatie bestaat voornamelijk uit een desaldering van minus EUR 18,8 miljoen vanwege vertraging van verkopen. Daarnaast wordt er EUR 33,9 miljoen doorgeschoven naar de komende jaren via de middelenafspraak huisvesting. Vanwege vertragingen zal niet al het budget in 2022 worden uitgegeven. Tot slot is op het gebied van veiligheid hoog-risico posten vertraging opgetreden en zal EUR 20 miljoen worden doorgeschoven naar komende jaren. Voornamelijk de huidige situatie in Kaboel zorgt voor deze vertraging. EUR 10 miljoen wordt onder voorbehoud van HGIS-besluitvorming meegenomen met de eindejaarsmarge en EUR 10 miljoen wordt in 2022 teruggegeven aan het ODA-budget, welke in latere jaren weer wordt opgevraagd.
Ontvangsten
De ontvangsten nemen in 2022 toe met per saldo EUR 151,4 miljoen. De belangrijkste mutaties worden onder de tabel toegelicht.
Tabel 6 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2022 (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Art.
Ontvangsten 2022
Vastgestelde begroting 2022
965.770
Stand 1e suppletoire begroting 2022
1.244.757
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Veiligheid en stabiliteit restitutie programma's
2.40
11.100
2) Diverse ontvangsten EU
3.10
159.377
3) Apparaat diverse ontvangsten
7.10
‒ 18.800
4) Overige mutaties
‒ 279
Stand 2e suppletoire begroting 2022
1.396.155
Toelichting
Artikelonderdeel 2.40 Veiligheid en stabiliteit restitutie programma's
De ontvangsten op artikelonderdeel 2.4 nemen toe als gevolg van een terugontvangen bedrag vanuit het NAVO Afghanistan National Army Trust Fund.
Artikelonderdeel 3.10 Diverse ontvangsten EU
Naar aanleiding van de actualisatie van de inkomstenraming van de TEM bij de Macro-economische Verkenning van 2022 en de Najaarsnota 2022 is ook de raming van de perceptiekostenvergoeding geactualiseerd. Daarnaast leiden de nabetalingen op de invoerrechten tot hogere ontvangsten op de perceptiekosten. Samen leidt dit tot hogere ontvangen perceptiekosten van EUR 159,4 miljoen.
Artikelonderdeel 7.10 Apparaat diverse ontvangstenDoor vertragingen valt de opbrengst van de verkoop van een aantal panden lager uit. Dit leidt tot lagere ontvangsten op het gebied van huisvesting, die worden gedesaldeerd met de uitgaven (overig materieel).
4 Beleidsartikelen
Artikel 1: Versterkte internationale rechtsorde
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 Versterkte Internationale rechtsorde (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Stand ontwerp begroting
Stand 1e suppletoire begroting
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting
Mutaties Miljoenennota
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
2022
2022
2022
2022
2022
(1)
(2)
(4)=(2+3)
Verplichtingen
114 112
170 857
5 677
18 350
194 884
Uitgaven:
Programma-uitgaven totaal
123 822
134 832
5 677
963
141 472
waarvan juridisch verplicht
71%
100%
1.1
Goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak
48 495
49 265
5 677
‒ 187
54 755
Subsidies (regelingen)
Internationaal recht
2 835
750
0
0
750
Opdrachten
Internationaal recht
0
0
5 677
‒ 1 000
4 677
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Verenigde Naties
34 525
33 525
0
125
33 650
OESO
7 535
7 535
0
8
7 543
Internationaal Strafhof
3 600
3 870
0
180
4 050
Internationaal recht
0
3 585
0
500
4 085
1.2
Bescherming en bevordering van mensenrechten
63 902
69 902
0
1 000
70 902
Subsidies (regelingen)
Mensenrechtenfonds
26 195
23 561
‒ 2 000
1 160
22 721
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Mensenrechtenfonds
30 057
36 691
0
‒ 1 160
35 531
Mensenrechten multilateraal
7 650
9 650
2 000
1 000
12 650
1.3
Gastlandbeleid internationale organisaties
11 425
15 665
0
150
15 815
Subsidies (regelingen)
Carnegiestichting
4 400
4 780
0
1 500
6 280
Bijdrage aan agentschappen
Vredespaleis
4 550
6 750
0
0
6 750
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Internationaal Strafhof
925
925
0
0
925
Speciaal Tribunaal Libanon
1 000
2 000
0
‒ 850
1 150
Nederland Gastland
550
1 210
0
‒ 500
710
Toelichting
Verplichtingen
De toename van het verplichtingenbudget wordt met name veroorzaakt door de organisatie van de Ukraine Accountability Conference in juli 2022 en door het aangaan van meerjarige verplichtingen binnen het Mensenrechtenfonds.
Uitgaven
Mutaties Miljoenennota
Artikelonderdeel 1.1
Het uitgavenbudget op Internationaal recht (opdrachten) is met EUR 5,7 miljoen verhoogd als gevolg van de organisatie van de Ukraine Accountability Conference in juli 2022.
Artikelonderdeel 1.2
Het totale uitgavenbudget op Bescherming en bevordering van mensenrechten wijzigt niet. Wel is sprake van een overheveling van EUR 2 miljoen binnen het artikelonderdeel. Deze overheveling van Mensenrechtenfonds (subsidies/regelingen) naar Mensenrechten multilateraal is het gevolg van een bijdrage aan de Office of the High Commissioner for Human Rights (OHCHR) in Oekraïne.
Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2022
Artikelonderdeel 1.1
Het uitgavenbudget op Internationaal recht is verlaagd met EUR 1 miljoen. Tijdens de Ukraine Accountability Conference is dit bedrag toegezegd voor een VN-project gericht op het verlenen van psychosociale support aan slachtoffers van seksueel geweld in conflictgebieden, met name in Oekraïne. Het bedrag is overgeheveld naar artikelonderdeel 1.2, Mensenrechten multilateraal.
Artikelonderdeel 1.3
Het uitgavenbudget op subsidies/regelingen Carnegie Stichting is verhoogd met EUR 1,5 miljoen als gevolg van een toegenomen liquiditeitsbehoefte bij de Carnegie Stichting wegens structurele hogere kosten voor beheer van het Vredespaleis.
Artikel 2: Veiligheid en stabiliteit
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 2 Veiligheid en stabiliteit (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Stand ontwerp begroting
Stand 1e suppletoire begroting
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting
Mutaties Miljoenennota
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
2022
2022
2022
2022
2022
(1)
(2)
(4)=(2+3)
Verplichtingen
276 987
253 164
‒ 195
2 014
254 983
Uitgaven
Programma-uitgaven totaal
282 496
268 424
‒ 195
11 125
279 354
waarvan juridisch verplicht
86%
95%
2.1
Goede internationale samenwerking ter bevordering van de eigen en bondgenootschappelijke veiligheid
14 085
15 855
‒ 45
4 074
19 884
Subsidies (regelingen)
Atlantische Commissie
595
565
0
0
565
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
NAVO
8 350
9 650
0
4 000
13 650
WEU
590
690
0
60
750
Programma Ondersteuning Buitenlands Beleid
2 200
2 600
0
78
2 678
Veiligheidsfonds
2 350
2 350
‒ 45
‒ 64
2 241
2.2
Bestrijding internationale criminaliteit en terrorisme
15 170
15 400
‒ 150
922
16 172
Subsidies (regelingen)
Anti-terrorisme instituut
720
700
0
0
700
Contra-terrorisme
7 420
5 800
‒ 150
‒ 900
4 750
Cyber security
3 580
3 530
0
‒ 1 400
2 130
Opdrachten
Global Forum on Cyber Expertise
1 250
1 250
0
0
1 250
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Contra-terrorisme
880
2 800
0
1 550
4 350
Cyber security
1 320
1 320
0
1 672
2 992
2.3
Wapenbeheersing
10 794
18 471
0
‒ 5 000
13 471
Opdrachten
OPCW en andere ontwapeningsorganisaties
0
368
0
0
368
Conferentie New Tech 2022
0
5 900
0
‒ 5 000
900
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
IAEA
7 317
7 317
0
0
7 317
OPCW en andere ontwapeningsorganisaties
1 557
1 377
0
0
1 377
CTBTO
1 920
3 509
0
0
3 509
2.4
Bevordering van veiligheid, stabiliteit en rechtsorde in internationaal verband
212 625
188 644
0
11 016
199 660
Subsidies (regelingen)
Nederland Helsinki Comité
28
28
0
0
28
Stabiliteitsfonds
25 000
25 000
0
0
25 000
Training buitenlandse diplomaten
2 500
3 850
0
‒ 850
3 000
Opdrachten
Makandra
1 698
1 565
0
‒ 674
891
Bijdrage aan agentschappen
Makandra
232
164
0
0
164
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
OVSE
6 000
9 880
0
‒ 1 880
8 000
Stabiliteitsfonds
56 650
52 840
0
22 100
74 940
VN-contributie voor crisisbeheersingsoperaties
95 317
95 317
0
‒ 7 680
87 637
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Inzet hoog-risico posten
25 200
0
0
0
0
2.5
Bevordering van transitie in prioritaire gebieden
29 822
30 054
0
113
30 167
Subsidies (regelingen)
Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen MATRA
11 822
12 622
0
240
12 862
Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen Shiraka
4 244
2 547
0
406
2 953
Opdrachten
Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen Shiraka
5 452
5 452
0
649
6 101
Bijdrage aan agentschappen
Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen Shiraka
600
600
0
‒ 48
552
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen Shiraka
7 704
8 833
0
‒ 1 134
7 699
Ontvangsten
1 000
1 000
0
11 100
12 100
2.10
Doorberekening Defensie diversen
0
0
0
0
0
2.40
Restituties programma's
1 000
1 000
0
11 100
12 100
Toelichting
Verplichtingen
Geen toelichting.
Uitgaven
Mutaties Miljoenennota
Geen toelichting.
Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2022
Artikelonderdeel 2.3
Het budget voor wapenbeheersing daalt in 2022 omdat de Conferentie Conferentie Responsible AI in the Military Domain (REAIM, voorheen New Tech) die wordt georganiseerd door het Ministerie van Buitenlandse Zaken is verplaatst van 2022 naar 2023.
Artikelonderdeel 2.4
Dit budget voor artikelonderdeel 2.4 wordt verhoogd. Dit komt hoofdzakelijk door nieuwe bijdragen vanuit het Stabiliteitsfonds aan met name het NAVO Trust Fund voor Oekraïne en het Special Trust Fund for Afghanistan (VN-Ontwikkelingsprogramma). Daarentegen is er minder uitgegeven aan VN-crisisbeheersingsoperaties dan voorzien.
Ontvangsten
Artikelonderdeel 2.40
De ontvangsten stijgen in 2022 door een restitutie vanuit het NAVO Afghanistan National Army Trust Fund.
Artikel 3: Effectieve Europese samenwerking
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 9 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 Effectieve Europese samenwerking (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Stand ontwerp begroting
Stand 1e suppletoire begroting
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting
Mutaties Miljoenennota
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
2022
2022
2022
2022
2022
(1)
(2)
(4)=(2+3)
Verplichtingen
10 265 666
11 288 217
160 095
487 672
11 935 984
Uitgaven
Programma-uitgaven totaal
10 402 889
11 423 642
160 095
487 531
12 071 268
waarvan juridisch verplicht
100%
100%
3.1
Afdrachten aan de Europese Unie
10 229 845
11 245 714
160 095
486 596
11 892 405
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
BNI-afdrachten
5 426 868
5 326 264
‒ 119 626
0
5 206 638
BTW-afdrachten
1 115 024
1 115 024
130 208
0
1 245 232
Invoerrechten
3 474 666
4 592 164
184 428
486 596
5 263 188
Plastic-grondslag
213 287
212 262
‒ 34 915
0
177 347
3.2
Europees Ontwikkelingsfonds
133 750
131 506
0
0
131 506
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Europees Ontwikkelingsfonds
133 750
131 506
0
0
131 506
3.3
Een hechtere Europese waardengemeenschap
10 500
11 000
0
1 080
12 080
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Raad van Europa
10 500
11 000
0
1 080
12 080
3.4
Versterkte Nederlandse positie in de Unie
4 517
4 993
0
‒ 205
4 788
Subsidies (regelingen)
EIPA
348
348
0
0
348
Opdrachten
Europa College beurzenprogamma
190
190
0
0
190
Programmatische ondersteuning: Taskforce Verenigd Koninkrijk
0
205
0
‒ 205
0
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Benelux bijdrage
3 979
4 250
0
0
4 250
3.5
Europese Vredesfaciliteit
24 277
30 429
0
60
30 489
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties
Europese Vredesfaciliteit
24 277
30 429
0
60
30 489
Ontvangsten
868 916
1 147 383
40 754
118 573
1 306 710
3.10
Diverse ontvangsten EU
868 666
1 147 133
40 754
118 623
1 306 510
Invoerrechten
868 666
1 147 133
40 754
118 623
1 306 510
Overige ontvangsten EU
0
0
0
0
0
3.30
Restitutie Raad van Europa
250
250
0
‒ 50
200
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget voor artikel 3 Effectieve Europese samenwerking neemt toe. De mutaties op de verplichtingen houden verband met de mutaties zoals onder de uitgaven toegelicht.
Uitgaven
Mutaties Miljoenennota
Artikelonderdeel 3.1
De opwaartse bijstelling van de raming van de EU-afdrachten bij de Miljoenennota van EUR 160,1 miljoen betreft een optelsom van verschillende mutaties. Deze worden hieronder toegelicht.
Vierde aanvullende Europese begrotingDe raming van de bni-afdracht daalt in 2022 met EUR 184 miljoen euro. Dit komt doordat op Europees niveau meer btw-opbrengsten en invoerrechten zijn opgehaald ten opzichte van de raming van vorig jaar. Dit leidt tot minder bni-afdrachten (sluitstuk van de Europese begroting). De raming van de btw-afdracht stijgt met EUR 130 miljoen. De raming van de plastic-afdracht daalt met EUR 36 miljoen in 2022.
Daarnaast bevat de vierde aanvullende Europese begroting ook een update van de overige ontvangsten, waaronder de boete-ontvangsten en de VK-bijdrage uit het Terugtrekkingsakkoord. Het netto-effect van deze bijstelling is een meevaller van EUR 29,1 miljoen in 2022 op de bni-afdracht.
Zoals toegelicht in de 1e suppletoire begroting 2022 treedt er bij de invoerrechten gedurende het jaar onbedoeld een saldo-effect op, omdat aan de inkomsten- en uitgavenkant een andere raming wordt gebruikt, respectievelijk de raming van het Ministerie van Financiën en de raming van de Europese Commissie. Er wordt drie keer per jaar een actualisatie geboekt op de invoerrechten en de perceptiekostenvergoeding om te corrigeren voor dit saldo-effect. Na de publicatie van de Macro-economische Verkenning van 2022 heeft een correctie plaatsgevonden. Deze betreft de jaren 2022 tot en met 2027.
Technische aanpassingDe jaarlijkse technische aanpassing door de Europese Commissie heeft enkele gevolgen voor de raming van de Nederlandse EU-afdrachten. Één van de elementen van de technische aanpassing is de inzet van het Single Margin Instrument, waarmee de betalingenplafonds van het Meerjarig Financieel Kader (MFK) worden gewijzigd. Betalingen onder het plafond van 2021 die niet zijn ingezet en in dat jaar dus ook niet tot afdrachten van de lidstaten hebben geleid, worden toegevoegd aan de plafonds voor 2022 en 2023. Dit leidt tot een opwaartse bijstelling van de bni-raming van respectievelijk EUR 79 en EUR 81 miljoen. Een tweede element is de actualisatie van de inzet van de speciale instrumenten (een opwaartse bijstelling van EUR 15 miljoen in 2023) als gevolg van het overhevelen van onbenutte middelen in 2021 naar 2022. Een derde element is een actualisatie van de boeteopbrengsten van de EU, hetgeen leidt tot een neerwaartse bijstelling van de bni-raming van EUR 26 miljoen in 2023. Per saldo leidt de technische aanpassing tot een hogere raming voor de bni-afdracht van EUR 94 miljoen in 2022.
Nabetalingen invoerrechtenDe toename in de uitgaven op de invoerrechten wordt veroorzaakt door bruto nabetalingen van de douanerechten (traditionele eigen middelen, oftewel TEM) aan de Europese Unie. Ten tijde van de Ontwerpbegroting 2023 is al een mutatie aangekondigd van EUR 122 miljoen bruto (EUR 96,9 miljoen netto). Deze nabetaling volgt uit een zelfanalyse van dossiers waarbij de Commissie Nederland vermoedelijk een gebrek aan voortvarendheid zal verwijten in het geval dat de douaneschuld oninbaar zal blijken.
Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2022
Artikelonderdeel 3.1
De toename in de uitgaven op de invoerrechten wordt veroorzaakt door bruto nabetalingen van de douanerechten (traditionele eigen middelen, oftewel TEM) aan de Europese Unie. Bij de tweede suppletoire begroting wordt een nabetaling van EUR 134,6 miljoen bruto (EUR 103,9 miljoen netto) verwerkt. Deze nabetaling volgt uit een herbeoordeling van de B-boekhouding (betwiste en vermoedelijk oninbare bedragen). Nederland draagt nu verschillende dossiers uit deze boekhouding alvast (onder voorbehoud) af om de opbouw van vertragingsrente te stoppen. Daarnaast worden naar aanleiding van de actualisatie van de inkomstenraming bij de Najaarsnota 2022 de uitgaven op de invoerrechten verhoogd met EUR 352 miljoen.
Artikelonderdeel 3.3
Het uitgavenbudget op artikelonderdeel 3.3, een hechtere Europese waardengemeenschap, is gestegen met EUR 1,1 miljoen. Deze stijging is het gevolg van een verhoogde contributie aan de Raad van Europa om het wegvallen van de jaarlijkse bijdrage van Rusland te compenseren.
OntvangstenArtikelonderdeel 3.10Naar aanleiding van de actualisatie van de inkomstenraming van de TEM bij de Macro-economische Verkenning van 2022 en de Najaarsnota 2022 is ook de raming van de perceptiekostenvergoeding geactualiseerd. Dit leidt tot een verhoging van ongeveer EUR 103,5 miljoen. Daarnaast leiden de nabetalingen op de invoerrechten tot hogere ontvangsten op de perceptiekosten. Het bedrag aan perceptiekostenvergoeding is als een gewogen gemiddelde berekend aan de hand van een samengesteld percentage. Op dossiers die hun oorsprong vinden in de periode vóór 1 januari 2021 bedraagt het perceptiekostenpercentage 20%. Op dossiers die vanaf 1 januari 2021 zijn ontstaan rust een percentage van 25%. De nabetaling van de douanerechten aan de Europese Unie leidt tot EUR 55,9 miljoen hogere ontvangsten op de perceptiekosten.
Artikel 4: Consulaire dienstverlening en uitdragen Nederlandse waarden
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 10 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 4 Consulaire dienstverlening en uitdragen Nederlandse waarden (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Stand ontwerp begroting
Stand 1e suppletoire begroting
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting
Mutaties Miljoenennota
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
2022
2022
2022
2022
2022
(1)
(2)
(4)=(2+3)
Verplichtingen
54 974
63 103
‒ 427
‒ 6 577
56 099
Uitgaven
Programma-uitgaven totaal
53 484
71 471
‒ 427
‒ 6 149
64 895
waarvan juridisch verplicht
66%
99%
4.1
Consulaire dienstverlening Nederlanders in het buitenland
9 031
14 740
52
‒ 1 732
13 060
Subsidies (regelingen)
Gedetineerdenbegeleiding
1 560
1 560
0
0
1 560
Inkomensoverdrachten
Gedetineerdenbegeleiding
540
540
0
0
540
Opdrachten
Consulaire bijstand
409
409
0
0
409
Reisdocumenten en verkiezingen
2 550
2 550
0
‒ 175
2 375
Consulaire opleidingen
400
400
0
0
400
Consulaire informatiesystemen
3 298
4 598
52
‒ 1 557
3 093
Loket buitenland
274
4 683
0
0
4 683
4.2
Samen met (keten) partners het personenverkeer reguleren
18 467
26 392
0
‒ 3 800
22 592
Opdrachten
Ambtsberichtenonderzoek
150
150
0
0
150
Visumverlening
3 058
3 058
0
‒ 1 900
1 158
Legalisatie en verificatie
80
80
0
0
80
Consulaire informatiesystemen
14 151
22 076
0
‒ 1 572
20 504
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Asiel en migratie
1 028
1 028
0
‒ 328
700
4.3
Grotere buitenlandse bekendheid met de Nederlandse cultuur
7 475
7 475
‒ 500
‒ 100
6 875
Subsidies (regelingen)
Internationaal Cultuurbeleid
4 980
4 612
‒ 500
‒ 100
4 012
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Internationaal cultuurbeleid
2 495
2 863
0
0
2 863
4.4
Uitdragen Nederlandse waarden en belangen
18 511
22 864
21
‒ 517
22 368
Subsidies (regelingen)
Instituut Clingendael
800
813
0
0
813
Programma ondersteuning buitenlands beleid
3 058
4 245
0
600
4 845
Internationale manifestaties en diverse bijdragen
99
49
0
0
49
Publieksdiplomatie
2 229
2 229
11
‒ 211
2 029
Onderzoeksprogramma
50
75
0
0
75
Academische Leerstoel Anton de Kom
0
143
0
‒ 139
4
Opdrachten
Adviesraad Internationale vraagstukken
525
525
0
110
635
Instituut Clingendael
2 724
2 959
90
‒ 42
3 007
Bezoeken VIPS en uitgaven CD en Internationale organisaties
1 000
1 000
0
0
1 000
Algemene voorlichting
2 790
1 590
‒ 50
0
1 540
Koninklijk Huis - inkom. en uitg. bezoeken, off. ontvangsten
2 000
2 000
0
400
2 400
China-strategie
26
126
0
‒ 46
80
Onderzoeksprogramma
220
1 920
‒ 30
0
1 890
Programma Ondersteuning Buitenlands Beleid
0
1 000
0
‒ 600
400
Bijdrage aan agentschappen
Algemene voorlichting
0
1 200
0
0
1 200
Verkeersnotificaties
400
400
0
0
400
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Europese bewustwording
250
250
0
0
250
Publieksdiplomatie
2 340
2 340
0
‒ 589
1 751
Ontvangsten
32 674
46 974
0
‒ 300
46 674
4.10
Consulaire dienstverlening Nederlanders in het buitenland
9 200
9 200
0
0
9 200
4.20
Consulaire dienstverlening aan vreemdelingen
23 200
37 500
0
‒ 300
37 200
4.40
Doorberekening Defensie diversen
74
74
0
0
74
4.41
Ontvangsten verkeersnotificaties
200
200
0
0
200
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget daalt voor artikelonderdeel 4.4 Consulaire dienstverlening en uitdragen Nederlandse waarden. Dit komt met name doordat de desaldering van de niet ontvangen Border Management and Visa Instrument (BMVI) niet heeft kunnen plaatsvinden. Hierdoor zal de verplichting van EUR 5,3 miljoen doorschuiven naar 2023.
Uitgaven
Mutaties Miljoenennota
Geen toelichting.
Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2022
Artikelonderdeel 4.2
De geraamde ontvangst van EUR 5,3 miljoen voor BMVI wordt in 2023 verwacht in plaats van 2022. De tegenvallende ontvangsten in 2022 worden gedesaldeerd op artikelonderdeel 4.1 voor een bedrag van EUR 1,5 miljoen en op artikelonderdeel 4.2 voor een bedrag van EUR 3,8 miljoen. Hierdoor dalen de uitgaven in 2022.
Ontvangsten
Artikelonderdeel 4.20
Deze mutatie van EUR 0,3 miljoen is een saldo van hogere opbrengsten van EUR 5 miljoen (met name hogere visa-inkomsten) en het feit dat de BMVI gelden in 2023 zullen worden ontvangen. Dit geeft een verlaging van de opbrengsten van EUR 5,3 miljoen.
5 Niet-beleidsartikelen
Artikel 5: Geheim
Tabel 11 Niet-beleidsartikel 5 Geheim (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Stand ontwerp begroting
Stand 1e suppletoire begroting
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting
Mutaties Miljoenennota
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
2022
2022
2022
2022
2022
(1)
(2)
(4)=(2+3)
Verplichtingen
0
0
0
0
0
Uitgaven
0
0
0
0
0
Ontvangsten
0
0
0
0
0
5.10
Geheim
0
0
0
0
0
Toelichting
Verplichtingen, uitgaven en ontvangsten
Geen toelichting.
Artikel 6: Nog onverdeeld
Tabel 12 Niet-beleidsartikel 6 Nog onverdeeld (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Stand ontwerp begroting
Stand 1e suppletoire begroting
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting
Mutaties Miljoenennota
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
2022
2022
2022
2022
2022
(1)
(2)
(4)=(2+3)
Verplichtingen
2 868
1 324
12 344
‒ 13 668
0
Uitgaven
Uitgaven totaal
2 868
1 324
12 344
‒ 13 668
0
6.1
Nog onverdeeld (HGIS)
2 868
1 324
12 344
‒ 13 668
0
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Als gevolg van de prijsontwikkeling van het Bruto Binnenlands Product is het HGIS non-ODA budget afgelopen najaar gestegen met EUR 12,3 miljoen. Aan het eind van dit jaar valt het bedrag op artikel 6 vrij binnen de HGIS en wordt het via de eindejaarsmarge van de HGIS opgevraagd in de volgende jaren.
Artikel 7: Apparaat
Tabel 13 Niet-beleidsartikel 7 Apparaat (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
Stand ontwerp begroting
Stand 1e suppletoire begroting
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting
Mutaties Miljoenennota
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
2022
2022
2022
2022
2022
(1)
(2)
(4)=(2+3)
Verplichtingen
977 241
1 074 119
‒ 4 337
‒ 67 806
1 001 976
Uitgaven
942 241
1 039 119
‒ 4 337
‒ 67 806
966 976
7.1.13
Personele uitgaven
582 057
608 492
1 426
‒ 6
609 912
7.1.13.1
Eigen personeel
570 057
596 492
1 426
‒ 6
597 912
7.1.13.2
Inhuur extern
12 000
12 000
0
0
12 000
7.1.13.3
overige personeel
0
0
0
0
0
7.1.14
Materiele uitgaven
360 184
430 627
‒ 5 763
‒ 72 800
352 064
7.1.14.1
ICT
62 443
66 554
‒ 17
‒ 100
66 437
7.1.14.2
Bijdragen aan SSO's
49 461
49 106
0
0
49 106
7.1.14.3
Overige materieel
248 280
314 967
‒ 5 746
‒ 72 700
236 521
7.2
Koersverschillen
0
0
0
5 000
5 000
Ontvangsten
63 180
49 400
71
‒ 18 800
30 671
7.10
Diverse ontvangsten
63 180
49 400
71
‒ 18 800
30 671
7.11
Koersverschillen
0
0
0
0
0
Toelichting
Verplichtingen
Binnen het apparaatsartikel zijn de verplichtingen gelijk aan de uitgaven. Zoals gemeld in de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstuk 36 097 nr. 2) is hier met de aankoop van de nieuwe kanselarij in Brussel van afgeweken.
Uitgaven
Mutaties Miljoenennota
Geen toelichting.
Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2022
Artikel onderdeel 7.1.14 Materiële uitgaven
De mutatie bestaat uit de volgende onderdelen:
– Desaldering van minus EUR 18,8 miljoen vanwege vertraging van verkopen.
– Er wordt EUR 33,9 miljoen doorgeschoven naar de komende jaren via de middelenafspraak huisvesting. Vanwege vertragingen zal niet al het budget in 2022 worden uitgegeven.
– Op het gebied van veiligheid hoog-risico posten zal EUR 20 miljoen worden doorgeschoven naar komende jaren. Voornamelijk de huidige situatie in Kaboel zorgt voor deze vertraging. EUR 10 miljoen wordt onder voorbehoud van HGIS-besluitvorming meegenomen met de eindejaarsmarge en EUR 10 miljoen wordt in 2022 teruggegeven aan het ODA-budget, welke in latere jaren weer wordt opgevraagd.
Artikelonderdeel 7.2 Koersverschilen
Buitenlandse Zaken werkt met een vooraf vastgestelde wisselkoers ten opzichte van buitenlandse valuta (de corporate rate). Deze koers wordt samen met de presentatie van de begroting vastgesteld. Omdat bij betalingen in buitenlandse valuta gedurende het jaar echter een verschil ontstaat als gevolg van de werkelijk geldende koers, ontstaat er een saldo. Dit saldo wordt verantwoord op het apparaatsartikel maar geldt voor de gehele BZ-begroting. Als gevolg van koersontwikkelingen ten opzichte van de EUR, zijn de koersverschillen vooralsnog per saldo EUR 5 miljoen negatief. Dit leidt niet tot een overschrijding van de begroting, omdat dit door incidentele onderuitputting op personele budgetten wordt opgevangen.
Ontvangsten
Mutaties Miljoenennota
Geen toelichting.
Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2022
Artikelonderdeel 7.10
Door vertragingen valt de opbrengst van de verkoop van een aantal panden lager uit. Dit leidt tot EUR 18,8 miljoen lagere ontvangsten op het gebied van huisvesting. Dit wordt gedesaldeerd met de uitgaven (overige materieel).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 34 | Voor |
D66 | 24 | Voor |
PVV | 17 | Tegen |
CDA | 14 | Voor |
PvdA | 9 | Voor |
SP | 9 | Voor |
GroenLinks | 8 | Voor |
PvdD | 6 | Voor |
ChristenUnie | 5 | Voor |
FVD | 5 | Tegen |
DENK | 3 | Voor |
Groep Van Haga | 3 | Tegen |
JA21 | 3 | Voor |
SGP | 3 | Voor |
Volt | 2 | Voor |
BBB | 1 | Voor |
BIJ1 | 1 | Voor |
Fractie Den Haan | 1 | Voor |
Gündogan | 1 | Voor |
Omtzigt | 1 | Voor |
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.