Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over besluit aanbieden boostvaccinatie 12 t/m 17 jaar (Kamerstuk 25295-1809)
2022D09419 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond bij enkele fracties
behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport betreffende de brief «besluit aanbieden boostvaccinatie 12 t/m 17
jaar»1.
De voorzitter van de commissie, Smals
De adjunct-griffier van de commissie, Heller
INHOUDSOPGAVE
blz.
I.
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
2
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
2
Vragen en opmerkingen van het lid van de PVV-fractie
2
Vragen en opmerkingen van het lid van de BBB-fractie
3
Vragen en opmerkingen van het lid Omtzigt
4
II.
Reactie van de Minister
5
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het besluit omtrent het aanbieden
van een boostvaccinatie voor 12 tot en met 17-jarige jongeren. Zij hebben hierbij
nog enkele vragen.
In de stand van zakenbrief2 van 18 juni 2021 is aangegeven dat er rekening wordt gehouden met het scenario dat
vaccinatie nog nodig zal zijn in de komende jaren. De leden van de VVD-fractie vragen
de Minister of er, naast een onderzoek van het Imperial institute of London, al iets
meer gezegd kan worden over de beschermingsduur van het boostvaccin?
Kan de Minister tevens een update geven van de additionele boostcampagne voor 70-plussers,
bewoners van verpleeghuizen en mensen met een ernstig verminderde weerstand, die 26 februari
jl. van start is gegaan? Kan de Minister daarnaast een update geven of, en zo ja,
hoeveel jongeren van 12 tot en met 17 jaar al een boostvaccin hebben gehaald, of een
afspraak hebben om er een te halen?
Hebben Moderna en BionTech/Pfizer al besloten of zij een aan omikron aangepast vaccin
op de markt zullen brengen? Zo nee, op welke epidemiologische scenario’s worden de
vaccins nu voorbereid?
Tot slot vragen genoemde leden wanneer de Kamer de brief over de strategie die het
kabinet volgt om de vaccinatiegraad te verhogen voor verschillende scenario’s kan
verwachten?
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van het besluit van het aanbieden
van de boostvaccinatie aan jongeren van 12 tot en met 17 jaar en hebben daar nog enkele
kritische vragen en opmerkingen over. Genoemde leden zijn verbaasd dat de Minister
er toch voor gekozen heeft om jongeren van 12 tot 17 jaar een mogelijkheid te bieden
tot het ontvangen van een boostvaccinatie, terwijl de Gezondheidsraad eerder aangegeven
heeft dat daarvoor de medische noodzaak ontbreekt. Zij ontvangen in dit kader graag
een reactie van de Minister.
Kan de Minister aangeven wat de toegevoegde waarde van een booster is voor jongeren
van 12 tot en met 17 jaar? Hoeveel jongeren van 12 tot en met 17 jaar zijn er als
gevolg van een coronabesmetting op de verpleegafdeling van het ziekenhuis opgenomen?
Hoeveel van deze jongeren hadden onderliggende medische klachten? Hoeveel jongeren
van 12 tot en met 17 jaar zijn er op de intensive care opgenomen als gevolg van een
coronabesmetting? Hoeveel van deze jongeren hadden onderliggende medische klachten?
Hoeveel jongeren van 12 tot en met 17 jaar zijn er overleden naar aanleiding van een
coronabesmetting? Hoeveel van deze jongeren hadden onderliggende medische klachten?
De leden van de PVV-fractie merken op dat na een prik met een coronavaccin myocarditis
en pericarditis kan ontstaan. De leden van de PVV-fractie willen weten of de kans
hierop met het nemen van een boostervaccinatie vergroot wordt. Immers, dit kwam vaker
na de tweede prik dan bij de eerste prik. Is de kans hierop groter na een derde prik?
Kan de Minister middels een schatting aangeven hoeveel jongens last zullen gaan krijgen
van deze bijwerking? Kan de Minister een reactie geven op de Israëlische studie?3
De leden van de PVV-fractie sluiten graag uit dat de Minister dit besluit genomen
heeft om jongeren middels de booster de mogelijkheid te geven hun groene vinkje in
het EU Digitaal Corona Certificaat (DCC) te behouden. Kan de Minister aangeven of
het EU DCC mee heeft gewogen in het besluit om de boostervaccinatie aan te bieden
aan jongeren van 12 t/m 17 jaar? Zo ja, is de Minister dan bereid toe te geven dat
de booster voor jongeren slechts gezien moet worden als reizigersvaccinatie?
De leden van de PVV-fractie vrezen dat jongeren slechts uit kostenoverweging, een
gratis booster of een dure PCR-test, toch dit niet medisch noodzakelijke vaccin zullen
nemen voordat zij op een buitenlandse vakantie gaan. Deelt de Minister deze zorgen?
Zo nee, waarom niet? Hoe gaat de Minister voorkomen dat gezonde jongeren uit financiële
overweging kiezen voor de booster? Is de Minister bereid PCR-testen voor jongeren
gratis te maken? Zo nee, waarom niet?
De leden van de PVV-fractie merken op dat een booster vooral bedoeld is om jezelf
te beschermen, daarom is het vooral voor ouderen verstandig om de boostervaccinatie
te nemen. Ondertussen is bekend dat transmissie door gevaccineerden en ongevaccineerden
nauwelijks meer van elkaar afwijken. Toch blijft de Minister vasthouden aan de achterhaalde
stelling dat vaccineren anderen zou beschermen. Welk eerlijk advies geeft de Minister
adolescenten die een booster willen halen om een kwetsbaar familielid te beschermen?
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
Het lid van de BBB-fractie heeft kennisgenomen van de brief over het besluit aanbieden
boostvaccinatie 12 t/m 17 jaar en heeft hierover nog enkele vragen.
Het lid van de BBB-fractie ziet het belang van vaccinatie ter ondersteuning van kwetsbare
groepen, zoals mensen -waaronder jongeren- die onderliggend lijden hebben. Voor ieder
individu is het echter van belang dat de individuele afweging gemaakt wordt of de
baten zwaarder wegen dan de mogelijke bijwerkingen ten gevolge van het vaccin. Gezonde
jongeren, tussen de 12 en 17 jaar, lopen geen groot risico door COVID-19, helemaal
nu de omikronvariant haar intrede gedaan heeft. Wat het lid van de BBB-fractie betreft
is het dan ook onwenselijk dat jongeren zich laten vaccineren als daar geen medische
noodzaak voor is. Zeker ook als de grondslag voor het nemen van een boosterprik niet
ligt in een medische reden, maar om op vakantie te kunnen gaan – nu het EU DCC in
Europa hoogstwaarschijnlijk verlengd gaat worden. Is de Minister het met het lid van
de BBB-fractie eens dat het plegen van een medische handeling, die mogelijk consequenties
op de gezondheid kan hebben, ongewenst is als de ziekte waarvoor de handeling gedaan
wordt weinig risico voor deze groep met zich mee brengt? Oftewel, dat het nemen van
een boosterprik door jongeren om maar op vakantie te kunnen gaan ongewenst is? Wat
gaat de Minister doen om deze jongeren goed te informeren over de mogelijke gevolgen
van vaccinatie? Is de Minister het met het lid van de BBB-fractie eens dat hier een
zorgvuldige afweging gemaakt dient te worden, omdat COVID-19 voor deze groep geen
groot risico met zich mee brengt?
Vragen en opmerkingen van het lid Omtzigt
Het lid Omtzigt is verbaasd over de brief van 24 februari jl. waarin de Minister aankondigt
dat hij boostervaccinaties gaat aanbieden aan jongeren van 12 tot en met 17 jaar,
omdat het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) tot een goedkeurend oordeel gekomen
is over de markttoelating van het vaccin van Biontech/Pfizer.
De Minister vroeg zelf advies aan de Gezondheidsraad over het aanbieden van boostervaccinaties
aan jongeren en die schreef in februari: «Ook verwacht de raad geen belangrijk effect
van boostervaccinatie van adolescenten op de verspreiding van het virus in de bevolking.
De raad concludeert daarom dat er geen medisch-wetenschappelijke reden is om boostervaccinatie
aan te bieden aan alle 12- tot en met 17-jarigen.» Het lid Omtzigt is verrast dat
er in de brief van de Minister niet verwezen wordt naar dit advies van de Gezondheidsraad.
Het besluit van de EMA zelf wordt ook vergezeld van een waarschuwing: «The Agency’s
decision will support the national vaccination campaigns in those Member States that
decide to offer booster vaccinations to adolescents. However, the decision on whether
and when to offer boosters in this age group will need to take into account such factors
as the spread and likely severity of the disease (especially with the Omicron variant)
in younger persons, the known risk of side effects (particularly the very rare but
serious complication of myocarditis) and the existence of other protective measures
and restrictions. Just as with previous decisions on vaccination, it will thus be
for the experts guiding the vaccination campaign in each Member State to advise on
the optimum decision and timing for their country.» Het is niet bepaald een aanbeveling
om het te doen en niet verder te kijken.
Ook het Amerikaanse Centers for Disease Control and Prevention (CDC) raadt vaccinatie
van jongeren aan, maar waarschuwt tegelijkertijd wel voor de zeldzame bijwerking van
myocarditis en pericarditis.
Het lid Omtzigt merkt op dat gezondheidsautoriteiten in de hele coronacrisis besluiten
hebben moeten nemen die moeilijk zijn: er was niet de tijd om jaren te wachten op
studies. Dat betekent echter wel dat er een zeer goede monitoring dient te zijn van
een aantal effecten. Ten eerste de oversterfte: tienduizenden mensen zijn overleden
tijdens de pandemie. Het is goed dat hier nu onderzoek naar gedaan gaat worden. Ten
tweede: mogelijke effecten van vaccinatie. Ten derde: lange termijn gezondheidsschade
van vooral corona. Er zijn vele indicaties dat Long Covid veel mensen treft en voor
een groep zeer ernstige beperkingen oplevert. Die beperkingen baren het lid Omtzigt
grote zorgen.
Ook over het tweede effect heeft het lid Omtzigt zorgen. De contracten met Pfizer
zijn geheim, maar de PfizerLeaks geven aan dat dat concern erin geslaagd is om de
aansprakelijkheid over de dragen op de overheid. Het baart het lid Omtzigt zorgen
dat hij geen afschrift van die contracten gezien heeft en daarom herhaalt hij zijn
verzoek om de contracten met Pfizer te mogen inzien. Indien de Minister dat wenst
te weigeren, dient hij dat te doen met een beroep op de uitzonderingsgrond «belang
van de staat» in artikel 68. Het belang van de staat is niet het belang op geheimhouding
van de fabrikant, merkt het lid Omtzigt alvast maar op. Het lid Omtzigt ontvangt dus
graag binnen twee weken een afschrift van deze contracten.
Over het besluit hier heeft hij de volgende vragen:
1. Waarom heeft de Minister ervoor gekozen om een booster toch aan te bieden aan jongeren,
terwijl de Gezondheidsraad negatief adviseerde?
2. Heeft dit besluit enige relatie tot het voorstel om het Europese coronapaspoort te
verlengen met een jaar, waardoor jongeren de facto een booster moeten halen als zij
willen halen? Zo ja, acht de Minister het dan verstandig om de Gezondheidsraad de
facto te overrulen?
3. Op welke wijze worden de geconstateerde neveneffecten (periocarditis, myocarditis)
gemonitord?
4. Hoe worden ouders en kinderen voor deze zeldzame maar ernstige gewaarschuwd en waar
kunnen zij terecht bij klachten?
5. Indien een kind blijvende gezondheidsschade zou overhouden aan (booster)vaccinatie,
wie is er dan aansprakelijk? Is dat de ouder, de staat of de medicijnfabrikant?
6. Hoe wordt deze aansprakelijkheid dan vastgesteld en is deze in een concreet geval
(voor jongeren of ouderen) al eens vastgesteld?
7. Heeft de overheid op dit moment enig zicht op het aantal mensen met Long Covid?
8. Wie verzamelt data rondom Long Covid, zoals aantallen patiënten, klachten en het type
corona dat zij gehad hebben voordat zij Long Covid kregen? Is dat onderzoek op orde?
9. Is de Minister bereid om een goed academisch en lange termijn onderzoek op te zetten
naar de omvang van Long Covid klachten, het aantal patiënten, de oorzaken en de behandelmethodes?
II. Reactie van de Minister
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B.M.G. Smals, voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede ondertekenaar
M. Heller, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.