Voorstel van wet : Voorstel van wet
36 036 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met het verbeteren van de bestrijding van heling, witwassen en de daaraan ten grondslag liggende vermogensdelicten
ARTIKEL I
ARTIKEL II
ARTIKEL III
Nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging hebben genomen, dat het wenselijk is de bestrijding van heling,
witwassen en de daaraan ten grondslag liggende vermogensdelicten te verbeteren en
in verband daarmee het Wetboek van Strafrecht te wijzigen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 90bis vervalt.
B
Artikel 437 komt te luiden:
Artikel 437
1. Met hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van de derde categorie wordt
gestraft de opkoper of handelaar die van het opkopen van of handelen in de bij algemene
maatregel van bestuur aangewezen categorieën van gebruikte of ongeregelde goederen
die gevoelig zijn om wederrechtelijk te worden verkregen en nog enige waarde in het
economisch verkeer hebben, een beroep of gewoonte maakt en in de uitoefening van zijn
beroep of bedrijf:
a. nalaat in een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen bestand dat tot doel heeft
de misdrijven, omschreven in de artikelen 416 tot en met 417bis en 420bis tot en met
420quater.1, en de daaraan ten grondslag liggende vermogensdelicten te voorkomen en
bestrijden, alle bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorieën van gebruikte
of ongeregelde goederen in te schrijven die hij heeft verworven of voorhanden heeft
of nalaat de voor de inschrijving van die goederen bij die algemene maatregel van
bestuur gestelde regels in acht te nemen;
b. een gebruikt of ongeregeld goed van iemand verwerft, zonder dat hij diegene een identiteitsbewijs
als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft laten
aanbieden of zonder dat hij het nummer van dat bewijs en de in dat bewijs vastgelegde
identificerende persoonsgegevens in het bestand, bedoeld onder a, heeft verwerkt;
c. een gebruikt of ongeregeld goed verwerft van een minderjarige of van een persoon die
in kennelijke staat van dronkenschap of kennelijk onder invloed van een of meer andere
bewustzijnsbeïnvloedende middelen verkeert;
d. een gebruikt of ongeregeld goed verwerft van iemand van wie hij weet of redelijkerwijs
moet vermoeden dat hij vanwege een aan hem opgelegde straf of maatregel in een inrichting
is opgenomen of in een psychiatrisch ziekenhuis verblijft;
e. een gebruikt of ongeregeld goed verwerft of voorhanden heeft waarvan de politie hem
heeft medegedeeld dat dat goed door misdrijf aan de rechthebbende van dat goed is
onttrokken of als verloren is opgegeven;
f. nalaat een gebruikt of ongeregeld goed dat hij verworven of voorhanden heeft gedurende
een bij algemene maatregel van bestuur te bepalen termijn in de staat waarin dat goed
is verkregen is, in bewaring te houden;
g. nalaat het bestand, bedoeld in onder a, op eerste aanvraag van een ambtenaar als bedoeld
in artikel 552 van het Wetboek van Strafvordering aan die ambtenaar ter inzage te
geven;
h. nalaat een gebruikt of ongeregeld goed dat hij verworven of voorhanden heeft, op eerste
vordering van een ambtenaar als bedoeld in onder g te tonen of ter bezichtiging af
te staan en te laten zien waar dat goed in het bestand, bedoeld in onder a, staat
ingeschreven;
i. nalaat een aan hem schriftelijk uitgereikte last van een ambtenaar als bedoeld onder
g om gedurende een in die last aangegeven termijn die de veertien dagen niet te boven
gaat, een goed dat hij verworven of voorhanden heeft, te bewaren of in bewaring te
geven of nalaat aan een hem bij die last gegeven aanwijzing gevolg te geven;
j. nalaat de van hem bij schriftelijke vordering van een ambtenaar als bedoeld onder
g gevraagde opgaven over de door hem verworven of bij hem voorhanden zijnde goederen
binnen de termijn die bij die vordering is gesteld, naar waarheid te verschaffen.
2. Het eerste lid, onder b, c en d, is niet van toepassing op de opkoper of handelaar
van een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen organisatie.
3. Met dezelfde straf wordt gestraft degene die namens de persoon, bedoeld in het eerste
lid, optreedt en een feit als omschreven in dat lid begaat.
4. Bij veroordeling wegens een van de in het eerste lid omschreven overtredingen kan
ontzetting van het recht, bedoeld in artikel 28, eerste lid, onder 5°, worden uitgesproken.
5. Onder opkopen en handelen worden in dit artikel en de daarop berustende bepalingen
mede verstaan alle handelingen, hoe ook genaamd, waarmee kennelijk hetzelfde wordt
beoogd.
6. Onder ongeregelde goederen worden in dit artikel en de daarop berustende bepalingen
verstaan ongebruikte goederen die vanwege hun herkomst of de staat waarin zij verkeren,
tegen een geringere prijs dan de gebruikelijke nieuwwaarde zijn verworven.
C
Artikel 437bis vervalt.
D
Artikel 437ter komt te luiden:
Artikel 437ter
1. De opkoper of handelaar, bedoeld in artikel 437, eerste lid, die een door de raad
van een gemeente vastgestelde verordening ter voorkoming en bestrijding van de misdrijven,
omschreven in de artikelen 416 tot en met 417bis en 420bis tot en met 420quater.1,
en de daaraan ten grondslag liggende vermogensdelicten, overtreedt, wordt gestraft
met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de derde categorie.
2. Met dezelfde straf wordt gestraft hij die van het opkopen van of handelen in de op
grond van artikel 437, eerste lid, onder a, bij algemene maatregel van bestuur aangewezen
categorieën van gebruikte of ongeregelde goederen een beroep of gewoonte maakt, zonder
dat hij daarvan van tevoren bij de burgemeester of een door die burgemeester aangewezen
ambtenaar melding doet via een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen voorziening
die tot doel heeft met het oog op het voorkomen en bestrijden van de misdrijven, bedoeld
in de artikelen 416 tot en met 417bis en 420bis tot en met 420quater.1, en de daaraan
ten grondslag liggende vermogensdelicten, met inachtneming van de bij die algemene
maatregel van bestuur gestelde regels, inzicht en overzicht te verkrijgen van de opkopers
en handelaren die zich binnen het grondgebied van een gemeente bevinden.
3. Onder de melding, bedoeld in het tweede lid, zijn tevens de bij algemene maatregel
van bestuur aangewezen gegevens begrepen die daarmee verband houden.
ARTIKEL II
Artikel 552 van het Wetboek van Strafvordering wordt als volgt gewijzigd:
1. In de eerste zin vervalt «, 437bis» en wordt «een handelaar» vervangen door «een
opkoper of handelaar».
2. De tweede zin vervalt.
ARTIKEL III
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries,
autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Justitie en Veiligheid,
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.