Nota van wijziging (initiatiefvoorstel) : Tweede nota van wijziging
35 523 Voorstel van wet van het lid Snels tot wijziging van de Wet op de dividendbelasting 1965 en enige andere belastingwetten in verband met de invoering van een conditionele eindafrekening (Spoedwet conditionele eindafrekening dividendbelasting)
Nr. 13 TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 26 oktober 2021
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
In artikel VI vervalt «, met dien verstande dat de artikelen I, II, III, IV, en V
terugwerken tot en met 18 september 2020, 12.00 uur».
Toelichting
Deze nota van wijziging regelt dat de terugwerkende kracht van het wetsvoorstel vervalt.
In de memorie van toelichting en de nota naar aanleiding van het verslag is opgemerkt
dat de terugwerkende kracht in de optiek van de initiatiefnemer noodzakelijk is om
te voorkomen dat ondernemingen anticiperen op de voorgestelde exit-heffing in de dividendbelasting
door voorafgaand aan de inwerkingtreding van het wetsvoorstel te vertrekken naar een
kwalificerende staat.1 De initiatiefnemer heeft steeds beseft dat het met terugwerkende kracht invoeren
van de voorgestelde exit-heffing in de dividendbelasting, die een verzwaring van de
belastingheffing betekent, ingrijpend is voor vennootschappen en hun aandeelhouders
die betrokken zijn bij één van de vier grensoverschrijdende reorganisaties waarop
het wetsvoorstel ziet. Ook en vooral beseft de initiatiefnemer dat vennootschappen
en hun aandeelhouders die thans een grensoverschrijdende reorganisatie overwegen in
onzekerheid verkeren over de consequenties van die reorganisatie voor de heffing van
de dividendbelasting gelet op het aanhangige wetsvoorstel.
Het besluit van de initiatiefnemer om de Kamer te verlaten heeft aanleiding gegeven
tot een nieuwe belangenafweging tussen de eerbiediging van in het verleden uitgevoerde
en tot inwerkingtreding van het wetsvoorstel nog uit te voeren grensoverschrijdende
reorganisaties enerzijds en de belangen van de schatkist anderzijds. Gelet op het
feit dat het wetsvoorstel al meer dan een jaar geleden is ingediend en er nog geen
zicht is op de wijze van verdere behandeling noch op de mogelijke datum van inwerkingtreding,
meent de initiatiefnemer dat thans de belangen van vennootschappen en hun aandeelhouders
zwaarder wegen en het niet gepast is hen langer in onzekerheid te laten met betrekking
tot de terugwerkende kracht van het wetsvoorstel. De initiatiefnemer wenst de voorgestelde
terugwerkende kracht derhalve niet langer te handhaven. Het is nu aan de Kamer om
de verdere behandeling van het wetsvoorstel te bepalen.
Snels
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B.A.W. Snels, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.