Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over Sint Maarten (o.a. Kamerstuk 35420-203)
2021D02697 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties hebben enkele fracties de behoefte
om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken
en Koninkrijksrelaties en de Minister voor Rechtsbescherming over Sint Maarten.
De voorzitter van de commissie, Paternotte
De adjunct-griffier van de commissie, De Vos
Inhoud
blz.
I
Vragen en opmerkingen uit de fracties
2
•
Inbreng van de leden van de VVD-fractie
2
•
Inbreng van de leden van de CDA-fractie
2
•
Inbreng van de leden van de D66-fractie
4
•
Inbreng van de leden van de GroenLinks-fractie
5
•
Inbreng van de leden van de PvdA-fractie
5
II
Reactie van het kabinet
6
III
Volledige agenda
6
I Vragen en opmerkingen uit de fracties
Inbreng van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de stukken
over het gevangeniswezen op, de liquiditeitssteun aan en de voortgangsrapportage over
Sint Maarten. Zij hebben hierbij nog enkele vragen en opmerkingen.
De leden van de VVD-fractie benadrukken dat Sint Maarten een autonoom land is binnen
ons koninkrijk. De gevangenis op Sint Maarten is dus een aangelegenheid van het lokale
bestuur. Echter, de situatie in de Pointe Blanche-gevangenis en huis van bewaring
op Sint-Maarten verslechtert steeds verder. Bovendien wordt ook het Koninkrijk der
Nederlanden, daarmee dus ook Nederland, aangesproken op de zorgelijke toestanden in
de gevangenis.
De leden van de VVD-fractie willen eveneens benadrukken dat Nederland reeds in 2019
speciale containercellen aan Sint-Maarten heeft geleverd. Wat wordt daar op dit moment
mee gedaan, zo vragen zij het kabinet.
De leden van de VVD-fractie vinden dat, ondanks de omstandigheden waarin Sint Maarten
zich momenteel bevindt als gevolg van het coronavirus en de orkanen Irma en Maria
in 2017, het urgent blijft dat de detentieomstandigheden binnen afzienbare termijn
verbeteren. Zij willen daarom nogmaals de steun uitspreken aan de Staatssecretaris
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister voor Rechtsbescherming
om duidelijke en heldere eisen te stellen in de verdere gesprekken met de regering
van Sint Maarten over het gevangeniswezen en de liquiditeitssteun. Wat is de huidige
stand van zaken van die gesprekken?
Inbreng van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van
de Staatssecretaris over de stand van zaken met betrekking tot de moties over het
gevangeniswezen op Sint Maarten (Kamerstuk 35 300 IV, nr. 73). Zij constateren dat door het opnemen van de ontwikkeling van het gevangeniswezen
in het landspakket er nieuwe mogelijkheden lijken te ontstaan om tot verbeterende
stappen te komen.
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van
de Staatssecretaris over het akkoord derde tranche liquiditeitssteun Sint Maarten
(Kamerstuk 35 420, nr. 203). Deze leden vragen aandacht voor de samenloop tussen enerzijds dit traject van de
derde tranche liquiditeitssteun – en de daarmee samenhangende Rijkswet Caribisch Orgaan
voor Hervorming en Ontwikkeling (COHO) en het zogeheten landspakket – en het reeds
langer lopende financiële steuntraject dat na orkaan Irma via de Wereldbank tot stand
is gekomen. Is de Staatssecretaris bereid kort te schetsen wat de omvang is van beide
trajecten, waar beide trajecten zich qua aandachtspunten op richten en in hoeverre
deze door elkaar heen kunnen gaan lopen? Is er aanleiding om het Wereldbank-traject
voortijdig te stoppen en onder te brengen binnen de COHO-plannen?
Kan het kabinet aangeven welke vorm van ambtelijke ondersteuning ingericht wordt,
zowel in Nederland als op Sint Maarten, inclusief inzicht in de ondersteuning vanuit
of op kosten van Nederland aan de overheid op Sint Maarten, daar waar het gaat om
de realisatie van het landspakket en alles wat daarmee samenhangt? Wat is de kwaliteit
van die ondersteuning: puur op proces of financieel, of wordt er ook juridisch inhoudelijke
– rechtsstatelijke – ondersteuning verleend? Op welke wijze wordt de uitvoeringsvaardigheid
van de overheid op Sint Maarten versterkt?
De leden van de CDA-fractie willen weten aan welke ondernemingen die gevestigd zijn
op Sint Maarten dan wel opereren vanuit Sint Maarten de Nederlandse overheid deelneemt.
Kunt u daarbij aangeven wat de omvang van de deelneming is en op welke wijze de Nederlandse
overheid (als aandeelhouder) invloed uitoefent op die deelneming?
De leden van de CDA-fractie willen weten of de Nederlandse overheid als deelnemer
in Winair bekend is met het feit dat in 2012 sprake is geweest van de onrechtmatige
toe-eigening van een bedrag van USD 41.230,04 door een werknemer van Winair? Is het
de Staatssecretaris bekend dat deze ex-medewerker inmiddels een actief politicus is?
Heeft bij de steunverlening het terugbetalen van deze openstaande vordering een rol
gespeeld in het wel of niet toekennen van steun aan Winair? Waarom is er voor gekozen
om als extern financier van Winair op te treden, in plaats van als kapitaal verschaffende
aandeelhouder te werken aan het laten afnemen van het (huidige) negatieve eigen vermogen
van Winair?
Kunt u toelichten waaruit blijkt dat in de Staten van Sint Maarten concreet steun
is voor het huidige akkoord, nu de uitlatingen in de Staten veeleer wijzen op steun
voor de Minister-President in plaats van voor een akkoord? Deelt u de waarneming van
de leden van de CDA-fractie dat de steun in de Staten zeer kwetsbaar is en wat betekent
dit voor de noodzakelijke politieke steun op Sint Maarten om succesvol tot een consensus-Rijkswet
te komen?
De leden van de CDA-fractie wijzen het kabinet op een artikel van Stmaartennews.com
van 20 november 2020 waarin een foto staat afgebeeld van parlementsvoorzitter de heer
Brison in een restaurant in Cupecoy met de heer Corallo. Is de Staatssecretaris bekend
met het feit dat deze heer Corallo op 13 december 2016 door TBO en RST op verzoek
van de Italiaanse autoriteiten aangehouden is wegens verdenking van onder meer belastingfraude
en witwassen? Uw ambtsvoorganger heeft bij brief van 21 april 2017 de Tweede Kamer
daarover geïnformeerd. Uit een op 27 november 2018 door de Hoge Raad in stand gelaten
uitspraak tegen G. Schotte is vastgesteld dat er sprake was van, kort gezegd, oneigenlijke
politieke beïnvloeding op Curaçao door deze heer Corallo. Is het kabinet van mening
dat er op dit moment voldoende waarborgen zijn op Sint Maarten dat de politieke besluitvorming
– zeker rond de financiële steun vanuit Nederland – voldoende gevrijwaard is van oneigenlijke
beïnvloeding?
De leden van de CDA-fractie hebben met genoegen kennisgenomen van het betrekken van
de ontwikkeling van gevangenis Point Blanche bij het landspakket, als één van de randvoorwaarden
voor financiële steun. Kan het kabinet aangeven op welke wijze de eerder – veelal
door het lid van Dam ingediende of medeondertekende – moties betrekking hebbende op
Point Blanche tot uitvoering kunnen worden gebracht? Kunt u in het bijzonder aangeven
op welke wijze (als project?) de verbetering van de detentieomstandigheden worden
aangepakt, welke rol Sint Maarten, Nederland en UNOPS daarbij spelen, welk tijdpad
voorzien wordt, wie daarbij welke verantwoordelijkheid heeft? Wilt u in het bijzonder
aandacht besteden aan wie verantwoordelijkheid voor het beheer van de gevangenis op
zich neemt?
Inbreng van de leden van de D66-fractie
De leden van de D6-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van voorliggende
brieven. Zij hebben daarover nog enkele vragen.
38ste voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Sint Maarten
De leden van de D66-fractie lezen in de generieke voorwaarden voor de derde tranche
liquiditeitssteun zoals genoemd in de brief van 10 juli dat er geen bezuinigingen
worden toegepast die de operationele uitvoeringscapaciteit binnen de meest vitale
sectoren van de rechtsstaat raken, waaronder het gevangeniswezen. Deze leden vragen
zich af hoe dit zich verhoudt tot de aanbeveling om de politieketen te reorganiseren.
Ook vragen zij wat de stand van zaken is met betrekking tot het uitvoeren van de voorwaarden
voor de tweede tranche?
De leden van de D66-fractie constateren dat het nieuwe MT van de gevangenis ambitieuze
plannen heeft gemaakt, maar nog geen overeenstemming heeft weten te bereiken met het
de Minister van Justitie. Deze leden vragen of Nederland iets kan betekenen in de
bemiddeling tussen de Minister van Justitie en het nieuwe MT van de gevangenis? Ook
vragen zij of de 11 containergevangenissen die buiten Point Blanche stonden opgesteld
in gebruik zijn genomen? Zo nee, wat staat hier nu voor in de weg? Hoeveel verdachten
wachten hun zitting nu in vrijheid af? Hoeveel daarvan worden verdacht van zware delicten?
Ook vragen deze leden zich af in welke mate het huidige bestuur betrokken zal worden
bij de bouw van een nieuwe gevangenis.
De leden van de D66-fractie constateren dat het jeugd detentie centrum beschadigd
is geraakt door de orkaan Irma en dat hier herstelwerkzaamheden hebben plaatsgevonden.
Zij vragen of het jeugddetentie centrum weer volledig operationeel is na het herstel
van de schade door orkaan Irma?.
Overboeking Derde tranche trustfonds wederopbouw Sint Maarten
De leden van de D66-fractie lezen in de beantwoording van de feitelijke vragen over
Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES fonds (H)
voor het jaar 2020 dat er momenteel een zestal projecten in voorbereiding zijn. Ook
lezen zij dat twee lopende activiteiten meer zullen gaan kosten.
Kan de Staatssecretaris inzicht geven in de resultaten van de lopende projecten en
toelichten waarom deze naar verwachting meer geld zullen gaan kosten? Kan de Staatssecretaris
aangeven op welke wijze in de benodigde technische kennis zal worden voorzien? Welke
stappen zijn sinds de halfjaarlijkse rapportage uit 2020 om de wederopbouw te versnellen?
In hoeverre zijn de door de Staatssecretaris genoemde knelpunten weggenomen?
Deze leden vragen zich ook af of de Staatssecretaris meer inzicht kan geven in de
wijze waarop de activiteiten van de COHO en het Trust Fonds op elkaar aan zullen sluiten.
Op welke wijze voorkomt dat de Staatssecretaris dat het COHO tegen dezelfde problemen
aan zal lopen als het Trust Fonds bij de realisatie van de geplande projecten?
Ook vragen deze leden wanneer zij de volgende voortgangsrapportage over de wederopbouw
kunnen verwachten.
Inbreng van de leden van de GroenLinks-fractie
De leden van de fractie van GroenLinks hebben met belangstelling kennisgenomen van
de stukken over het gevangeniswezen op Sint Maarten en de derde tranche van de liquiditeitssteun
aan Sint Maarten. Deze leden maken zich al langer grote zorgen over de detentieomstandigheden
op Sint Maarten. Zij zijn blij dat Nederland zich inzet voor het aanpakken van de
huidige situatie, die naar het oordeel van de leden van de GroenLinks-fractie als
inhumaan voor de gedetineerden en gevaarlijk voor het gevangenispersoneel mag worden
betiteld.
De leden van de GroenLinks-fractie nemen met grote zorg kennis van de constatering
van de Voortgangscommissie Sint Maarten dat, ondanks beloften, de autoriteiten van
Sint Maarten niet op eigen kracht het gevangeniswezen op orde zullen kunnen krijgen.
De achtendertigste voortgangsrapportage is, zo lezen deze leden, helaas wederom pessimistisch
gestemd: ««Helaas leidt het nog niet tot voortgang in de uitvoering van de desbetreffende
plannen van aanpak. Het voortgangsproces zou zeer gediend zijn met continuïteit en
een goede bezetting van het Ministerie van waaruit de diensten behoren te worden ondersteund
bij de uitvoering, te beginnen met de aanstelling van een goede secretaris-generaal.
De commissie heeft al meermalen aangegeven dat een versterking van het ministerie
een randvoorwaarde is voor het kunnen uitvoeren van de plannen van aanpak»». Hoe verhoudt
zich deze constatering van de Voortgangscommissie tot de beslissing om eenmalig een
bedrag van € 30 mln. beschikbaar te stellen voor het gevangeniswezen, ten behoeve
van de bouw van een nieuwe gevangenis en structurele verbeteringen in de detentiesituatie?
De leden van de GroenLinks-fractie lezen in de brief van de Staatssecretaris een stevige
inzet op het in Nederlandse handen houden van de besteding van dit budget. Hoe wordt
de toegezegde Nederlandse regie en toezichthoudende rol precies ingevuld? Hoe wordt
voorkomen dat de door de Voortgangscommissie Sint Maarten geconstateerde problemen
(gebrekkige uitvoering van de plannen van aanpak, het ontbreken van doortastend leiderschap
op het justitiedepartement van Sint Maarten) de voortgang van het verbeteren van het
gevangeniswezen op Sint Maarten hinderen? En hoe verhoudt de bouw van een nieuwe gevangenis
zich tot de aanbeveling van de Voortgangscommissie om als uitgangspunt te nemen dat
de hele detentieketen wordt verbeterd, in plaats van de door Sint Maarten gewenste
bouw van een nieuwe gevangenis?
Inbreng van de leden van de PvdA-fractie
De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geagendeerde
voortgangsrapportages en brieven.
De leden van de PvdA-fractie merken op dat er toch nog enige zorgen leven over het
gebrek aan voortgang. Hoewel er op er Ministerie van Justitie op Sint Maarten hard
gewerkt wordt om de voorwaarden te scheppen voor een gestructureerde aanpak van de
bedroevende situatie in de gevangenis, leidt dit helaas nog niet tot voortgang in
de uitvoering van de desbetreffende plannen van aanpak. De commissie geeft aan dat
het voortgangsproces zeer gediend zou zijn met continuïteit en een goede bezetting
van het Ministerie van waaruit de diensten behoren te worden ondersteund bij de uitvoering,
te beginnen met de aanstelling van een goede secretaris-generaal. Wat is de stand
van zaken op dit moment bij de aanstelling van een secretaris-generaal? Nu het Sint-Maartense
lid van de voortgangscommissie om persoonlijke redenen zijn ontslag heeft aangeboden,
is het bekend of er inmiddels een kandidaat in beeld is?
De leden van de PvdA-fractie delen ook de zorgen omtrent de vulling van het korps.
De afgelopen tien jaar is nog niet de helft van de bezetting ingevuld en tot op de
dag van vandaag tracht het korps een verdere teruggang in de bezetting te voorkomen.
Welke concrete stappen worden er genomen om de huidige sterkte van het korps uit te
breiden? Welke mogelijkheden ziet het kabinet om hierbij ondersteunend te zijn? Hoe
kan verdere teruggang in bezetting worden voorkomen?
De leden van de PvdA-fractie hebben -net als de commissie- waardering voor de inspanningen
van de waarnemend gevangenisdirecteur en het hoofd bedrijfsvoering om binnen de schaarse
mogelijkheden al wat mogelijk is te doen om in de gevangenis de omstandigheden te
verbeteren en een werkbare sfeer te bereiken. Tegelijkertijd moeten we lezen dat in
de Point Blanche gevangenis ongeveer 50 procent van de werknemers door ziekte afwezig
is. Is er een verklaring voor het hoge ziektepercentage?
Deze leden lezen in de voortgangsrapportage dat het oplossen van humanitaire misstanden
in de gevangenis ontegenzeggelijk een eerste verantwoordelijkheid is van de regering
van Sint Maarten, doch bij het uitblijven van de uitoefening daarvan is Nederlandse
steun onontbeerlijk om die situatie op te heffen. Daarbij draagt naar de mening van
de commissie ook de Koninkrijksregering verantwoordelijkheid om die situatie op te
heffen of te doen opheffen. Wat is de reactie van de Staatssecretaris daarop? In de
brief van september 2020 van de Staatssecretaris staat dat hij ook andere mogelijkheden
onderzoekt om te komen tot concrete vooruitgang ten aanzien van de detentiesituatie
en dat hij ook de mogelijkheid onderzoekt om op basis van de Samenwerkingsregeling
waarborging plannen van aanpak landstaken Curaçao en Sint Maarten – door de Koninkrijksregering
– een voorziening te treffen. De Staatssecretaris zou hierop terugkomen wanneer hij
heeft gesproken met Sint Maarten. Heeft dat gesprek inmiddels plaatsgevonden? Wat
is de uitkomst van dat gesprek? En als het gesprek nog niet heeft plaatsgevonden,
op welke termijn zal dat plaats gaan vinden?
In de laatste voortgangsrapportage adviseert de commissie om in het ministerieel overleg
concrete afspraken te maken over de spoedige werving van de programmamanager via Nederlandse
en Sint Maartense wervingskanalen. Wat is op dit moment de stand van zaken? Zijn er
concrete afspraken gemaakt? In welke fase bevindt de werving van de programmamanager
zich?
II Reactie van het kabinet
III Volledige agenda
Stand van zaken moties gevangeniswezen Sint Maarten
Kamerstuk 35 300 IV, nr. 73 – Brief regering d.d. 11-09-2020, Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops
37e Voortgangsrapportage Sint Maarten
Kamerstuk 35 570 IV, nr. 6 – Brief regering d.d. 02-10-2020, Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops
38ste voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Sint Maarten
Kamerstuk 35 570 IV, nr. 22 – Brief regering d.d. 04-12-2020, Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops
Overboeking Derde tranche trustfonds wederopbouw Sint Maarten
Kamerstuk 34 773, nr. 22 – Brief regering d.d. 07-12-2020, Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops
Akkoord derde tranche liquiditeitssteun Sint Maarten
Kamerstuk 35 420, nr. 203 – Brief regering d.d. 22-12-2020, Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.M. Paternotte, voorzitter van de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties -
Mede ondertekenaar
A.C.W. de Vos, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.