Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
35 544 Wijziging van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2020 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake coronamaatregelen)
Nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING
A ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 en 3
Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van
artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel
strekt ertoe om voor het jaar 2020 wijzigingen aan te brengen in de begrotingsstaat
van het gemeentefonds.
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van
deze memorie van toelichting toegelicht.
Normaliter wordt nieuw beleid in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet
heeft geautoriseerd. Aangezien uitvoering van de spoedeisende maatregelen die in deze
incidentele suppletoire begroting zijn opgenomen in het belang van het Rijk zijn,
niet kan wachten tot formele autorisatie van beide Kamers der Staten-Generaal, zal
het kabinet de uitvoering van de maatregelen starten. Hiermee wordt gehandeld conform
lid 2 van artikel 2.27 van de Comptabiliteitswet 2016.
Wetsartikel 3
Ingevolge artikel 5, eerste lid, van de Financiële-verhoudingswet hebben gemeenten gezamenlijk recht op het bedrag dat in de begroting als verplichting
voor het totaal van de algemene uitkering c.a. en de aanvullende uitkeringen is opgenomen.
Ingevolge artikel 5, tweede lid, van de Financiële-verhoudingswet hebben de gemeenten gezamenlijk recht op de bedragen die in de begroting als verplichting
voor het totaal van de integratie-uitkeringen en het totaal van de decentralisatie-uitkeringen
zijn opgenomen.
De in dit wetsartikel opgenomen bedragen zijn niet rechtstreeks uit de begrotingsstaat
af te leiden. De bedragen worden nader onderbouwd in deze memorie van toelichting.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren
De Staatssecretaris van Financiën,
J.A. Vijlbrief
B ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING BIJ DE BEGROTINGSARTIKELEN
Artikel 1 Gemeentefonds
Tabel 1 Budgettaire gevolgen van beleid incidentele suppletoire begroting (ISB) (bedragen
x € 1.000)
Stand ontwerpbegroting 2020 incl. NvW en amendementen
Stand na suppletoire begrotingen1
Mutaties 2e ISB
Stand 2e ISB
Mutatie 2021
Mutatie 2022
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Verplichtingen
31.901.410
32.762.308
303.275
33.065.583
160.000
0
0
0
Uitgaven
31.901.410
32.848.676
303.275
33.151.951
160.000
0
0
0
Waarvan juridisch verplicht
100%
100%
Opdrachten
1.261
2.005
0
2.005
0
0
0
0
Kosten Financiële-verhoudingswet
1.261
2.005
0
2.005
0
0
0
0
Bijdragen aan medeoverheden
31.900.149
32.846.671
303.275
33.149.946
160.000
0
0
0
Algemene uitkering c.a. en de aanvullende uitkeringen
26.354.315
26.557.709
204.300
26.762.009
160.000
0
0
0
Integratie-uitkeringen
4.461.903
4.728.118
50.000
4.778.118
0
0
0
0
Decentralisatie-uitkeringen
1.083.931
1.560.844
48.975
1.609.819
0
0
0
0
Ontvangsten
31.901.410
32.848.676
303.275
33.151.951
160.000
0
0
0
X Noot
1
Eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2019/20, 35450 B, nr. 1) en 1e ISB 2020 (Kamerstukken II 2019/20, 35480, nr. 1)
Toelichting algemeen
Het kabinet heeft een tweede pakket maatregelen getroffen om gemeenten en provincies
te compenseren voor de financiële gevolgen van de coronacrisis. In tabel 2 zijn deze
maatregelen opgenomen, voor zover de financiering direct via het gemeentefonds verloopt.
Onder de tabel worden de verschillende maatregelen kort toegelicht. Een uitgebreide
toelichting is opgenomen in de kamerbrief «Compensatiepakket coronacrisis medeoverheden
augustus 2020».
Tabel 2 Mutaties artikel 1 gemeentefonds (bedragen x € 1.000)
Uitgaven 2020
Uitgaven 2021
Vastgestelde begroting 2020
31.901.410
31.744.803
Mutaties 1e suppletoire begroting 2020
428.266
– 313.879
Mutaties 1e incidentele suppletoire begroting 2020
519.000
0
Stand na suppletoire begrotingen 2020
32.848.676
31.430.924
Mutaties 2e incidentele suppletoire begroting
1) Precariobelasting en markt- en evenementenleges
20.000
2) Lokale culturele voorzieningen
60.000
3) Buurt- en dorpshuizen
17.000
4) Toezicht en handhaving
50.000
5) Vrijwilligersorganisaties Jeugd
7.300
6) Verkiezingen
28.975
7) Sociale werkbedrijven
50.000
8) Incidenteel schrappen opschalingskorting
70.000
160.000
Stand 2e incidentele suppletoire begroting 2020
33.151.951
31.590.924
Toelichting mutaties
1) Inkomstenderving precariobelasting en markt- en evenementenleges
Door de corona-maatregelen waren er in de periode van 1 maart tot 1 juni geen terrassen
opgesteld en zijn er geen markten- en evenementen geweest. Gemeenten zijn daardoor
geconfronteerd met een terugval van inkomsten uit terrasprecario en uit markt- en
evenementenleges. Het kabinet heeft besloten de gemeenten voor de periode van 1 maart
2020 tot en met 1 juni 2020 voor dit doel te compenseren voor een bedrag van € 20
mln. Dit bedrag wordt uitgekeerd in de vorm van een decentralisatie-uitkering.
2) Lokale culturele voorzieningen
Eerder heeft het kabinet de gemeenten, voor de periode van medio maart tot en met
1 juni 2020, € 60 mln. verstrekt voor de borging van de lokale en regionale culturele
infrastructuur. Deze organisaties missen onder andere inkomsten uit kaartverkoop en
horeca, terwijl de vaste lasten zoals huisvesting en beveiliging doorlopen. Het kabinet
stelt aan gemeenten nogmaals € 60 mln. beschikbaar voor de periode van 1 juni tot
en met 31 december 2020. Dit bedrag zal worden toegevoegd aan de algemene uitkering.
3) Buurt- en dorpshuizen
Het kabinet stelt € 17 mln. voor 2020 beschikbaar om gemeenten te compenseren voor
de extra uitgaven voor de dorps- en buurthuizen. De extra uitgaven bestaan onder andere
uit het kwijtschelden van huur en het compenseren van tegenvallende inkomsten uit
bijvoorbeeld horeca en zaalverhuur van buurt- en dorpshuizen. Dit bedrag zal worden
toegevoegd aan de algemene uitkering.
4) Toezicht en handhaving
Het kabinet stelt € 50 mln. voor 2020 beschikbaar om gemeenten te compenseren voor
de extra toezicht- en handhavingskosten als gevolg van onder andere de extra inzet
van boa’s en de extra verkeersmaatregelen. Ook dit bedrag zal worden toegevoegd aan
de algemene uitkering.
5) Vrijwilligersorganisaties Jeugd
Het kabinet stelt € 7,3 miljoen beschikbaar om lokale vrijwilligersorganisaties, zoals
de scouting en speeltuinen, te compenseren. Hiermee wordt opvolging gegeven aan de
motie van het lid Peters c.s. Dit bedrag zal worden toegevoegd aan de algemene uitkering.
6) Verkiezingen
Het kabinet stelt € 29 mln. beschikbaar om gemeenten te compenseren voor de extra
kosten bij de herindelingsverkiezingen in november 2020 en de Tweede Kamer-verkiezing
in 2021 als gevolg van de corona-maatregelen. De extra kosten hangen onder meer samen
met aanvullende kosten voor de inrichting van stemlokalen, voor het mogelijk moeten
huren van alternatieve locaties die in de coronacrisis beter geschikt zijn om als
stemlokaal in te richten, voor toegankelijkheid van die locaties en voor de aanvullende
werkzaamheden die gemeenten moeten doen ter voorbereiding van de verkiezingen. Dit
bedrag wordt uitgekeerd in de vorm van een decentralisatie-uitkering.
7) Sociale werkbedrijven
Eerder heeft het kabinet de gemeenten, voor de periode van 1 maart tot 1 juni 2020,
€ 90 mln. verstrekt voor het opvangen van de exploitatietekorten van de Sociale Werkbedrijven.
Het kabinet stelt voor ditzelfde doel aanvullend € 50 mln. beschikbaar voor de periode
van 1 juni tot en met 31 december 2020. Dit bedrag zal worden toegevoegd aan de integratie-uitkering
Participatie via een verhoging van de Rijksbijdrage Wsw.
8) Incidenteel schrappen opschalingskorting
Gezien de toegenomen financiële druk bij gemeenten door corona heeft het kabinet besloten
de oploop in de opschalingskorting voor gemeenten in de jaren 2020 en 2021 incidenteel
te schrappen. Dit leidt tot een verhoging van de algemene uitkering van het gemeentefonds
van € 70 mln. in 2020 en € 160 mln. in 2021.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Mede ondertekenaar
J.A. Vijlbrief, staatssecretaris van Financiën
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 32 | Voor |
PVV | 20 | Voor |
CDA | 19 | Voor |
D66 | 19 | Voor |
GroenLinks | 14 | Voor |
SP | 14 | Voor |
PvdA | 9 | Voor |
ChristenUnie | 5 | Voor |
PvdD | 4 | Voor |
50PLUS | 3 | Voor |
DENK | 3 | Voor |
SGP | 3 | Voor |
FVD | 2 | Voor |
Krol | 1 | Voor |
Van Kooten-Arissen | 1 | Voor |
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.