Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
35 541 Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII) voor het jaar 2020 (Vijfde incidentele suppletoire begroting inzake het Steun-en herstel-pakket)
Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING
A. Artikelgewijze toelichting bij het wetsvoorstel
Wetsartikelen 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van
artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel
strekt ertoe om voor het jaar 2020 wijzigingen aan te brengen in de departementale
begrotingsstaat van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat.
Normaliter wordt nieuw beleid in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet
heeft geautoriseerd. Aangezien uitvoering van de spoedeisende maatregelen die in deze
vijfde incidentele suppletoire begroting zijn opgenomen in het belang van het Rijk
zijn, niet kan wachten tot formele autorisatie van beide Kamers der Staten-Generaal,
zal het kabinet de uitvoering van de maatregelen starten. Hiermee wordt gehandeld
conform lid 2 van artikel 2.27 van de Comptabiliteitswet 2016.
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van
deze memorie van toelichting toegelicht.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes
B. Artikelgewijze toelichting bij de begrotingsartikelen
1. Leeswijzer
Ondergrenzen toelichtingen
Voor wat betreft het toelichten van significante verschillen in de uitgaven, ontvangsten
en verplichtingen zijn de ondergrenzen gehanteerd zoals opgenomen in de onderstaande
tabel.
Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)
< 50
1
2
=> 50 en < 200
2
4
=> 200 < 1000
5
10
=> 1000
10
20
In sommige gevallen, waar politiek relevant, worden ook posten toegelicht beneden
deze ondergrenzen.
2. Beleidsartikelen
2.1 Beleidsartikel 2 Bedrijvenbeleid: innovatie en ondernemerschap voor duurzame welvaartsgroei
Tabel 1 Budgettaire gevolgen van beleid vijfde incidentele suppletoire begroting (ISB)
(bedragen x € 1.000)
Stand ontwerpbegroting 2020 incl. NvW en amendementen
Stand na suppletoire begroting (incl. ISB’s)1
Mutaties 5e ISB
Stand 5e ISB
Mutatie 2021
Mutatie 2022
Mutatie 2023
Mutatie 2024
VERPLICHTINGEN
2.191.632
16.710.361
– 32.700
16.677.661
1.382.200
0
0
0
Waarvan garantieverplichtingen
1.250.000
12.303.000
12.303.000
Waarvan overige verplichtingen
941.632
4.407.361
– 32.700
4.374.661
1.382.200
UITGAVEN
1.075.493
5.779.244
– 942.700
4.836.544
1.642.200
200.000
200.000
100.000
Waarvan juridisch verplicht
83%
39%
53%2
Subsidies
205.011
3.321.901
– 38.500
3.283.401
1.363.000
0
0
0
MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)
39.131
39.581
39.581
Eurostars
18.132
18.132
18.132
Bevorderen Ondernemerschap
21.390
59.776
59.776
Cofinanciering EFRO, inclusief INTERREG
22.361
15.025
15.025
Bijdrage aan ROM's
6.161
7.661
7.661
Verduurzaming industrie
61.400
48.000
48.000
Startup-beleid
14.400
13.155
13.155
Urgendamaatregelen industrie
21.000
48.264
48.264
Invest NL
0
10.271
10.271
Noodloket (TOGS)
0
1.636.000
1.636.000
Noodloket (TOGS) Caribisch Nederland
0
9.000
9.000
Qredits
0
31.000
31.000
Tegemoetkoming vaste lasten
1.371.000
– 41.500
1.329.500
1.357.000
Tegemoetkoming vaste lasten Caribisch Nederland
14.000
3.000
17.000
6.000
Overige subsidies
1.036
1.036
1.036
Leningen
0
100.000
0
100.000
10.000
0
0
0
Bedrijfssteun
0
100.000
100.000
10.000
Garanties
57.211
1.499.211
– 900.000
599.211
250.000
200.000
200.000
100.000
BMKB
36.744
239.744
239.744
Garantieregeling voor kredieten tot € 50.000 (Corona)
0
164.000
164.000
Groeifaciliteit
8.722
8.722
8.722
Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)
11.745
86.745
86.745
Garantie Ondernemingsfinanciering (Corona)
0
1.000.000
– 900.000
100.000
250.000
200.000
200.000
100.000
Garanties MKB Financiering
0
0
0
Opdrachten
10.561
9.933
0
9.933
0
0
0
0
Onderzoek en opdrachten
4.134
3.843
3.843
Caribisch Nederland
1.056
1.121
1.121
Regeldruk
2.206
2.206
2.206
Regiekosten regionale functie
665
665
665
Small Business Innovation Research
2.500
2.098
2.098
Bijdragen aan agentschappen
93.235
146.137
– 4.200
141.937
19.200
0
0
0
Bijdrage RVO.nl
82.448
145.621
– 4.200
141.421
19.200
Bijdrage Agentschap Telecom
516
516
516
Invest-NL
10.271
0
0
Bijdragen aan ZBO's/RWT’s
316.624
318.966
0
318.966
0
0
0
0
Bijdrage aan TNO
170.860
172.662
172.662
Kamer van Koophandel
121.757
122.320
122.320
Bijdrage aan NWO-TTW
24.007
23.984
23.984
Bijdragen aan medeoverheden
6.800
8.400
0
8.400
0
0
0
0
Sterke Regio's en Nota Ruimte
6.800
8.400
8.400
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties
386.051
363.696
0
363.696
0
0
0
0
Internationaal Innoveren
40.851
41.027
41.027
PPS-toeslag (voorheen TKI-toeslag)
165.059
137.481
137.481
TO2 (Deltares, MARIN en NLR)
50.121
53.871
53.871
Topsectoren overig
10.834
12.900
12.900
Ruimtevaart (ESA)
96.430
96.615
96.615
Bijdrage NBTC
9.536
9.036
9.036
Bijdragen organisaties
5.720
5.266
5.266
Economische ontwikkeling en technologie
7.500
7.500
7.500
Stortingen begrotingsreserve
0
11.000
0
11.000
0
0
0
0
Storting reserve BMKB
0
1.000
1.000
Storting reserve Garanties MKB Financiering
0
10.000
10.000
ONTVANGSTEN
129.867
152.467
0
152.467
0
0
0
0
BMKB
33.000
33.000
33.000
Groeifaciliteit
8.000
8.000
8.000
Onttrekking reserve Groeifaciliteit
0
10.000
10.000
Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)
13.000
13.000
13.000
Onttrekking reserve GO
0
324
324
MKB Financiering
0
0
0
Luchtvaartkredietregeling
6.116
6.116
6.116
Rijksoctrooiwet
36.012
37.723
37.723
Eurostars
5.094
5.094
5.094
F-35
7.000
7.000
7.000
Diverse ontvangsten
21.645
32.210
32.210
X Noot
1
Kamerstuk 35 413, nrs. 1 en 2, Kamerstuk 35 438 nrs. 1 en 2, Kamerstuk 35 451, nrs. 1 en 2, Kamerstuk 35 450 XIII, nrs. 1 en 2 en Kamerstuk 35 472, nrs. 1, 2 en 3.
X Noot
2
Van het budget is 5% bestuurlijk gebonden. Dit betreft de kasbuffer voor de GO-Corona
module en de kasbuffer voor de Klein Krediet Corona garantieregeling.
Toelichting
Verplichtingen
De mutatie van het verplichtingenbudget in 2020 wordt in belangrijke mate veroorzaakt
door verlaging van het budget voor de Tegemoetkoming Vaste Lasten mkb (TVL) die loopt
van 1 juni tot en met 30 september 2020 (TVL 1.0) met € 495 mln en de toevoeging van
budget voor de TVL 2.0 van € 454 mln voor de periode 1 oktober tot en met 31 december
2020 en € 1.357 mln voor de periode 1 januari tot en met 30 juni 2021. Ten behoeve
van de tegemoetkoming vaste lasten voor Bonaire, Saba en Sint Eustatius wordt daarnaast
in 2020 € 3,0 beschikbaar gesteld en in 2021 € 6,0 mln.
Ook is het verplichtingenbudget in 2020 met € 10 mln verhoogd voor leningen aan kleine
garantiefondsen/regelingen in de reisbranche. Hiernaast wordt in 2020 het verplichtingenbudget
voor de uitvoeringskosten van de TVL 1.0 met € 4,2 mln verlaagd. In 2021 wordt voor
de uitvoeringskosten van RVO.nl voor de TVL € 19,2 mln geraamd. Onder de uitgaven
worden deze mutaties nader toegelicht.
Uitgaven
Subsidies
Tegemoetkoming Vaste Lasten mkb (TVL)
De TVL biedt bedrijven in sectoren die hard geraakt zijn door de overheidsmaatregelen
ter bestrijding van het coronavirus een tegemoetkoming voor de vaste lasten. In het
kader van het Steun- en herstelpakket biedt het kabinet deze bedrijven ook na 1 oktober
ondersteuning, om ze in staat te stellen de noodzakelijke aanpassingen in hun bedrijfsvoering
te doen.
De TVL wordt daartoe met negen maanden verlengd (TVL 2.0), waarbij het maximale subsidiebedrag
wordt verhoogd naar € 90.000 per drie maanden. Zo kan de TVL beter tegemoet komen
aan de behoeften van het (midden)grote mkb, voor wie de huidige cap van € 50.000 voor
vier maanden te laag is om een wezenlijke bijdrage aan de vaste kosten te leveren.
Bovendien wordt de TVL vanaf 1 januari gerichter ingezet op de bedrijven die het sterkst
worden beperkt in hun bedrijfsvoering.
Voor de periode tot en met 31 december wordt de TVL verlengd onder de huidige voorwaarden,
dat wil zeggen dat bedrijven met een omzetverlies van meer dan 30% in aanmerking komen.
Vanaf 1 januari worden de voorwaarden voor de TVL aangescherpt door deze omzetdervingsgrens
te verhogen naar 40%. Voor de periode 1 april tot en met 30 juni wordt de grens op
45% gesteld. De overige voorwaarden voor de TVL blijven ongewijzigd: zo blijft het
percentage van de vaste kosten dat de TVL vergoedt 50%.
De kosten van de eerste periode van de TVL 2.0 (1 oktober–31 december) worden globaal
geraamd op € 654 mln. Aangezien de betalingen voor de eerste periode deels nog begin
2021 zullen plaatsvinden, wordt van deze kosten € 454 mln geraamd in 2020 en € 200 mln
in 2021. Ingeschat wordt dat de kosten dalen naar € 594 mln voor de tweede periode
(1 januari–31 maart) en € 563 mln voor de derde periode (1 april–30 juni).
Het budget voor de TVL 1.0 in het Noodpakket banen en economie 2.0 wordt met € 500 mln
verlaagd, om aan te sluiten op de actuele kostenraming. Daarnaast wordt € 5 mln aan
het budget toegevoegd in verband met de openstelling van de regeling voor de recreatieve
vliegsector.
Tegemoetkoming vaste lasten mkb Caribisch Nederland
Ten behoeve van de tegemoetkoming vaste lasten voor Bonaire, Saba en Sint Eustatius
wordt daarnaast in 2020 € 3,0 beschikbaar gesteld en in 2021 € 6,0 mln.
Qredits
Aan Qredits werd eerder een subsidie van € 6 mln verstrekt voor het verlenen van uitstel
van de aflossingsverplichting voor de duur van 6 maanden met rentekorting aan ondernemers
die door Qredits gefinancierd zijn1. De nu resterende ruimte van de van EZK ontvangen subsidie (€ 2 mln) zet Qredits
in voor een nieuwe periode van uitstel van aflossingsverplichting met rentekorting
voor die ondernemers waarvoor dit echt noodzakelijk is, eveneens voor de duur van
6 maanden. Uitstel van aflossing voor deze tweede periode wordt tot uiterlijk 31 december
2020 verleend en de duur van het uitstel loopt tot uiterlijk 31 mei 2021.
Leningen
Bedrijfssteun
In mei dit jaar heeft het kabinet besloten om de Stichting Garantiefonds Reisgelden
(SGR) een lening te verstrekken van € 150 miljoen2. Door deze lening kan SGR consumenten schadeloos blijven stellen bij een faillissement
van aangesloten reisorganisaties. Tevens kan door deze steun het vouchersysteem in
stand blijven, wat de druk op de liquiditeitspositie van de reisaanbieders verkleint.
Naast SGR bestaan echter nog enkele andere kleine garantiefondsen/regelingen, die
zich ten tijde van het uitwerken van de steun aan SGR nog niet bij het Rijk voor steun
hadden gemeld. Een drietal fondsen heeft inmiddels aangegeven van eenzelfde soort
faciliteit tegen dezelfde voorwaarden gebruik te willen maken, namelijk VZR Garant,
het Garantiefonds voor Gespecialiseerde Touroperators (GGTO) en de Stichting Garantie-
en Waarborgfonds Zeilreizen. Daarover vindt op dit moment nog nader overleg plaats.
Vooralsnog wordt voor leningen aan de kleine garantiefondsen/regelingen € 10 mln in
2021 aan de EZK-begroting toegevoegd.
Garanties
Garantie Ondernemingsfinanciering (Corona)
De kasbuffer voor de Coronamodule van de Garantie Ondernemingsfinanciering van € 1 mld
wordt meerjarig gespreid over de looptijd van de garanties (de periode 2020–2026).
Op basis van de daadwerkelijke benutting van de Coronamodule van de Garantie Ondernemingsfinanciering
zal de raming in 2021 worden geactualiseerd.
Bijdragen aan agentschappen
Bijdrage RVO.nl
Voor de uitvoeringskosten van de Tegemoetkoming vaste lasten mkb is in 2020 nog voldoende
budget beschikbaar uit Noodpakket banen en economie 1.0 en 2.0. Dit budget wordt in
2020 met € 4,2 mln verlaagd. Voor de uitvoeringskosten in 2021 wordt voor de TVL 1.0
€ 4,2 mln en voor de TVL 2.0 € 15,0 mln begroot.
Het kabinet monitort voortdurend hoe het pakket van generieke crisismaatregelen voor
diverse economische actoren uitwerkt en of het pakket nog adequaat is. Als de uitgaven
hoger uitvallen dan de huidige ramingen dan zal dit generaal worden gecompenseerd.
Bij onderuitputting na definitieve beëindiging van de crisismaatregelen vloeien de
middelen terug naar het algemene beeld.
2.2 Beleidsartikel 3 Toekomstfonds
Tabel 2 Budgettaire gevolgen van beleid vijfde incidentele suppletoire begroting (ISB)
(bedragen x € 1.000)
Stand ontwerpbegroting 2020 incl. NvW en amendementen
Stand na suppletoire begroting (incl. ISB's)1
Mutaties 5e ISB
Stand 5e ISB
Mutatie 2021
Mutatie 2022
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Verplichtingen
142.952
572.756
75.000
647.756
75.000
0
0
0
Waarvan garantieverplichtingen
Waarvan overige verplichtingen
142.952
572.756
75.000
647.756
75.000
Uitgaven
184.452
636.730
75.000
711.730
75.000
0
0
0
Waarvan juridisch verplicht
76%
52%
75%
Subsidies
999
18.180
0
18.180
0
0
0
0
Smart Industry
199
1.168
1.168
Haalbaaarheidsstudies STW
800
812
812
Thematische Technology Transfer
16.200
16.200
Leningen
175.147
604.412
75.000
679.412
75.000
0
0
0
Startups / MKB financiering
Volledig revolverend
Fund to Fund
35.733
33.876
33.876
ROM's
0
328.000
75.000
403.000
75.000
Co-investment venture capital instrument / EIF
10.154
32.462
32.462
Deels revolverend
Innovatiekrediet
55.205
55.465
55.465
Risicokapitaal Seed Capital
46.823
61.630
61.630
Vroegefasefinanciering / informal investors
13.702
19.163
19.163
Startups / MKB
5.186
12.872
12.872
Investeringen in fundamenteel en toegepast onderzoek
Met vermogensbehoud
Fundamenteel en toegepast onderzoek
5.500
11.944
11.944
Onco research
2.500
6.818
6.818
Smart Industry
344
382
382
Thematische Technology Transfer
31.800
31.800
Regmed
10.000
10.000
Bijdrage aan agentschappen
8.306
14.138
0
14.138
0
0
0
0
Bijdrage RVO.nl
8.306
14.138
14.138
Ontvangsten
34.600
49.600
0
49.600
0
0
0
0
Fund to Fund
8.050
8.050
8.050
Investeringen in fundamenteel en toegepast onderzoek
0
15.000
15.000
Innovatiekrediet
17.000
17.000
17.000
Seed Capital
9.400
9.400
9.400
DVI II
150
150
150
X Noot
1
Kamerstuk 35 413, nrs. 1 en 2, Kamerstuk 35 438 nrs. 1 en2, Kamerstuk 35 451, nrs. 1 en 2, Kamerstuk 35 450 XIII, nrs. 1 en 2 en Kamerstuk 35 472, nrs. 1, 2 en 3.
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget in 2020 en 2021 wordt met € 75 mln verhoogd voor het versterken
van het fondsvermogen van de ROM's.
Uitgaven
Leningen
Fondsvermogen ROM’s
Er wordt in totaal € 150 mln (in twee tranches van € 75 mln) vanuit het Rijk beschikbaar
gesteld voor versterking van het fondsvermogen van de ROMs. Met de Corona-Overbruggingslening
heeft het kabinet via de ROM’s straks circa 800 mkb-ondernemingen met overbruggingskredieten
geholpen. Door het fondsvermogen van ROM’s te versterken, kunnen de ROM’s in nieuwe
financieringsrondes ook het eigen vermogen van deze veelal innovatieve mkb-ondernemingen
versterken. Daarmee wordt de solvabiliteitspositie van deze bedrijven verstevigd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.