Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
35 521 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2020 (Tweede incidentele suppletoire begroting inzake Urgendamiddelen)
Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING
A Artikelgewijze toelichting bij het wetsvoorstel
Wetsartikelen 1 tot en met 2
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van
artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel
strekt ertoe om voor het jaar 2020 wijzigingen aan te brengen in de departementale
begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Op 29 april 2020 is de eerste suppletoire begroting 2020 naar de Tweede Kamer verzonden
(Kamerstukken II 2019/20, 35 450 VII, nr. 1). Vervolgens is op 29 mei 2020 de eerste incidentele suppletoire begroting 2020 naar
de Tweede Kamer verzonden (Kamerstukken II 2019/20, 35 478, nr. 1). De behandeling van deze suppletoire begrotingen in de Staten-Generaal is nog niet
afgerond. Om deze reden is de in de begrotingsstaat opgenomen stand suppletoire begrotingen
nog niet door beide Kamers bekrachtigd.
Voor de indiening van deze tweede incidentele suppletoire begroting is uw Kamer vooraf
geïnformeerd via de Kamerbrief «Uitwerking maatregelen Urgenda gebouwde omgeving»
(Kamerstukken II, 2019/20, 32 813, nr. 532).
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van
deze memorie van toelichting toegelicht.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren
B Artikelgewijze toelichting bij de begrotingsartikelen
Algemeen
Het kabinet werkt aan diverse maatregelen om invulling te geven aan het Urgenda-vonnis
(Kamerstukken II, 2019/20, 32 813, nr. 496). Over de voorgenomen maatregelen voor de gebouwde omgeving bent u op 12 juni geïnformeerd
[kenmerk 2020-0000348556]. Deze maatregelen vormen een aanvulling op eerdere aangekondigde maatregelen en
instrumenten die de partijen in de gebouwde omgeving stimuleren om verder te verduurzamen.
Met deze incidentele suppletoire begroting worden de bedragen voor de jaren 2020 (€ 22 mln.)
en 2021 (€ 95 mln.) budgettair verwerkt in de departementale begroting van het Ministerie
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK).
Maatregelen in de gebouwde omgeving
Het gaat hierbij om een pakket aan maatregelen dat toeziet op reductie van energiegebruik
bij huishoudens bij zowel koopwoningen als huurwoningen en een subsidie ter ondersteuning
aan de stichting Urgenda.
Maatregelen voor reductie van energiegebruik bij huishoudens
In de praktijk blijken eenvoudige energiebesparende maatregelen te helpen het energiegebruik
van huishoudens te verminderen. Dit is niet alleen gunstig voor de woonlasten van
huishoudens, maar levert tevens een bijdrage aan de verdere reductie van CO2-uitstoot. Het gaat bij kleine maatregelen bijvoorbeeld om zaken als het laten optimaliseren
van CV-installaties, het aanbrengen van radiatorfolie, het gebruik van LED lampen
en de inzet van energieverbruiksmanagers.
In 2019 is een regeling opgesteld die gemeenten de mogelijkheid bood subsidie aan
te vragen om eigenaar-bewoners te ondersteunen bij het reduceren van hun energiegebruik
(de regeling reductie energiegebruik). De aanpak van gemeenten bestaat uit een scala
aan activiteiten zoals het organiseren van informatieavonden voor bewoners en gerichte
acties richting eigenaar-bewoners in de vorm van energieadvies. Vaak werd dit gecombineerd
met acties voor vouchers voor energiebesparende producten (bijvoorbeeld radiatorfolie)
en advies over verdergaande energiebesparende maatregelen (zoals dak-, raam-, en gevelisolatie).
In vervolg op de regeling van 2019 wordt in 2020 een vergelijkbare regeling geopend.
Waar huurwoningen in de eerste regeling waren uitgesloten zal de nieuwe regeling gericht
zijn op zowel huur- als koopwoningen. Daarvoor is € 111 mln. gereserveerd waarbij
indicatief € 60 mln. kan worden ingezet bij huurwoningen en € 51 mln. bij koopwoningen.
Verwachting is dat de regeling begin september kan worden opengesteld zodat de uitvoering
van de werkzaamheden in het najaar van 2020 en in 2021 kan plaatvinden.
Inzet overige middelen
Het kabinet trekt bij de uitwerking van de diverse maatregelen waar mogelijk op met
de Stichting Urgenda en betrokken stakeholders. In dat kader zal ik de stichting Urgenda
via een subsidie ondersteunen voor de uitvoering van een aantal projecten gericht
op relatief snel en eenvoudig te realiseren reductie van energiegebruik in verschillende
sectoren voor twee jaren. Daarnaast is een deel van de middelen bestemd voor overdracht
aan het BTW compensatiefonds en uitvoeringskosten.
Onderstaand treft u voor de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van
BZK een toelichting aan voor de verschillende regelingen en bij de financiële instrumenten
van het begrotingsartikel. Deze middelen staan nog op de aanvullende post en worden
middels deze incidentele suppletoire begroting overgeheveld naar de begroting van
BZK.
1. Leeswijzer
Uitgangspunt bij de tabel budgettaire gevolgen van beleid is dat per artikel de beleidsmatige
en technische mutaties toegelicht worden, die groter dan of gelijk zijn aan de ondergrens
zoals deze in de Rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) zijn opgenomen, de zogenaamde
staffel. In het kader van transparantie of anderszins kan het voorkomen dat mutaties
beneden deze ondergrenzen ook worden toegelicht.
Tabel 1 Staffel
Begrotingsartikel
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € mln.)
Technische mutaties (ondergrens in € mln.)
1. Openbaar bestuur en democratie
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
2. Nationale veiligheid
Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
3. Woningmarkt
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.
Ontvangsten: 5 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 20 mln.
Ontvangsten: 10 mln.
4. Energietransitie gebouwde omgeving en bouwkwaliteit
Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
5. Ruimtelijke ordening en omgevingswet
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
6. Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
7. Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
9. Uitvoering Rijksvastgoedbeleid
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.
Ontvangsten: 4 mln.
10. Groningen versterken en perspectief
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.
Ontvangsten: 4. mln.
11. Centraal apparaat
Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
12. Algemeen
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
13. Nog onverdeeld
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
2. Beleidsartikelen
2.3 Artikel 4. Energietransitie gebouwde omgeving en bouwkwaliteit
Tabel 2 Budgettaire gevolgen van beleid tweede incidentele suppletoire begroting (bedragen x € 1.000)
Stand ontwerpbegroting 2020 incl. NvW en amendementen
Stand na suppletoire begrotingen (inclusief de 1e incidentele suppletoire begroting)1
Mutaties 2e incidentele suppletoire begroting
Stand 2e incidentele suppletoire begroting
Mutatie 2021
Mutatie 2022
Mutatie 2023
Mutatie 2024
Verplichtingen
344.942
406.233
22.000
428.233
95.000
0
0
0
Uitgaven
540.942
621.932
22.000
643.932
95.000
0
0
0
4.1 Energietransitie en duurzaamheid
535.204
614.994
22.000
636.994
95.000
0
0
0
Subsidies
352.221
390.164
6.000
396.164
55.000
0
0
0
Energietransitie en duurzaamheid
33.421
59.721
6.000
65.721
55.000
0
0
0
Energiebesparing koopsector
74.000
85.743
0
85.743
0
0
0
0
Energiebesparing huursector
139.000
128.900
0
128.900
0
0
0
0
SAH
48.800
48.800
0
48.800
0
0
0
0
Warmtefonds en ontzorging
57.000
67.000
0
67.000
0
0
0
0
Opdrachten
5.602
3.732
0
3.732
0
0
0
0
Energietransitie en duurzaamheid
5.602
3.732
0
3.732
0
0
0
0
Bijdragen aan agentschappen
36.432
39.988
2.000
41.988
0
0
0
0
Dienst Publiek en Communicatie
0
70
0
70
0
0
0
0
Diverse agentschappen
0
1.500
0
1.500
0
0
0
0
ILT (handhaving energielabel)
515
515
0
515
0
0
0
0
RVO.nl (energietransitie en duurzaamheid)
11.709
27.345
0
27.345
0
0
0
0
RVO.nl (uitvoering Energieakkoord)
24.208
10.558
2.000
12.558
0
0
0
0
Bijdrage aan zbo/rwt's
4.300
4.571
0
4.571
0
0
0
0
Energietransitie en duurzaamheid
4.300
4.571
0
4.571
0
0
0
0
Bijdrage aan medeoverheden
0
90.160
14.000
104.160
40.000
0
0
0
Programma reductie energieverbruik
0
90.160
14.000
104.160
40.000
0
0
0
Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken
136.649
86.379
0
86.379
0
0
0
0
Gemeentefonds (H50)
112.400
83.486
0
83.486
0
0
0
0
EGO
24.249
2.893
0
2.893
0
0
0
0
4.2 Bouwregelgeving en bouwkwaliteit
5.738
6.938
0
6.938
0
0
0
0
Subsidies
3.491
3.491
0
3.491
0
0
0
0
Bouwregelgeving en bouwkwaliteit
3.491
3.491
0
3.491
0
0
0
0
Opdrachten
1.350
1.350
0
1.350
0
0
0
0
Bouwregelgeving en bouwkwaliteit
1.350
1.350
0
1.350
0
0
0
0
Bijdrage aan agentschappen
53
53
0
53
0
0
0
0
ILT (toezicht EU-bouwregelgeving)
53
53
0
53
0
0
0
0
Bijdrage aan zbo/rwt's
516
1.716
0
1.716
0
0
0
0
Toelatingsorganisatie
516
1.716
0
1.716
0
0
0
0
Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken
328
328
0
328
0
0
0
0
Ministerie van IenW
328
328
0
328
0
0
0
0
Ontvangsten
91
91
0
91
0
0
0
0
X Noot
1
Voor de eerste suppletoire begroting 2020 zie Kamerstukken II 2019/20, 35 450 VII, nr. 1. Voor de eerste incidentele suppletoire begroting, zie Kamerstukken II 2019/20, 35 478, nr. 1.
Toelichting
4.1 Energietransitie en duurzaamheid
Subsidies
Energietransitie en duurzaamheid
Er komt, vergelijkbaar met de subsidieregeling die in 2019 is opengesteld, een regeling
voor reductie van energiegebruik voor huurwoningen. In de praktijk blijken eenvoudige
energiebesparende maatregelen te helpen het energiegebruik van huishoudens te verminderen.
Het gaat bij kleine maatregelen bijvoorbeeld om zaken als het laten optimaliseren
van CV-installaties, het aanbrengen van radiatorfolie, het gebruik van LED lampen
en de inzet van energieverbruiksmanagers. De aanpak van gemeenten bestaat uit een
scala aan activiteiten zoals het organiseren van informatieavonden voor bewoners en
gerichte acties richting eigenaar-bewoners in de vorm van energieadvies. In totaal
is € 111 mln. gereserveerd waarbij indicatief € 60 mln. kan worden ingezet bij huurwoningen
(€ 5 mln. in 2020 en € 55 mln. in 2021).
Daarnaast wordt de stichting Urgenda via een subsidie ondersteund voor de uitvoering
van een aantal projecten gericht op het, relatief snel en eenvoudig, realiseren van
reductie van energiegebruik in verschillende sectoren zoals zwembaden, zorgtehuizen,
kantoren en vergroening van tuinen. Ook worden acties gericht op de versterking van
de rol van energie coöperaties. Voor deze subsidie wordt € 1 mln. beschikbaar gesteld.
Bijdrage aan medeoverheden
Programma reductie energieverbruik
Er komt, vergelijkbaar met de subsidieregeling die in 2019 is opengesteld, een regeling
voor reductie van energiegebruik in koopwoningen. In de praktijk blijken eenvoudige
energiebesparende maatregelen te helpen het energiegebruik van huishoudens te verminderen.
Het gaat bij kleine maatregelen bijvoorbeeld om zaken als het laten optimaliseren
van CV-installaties, het aanbrengen van radiatorfolie, het gebruik van LED lampen
en de inzet van energieverbruiksmanagers. De aanpak van gemeenten bestaat uit een
scala aan activiteiten zoals het organiseren van informatieavonden voor bewoners en
gerichte acties richting eigenaar-bewoners in de vorm van energieadvies. In totaal
is € 111 mln. gereserveerd waarbij indicatief € 51 mln. kan worden ingezet bij koopwoningen
(€ 11 mln. in 2020 en € 40 mln. in 2021).
Daarnaast is € 3 mln. bestemd voor een bijdrage aan het BTW-compensatiefonds. Bij
het onderdeel koopwoningen loopt de subsidie via een specifieke uitkering aan gemeenten.
Bijdrage aan agentschappen
RVO.nl (uitvoering Energieakkoord)
Dit betreft de uitvoeringskosten van RVO.nl. Bij de regeling voor huurwoningen dienen
verhuurders een verzoek in bij RVO.nl, waarna RVO.nl de aanvraag toetst. Bij de regeling
voor koopwoningen worden de aanvragen ingediend door gemeenten. Voor de uitvoeringskosten
is € 2 mln. beschikbaar.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 32 | Voor |
PVV | 20 | Tegen |
CDA | 19 | Voor |
D66 | 19 | Voor |
GroenLinks | 14 | Voor |
SP | 14 | Voor |
PvdA | 9 | Voor |
ChristenUnie | 5 | Voor |
PvdD | 4 | Voor |
50PLUS | 3 | Voor |
DENK | 3 | Voor |
SGP | 3 | Voor |
FVD | 2 | Tegen |
Krol | 1 | Tegen |
Van Kooten-Arissen | 1 | Voor |
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.