Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over het ontwerpbesluit tot wijziging van het Besluit subsidiëring sloop- en ombouwkosten pelsdierhouderij in verband met het verhogen van het subsidiepercentage voor sloop en enkele andere verbeteringen
2020D25157 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit hebben de onderstaande
fracties de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit over het Ontwerpbesluit tot wijziging van het Besluit subsidiëring
sloop- en ombouwkosten pelsdierhouderij in verband met het verhogen van het subsidiepercentage
voor sloop en enkele andere verbeteringen (Kamerstuk 30 826, nr. 55)
De voorzitter van de commissie, Kuiken
De adjunct-griffier van de commissie, De Leau-Kolkman
Inhoudsopgave
blz.
I
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
2
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
2
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
3
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
3
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
3
Vragen en opmerkingen van de leden van de Partij voor de Dieren-fractie
4
II
Antwoord / Reactie van de Minister
5
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het ontwerpbesluit met de verhoging
van het subsidiepercentage en enkele andere verbeteringen. Deze leden hebben nog een
aantal vragen.
De leden van de VVD-fractie vragen wat de verbeteringen zijn ten opzichte van het
vorige Besluit subsidiëring sloop- en ombouwkosten pelsdierhouderij. Op welke manier
maakt dit de regeling voor de nertsenhouders werkbaarder in de praktijk?
De leden van de VVD-fractie hebben de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
(LNV) in een eerder stadium opgeroepen de regie te pakken in de gesprekken met de
sector, provincies en gemeenten over de mogelijkheden om pelsdierhouderijen om te
bouwen naar een andere economische activiteit1. Op welke manier pakt de Minister van LNV het initiatief en deze regie in de gesprekken
met de provincies en gemeenten? Hoe verlopen deze gesprekken? Deze leden constateren
dat een regierol voor de Minister van LNV door de coronauitbraak bij nertsen alleen
maar noodzakelijker is geworden. Deelt de Minister van LNV deze mening? Zo nee, waarom
niet?
De leden van de VVD-fractie vragen de Minister of er al meer duidelijkheid is over
het onderzoek naar een eenmalige stoppersregeling voor nertsenhouders of dat de Kamer
nog enig geduld moet hebben.
De leden van de VVD-fractie vragen wanneer de Minister de Europese goedkeuring voor
het gewijzigde Besluit subsidiëring sloop- en ombouwkosten pelsdierhouderij verwacht
te ontvangen. Hoe lang duurt het na deze goedkeuring voordat de Minister de regeling
door middel van een koninklijk besluit in werking kan laten treden? Wat is vervolgens
het te doorlopen proces voor nertsenhouders en welke stappen moeten de nertsenhouders
daadwerkelijk zetten om gebruik te kunnen maken van het budget? Deze leden constateren
dat de nertsenhouders in zwaar weer zitten. Deelt de Minister dat er voor zowel deze
als voor de mogelijk eenmalige stoppersregeling waar nu onderzoek naar wordt gedaan,
snel duidelijkheid moet komen om stoppende nertsenhouders enig perspectief te bieden?
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van het Ontwerpbesluit tot wijziging
van het Besluit subsidiëring sloop- en ombouwkosten pelsdierhouderij in verband met
het verhogen van het subsidiepercentage voor sloop en enkele andere verbeteringen
en hebben hierover op dit moment geen verdere vragen.
Vragen en opmerkingen van de leden van D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de stukken ten
behoeve van het schriftelijk overleg «Ontwerpbesluit tot wijziging van het Besluit
subsidiëring sloop- en ombouwkosten pelsdierhouderij in verband met het verhogen van
het subsidiepercentage voor sloop en enkele andere verbeteringen».
De leden van D66-fractie lezen dat het kabinet onderzoekt of, en zo ja hoe, een eenmalige
stoppersregeling voor de pelsdierhouderij kan worden vormgegeven waarmee deze bedrijven
op korte termijn vrijwillig hun bedrijfsvoering kunnen beëindigen. De Minister zegt
vaart te maken met de nadere uitwerking van de stoppersregeling. Deze leden zijn van
mening dat de regeling waaraan het kabinet werkt zodanig ingericht moet worden dat
nertsenhouders geactiveerd worden om snel te stoppen. Deze leden zijn immers van mening
dat het houden van dieren voor bont niet meer van deze tijd is. Echter meldt de Minister
dat de subsidieregeling voor sloop- en ombouwkosten zich er niet voor leent om bedrijven
te stimuleren versneld het houden van pelsdieren te beëindigen. Daarvoor zou een eventuele aanvullende stoppersregeling
kunnen dienen. Deze leden vragen de Minister waarom zij van mening is dat de subsidieregeling
voor sloop-en ombouwkosten zich niet leent voor het versneld stoppen van bedrijven.
Ziet de Minister kans om alsnog een trap in te bouwen in de regeling waardoor het
loont voor nertsenhouders om sneller te stoppen?
Vragen en opmerkingen van de leden van SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het Ontwerpbesluit
tot wijziging van het Besluit subsidiëring sloop- en ombouwkosten pelsdierhouderij
in verband met het verhogen van het subsidiepercentage voor sloop en enkele andere
verbeteringen. Deze leden hebben hierbij nog enkele vragen en opmerkingen.
De leden van de SP-fractie zijn verheugd dat de pelsdiersector in Nederland per 2024
wordt beëindigd. Met dit besluit wordt een langgekoesterd ideaal van deze leden in
praktijk gebracht. Het houden van dieren louter voor benutting van hun vacht in de
kledingindustrie achten deze leden onethisch en niet van deze tijd. Daarnaast laten
de leefomstandigheden van de dieren in de nertsenindustrie zwaar te wensen over, zo
menen deze leden. In krappe kooien zonder enig comfort en zonder mogelijkheden om
soorteigen gedrag te vertonen leiden de miljoenen dieren een kort en miserabel leven
alvorens zij worden gedood voor het vervaardigen van een product dat volstrekt onnodig
is. Naast de gebrekkige welzijnscondities voor de dieren achten deze leden ook de
overlast die de nertsenhouderijen voor omwonenden met zich meebrengen onwenselijk.
De leden van de SP-fractie hebben sinds de eerste besmettingen op nertsenhouderijen
gewezen op de risico’s van verdere verspreiding van het virus onder zowel dieren als
mensen. Zij zijn van mening dat een versnelde afbouw in aanloop naar het fokverbod
in 2024 noodzakelijk is. Daarmee wordt wat deze leden betreft begonnen door op zijn
minst geen nieuwe pelsdieren en daarmee gepaard gaande bedrijfsvoering toe te staan
op de besmette bedrijven die inmiddels zijn geruimd.
Nota van toelichting
Hoofdlijnen van het wijzigingsbesluit
De leden van de SP-fractie hebben kunnen lezen dat de Minister voornemens is om het
budget voor de sloop van stallen waarop stoppende pelsdierhouders een beroep kunnen
doen te verhogen. Deze leden achten het gezien het huidige veelal verliesgevende verdienmodel
van de bedrijfstak begrijpelijk dat het subsidiepercentage voor sloopwerkzaamheden
momenteel wordt opgetrokken. Zij wijzen er daarbij op dat deze verhoging voor de leden
van de SP-fractie alleen acceptabel is omdat deze bijdraagt aan het versnellen van
de afbouw van een onwenselijke sector uit de dierenindustrie.
De kosten voor sloop en afvoer van omheiningen en inventaris worden in het nieuwe
voorstel van de Minister vergoed. Wat de leden van de SP-fractie betreft dient tegenover
beide genoemde wijzigingen de voorwaarde te staan dat de huisvestingsinventaris –
grotendeels bestaande uit kooien – dient te worden vernietigd voor recycling. Deze
leden beogen daarmee te voorkomen dat de draadgazen kooien opnieuw worden ingezet
voor de huisvesting van dieren. Ook wordt hiermee de garantie afgedwongen dat subsidieaanvragers
hun boedel niet alsnog doorverkopen. Deze leden spreken daarbij tevens de wens uit
dat een dergelijke standaard voor huisvesting, zowel qua afmeting als comfort, voor
het houden van dieren nooit meer wettelijk wordt toegestaan. Daarbij wijzen zij erop
dat dit bijvoorbeeld in grote delen van de Europese vleeskonijnenindustrie helaas
nog gangbare praktijk is.
Verlengen termijn tussen subsidieverlening en afronding subsidiabele activiteiten
De leden van de SP-fractie kunnen voorts instemmen met het verlengen van de termijn
voor de uitvoering van sloop- en ombouwwerkzaamheden, aangezien is gebleken dat de
vigerende termijn van één jaar te vaak onhaalbaar is vanwege plantechnische obstakels.
Wel vragen deze leden zich af of een drievoudige verruiming van deze termijn niet
wat veel van het goede is. Wellicht kan de Minister toelichten waarom is gekozen voor
een termijn van drie jaar?
Indieners van de subsidieaanvraag dienen daarbij wat de leden van de SP-fractie betreft
continu inzichtelijk te maken dat zij zich van het begin af aan inspannen om de werkzaamheden
zo snel als mogelijk te voltooien. Deze leden vragen de Minister of zij inzichtelijk
kan maken welke (financiële) consequenties volgen voor indieners die zich aantoonbaar
niet houden aan de gestelde subsidievoorwaarden, zowel op het punt van de uitwerking
als voor het naleven van de gestelde termijnen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de Partij voor de Dieren-fractie
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie hebben kennisgenomen van het Ontwerpbesluit
tot wijziging van het Besluit subsidiëring sloop- en ombouwkosten pelsdierhouderij
in verband met het verhogen van het subsidiepercentage voor sloop en enkele andere
verbeteringen. Deze leden vinden het van groot belang dat er zo spoedig mogelijk een
einde komt aan de nertsenfokkerij in Nederland. Zij hebben nog enkele vragen over
de voorliggende wijziging en over de coronabesmettingen in de nertsenfokkerij.
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie vragen de Minister wat het effect is
van de verhoging van het subsidiepercentage voor sloop van de nertsenfokkerijen, de
verhoging van de normbedragen voor sloop per vierkante meter en het subsidiabel maken
van de sloop van omheiningen en inventaris, op de maximale vergoeding per bedrijf.
Op welke termijn verwacht de Minister dat bedrijven gesloopt zullen worden? Hoe zal
erop worden toegezien dat de bedrijven ook daadwerkelijk worden gesloopt? Hoe zal
erop worden toegezien dat de kooien worden gesloopt en niet alsnog worden doorverkocht?
Is het waar dat bedrijven op dit moment na drie jaar leegstand een deel van hun kooien
opnieuw vullen om hun milieuvergunning niet te verliezen? Zo ja, hoe vaak is dit gebeurd
sinds 2013?
De leden van de Partij voor de Dieren-fractie hebben tevens nog enkele vragen over
de coronabesmettingen in de nertsenfokkerij. Hoeveel nertsen zijn er op dit moment
al gedood vanwege coronabesmettingen? Hoeveel moederdieren, hoeveel pups en hoeveel
dekreuen betrof dit? Bij hoeveel bedrijven en op hoeveel locaties zijn er besmettingen
geconstateerd? Op welke wijze is bij het early warning onderzoek gecontroleerd of
de ingestuurde kadavers daadwerkelijk afkomstig waren van de betreffende locatie?
Waar blijven de resultaten van het screeningsonderzoek dat is uitgevoerd bij alle
nertsenbedrijven in Nederland? Hoe is de controle op het vervoersverbod vormgegeven?
Kunt u bevestigen dat transporten met nertsen niet hoeven te worden aangemeld, waardoor
er helemaal geen zicht is op deze transporten? Kunt u bevestigen dat de Nederlandse
Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) in heel 2019 en in de eerste helft van 2020, dus
in anderhalf jaar tijd, niet één reguliere controle heeft uitgevoerd in deze sector?
Wordt dit toezicht de komende tijd geïntensiveerd? Zo ja, op welke wijze? Zo nee,
waarom niet?
Op welke wijze zal de ontwikkeling van het coronavirus in de nertsenfokkerij worden
gevolgd in de komende maanden? Zal het screeningsonderzoek worden voortgezet? Zo ja,
op welke wijze?
II Antwoord / Reactie van de Minister
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.H. Kuiken, voorzitter van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Mede ondertekenaar
I.J. Leau-Kolkman, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.