Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over fiche: Mededeling European Green Deal Investment Plan (Kamerstuk 22112-2844)
2020D10795 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Financiën heeft, in samenwerking met de vaste commissie voor
Economische Zaken en Klimaat en voor Europese Zaken, op 17 maart 2020 een aantal vragen
en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Financiën over het door de Minister
van Buitenlandse Zaken met brief van 14 februari 2020 toegezonden BNC-fiche: Mededeling
European Green Deal Investment Plan (Kamerstuk 22 112, nr. 2844)
De voorzitter van de commissie, Anne Mulder
De adjunct-griffier van de commissie, Schukkink
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Inhoudsopgave
Blz.
1.
Inleiding
2
2.
Essentie voorstel
3
•
Mobiliseren duurzame investeringen
3
–
Klimaatmainstreaming en tracering in het MFK
6
–
InvestEU
6
–
EIB
7
•
Faciliterend kader voor publieke en private investeringen
7
–
Duurzame financiering
7
–
Publieke sector
7
–
Staatssteun
8
3.
Nederlandse positie ten aanzien van de mededeling/aanbeveling
8
a)
Essentie Nederlands beleid op dit terrein
8
b)
Beoordeling + inzet ten aanzien van dit voorstel
9
•
Mobiliseren duurzame investeringen
9
–
MFK
9
–
InvestEU
11
–
Just Transition Mechanism
11
–
EIB
11
•
Faciliterend kader voor publieke en private investeringen
11
–
Duurzame financiering
11
–
Publieke sector
12
–
Staatssteun
13
c)
Eerste inschatting van krachtenveld
13
4.
Grondhouding ten aanzien van bevoegdheid, subsidiariteit, proportionaliteit, financiële
gevolgen en gevolgen op het gebied van regeldruk en administratieve lasten
13
5.
Overig
13
1. Inleiding
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het fiche over de Mededeling
European Green Deal Investment Plan (EGDIP). De leden van de VVD-fractie hebben daarover
nog een aantal vragen en/of opmerkingen.
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van het fiche over de Mededeling
European Green Deal Investment Plan (EGDIP). Naar aanleiding van het genoemde punt
brengen de leden van de PVV-fractie het volgende naar voren.
De leden van de CDA-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het voorstel van
de Europese Commissie.
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het fiche aangaande
het European Green Deal Investment Plan (EGDIP). De leden van voornoemde fractie spreken
steun uit voor het voornemen om van Europa het eerste klimaatneutrale continent te
maken en waarderen de grotendeels positieve grondhouding van het kabinet in dezen.
Wel hebben de leden van deze fractie nog enkele vragen ten aanzien van het fiche.
De leden van de fractie van GroenLinks hebben met veel interesse kennisgenomen van
het Fiche: Mededeling European Green Deal Investment Plan. Zij vinden het positief
om te lezen dat het kabinet op verschillende punten een ambitieuze inzet heeft met
betrekking tot het European Green Deal Investment Plan (EGDIP). Zij hebben tegelijkertijd
nog enkele vragen die de inzet van Nederland ten aanzien van het EGDIP verder kunnen
verhelderen.
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van het fiche over de Mededeling European
Green Deal Investment Plan (EGDIP).
De leden van de PvdA-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het fiche aangaande
het European Green Deal Investment Plan (hierna: Green Deal).
De leden van de SGP-fractie hebben kennisgenomen van het BNC-fiche. Zij hebben daarover
nog wel enkele vragen.
2. Essentie voorstel
De leden van de VVD-fractie hechten eraan dat bespreking over de verschillende verordeningen
of mededelingen niet vooruitlopen op de integrale besluitvorming betreffende het Meerjarig
Financieel Kader (MFK). Hoe wordt voorkomen dat dit toch onverhoopt kan of gaat gebeuren?
Hoe past deze mededeling in het kader van het MFK dat het kabinet voor ogen staat?
De leden van de VVD-fractie betreuren het dat de duidelijkheid van het EGDIP te wensen
over laat, omdat het zo lastig is om een standpunt te bepalen. Wat wordt er nu eigenlijk
vastgelegd c.q. bepaald met deze mededeling? Hoe voorkomt het kabinet dat het EGDIP
een fuik is waar we in zwemmen? Kan het kabinet aangeven wat het tijdpad is en wanneer
welke besluiten aan de orde zijn? Wat wordt met deze mededeling vastgelegd?
De leden van de VVD-fractie maken zich in algemene zin zorgen over het effectief en
efficiënt besteden van de EU-gelden. Hoe wordt gewaarborgd dat de EU-uitgaven aan
klimaat effectief en efficiënt gebeuren? Hoe wordt verspilling voorkomen?
De leden van de VVD-fractie vinden het cruciaal dat de ambities waar het gaat om het
klimaat worden omgezet in proportionele, uitvoerbare en kosteneffectieve wetgeving
en beleidsmaatregelen. Hoe wordt dat gewaarborgd? De leden van de VVD-fractie willen
dat de Europese en Nederlandse bedrijven goed kunnen blijven concurreren met bedrijven
in andere werelddelen en landen buiten de EU. Hoe wordt ervoor gezorgd dat dit het
geval is?
Mobiliseren duurzame investeringen
De leden van de VVD-fractie noemen dat de Europese Commissie voorstelt om 25% van
het totaalbudget voor het volgende MFK te besteden aan klimaatgerelateerde uitgaven.
Wat zijn klimaatgerelateerde uitgaven? Waar gaat het geld aan uitgegeven worden? En
hoe moet het bedrag van 503 miljard euro voor de periode 2021–2030 gezien worden in
relatie tot de inzet van het kabinet om niet meer geld uit te geven in het kader van
het MFK?
De leden van de VVD-fractie lezen dat er nationale cofinanciering nodig is om Europese
investeringen te ontvangen. Het gaat dan om een bedrag van 114 miljard euro aan additionele
investeringen. Waarop is dit bedrag gebaseerd? Wat betekent dit voor Nederland? Wat
betekenen de voorstellen uiteindelijk voor de netto-betalingspositie van Nederland?
De leden van de VVD-fractie vinden het niet meer dan logisch dat het kabinet terughoudend
is als het gaat om voorstellen voor nieuwe, eigen middelen ter financiering van de
EU-begroting.
De leden van de VVD-fractie zich af waarom er aanvullend op de voorstellen ook nog
tenminste 25 miljard euro aan veilingopbrengsten van het Europees systeem voor emissiehandel
(ETS) via het Innovatiefonds en het Moderniseringsfonds worden besteed aan de transitie.
Wat is de nut en noodzaak? Waar gaat het geld aan besteed worden?
De leden van de PVV-fractie merken op dat lidstaten om eigenaarschap te bevorderen
voor veel fondsen geld moeten bijleggen om Europese investeringen te ontvangen. Dit
zou tot 114 miljard euro aan aanvullende investeringen moeten leiden. De leden van
de PVV-fractie willen weten hoeveel geld Nederland van plan is bij te leggen en welke
fondsen dit precies betreft (s.v.p. per fonds uitsplitsen). Tevens willen de leden
van de PVV-fractie weten hoeveel Europese investeringen Nederland verwacht te ontvangen
als gevolg van het bijleggen van geld.
Voorts merken de leden van de PVV-fractie op dat in het EGDIP eerdere voorstellen
van de Commissie opnieuw worden aangehaald voor nieuwe (groene) grondslagen voor nationale
afdrachten ter financiering van de EU-begroting onder het volgende MFK (niet-gerecycled
plastic verpakkingsafval en een deel van de ETS-veilingopbrengst). De leden van de
PVV-fractie willen weten wat het standpunt is van het kabinet is ten aanzien van deze
nieuwe groene grondslagen en waarom het kabinet de subsidiariteit en proportionaliteit
ervan als positief beoordeelt.
Tevens vragen de leden van PVV-fractie om een overzicht van wat Nederland zowel direct
als indirect in de periode 2021–2030 zal uitgeven aan het European Green Deal Investment
Plan.
Het is duidelijk dat de plannen van de Europese Commissie zeer ambitieus zijn en het
streven naar een investering van 1.000 miljard euro in de periode 2021–2030 inzet
vergt van alle deelnemende partijen en een breed draagvlak onder deelnemende overheden
en de Europese burgers vereist, zo stellen de leden van de CDA-fractie vast. In de
Green Deal-plannen van de Europese Commissie ontbreekt deze component van draagvlak.
De leden van de CDA-fractie vragen de Minister in de eerste plaats in te gaan op de
vraag hoe hij de Nederlandse burgers denkt mee te krijgen in de doelen en verplichtingen
die voortvloeien uit de Green Deal. Deze leden zijn van mening dat iedereen, groot-
en kleinbedrijf en alle burgers, nadrukkelijk moeten worden meegenomen in de uitvoering
van de ambitieuze plannen. Daarom vragen deze leden de Minister om aan te geven welke
strategie het kabinet daarbij hanteert en, wanneer daar nog geen strategie voor is
opgesteld, of de Minister bereid is een dergelijke communicatiestrategie omtrent de
Green Deal vorm te geven.
De leden van de SP-fractie vragen hoeveel van het totale EU-budget nu ten goede komt
aan milieu en klimaatbeleid. In hoeverre is de «oormerking» van 25% van het MFK hier
afwijkend van, vragen zij. Zij vragen om een verdere toelichting tussen het oude en
nu voorgestelde beleid. Zo willen zij weten wat nu precies onder klimaatuitgaven wordt
verstaan.
De leden van de SP-fractie vragen de Minister of hij geen risico’s ziet in de grote
rol die de private sector krijgt binnen het Green Deal Investment Plan. De leden vragen
de Minister of hij erkent dat het publieke en het private belang mijlenver uit elkaar
liggen. Erkent de Minister ook dat er een situatie ontstaat waarin het publieke deel
garant staat voor de risico’s van het private deel, en dat de private investeerders
wel de lusten zullen hebben, maar niet de lasten zullen dragen, zo vragen deze leden.
De leden van de fractie van de SP zijn kritisch op de wijze waarop het JTF wordt vormgegeven.
Zij vrezen dat de werknemers in de fossiele sectoren hier niets van terug zien. Hoe
wordt voorkomen dat het geld rechtstreeks de zakken invloeit van regiobestuurders
en kolenbonzen, willen zij weten. Hoe wordt ervoor gezorgd dat het direct wordt ingezet
voor scholing, voor sociale plannen en voor leefbaarheid van kwetsbare regio’s?
Op welke wijze zal de 25 miljard afkomstig uit de ETS-veilingen worden ingezet, zo
vragen de leden van de SP-fractie. Maakt het opkopen van vrijgekomen rechten hier
onderdeel van uit? Deze leden vragen een uitgebreidere toelichting op de besteding
van deze gelden. De leden van de SP-fractie vragen de Minister waarom de herziening
van het ETS de inzet van kredieten uit de nieuwe koolstofmarkten toestaat. Ziet de
Minister niet dat zo de maximale uitstootnormen opnieuw dreigen te worden overschreden,
zo vragen deze leden.
De leden van de SP-fractie vragen de Minister of hij zich ten aanzien van het Green
Deal Investment Plan ervoor zou kunnen inzetten dat de fossiele industrie voor geen
cent wordt gesteund in investeringen die schadelijk zijn voor het milieu, in lijn
met aanbevelingen van CAN Europe en andere ngo’s. Deze leden vragen de Minister of
de Green Deal wel zoden aan de dijk zet als er tegelijkertijd namelijk ook nog subsidies
worden verstrekt aan de vervuilende industrie. Zij roepen de Minister dan ook op hier
een einde aan te maken en vragen hem aan te geven hoe hij dit vorm wil geven. Ook
vragen zij of er inzicht gegeven kan worden in de huidige publieke geldstromen richting
de fossiele industrie. De leden vragen de Minister om zijn mening te geven over de
andere aanbevelingen die door CAN Europe en door Greentervention worden gedaan.1, 2
De leden van de SP-fractie vragen de Minister waarom voorgenomen opname van nieuwe
sectoren in het ETS de nadruk legt op het verzachten van de gevolgen van klimaatverandering
in plaats van op het voorkomen ervan. De leden van de SP-fractie vragen de Minister
waarom het plan geen prijsdrukmiddel bevat.
De leden van de SGP-fractie lezen dat diverse maatregelen gefinancierd worden buiten
de EU-begroting om, zoals deels via het Innovatiefonds en het Moderniseringsfonds.
Hoe waardeert het kabinet deze financiering buiten de begroting om? Gaat het kabinet
zich inzetten om financiering van maatregelen zo veel als mogelijk binnen de EU-begroting
te laten vallen, en zo ja, hoe gaat het kabinet zich daarvoor inzetten?
Klimaatmainstreaming en tracering in het MFK
InvestEU
De leden van de VVD-fractie lezen dat er via private investeringen met een garantie
van de EU-begroting via InvestEU naar schatting ongeveer 279 miljard euro wordt geïnvesteerd.
Om welke garanties gaat het dan? Wat zijn daarbij de financiële risico’s voor de EU?
Hoe wordt geregeld dat ook het mkb daarvoor in aanmerking kan komen?
Voor InvestEU zijn vier beleidsterreinen aangewezen, zo lezen de leden van de VVD-fractie:
duurzame infrastructuur, onderzoek/innovatie/digitalisering, mkb en sociale investeringen
en vaardigheden. Hoe is de verdeling over deze vier beleidsterreinen? Wat zijn de
gevolgen voor het besteden van 30% van de InvestEU-investeringen aan klimaat? Wat
zijn de gevolgen voor de verdeling over de beleidsterreinen? Wat zijn de gevolgen
voor het mkb?
De leden van de CDA-fractie vragen de Minister hoe InvestEU zich verhoudt tot het
JTM en hoe de Minister gaat organiseren dat Nederlandse bedrijven kunnen putten uit
beide fondsen. Ook vragen deze leden hoe InvestEU zich verhoudt tot het Junckerfonds.
De Europese Commissie zal bovendien met de uitvoerders financiële producten ontwikkelen
gericht op milieu, klimaat en sociale duurzaamheid. De leden van de CDA-fractie vragen
of de toezichthouders ook zijn betrokken bij de ontwikkeling van deze nieuwe financiële
producten en, wanneer dat niet het geval is, of dat niet wenselijk is.
De leden van de fractie van GroenLinks hebben een vraag met betrekking tot InvestEU.
Zij lezen dat de Europese Commissie de EU-taxonomie wil gebruiken onder het InvestEU-programma
om duurzaamheidstoetsing te verbeteren, in lijn met de inzet van het kabinet op dit
punt. Zij lezen ook de inzet van het kabinet voor de bijdrage van InvestEU (30%) aan
Europese klimaatdoelstellingen. De leden van de fractie van GroenLinks vragen of het
kabinet zich er hard voor wil maken dat onder klimaat gealloceerde investeringen ook
daadwerkelijk een substantiële bijdrage leveren aan de in de taxonomie uiteengezette
criteria.
Met betrekking tot InvestEU vragen de leden van de fractie van GroenLinks bovendien
of, wat het kabinet betreft, binnen InvestEU alle of alleen als klimaat geoormerkte
investeringen getoetst worden aan de taxonomie, om zo inzicht te krijgen in de impact
van alle investeringen. Zij vragen in aanvulling hierop of het kabinet van mening
is dat het verkrijgen van inzicht in de impact van alle investeringen als belangrijk
mechanisme kan dienen om te voorkomen dat onder InvestEU investeringen gedaan worden
die een negatieve impact hebben op duurzaamheid.
De leden van de SP-fractie vragen de Minister hoe hij zou kunnen verzekeren dat de
middelen die voor private investeerders via het InvestEU-fonds en de EIB worden vrijgemaakt,
daadwerkelijk worden gebruikt voor groene investeringen en niet middels omwegen in
vervuilende industrie. Kan hij uiteenzetten welke garanties en criteria er worden
vastgesteld? Waarom wordt er überhaupt zo ingezet op private investeerders, in plaats
van publieke middelen op de juiste manier in te zetten voor groen beleid? De leden
van de fractie van de SP merken op dat op deze wijze publieke subsidies worden ingezet
om private risico’s af te dichten. Zo gaat de winst voor de private sector zijn, maar
worden de risico’s op de maatschappij afgewenteld. Zij achten deze constructie niet
alleen inefficiënt maar ook onrechtvaardig. Deze leden vragen hier een verdere toelichting
op.
De leden van de fractie van de SP vragen hoe de inzet om de fossiele belangen niet
langer te ondersteunen zich verhoudt tot het Energy Charter Treaty. Deze leden wijzen
erop dat met dit verdrag juist de fossiele belangen worden beschermd. Zij roepen op
uit dit verdrag te stappen. Hoe rijmen de genoemde investeringen van het EGDIP zich
met de mogelijke claims tegen overheden die klimaatmaatregelen doorvoeren die fossiele
bedrijven treffen?
EIB
De EIB wordt gepresenteerd als de nieuwe Europese klimaatbank, zo constateren de leden
van de CDA-fractie. Deze leden vragen de Minister om aan te geven in hoeverre dat
wenselijk is. Zijn er bijvoorbeeld sectoren of bedrijven die niet mee kunnen of mee
hoeven in de transitie? Waar vinden zij financiële steun in de Green Deal-plannen?
De leden van de fractie van GroenLinks zijn positief gestemd over de verduurzaming
van de EIB als onderdeel van het EGDIP. Zij noemen hierbij dat volgens recente berichtgeving3 Nederland aan invloed inlevert bij de EIB omdat, wegens een langdurende formatie
in België, de Benelux reeds twee jaar geen vicevoorzitter meer heeft geleverd. De
leden van de fractie van GroenLinks vragen het kabinet naar een appreciatie van dit
gegeven. Zij vragen het kabinet bovendien op welke manier zij (voor en achter de schermen)
deze lacune adresseren.
De leden van de SP-fractie vragen of verder toegelicht kan worden hoe de EIB zijn
beoogde rol als Europese klimaatbank zal vervullen. Wat wordt bijvoorbeeld precies
verstaan onder «hoge toegevoegde waarde», vragen zij.
De leden vragen verder hoe de staatssteunregels wel of niet van toepassing zijn op
het faciliteren van zon-op-dak en de lokale energieprojecten. In hoeverre worden initiatieven
nu belemmerd door deze regels en hoe gaat aanpassing van de staatssteunregels deze
eventuele belemmeringen wegnemen?
Faciliterend kader voor publieke en private investeringen
Duurzame financiering
De leden van de D66-fractie onderschrijven de ambities om meer transparantie te krijgen
over duurzame investeringen, wat bijvoorbeeld tot uiting komt in de introductie van
de taxonomie van de financiële keten. Een gemeenschappelijke taal is volgens de leden
een belangrijk mechanisme om deze transparantie te bevorderen. Daarbij hebben zij
wel vragen ten aanzien van de bureaucratische last voor aanbieders van duurzame investeringen.
Hoe wil de Minister voorkomen dat regelgeving rondom de taxonomie leidt tot eventuele
perverse prikkels ten aanzien van administratieve lasten die met certificering gepaard
kunnen gaan. Hoe zet de Minister zich in voor vermindering van deze administratieve
lasten?
Publieke sector
De leden van de VVD-fractie zijn geen voorstander van het vermengen van de doelstellingen
van het Stabiliteits- en Groeipact (SGP) met de klimaatdoelen. Het enige doel van
de SGP-regels is gezonde overheidsfinanciën in de eurolanden. Er is op dit moment
al te veel flexibiliteit en ruimte binnen de bestaande SGP-regels.
Er staat een evaluatie van de SGP-regels op stapel. De leden van de VVD-fractie zijn
bezorgd dat deze wordt aangegrepen om de regels te versoepelen ten faveure van klimaatdoelen.
De leden van de VVD-fractie zijn geen voorstander van versoepeling van de regels.
Deze leden willen wel vereenvoudiging. Er kan volgens de leden van de VVD-fractie
geen sprake van versoepeling van de SGP-regels zijn voor de klimaatdoelen of klimaatuitgaven.
Jaarlijks zullen landenrapporten die de Europese Commissie publiceert in het kader
van het Europees Semester ook duurzaamheidscomponenten bevatten, zo lezen de leden
van de CDA-fractie. Deze leden vragen de Minister in hoeverre daarbij een mate van
dwang aanwezig is of dat dergelijke duurzaamheidsaanbevelingen ook werkelijke aanbevelingen
zijn.
Staatssteun
De leden van de VVD-fractie lezen dat de Europese Commissie voorstelt om de relevante
EU-staatssteunkaders in 2021 aan te passen in relatie tot de doelstellingen van de
Europese Green Deal. Wat zijn daarbij de grenzen en/of randvoorwaarden die het kabinet
hanteert? Hoe en wanneer gaat het vervolgproces lopen? Hoe wordt de Tweede Kamer bij
dit traject betrokken?
Hoe wordt eerlijke concurrentie binnen de interne markt gewaarborgd?
De leden van de SP-fractie lezen dat de Europese Commissie in het EGDIP aangeeft dat
meer flexibiliteit wordt getoond voor staatssteun binnen de bestaande EU-staatssteunkaders.
Hierbij wordt specifiek verwezen naar investeringen in de energie-efficiëntie van
gebouwen. Hoe verwacht de Minister dat dit zal worden vormgegeven in Nederland, zo
vragen de leden.
3. Nederlandse positie ten aanzien van de mededeling/aanbeveling
a) Essentie Nederlands beleid op dit terrein
De leden van de PVV-fractie merken op dat het kabinet zich in Europa inzet op een
gemoderniseerd MFK dat in omvang gelijk blijft aan 1% van het totale EU-BNI. De leden
van de PVV-fractie vragen naar een update van de onderhandelingen m.b.t. de omvang
van het MFK.
In het algemeen vragen de leden van de D66-fractie of de Minister het eens is met
deze leden dat Nederland een voortrekkersrol moet spelen in de Europese samenwerking
op het gebied van investeringen in het klimaat en welke ruimte de Minister ziet om
deze voortrekkersrol te pakken. Nederland heeft de hoogste CO2-uitstoot per inwoner
van Europa en de laagste opwekking van schone energie. Daarmee heeft Nederland een
enorme opgave in de klimaattransitie volgens de leden van de D66-fractie en dient
het kabinet volop in te zetten op grensoverschrijdende samenwerking op dit gebied.
Is de Minister het eens met deze analyse? Heeft de Minister zich ingespannen voor
verdergaande ambities ten aanzien van investeringen in het klimaat in het kader van
de Green Deal of zal de Minister dat in de komende periode doen?
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de uitgesproken ambities om te
komen tot een gemoderniseerd MFK met een sterkere reflectie van nieuwe prioriteiten
zoals klimaat, maar met een omvang die gelijk blijft aan 1% van het BNI. De leden
van deze fractie zouden graag een concretere duiding willen wat de Minister verstaat
onder een «sterke reflectie». Is de Minister het met de leden van de D66-fractie eens
dat deze sterkere reflectie ook een hoge prioriteit zou moeten hebben in de onderhandelingen
over het MFK 2021–2027?
De leden van de SP-fractie vragen de Minister waarom de nieuwe Strategie voor Aanpassing
aan Klimaatverandering niet uitgaat van principes van nationale solidariteit ten aanzien
van natuurlijke rampen. Deze leden vragen waarom staten als «verzekeraar in laatste
instantie» hun rol moeten overdragen aan particuliere (her)verzekeraars en financiële
markten.
b) Beoordeling + inzet ten aanzien van dit voorstel
Mobiliseren duurzame investeringen
MFK
Het kabinet geeft aan meer duidelijkheid te willen in de dubbeltelling in de 1.000 miljard
euro aan te mobiliseren investeringen. De leden van de CDA-fractie vragen de Minister
aan te geven wat er precies wordt bedoeld met dubbeltellingen.
De leden van de fractie van GroenLinks zijn positief gestemd over de kabinetsinzet
om het gehele MFK in lijn te brengen met de doelen van het Parijsakkoord. Zij vragen
het kabinet te expliciteren dat dit betekent dat ook de investeringen vanuit het Gemeenschappelijk
Landbouwbeleid (GLB) in lijn gebracht moeten worden met het Parijsakkoord. Zij vragen
het kabinet vervolgens welke criteria en standaarden opgenomen zouden moeten worden
in het GLB om deze in lijn te brengen met de Parijsdoelstellingen. Zij vragen het
kabinet in aanvulling hierop te reflecteren op wat er aan het GLB veranderd moet worden,
gegeven hoe de door het kabinet voorgestane verduurzaming van GLB-gelden samengaat
met de bijdrage die het GLB op dit moment levert aan de schaalvergroting van niet-duurzame
Nederlandse landbouwbedrijven.
De leden van de fractie van GroenLinks lezen dat het kabinet in de onderhandelingen
en richting de Commissie pleit voor verbetering van de tracering en monitoring van
klimaatgerelateerde uitgaven in het MFK. Zij vragen welke rol de EU-taxonomie wat
betreft het kabinet speelt in deze tracering en monitoring. Zij vragen bovendien welke
rol duurzaamheidsstandaarden, zoals bijvoorbeeld geëxpliciteerd via de EU-taxonomie,
wat het kabinet betreft zouden moeten spelen in het toetsen en monitoren van niet-klimaatgerelateerde
investeringen in het MFK.
De leden van de SP-fractie vragen de Minister of het hoge ambitieniveau van de Green
Deal waar veel over is gesproken niet enkel uit luchtkastelen bestaat, gezien het
feit dat er gesproken wordt over 1.000 miljard euro in 10 jaar, maar dat er maar 7,5 miljard
euro aan nieuwe gelden wordt vrijgemaakt. Hoe zeker acht de Minister het dat er daadwerkelijk
1.000 miljard euro beschikbaar komt, zo vragen deze leden.
Het valt de leden van de PvdA-fractie op dat in het fiche inhoudelijk zeer summier
wordt ingegaan op de doelen van de Green Deal, en dat de focus van het kabinet vooral
lijkt te zijn gelegen in het beperken van de EU-afdracht, ongeacht wat er met het
EU-budget op dit punt wordt gedaan. Deze zeer limitatieve insteek schaadt de samenwerking
in internationaal verband om de klimaatdoelen te bereiken. De komende jaren zullen
cruciaal zijn om onomkeerbare gevolgen van klimaatverandering tegen te gaan. Europese
samenwerking is daarvoor onontbeerlijk. De leden van de PvdA-fractie vragen om het
fiche uit te breiden met een meer inhoudelijke analyse van de plannen, met een visie
op de rol van Europa in het bestrijden van klimaatverandering en de rol die Europese
middelen kunnen spelen bij het bereiken van de Nederlandse klimaatdoelen.
De Green Deal stelt onder andere voor om 25% van het MFK-budget te gebruiken voor
klimaatgerelateerde uitgaven, zo lezen de leden van de PvdA-fractie. Het kabinet zegt
deze doelstelling te steunen; waarom kiest het kabinet er dan niet voor dit volledig
te omarmen? De essentie van de Nederlandse reactie is dat de doelen van de Green Deal
worden gesteund, maar dat dit niet mag leiden tot een hogere afdracht dan 1% van het
EU-BNI, waarom is dit de kern van de kabinetsreactie? Wanneer Europese acties kunnen
leiden tot effectief klimaatbeleid, kan dat toch ook leiden tot beter klimaatbeleid
als geheel of lagere nationale bestedingen aan klimaatbeleid? Bovendien zijn de totale
bestedingen van het MFK wel gerelateerd aan het de uitgaven aan klimaatbeleid, maar
niet hetzelfde. Bovendien constateren de leden van de PvdA-fractie dat het kabinet
slechts kijkt naar een tamelijk arbitraire 1% BNI, zonder te overwegen wat men daarvoor
terugkrijgt. Goed beleid en effectieve samenwerking vereisen wellicht een bepaald
budget; fixeren op een boekhoudkundige grens kan in een later stadium kostbaar blijken
te zijn. De leden van de PvdA-fractie vragen een uitgebreide bespiegeling over de
vraag waarom de 1% BNI de essentie is van de kabinetsreactie ten aanzien van de Green
Deal.
De leden van de PvdA-fractie constateren dat in het fiche elke bespiegeling ontbreekt
over wat de Green Deal kan betekenen voor Nederland. Wat betekent de Green Deal voor
het investeringsvermogen in Nederland, voor de werkgelegenheid en voor een overstap
naar een volledig klimaatneutrale economie? Wat betekent de Green Deal voor de coördinatie
als het gaat om noodzakelijke investeringen tussen Nederland en onze buurlanden?
Het fiche stelt dat het kabinet terughoudend is over voorstellen voor eigen middelen,
zo lezen de leden van de PvdA-fractie; hoe staat dit in verhouding tot uitspraken
van Staatssecretaris van Financiën, die stelt dat de deur daarvoor niet is dichtgegooid?
Voorts stelt het fiche dat de manier waarop lidstaten duurzaamheid realiseren primair
aan de lidstaten is. De leden van de PvdA-fractie onderkennen dat, maar vinden dit
te kort door de bocht. CO2 houdt zich niet aan landsgrenzen, en internationale coördinatie is onontbeerlijk
voor efficiënt beleid. Bovendien moet moral hazard voorkomen worden. De EU heeft zich
bovendien, met volledige instemming van Nederland, gecommitteerd aan de klimaatdoelen.
Kan het kabinet uiteenzetten hoe dit met elkaar te rijmen is en welke rol het dan
wel voor Europa ziet?
De leden van de SGP-fractie lezen dat het kabinet terughoudend is tegenover voorstellen
voor nieuwe eigen middelen ter financiering van de EU-begroting. Betekent dit dat
het kabinet ook terughoudend is ten opzichte van voorstellen van de Commissie voor
nieuwe (groene) grondslagen voor nationale afdrachten ter financiering van de EU-begroting
(zoals de mogelijke belasting op niet-gerecycled plastic verpakkingsafval)? Is het
kabinet van mening dat door dergelijke voorstellen een vorm van een Europese belasting
dichterbij komt?
InvestEU
De leden van de VVD-fractie vragen in hoeverre het kabinet het ontwikkelen van financiële
producten een taak van de Europese Commissie vindt. Waarom is dat voor milieu, klimaat
en sociale duurzaamheid wel wenselijk en/of nuttig?
Just Transition Mechanism
De leden van de VVD-fractie lezen dat het Just Transition Mechanism (JTM) vooral ingezet
wordt voor regio’s die nog in sterke mate afhankelijk zijn van fossiele en koolstofintensieve
industrie. Welke landen en/of regio’s kunnen of gaan hier vooral van profiteren? Wat
betekent dit voorstel voor Nederland? Hoe wordt het bedrag van 143 miljard euro in
2021–2030 verdeeld over de drie pijlers? Wat betekent een publieke leenfaciliteit
onder de Europese Investeringsbank (EIB), ook kijkend naar de opmerking die de leden
van deze fractie maken over de EIB?
EIB
De leden van de VVD-fractie vinden de plannen met betrekking tot de EIB in het kader
van de Green Deal te vaag en ze lijken te ambitieus. De gevolgen zijn namelijk nog
volstrekt onduidelijk. Waarom is het kabinet hier toch al positief over? Wat betekent
de groeiende rol van de EIB als Europese klimaatbank precies? Wat zijn de financiële
consequenties? Met welke risico’s gaat dit gepaard? Wat zijn de gevolgen voor de andere
taken van de EIB?
De leden van de D66-fractie juichen het toe dat de Europese Investeringsbank (EIB)
tot doel heeft om 50% van het leenvolume in te zetten voor klimaatinvesteringen. De
leden van de voornoemde fractie vragen daarbij wel aandacht voor het do-no-harmprincipe
voor het complete leenvolume. Zal de Minister zich inspannen om ervoor te zorgen – gelijk
aan de inzet ten aanzien van InvestEU – dat er voor het complete leenvolume aandacht
is voor de klimaatrisico’s van de investeringen en er geen investeringen gedaan zullen
worden die schade toebrengen aan het klimaat? Daarnaast vragen de leden van deze fractie
hoe geborgd is dat de EIB en InvestEU de doelen ten aanzien van duurzame investeringen
daadwerkelijk zullen halen. Kan de Minister ook toezeggen dat de Rijksdienst voor
Ondernemend Nederland voldoende capaciteit heeft om ten volle te kunnen deelnemen
aan het expertnetwerk?
Faciliterend kader voor publieke en private investeringen
Duurzame financiering
De leden van de D66-fractie vragen of de Minister gelet op de initiatieven van het
EGDIP aanleiding ziet om op korte termijn zelf ook meer «groene obligaties» te gaan
uitgeven. Wil de Minister daarbij ook kijken in hoeverre beter geborgd kan worden
dat de middelen vanuit deze obligaties ook écht gaan naar extra investeringen ten
behoeve van het klimaat, die anders niet gedaan zouden zijn?
De leden van de D66-fractie merken daarnaast op dat financiële instellingen gestimuleerd
kunnen worden tot meer duurzame investeringen door een scenario voor te schrijven
van het International Energy Agency (IEA) waarin de opwarming van de aarde tot anderhalve
graad beperkt blijft. De leden wijzen op de oproep hiertoe van ING en milieuorganisaties
in april 2019. Kan de Minister toezeggen zich ervoor in te spannen dit punt op te
laten nemen in het EGDIP?
De leden van de fractie van GroenLinks hebben enkele vragen over de inzet van het
kabinet met betrekking tot duurzame financiering. Zij lezen dat de kabinetsinzet mede
gebaseerd is op de doelen zoals genoemd in de Verkenning naar de markt voor groene
financiering. Zij vragen hierbij wat de inzet van het Nederlandse kabinet is ten aanzien
van het reduceren van vervuilende activa, teneinde via deze weg de financiële sector
verder te verduurzamen.
De leden van de fractie van GroenLinks lezen daarnaast dat het kabinet inzet op meer
transparantie rond klimaatimpact en rapportages. Zij vragen in deze context naar de
inzet van het kabinet ten aanzien van de richtlijn niet-financiële rapportage (2014/95/EU)
die op dit moment herzien wordt. Welke inzichten heeft het kabinet ten aanzien van
de doeltreffendheid van de huidige richtlijn, zo vragen zij daarnaast.
Publieke sector
Het kabinet is in beginsel voorstander van de inzet op verduurzaming van overheidsinkopen
en aanbestedingen, zoals voorgesteld in de Green Deal. De leden van de CDA- fractie
vragen de Minister in hoeverre dat overeenkomt met doelstellingen in de Nederlandse
klimaatwet. En gaat dat bijvoorbeeld al gelden voor grote projecten die op dit moment
in voorbereiding zijn, zoals de verbouwing van het Binnenhof?
De leden van de D66-fractie waarderen de steun die het kabinet uitspreekt voor het
in kaart brengen van praktijkvoorbeelden rondom groen begroten. Daarbij vragen de
leden van deze fractie in hoeverre er gezorgd kan worden dat Nederland deze ervaringen
kan aanwenden voor het huidige begrotingsbeleid en met name ook voor het begrotingsbeleid
in de volgende kabinetsperiode. Zal de Minister erop sturen dat het delen van deze
best practices snel uitgevoerd zal worden zodat deze meegenomen kunnen worden voor het begrotingsbeleid
van het volgende kabinet? Kan de Minister al voorbeelden noemen van groen begroten
die kansrijk zijn voor het Nederlandse begrotingsbeleid? In hoeverre staan deze best
practices aan de basis voor het advies van de Studiegroep Begrotingsruimte?
De leden van de D66-fractie constateren dat het kabinet de aandacht voor duurzaamheid
in de landenrapporten van het Europees Semester verwelkomt, maar de focus van het
Semester op economisch en arbeidsmarktbeleid wil behouden. Erkent de Minister dat
klimaatrisico’s een enorme economische impact hebben en dat daarmee klimaatrisico’s
uit zichzelf een essentieel onderdeel vormen van het economische beleid waar het kabinet
de focus op wil houden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke manier gaat de Minister
zich inspannen voor een effectieve opname van de aandacht voor klimaat in het Europees
Semester?
De leden van de fractie van GroenLinks vragen het kabinet naar de inzet van het kabinet
ten aanzien van de herziening van de SGP-regels. De leden vragen specifiek het kabinet
erop te reflecteren dat het in de afgelopen jaren meermaals is voorgekomen dat een
door de regels afgedwongen maar te rigoureuze schuldreductie volgens de SGP-regels
heeft geleid tot een slechtere begrotingspositie, omdat deze reductie de groei negatief
beïnvloedde. Op welke manier kunnen de regels herzien worden, zodat zij via de net
beschreven weg niet bijdragen aan een verslechtering van de begrotingspositie van
landen, zo vragen zij. Zij vragen tenslotte aan het kabinet of hij bereid is zich
niet bij voorbaat uit te spreken tegen het instellen van een investeringsregel binnen
de herziening van het SGP die eenduidig is en enkel investeringen toestaat die evident
bijdragen aan economische groei.
Staatssteun
De leden van de VVD-fractie zijn het met het kabinet eens dat er meer duidelijkheid
moet komen over wat er precies wordt verstaan onder het aanpassen van de staatssteunkaders
en wat wordt bedoeld met flexibiliteit.
De leden van de SGP-fractie vernemen graag wat de inzet van het kabinet is om de eerlijke
concurrentie binnen de interne markt te borgen, gezien de staatssteun die gegeven
kan worden voor de transitie naar een klimaatneutrale economie. Hoe gaat het kabinet
deze eerlijke concurrentie borgen?
c) Eerste inschatting van krachtenveld
De leden van de PVV-fractie merken op dat in de Green Deal ook wordt voorgesteld om
het unanimiteitsbeginsel los te laten en besluitvorming d.m.v. gekwalificeerde meerderheid
mogelijk te maken. Kan de Minister nogmaals bevestigen hier nooit mee in te stemmen
(conform de wens van de meerderheid van de Kamer)?
4. Grondhouding ten aanzien van bevoegdheid, subsidiariteit, proportionaliteit, financiële
gevolgen en gevolgen op het gebied van regeldruk en administratieve lasten
De leden van de SGP-fractie hebben een vraag over de subsidiariteit van het voorstel.
Is het kabinet van mening dat bij alle afzonderlijke maatregelen uit de mededeling
de subsidiariteit voldoende geborgd is? Ook gezien het toepassingsbereik voor de inzet
van middelen vanuit het voorgestelde JTF?
De leden van de SGP-fractie lezen dat het kabinet van mening is dat de maatregelen
uit het EGDIP vooralsnog geschikt lijken om de gestelde doelen te bereiken. Welke criteria hanteert het kabinet
om te bepalen of de maatregelen blijvend geschikt zijn om de doelen te bereiken. Met
andere woorden: welke criteria hanteert het kabinet bij het woord «vooralsnog»?
5. Overig
De Green Deal gaat over heel veel onderwerpen en heel veel ministeries zijn daarbij
betrokken. Maar als iedereen verantwoordelijk is, is ook niemand verantwoordelijk,
zo stellen de leden van de VVD-fractie vast. Deze leden vragen zich af hoe de verantwoordelijkheid
is over de verschillende onderdelen van de Green Deal in het kabinet. Waar en bij
wie ligt welke (eind-)verantwoordelijkheid indien beleidsterreinen elkaar overlappen
of kruisen (bijvoorbeeld milieu, wonen en energie). Kan daar een duidelijk overzicht
van worden gegeven?
De leden van de PVV-fractie willen weten of de uitbraak van het coronavirus iets zal
veranderen aan de uitgaven richting het Green Deal Investment Plan en zo ja, wat deze
veranderingen dan zullen zijn.
De leden van de SP-fractie zouden de Minister van Financiën willen vragen of er een
verslag naar de Kamer kan worden gestuurd over de uitkomsten van het «stakeholder-overleg»
dat op 12 maart plaatsvindt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. (Anne) Mulder, voorzitter van de vaste commissie voor Financiën -
Mede ondertekenaar
M. Schukkink, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.