Brief regering : Voortgang normering topinkomens (semi) publieke sector en WNT-Jaarrapportage 2018
30 111 Topinkomens
Nr. 123 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 december 2019
Met deze brief informeer ik u over de voortgang van het topinkomensbeleid van het
kabinet in de (semi-)publieke sector. Overeenkomstig artikel 7.1 van de Wet normering
topinkomens (WNT) is bij deze brief de WNT-jaarrapportage 20181 gevoegd met een overzicht van geconstateerde overtredingen en getroffen handhavingsmaatregelen.
Eveneens geef ik met deze brief invulling aan een tweetal moties2. Ten eerste geef ik een geactualiseerd overzicht van ingediende en gehonoreerde uitzonderingsverzoeken
in het kader van de WNT3. Ten tweede verstrek ik u gegevens over de voortgang van de tweede wetsevaluatie
van de WNT. Hiermee vul ik de toezegging in opgenomen in de brief van 7 mei 20194, ter invulling van de motie Middendorp (VVD)5, om in de WNT-Jaarrapportage 2018 uw Kamer (wederom) te informeren over de voortgang
van de tweede wetsevaluatie WNT.
Uit de huidige gegevens blijkt, evenals de voorgaande jaren, dat de WNT een effectief
instrument is dat bovenmatige bezoldiging in de (semi-)publieke sector tegengaat en zorgt voor transparantie over topinkomens in deze sector.
De WNT-jaarrapportage 2018 laat immers opnieuw weinig nieuwe accountantsmeldingen
zien. Tegelijkertijd heb ik aandacht voor de doelmatigheid van de WNT. Zo is de tweede
wetsevaluatie, die in volle gang is, er mede op gericht om te bezien of de doelen
van de wet op een eenvoudiger manier zijn te bereiken.
Toezicht en handhaving 2018
De WNT-jaarrapportage 2018 (bijlage 1) omvat zowel nieuw geconstateerde overtredingen
als een actualisatie van overtredingen uit eerdere WNT-rapportages die nog in behandeling
waren. Een belangrijk deel van de vermelde overtredingen is gesignaleerd door de accountant,
die fungeert als eerstelijns toezichthouder. De WNT-toezichthouders (2e lijn, i.c. CIBG, ILT/AW, Onderwijsinspectie, Eenheid Toezicht WNT) kunnen ook proactief
toezicht uitoefenen of reageren op signalen die zij langs andere weg ontvangen.
Ten opzichte van de WNT-jaarrapportage 2017 zijn er 38 nieuwe meldingen. 17 hiervan
zijn nieuw geconstateerde en behandelde overtredingen. 9 van deze overtredingen zijn
reeds door de betrokken WNT-instelling ongedaan gemaakt.
18 nieuwe meldingen zijn in behandeling en van 3 nieuwe meldingen is geconstateerd
dat er geen sprake is van een overtreding.
Het overzicht bevestigt het beeld uit de eerste wetsevaluatie en eerdere WNT-jaarrapportages
dat de WNT een effectief instrument is.
Uitzonderingsverzoeken
In mijn brief van 26 juni 2018 heb ik ter invulling van de motie Van der Molen (CDA)6 een tabel opgenomen met informatie over ingediende en gehonoreerde uitzonderingsverzoeken
(peildatum 15 juni 2018)7. In deze brief heb ik ook toegezegd bij de WNT-jaarrapportage een geactualiseerd
overzicht toe te voegen (bijlage 2). Sinds de peildatum van bijlage 2 van de WNT-Jaarrapportage
2017 (15 oktober 2018) zijn er twaalf uitzonderingsverzoeken ingediend, waarvan één
verzoek is gehonoreerd8.
Traject wetsevaluatie in volle gang
Op 9 oktober 2018 heb ik het plan van aanpak voor de tweede wetsevaluatie aan u gezonden9. Hierin worden de inhoudelijke opzet, het totstandkomingsproces en de planning van
de tweede wetsevaluatie WNT uitgewerkt. Inmiddels is de tweede wetsevaluatie in volle
gang. Begin 2019 is de governance van het programma ingericht. Elk deelonderzoek kent
een begeleidingscommissie (bestaande uit toezichthouders, wetenschappers of inhoudelijk
specialisten afhankelijk van het onderwerp van het deelonderzoek) die een oordeel
vormt over de aanpak van het deelonderzoek. Een onafhankelijke adviseur methodologie10 beoordeelt de methodes van onderzoek van de gehele tweede wetsevaluatie. De verbinding
met het veld wordt geborgd middels vier klankbordgroepen (BZK, Zorg, OCW en Wonen)
met vertegenwoordigers uit de desbetreffende sector(en). Daarnaast worden beslissingen
interdepartementaal afgestemd binnen het kernteam en de stuurgroep.
Alle deelonderzoeken zijn gestart. De onderzoeksfase, waarin de tweede wetsevaluatie
WNT zich nu bevindt, vindt plaats langs drie sporen, te weten (1) doeltreffendheid,
(2) doelmatigheid en (3) onderzoek naar de (mogelijke) neveneffecten van de WNT.
Spoor 1: Doeltreffendheid
Hierbij gaat het erom in hoeverre de doelstellingen van de WNT bereikt worden. Doelstellingen
betreffen het tegengaan van bovenmatige bezoldigingen (deelonderzoek 1) en ontslaguitkeringen
(deelonderzoek 2) van topfunctionarissen in de (semi-)publieke sector middels de op
de grond van de WNT vastgestelde bezoldigingsmaxima alsmede de openbaarmaking (deelonderzoek
3) hiervan in de financiële verslaglegging. De drie deelonderzoeken zijn uitbesteed
aan SEO Economisch Onderzoek, een onderzoeksbureau dat is gelieerd aan de universiteit
van Amsterdam en ruime ervaring heeft met de WNT.
Spoor 2: Doelmatigheid
De deelonderzoeken die vallen onder spoor twee hebben als gemene deler dat wordt onderzocht
of de doelstellingen van de WNT bereikt kunnen worden met lagere kosten. Dit betreft
inzicht in de ontwikkeling van de administratieve lasten (deelonderzoek 4), alsmede
mogelijkheden om de uitvoering te vereenvoudigen (deelonderzoek 5). In 2019 is besloten
een derde deelonderzoek (Deelonderzoek 8: ADR-onderzoek) aan dit spoor toe te voegen.
Deelonderzoek 8 betreft een door de Audit Dienst Rijk (ADR) uitgevoerd onderzoek bij
accountants van WNT-instellingen en onderzoekt of accountants de WNT eenduidig interpreteren.
Deelonderzoek 4 betreft een herhalingsonderzoek en is, net zoals bij de eerste wetsevaluatie
WNT, belegd bij het ICTU, een onafhankelijk advies- en projectenbureau binnen de overheid.
Deelonderzoek 4 is in een vergevorderd stadium. Ten behoeve van deelonderzoek 5, het
onderzoek naar mogelijkheden van verbetering van de doelmatigheid van de WNT, is zeer
veel contact met het veld. De diverse stakeholders waaronder de klankbordgroepen van
de diverse sectoren en de Nederlandse Beroepsvereniging Accountants (NBA) zijn zeer
nauw betrokken. In meerdere brainstormsessies met de klankbordgroepen, alsmede meerdere
gesprekken met de NBA, waaronder een rondetafelbijeenkomst zijn de door hen ervaren
knelpunten van de wet en potentiele oplossingen besproken. Daarnaast worden ook brainstormsessies
gehouden met inhoudelijk specialisten om te komen tot een doelmatigere wet.
Spoor 3: Neveneffecten
Hiermee wordt gedoeld op inzicht in de effecten die (mogelijk) zijn veroorzaakt door
de WNT zonder dat zij beoogd zijn. Factoren die worden onderzocht (deelonderzoek 6)
zijn: het loongebouw (verschil in salaris tussen top en subtop), arbeidsmobiliteit,
de kwaliteit en samenstelling van het bestuur en salarisverschillen tussen de private
en publieke sector. Deelonderzoek 7 betreft een kwalitatieve verdieping (op het niveau
van sectoren en/of instellingen) van deelonderzoek 6. Het Centrale Bureau voor de
Statistiek (CBS) is belast met het kwantitatieve onderzoek naar de (mogelijke) neveneffecten.
Dit deelonderzoek omvat het in kaart brengen van de eerder vermelde factoren over
een periode van 2006–2018 van topfunctionarissen bij WNT-instellingen11. Eveneens bij deelonderzoek 6 zijn de stakeholders nauw betrokken bij de totstandkoming
van het plan van aanpak. Voor het zomerreces van 2020 is deelonderzoek 6 afgerond.
Deelonderzoek 7 bevindt zich in de beginfase. Pas als deelonderzoek 6 is afgerond
kan de kwalitatieve verdieping plaatsvinden. Op dit moment inventariseer ik al wel
welke onderwerpen enkel kwalitatief, niet kwantitatief zijn te onderzoeken en waarmee
niet op afronding van deelonderzoek 6 hoeft te worden gewacht.
December 2020 deel ik de uitkomsten van de tweede wetsevaluatie WNT met uw Kamer.
Wetsvoorstel wijziging wet normering topinkomens (Versterking WNT)
Op 7 oktober 2019 is het wetsvoorstel Versterking WNT ter advisering voorgelegd aan
de Raad van State12. Het wetsvoorstel beoogt de toepassing van de WNT te versterken door: (1) onderaannemers
in de zorg onder de WNT te brengen, (2) het aangrijpingspunt van de WNT in de zorg
aan te passen, (3) het begrip gelieerde rechtspersonen «naar boven» uit te breiden
en (4) de normering van topfunctionarissen anders dan op grond van dienstbetrekking
(de ketenbepaling) aan te passen. Ik kom hiermee tegemoet aan het verzoek van de Kamer
om ontwijkingsmogelijkheden aan te pakken.
Vaststelling Normenkader 2019 en regels voor verantwoording 2018
Jaarlijks wordt in het najaar een aantal besluiten genomen en regelingen geactualiseerd
met het oog op de uitvoering van de WNT. Hierna geef ik een kort overzicht van de
belangrijkste wijzigingen.
Indexering bezoldigingsmaxima
Het algemeen bezoldigingsmaximum voor 2020 komt uit op € 201.000. Op grond van de
WNT wordt het bezoldigingsmaximum geïndexeerd op basis van het CBS-cijfer voor de
contractloonstijging bij de overheid in 2018 en afgerond naar boven op duizendtallen.
Ook de overige maxima voor onder meer toezichthoudende topfunctionarissen en interim-topfunctionarissen
zijn op overeenkomstige wijze geïndexeerd.
Sectorregelingen
De sectorale regelingen voor de zorg en jeugdhulp, zorgverzekeraars, woningcorporaties,
onderwijs, cultuur en ontwikkelingssamenwerking zijn in november 2019 opnieuw vastgesteld
en gepubliceerd. De indexering van de bezoldigingsmaxima per bezoldigingsklasse is
vastgesteld en de regelingen zijn op een aantal kleine punten aangepast. De regelingen
treden met ingang van 1 januari 2020 in werking.
Uitvoeringsregeling WNT
De Uitvoeringsregeling WNT bevat nadere regels ter uitwerking of verduidelijking van
een aantal onderwerpen, zoals het bezoldigingsbegrip en de openbaarmakingsverplichting.
Naar aanleiding van verzoeken om verduidelijking uit het veld, rechterlijke uitspraken
e.d. wordt de regeling tot op heden jaarlijks geactualiseerd. Op 25 oktober 2019 heb
ik de gewijzigde Uitvoeringsregeling WNT vastgesteld13.
Naast verduidelijking van enkele begrippen en verplichtingen in het kader van de openbaarmaking
wordt toegelicht hoe de WNT-bezoldiging moet worden berekend indien sprake is van
een combinatie van bezoldiging als topfunctionaris, bezoldiging voor nevenwerkzaamheden
binnen een WNT-instelling en bezoldiging voor werkzaamheden bij gelieerde rechtspersonen.
Hiernaast wordt de vrijstelling van de openbaarmakingsverplichting uitgebreid naar
kleine WNT-instellingen met een ingehuurde topfunctionaris die onbezoldigd werkzaam
is.
Controleprotocol
Op 21 augustus 2019 is het Controleprotocol WNT 2019 vastgesteld14. Hierin worden de controlewerkzaamheden beschreven die de accountant moet uitvoeren
bij de WNT-verantwoording van WNT-instellingen over 2019. Het protocol is tot stand
gekomen in nauwe samenwerking met de Koninklijke Nederlandse Beroepsorganisatie van
Accountants (NBA). Dit controleprotocol is minimaal gewijzigd ten opzichte van het
vorige controleprotocol.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops
Indieners
-
Indiener
R.W. Knops, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties