Amendement (gewijzigd/nader/vervangend) : Amendement van de leden Leijten en Laçin ter vervanging van nr. 8 over stopzetting fiscale stimulering van elektrische auto’s
35 304 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Wet fiscale maatregelen Klimaatakkoord)
Nr. 13
AMENDEMENT VAN DE LEDEN LEIJTEN EN LAÇIN TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR.
81
Ontvangen 13 november 2019
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
Artikel I komt te luiden:
ARTIKEL I
De Wet inkomstenbelasting 2001 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 3.20 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het derde tot en met het twaalfde lid tot tweede tot en met
elfde lid vervalt het tweede lid.
2. Het tiende lid (nieuw) vervalt, onder vernummering van het elfde lid (nieuw) tot
tiende lid.
B
Artikel 10a.4 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het eerste tot en met vijfde lid tot tweede tot en met zesde
lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
1. De onttrekking, bedoeld in artikel 3.20, eerste lid, eerste zin, wordt voor een auto
met een datum van eerste toelating uit de periode van 1 januari 2017 tot en met 31 december
2019 op jaarbasis verlaagd overeenkomstig de bepalingen die golden op de datum van
eerste toelating voor een periode van 60 maanden te rekenen vanaf de eerste dag van
de maand volgend op de datum van eerste toelating.
2. Het derde lid (nieuw) komt te luiden:
3. De onttrekking, bedoeld in artikel 3.20, eerste lid, eerste zin, wordt voor een auto
met een datum van eerste toelating van uiterlijk 31 december 2016 op jaarbasis verlaagd
overeenkomstig de bepalingen die golden op de datum van eerste tenaamstelling in het
kentekenregister voor een periode van 60 maanden te rekenen vanaf de eerste dag van
de maand volgend op die waarin de auto voor het eerst te naam is gesteld in het kentekenregister.
3. In het vijfde lid (nieuw) wordt «vijfde lid» vervangen door «vierde lid».
C
In artikel 10b.1 vervalt het eerste lid alsmede de aanduiding «2.» voor het tweede
lid.
II
Artikel II komt te luiden:
ARTIKEL II
De Wet op de loonbelasting 1964 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 13bis wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het derde tot en met het negentiende lid tot tweede tot en
met achttiende lid vervalt het tweede lid.
2. Het zeventiende lid (nieuw) vervalt, onder vernummering van achttiende lid (nieuw)
tot zeventiende lid.
3. In het tiende lid (nieuw) wordt «zevende lid» vervangen door «zesde lid».
B
In artikel 35o vervallen het eerste lid alsmede de aanduiding «2.» voor het tweede
lid.
C
Artikel 36c wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het eerste tot en met het vijfde lid tot tweede tot en met
zesde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
1. Het voordeel, bedoeld in artikel 13bis, eerste lid, eerste zin, wordt voor een auto
met een datum van eerste toelating van 1 januari 2017 tot en met 31 december 2019
op kalenderjaarbasis verlaagd overeenkomstig de bepalingen die golden op de datum
van eerste toelating voor een periode van 60 maanden te rekenen vanaf de eerste dag
van de maand volgend op de datum van eerste toelating.
2. Het derde lid (nieuw) komt te luiden:
3. Het voordeel, bedoeld in artikel 13bis, eerste lid, eerste zin, wordt voor een auto
met een datum van eerste toelating van uiterlijk 31 december 2016 op jaarbasis verlaagd
overeenkomstig de bepalingen die golden op de datum van eerste tenaamstelling in het
kentekenregister voor een periode van 60 maanden te rekenen vanaf de eerste dag van
de maand volgend op die waarin de auto voor het eerst te naam is gesteld in het kentekenregister.
3. In het vijfde lid (nieuw) wordt «vijfde lid» vervangen door «vierde lid».
III
Artikel III komt te luiden:
ARTIKEL III
In de Zorgverzekeringswet wordt in artikel 49, vierde lid, «elfde en vijftiende lid»
vervangen door «tiende en veertiende lid».
IV
Artikel IV vervalt.
V
Artikel V vervalt.
VI
Artikel VI vervalt.
VII
Artikel VII vervalt.
VIII
Artikel VIII vervalt.
IX
Artikel X vervalt.
X
Artikel XI vervalt.
XI
Artikel XII komt te luiden:
ARTIKEL XII
De Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1, vierde lid, vervalt.
B
In artikel 7, tweede lid, wordt «ingevolge de artikelen 9 tot en met 9c» vervangen
door «ingevolge artikel 9».
C
In de in artikel 9, eerste en tweede lid, opgenomen tabellen wordt «Bij een CO2-uitstoot van meer dan» vervangen door «Bij een CO2-uitstoot vanaf». Voorts wordt «maar niet meer dan» vervangen door «tot».
D
Artikel 9c vervalt.
E
In artikel 12a, tweede en vierde lid vervalt «onderscheidenlijk niet meer voldoet
aan de in artikel 9c genoemde voorwaarden,».
XII
Na artikel XII wordt een artikel ingevoegd, luidende:
ARTIKEL XIIA
De Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 23, tweede lid, aanhef, wordt «benzine» vervangen door «benzine, elektriciteit,
waterstof».
B
Artikel 23, tweede lid, laatste zin, vervalt.
C
Artikel 23b vervalt.
D
Artikel 24aa vervalt.
E
Artikel 31 vervalt.
XIII
Artikel XVII, onderdeel A, vervalt.
XIV
Artikel XVII, onderdeel C, vervalt.
XV
Artikel XVIII, onderdeel A, komt te luiden:
A
Artikel XXVIII vervalt.
XVI
Artikel XVIII, onderdeel B, vervalt.
XVII
Artikel XVIII, onderdeel C, vervalt.
XVIII
Artikel XVIII, onderdeel D, komt te luiden:
D
Artikel XXX vervalt.
XIX
Artikel XIX komt te luiden:
ARTIKEL XIX
Overige fiscale maatregelen 2018 wordt als volgt gewijzigd:
A
In het bij artikel XIX, tweede lid, te wijzigen artikel 222, derde lid, van de Provinciewet
vervalt onderdeel a, subonderdeel 3°.
B
In het bij artikel XIX, tweede lid, te wijzigen artikel 222, derde lid, van de Provinciewet
vervalt onderdeel a, subonderdeel 4°.
C
Artikel XXVI, onderdeel B, vervalt.
D
In artikel XXXI, tweede lid, wordt «artikel XIX en artikel XXVI, onderdeel B,» vervangen
door «en artikel XIX».
XX
Artikel XX vervalt.
XXI
Na artikel XXIX wordt een artikel ingevoegd, luidende:
ARTIKEL XXIXA
De Provinciewet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 222, derde lid, onderdeel d, vervalt.
B
Artikel 222, derde lid, onderdeel da, vervalt.
XXII
Artikel XXX, eerste lid, komt te luiden:
1. Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2020.
Toelichting
Indieners stellen voor de fiscale stimulering van elektrische auto’s met ingang van
1 januari 2020 volledig stop te zetten. In de praktijk blijkt dat enkel de hoogste
inkomens hiervan gebruik (kunnen) maken, terwijl deze groep al tal van andere fiscale
voordelen ontvangt en door de invoering van het tweeschijvenstelsel fors lagere inkomstenbelasting
gaat afdragen. Met dit amendement wordt tevens de accijnsverhoging op diesel uit het
klimaatakkoord teruggedraaid omdat juist degenen die veel gebruik maken van hun dieselwagen
maar niet in staat zijn om een duur elektrisch voertuig aan te schaffen met deze maatregel
belast worden. Indieners zijn van mening dat, mede gelet op de teruglopende verkoop
van dieselauto’s, de huidige ontmoedigingsmaatregelen afdoende zijn om de zakelijke
dieselrijder te verleiden naar schonere alternatieven. De totaalopbrengst van deze
maatregelen zijn ongeveer € 3,5 miljard over 11 jaar verspreid en worden aangewend
om de lasten voor woningcorporaties die voortvloeien uit de Implementatiewet ATAD1
te verlagen.
Dit amendement bewerkstelligt dat de nihiltarieven of verlaagde tarieven in de Wet
op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 en in de Wet op de motorrijtuigenbelasting
1994 worden afgeschaft voor nulemissievoertuigen of plug-in hybride voertuigen (PHEV),
evenals de kortingen op de zogenoemde bijtelling voor nulemissievoertuigen in de Wet
op de loonbelasting 1964 en de Wet inkomstenbelasting 2001. Verder zorgt dit amendement
ervoor dat de in het wetsvoorstel opgenomen verhogingen van de accijns op diesel met
ingang van 1 januari 2021 en met ingang van 1 januari 2023 geen doorgang vinden. De
totale cumulatieve (2020–2030) budgettaire opbrengst van dit amendement bedraagt 3,5
miljard euro.
Budgettaire effecten in € mln
2020
2021
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
2029
2030
2020–2030
Totaal pakket maatregelen
427
472
580
592
769
805
122
– 7
– 63
– 90
– 104
3.504
De totaalopbrengst van deze maatregelen zijn ongeveer € 3,5 miljard over 11 jaar verspreid
en worden aangewend om de lasten voor woningcorporaties die voortvloeien uit de Implementatiewet
ATAD1 te verlagen en de geplande korting op het budget van Fonds Podiumkunsten in
de begroting van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen terug te draaien.
Leijten Laçin
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.M. Leijten, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
C. Laçin, Tweede Kamerlid
Stemmingsuitslagen
Verworpen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 32 | Tegen |
CDA | 19 | Tegen |
D66 | 19 | Tegen |
PVV | 19 | Tegen |
GroenLinks | 14 | Tegen |
SP | 14 | Voor |
PvdA | 9 | Tegen |
ChristenUnie | 5 | Tegen |
50PLUS | 4 | Tegen |
PvdD | 4 | Tegen |
DENK | 3 | Tegen |
SGP | 3 | Tegen |
FVD | 2 | Tegen |
Van Haga | 1 | Tegen |
Van Kooten-Arissen | 1 | Tegen |