Voorstel van wet (initiatiefvoorstel) : Voorstel van wet
35 333 Voorstel van wet van de leden Kops, Graus en Van Aalst houdende een noodregeling over stikstof (Tijdelijke noodwet stikstof)
Artikel 1
Artikel 2
Artikel 3
Artikel 4
Artikel 5
Artikel 6
Artikel 7
Nr. 2 VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is noodmaatregelen te treffen
in verband met de stikstofproblematiek zodat de bouw, infrastructuur en landbouw door
kan blijven gaan;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
Artikel 1
1. Geen vergunning op grond van artikel 2.7 of hoofdstuk 3 van de Wet natuurbescherming
is vereist indien:
a. het een project van dringend openbaar belang betreft als bedoeld in artikel 2, en
b. een melding is gedaan van het project bij gedeputeerde staten.
2. Op een project van dringend openbaar belang zijn de bij of krachtens de Wet natuurbescherming
vast te stellen grenswaarden met betrekking tot stikstof niet van toepassing.
Artikel 2
Een project is aangemerkt als zijnde van dringend openbaar belang indien het ziet
op:
a. woningbouw;
b. de bouw van infrastructuur, of
c. landbouw als bedoeld in artikel 1, onderdeel g, van de Meststoffenwet, behoudens projecten
die zien op de bouw van megastallen.
Artikel 3
Bij ministeriƫle regeling wordt uiterlijk een week na de inwerkingtreding van deze
wet per regio een plaats aangewezen waar grond en baggerspecie naar verplaatst kan
worden.
Artikel 4
Indien een bedrijf als bedoeld in artikel 1, onderdeel i, van de Meststoffenwet de
aan hem, middels een op grond van de Wet natuurbescherming verleende vergunning, vergunde
capaciteit overdraagt aan een ander bedrijf als bedoeld in artikel 1, onderdeel i,
van de Meststoffenwet, wordt deze capaciteit niet beperkt.
Artikel 5
Een aanvraag om een vergunning op grond van artikel 2.7 of hoofdstuk 3 van de Wet natuurbescherming waarop nog niet is beslist op het moment dat deze
wet in werking treedt, wordt gezien als een melding als bedoeld in artikel 1, onderdeel
b.
Artikel 6
Deze wet treedt in werking met de ingang van de dag na de datum van uitgifte van het
Staatsblad en vervalt een half jaar na het tijdstip van inwerkingtreding.
Artikel 7
Deze wet wordt aangehaald als: Tijdelijke noodwet stikstof.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries,
autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
Stemmingsuitslagen
Verworpen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 32 | Tegen |
PVV | 20 | Voor |
CDA | 19 | Tegen |
D66 | 19 | Tegen |
GroenLinks | 14 | Tegen |
SP | 14 | Tegen |
PvdA | 9 | Tegen |
ChristenUnie | 5 | Tegen |
50PLUS | 4 | Tegen |
PvdD | 4 | Tegen |
DENK | 3 | Tegen |
SGP | 3 | Tegen |
FVD | 2 | Voor |
Van Haga | 1 | Voor |
Van Kooten-Arissen | 1 | Tegen |
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.