Motie : Motie van het lid Leijten over het niet scheppen van een precedent met de Rijkswet
35 130 (R2119) Voorstel van Rijkswet van de leden Sjoerdsma, Asscher, Van Otterloo, Van Wijngaarden en Van Ojik houdende regels inzake het creëren van tijdelijke uitzonderingen op de Rijkswet op het Nederlanderschap (Rijkswet inperking gevolgen Brexit)
Nr. 16
MOTIE VAN HET LID LEIJTEN
Voorgesteld 29 oktober 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het wetsvoorstel beoogt een grote groep Nederlanders die in de knel
dreigt te komen als gevolg van de brexit, die zij niet konden voorzien, coulance te
bieden door een tijdelijke en voorwaardelijke uitzondering te creëren in de Rijkswet
op het Nederlanderschap;
overwegende dat het wetsvoorstel absoluut niet bedoeld is om de werking van de Rijkswet
in zijn algemeenheid onderuit te halen, ook niet als het gaat om de bepalingen die
daarin zijn opgenomen over de dubbele nationaliteit;
spreekt uit dat deze tijdelijke en voorwaardelijke wet slechts tot doel heeft deze
hoogst uitzonderlijke situatie het hoofd te bieden en op geen enkele wijze bedoeld
is om een precedent te scheppen en ook niet zo mag worden uitgelegd,
en gaat over tot de orde van de dag.
Leijten
Indieners
-
Indiener
R.M. Leijten, Tweede Kamerlid
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 32 | Voor |
CDA | 19 | Voor |
D66 | 19 | Voor |
PVV | 19 | Tegen |
GroenLinks | 14 | Voor |
SP | 14 | Voor |
PvdA | 9 | Voor |
ChristenUnie | 5 | Voor |
50PLUS | 4 | Voor |
PvdD | 4 | Voor |
DENK | 3 | Tegen |
SGP | 3 | Voor |
FVD | 2 | Voor |
Van Haga | 1 | Voor |
Van Kooten-Arissen | 1 | Voor |