Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
35 210 XII Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING
INHOUDSOPGAVE
A. ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 en 2
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van
artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld
en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar
2019 wijzigingen aan te brengen in:
1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
2. de begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie;
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van
deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1.
Leeswijzer
2
2.
Het beleid
3
2.1
Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties
3
2.2
De beleidsartikelen
6
2.3
De niet-beleidsartikelen
00
2.4
De agentschappen
00
1. Leeswijzer
Algemeen
De opzet en structuur van de onderliggende suppletoire begroting voor Hoofdstuk XII
is gebaseerd op de Rijksbegrotingsvoorschriften van het Ministerie van Financiën.
Naar aanleiding van de aanbevelingen van het Bureau Onderzoek en Rijksuitgaven (BOR)
(Kamerstukken II, 2014–2015, 31 865, nr. 66) zijn in de Rijksbegrotingsvoorschriften 2019 de onderstaande uniforme ondergrenzen
opgenomen, welke worden gehanteerd bij het toelichten van de budgettaire gevolgen
van beleid. De beleidsmatige mutaties en technische mutaties groter of gelijk aan
onderstaande tabel worden op het niveau van de financiële instrumenten (en eventueel
artikelonderdeel) toegelicht.
Vanuit het oogpunt van uniformiteit en transparantie wordt deze norm gehanteerd om
mutaties toe te lichten bij de Eerste suppletoire begroting van 2019 van Infrastructuur
en Waterstaat (XII). Dit houdt in dat artikelonderdelen en projecten, waarbij het
verschil kleiner is dan de aangegeven norm niet worden toegelicht (tenzij deze beleidsmatig
toch relevant zijn).
Norm bij te verklaren verschillen
Omvang begrotingsartikel
(stand ontwerpbegroting)
in € miljoen
Beleidsmatige mutaties
(ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties
(ondergrens in € miljoen)
< 50
1
2
=> 50 en < 200
2
4
=> 200 < 1000
5
5
=> 1000
5
5
Opbouw
Dit wetsvoorstel kent een opbouw waarbij afhankelijk van de informatievraag- en behoefte
verder kan worden ingezoomd.
Dit wetsvoorstel is als volgt opgebouwd:
1. In de begroting(wet)staat zijn de wijzigingen op de begrotingsstaat van het jaar 2019
voor de begroting van Infrastructuur en Waterstaat (XII) opgenomen. Deze dient ter
autorisatie van de mutaties die op artikelniveau in de verplichtingen, uitgaven- en
ontvangstenramingen worden voorgesteld bij deze Eerste suppletoire begroting.
2. In het overzicht in paragraaf 2.1 zijn de belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties
opgenomen die leiden tot wijziging van de begroting 2019 (Kamerstukken II, 2018–2019,
35 000 XII, nr 1). Deze worden in deze paragraaf financieel en inhoudelijk toegelicht. Hiermee wordt
de begroting op hoofdlijnen beschreven van dit wetsvoorstel.
3. In de artikelgewijze toelichting (paragraaf 2.2 beleidsartikelen en paragraaf 2.3
niet-beleidsartikelen) wordt inzicht gegeven in de mutaties op artikelonderdeelniveau
die zijn opgenomen in de begrotingsstaat.
4. In de paragraaf agentschappen (zie paragraaf 2.4) staan de aanpassingen in de exploitatie-
en kasstroomoverzichten van de agentschappen.
2. Het beleid
2.1 Overzicht belangrijkste suppletoire mutaties 2019 (Eerste suppletoire begroting)
(bedragen x € 1.000)
Suppletoire mutaties 2019 (Eerste suppletoire begroting) (in € mln.)
Artikel
Uitgaven
Ontvangsten
Stand ontwerpbegroting
9.552,8
19,4
Stand vastgestelde begroting 2019
9.618,7
19,4
– Belangrijkste mutaties Voorjaarsnota 2019
1.
Overboekingen naar PF/GF/BCF
26
– 28,4
20
2.
Ruimtelijke Adaptatie
11
6,3
3.
Bijdrage Caribisch Nederland uit IF
14
14,6
4.
Bijdrage subsidies Spoor uit IF
16
19
5.
Kustbescherming Sint Eustatius
17
3,5
6.
EZK CO2 reductie
21
5,1
7.
Regeringsvliegtuig
97
28,3
8.
Loon en Prijsbijstelling
99
213,8
9.
Intensivering ILT
24
10
10.
Asbest- naar duurzaam
99
5
11.
Inpassing DBFM Blankenbrug en A16 Rotterdam
26
– 277,1
12.
Global Commission on Adaption (GCA)
19/98
5,0
5,0
13.
Overige mutaties
4,5
– 0,8
Stand 1e suppletoire begroting
9.628,3
43,6
Toelichting:
1. Overboekingen PF/GF/BCF
Dit betreft met name overboekingen vanuit het Infrastructuurfonds naar het Provinciefonds
voor Beter Benutten voor de provincies Gelderland. Utrecht, Overijssel, Groningen,
Friesland en Limburg (€ 8,8 miljoen), middelen voor aanleg fietssnelroutes provincie
Gelderland en Zuid-Holland (€ 3,2 miljoen) en middelen voor perronfasering Arnhem
(€ 1,8 miljoen). Daarnaast worden de op HXII ontvangen bijdrage van de waterschappen
voor de Waterschapsverkiezingen (€ 12 miljoen) conform Waterschapswet overgeboekt
naar het Gemeentefonds.
2. Ruimtelijke Adaptatie
Overboeking vanuit het Deltafonds (€ 6,3 miljoen) voor de uitvoering van onder andere
stresstesten, pilots en kennisontwikkeling als onderdeel van het tijdelijke impulsprogramma
Ruimtelijke Adaptatie.
3. Bijdrage Caribisch Nederland Infrastructuur
Overboeking vanuit het Infrastructuurfonds naar de IenW begroting Hoofdstuk XII ten
behoeve van de bijzondere gemeenten Bonaire, Sint Eustatius en Saba (€ 14,6 miljoen).
De overboeking van deze middelen vindt plaats vanaf de IenW begroting XII door middel
van bijzondere uitkeringen op grond van de Wet financiën Openbare Lichamen Bonaire,
Sint Eustatius en Saba.
4. Subsidies Spoor
Vanaf het Infrastructuurfonds worden middelen overgeboekt naar artikel 16 van de IenW
begroting Hoofdstuk XII ten behoeve van de subsidieregeling spoorgoederenvervoer (€ 14,4
miljoen), subsidieregeling NS Samenloop Twente (€ 2,0 miljoen) en de subsidie sociale
veiligheid (€ 1,8 miljoen) en de bijdrage NS exploitatie voor IC Dordrecht-Breda (€ 0,8
miljoen).
5. Kustbescherming Sint Eustatius
Uit de Regio Envelop wordt een bedrag van € 3,5 miljoen beschikbaar gesteld in 2019
voor de kustbescherming van Sint Eustatius. Dit wordt ingezet voor de erosieproblematiek.
6. EZK CO2 reductie
Naar het Ministerie van EZK wordt voor de pilot- en demoregeling CO2-reductie Industrie in 2019 een bedrag van € 5,1 miljoen overgeboekt.
7. Regeringsvliegtuig
Er wordt € 28,3 miljoen toegevoegd aan Hoofdstuk XII uit de niet bestede middelen
voor de vervanging van het Regeringsvliegtuig 2018. Een van de betalingen voor de
vervanging van het Regeringsvliegtuig volgt namelijk pas in 2019.
8. Loon- en prijsbijstelling
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2019 (€ 213,8 miljoen).
Deze middelen worden toegevoegd aan artikel 99 Nominaal en onvoorzien en bij Ontwerpbegroting
2020 nader toegedeeld binnen de IenW begrotingen HXII, Infrastructuurfonds en Deltafonds.
9. Intensivering ILT
Er worden middelen toegevoegd voor de Inspectie voor Leefomgeving en Transport (ILT)
om urgente knelpunten aan te pakken en invulling te geven aan de risicogerichte aanpak.
Het betreft € 10 miljoen in 2019, € 12 miljoen in 2020 en vanaf 2021 € 15 miljoen
structureel.
10. Asbest- naar duurzaam
Er wordt een bedrag van € 5 miljoen toegevoegd ten behoeve van een maatregel van asbest-
naar duurzaam. Deze middelen worden toegevoegd aan artikel 99 Nominaal en onvoorzien
en worden bij Ontwerpbegroting 2020 nader toegedeeld binnen de IenW begroting HXII.
11. Inpassing Blankenburg en A16 Rotterdam
Dit betreft de budgettaire verwerking van de DBFM conversie A24 Blankenburg en A12
Rotterdam. Hierbij worden budgettaire reeksen omgezet om aan de beschikbaarheidsvergoedingen
te kunnen voldoen. Zie hiervoor ook de 1e suppletoire begroting Infrastructuurfonds
2019.
12. Global Commission on Adaption
Dit betreft een bijdrage van € 5,0 miljoen van cofinancierders (Canada, het Verenigd
Koninkrijk en Denemarken) voor de te realiseren doelstellingen van de Global Commission
on Adaption (GCA). Hiervan gaat € 3,5 miljoen naar artikel 19 voor het programma en
€ 1,5 miljoen naar artikel 98 voor het apparaat.
2.2 De beleidsartikelen
Hieronder worden alle beleidsmatig relevante mutaties op het niveau van het artikelonderdeel
zichtbaar gemaakt, en waar zinvol en relevant, ook toegelicht (zie leeswijzer).
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 11 (Bedragen x € 1.000)
11
Integraal waterbeleid
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)=(1+2)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)=(3+4)
Mutaties
2020
(6)
Mutaties
2021
(7)
Mutaties
2022
(8)
Mutaties
2023
(9)
Mutaties
2024
(10)
Verplichtingen
30.755
30.755
13.458
44.213
3.206
">– 3.717
– 1.461
– 212
– 212
Uitgaven
45.362
45.362
9.157
54.519
9.292
657
8
– 247
– 247
waarvan juridisch verplicht
91%
76%
11.01
Algemeen waterbeleid
33.424
33.424
8.315
41.739
8.775
121
– 528
– 783
– 783
11.01.01
Opdrachten
5.720
5.720
4.723
10.443
7.482
– 1.032
– 1.781
– 536
– 536
– Intensivering Ruimtelijke Adaptie
5.570
5.570
9.540
832
– Overige Opdrachten
5.720
5.720
– 847
4.873
– 2.058
– 1.864
– 1.781
– 536
– 536
11.01.02
Subsidies
12.792
12.792
3.439
16.231
1.400
1.400
1.500
– Partners voor Water (HGIS)
11.602
11.602
2.239
13.841
– Overige Subsidies
1.190
1.190
1.200
2.390
1.400
1.400
1.500
11.01.03
Bijdragen aan agentschappen
14.862
14.862
153
15.015
– 107
– 247
– 247
– 247
– 247
– Waarvan bijdrage aan agentschap KNMI
422
422
400
822
140
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
14.440
14.440
– 247
14.193
– 247
– 247
– 247
– 247
– 247
11.01.04
Bijdragen aan medeoverheden
50
50
50
11.02
Waterveiligheid
2.992
2.992
388
3.380
500
500
500
500
500
11.02.01
Opdrachten
2.992
2.992
388
3.380
500
500
500
500
500
11.03
Grote oppervlaktewateren
2.408
2.408
– 693
1.715
– 566
– 441
– 434
– 664
– 434
11.03.01
Opdrachten
2.408
2.408
– 693
1.715
– 566
– 441
– 434
– 664
– 434
11.04
Waterkwaliteit
6.538
6.538
1.147
7.685
583
477
470
700
470
11.04.01
Opdrachten
3.823
3.823
1.459
5.282
583
477
470
700
470
11.04.02
Subsidies
400
400
400
11.04.04
Bijdragen aan medeoverheden
500
500
500
11.04.05
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties
1.815
1.815
– 312
1.503
Ontvangsten
12.465
12.465
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget op dit artikel is in 2019 opgehoogd met € 13,5 miljoen. Dit
komt met name door het aangaan van de meerjarige verplichting met het waterschap Scheldestormen
(€ 7 miljoen) ten behoeve van het project Restopgave Vooroeverbestortingen. Uit 2020
en 2021 worden respectievelijk € 4 miljoen en € 3 miljoen naar 2019 gehaald.
Tevens zorgt de overboeking vanuit de beleidsreservering Ruimtelijke Adaptatie op
het Deltafonds naar dit artikel voor een ophoging van het verplichtingenbudget in
2019 met € 6,3 miljoen. Deze overboeking is voor de uitvoering van onder andere stresstesten,
pilots en kennisontwikkeling als onderdeel van het tijdelijke impulsprogramma Ruimtelijke
Adaptatie (€ 20 miljoen). Meerjarig (2019 tot en met 2021) wordt in totaal € 16,5
miljoen vanuit het Deltafonds overgeheveld naar artikel 11. In 2020 en 2021 worden
respectievelijk € 9,4 miljoen en € 0,8 miljoen conform de programmering opgenomen.
11.01 Algemeen waterbeleid
Opdrachten
Het kasbudget op dit financiële instrument is in 2019 met € 4,7 miljoen verhoogd.
Dit komt met name door een drietal mutaties:
• Intensivering Ruimtelijke adaptatie
De overboeking vanuit de beleidsreservering op het Deltafonds voor Intensivering Ruimtelijke
Adaptatie van € 6,3 miljoen.
• CORA (HGIS)
Daarnaast is het kasbudget op dit instrument in 2019 met € 1,4 miljoen verlaagd door
een overheveling naar 11.01.02 «Subsidies» voor een meerjarige subsidie voor de Blue
Deal. De Blue Deal is een samenwerking tussen De Nederlandse waterschappen en de ministeries
van Buitenlandse Zaken en Infrastructuur en Waterstaat met één duidelijk doel: 20
miljoen mensen in 40 stroomgebieden wereldwijd aan schoon, voldoende en veilig water
helpen. In 2020, 2021 en 2022 worden respectievelijk € 1,4 miljoen, € 1,4 miljoen
en € 1,5 miljoen overgeboekt.
• Agentschapsbijdrage KNMI
Bovendien wordt € 0,4 miljoen overgeheveld naar financieel instrument 11.01.03 «Bijdragen
aan agentschappen» ten behoeve van de agentschapsbijdrage KNMI voor het project Verbeterde
Voorspelling.
Subsidies:
Het kasbudget op dit financiële instrument is in 2019 met € 3,4 miljoen verhoogd.
Dit komt met name door twee mutaties:
• Partners voor Water
De toevoeging van eindejaarsmarge voor het HGIS-programma Partners voor Water 2016–2021
(€ 2,2 miljoen).
• Blue Deal
Bovendien wordt het kasbudget verhoogd door een overboeking van het financieel instrument
11.01.01 «opdrachten» met € 1,2 miljoen. Dit betreft het saldo van een ophoging voor
de meerjarige subsidie voor de Blue Deal van € 1,4 miljoen, gecorrigeerd met een verlaging
van € 0,2 miljoen door de overschrijding op deze subsidie in 2018.
11.04 Waterkwaliteit
Opdrachten:
Het kasbudget op dit financiële instrument is in 2019 met € 1,5 miljoen verhoogd.
Dit komt met name door een drietal mutaties:
• Kaderrichtlijn Mariene Strategie (KRM)
Ten eerste zorgt een bijdrage van de Europese Commissie voor de Europese Kaderrichtlijn
Mariene Strategie (KRM) voor een verhoging van het kasbudget met € 0,4 miljoen. De
KRM heeft tot doel het beschermen en herstellen van de Europese zeeën en oceanen en
duurzaam gebruik te bevorderen.
• Herschikking budgetten «Noordzee»
Ten tweede zorgt een budgetneutrale herschikking binnen artikel 11 voor een ophoging
van het budget op dit instrument met € 0,7 miljoen. De middelen op financieel instrument
11.03 «Grote oppervlaktewateren» met betrekking tot de Noordzee worden vanaf 2019
meerjarig verantwoord op dit instrument.
• BOA protocol 2019 Waterkwaliteit
Tot slot zorgt een budgetneutrale herschikking op dit artikelonderdeel voor een verhoging
van het kasbudget met € 0,3 miljoen. Middelen op financieel instrument 11.04.05 «Bijdragen
aan (inter-)nationale organisaties» worden naar dit instrument overgeheveld om het
tekort op de RWS-opdrachten met betrekking tot waterkwaliteit en waterkwantiteit te
kunnen dekken.
Ontvangsten
De verhoging van de ontvangsten op dit artikel met € 12,5 miljoen komt met name door
de bijdrage van de waterschappen aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
(BZK) voor de waterschapsverkiezingen (€ 12 miljoen). Omdat een directe betaling van
de waterschappen aan het Ministerie van BZK conform de Waterschapswet niet mogelijk
is worden deze middelen bij de eerste suppletoire begroting 2019 via IenW overgeboekt
naar de begroting van BZK. Bovendien zorgt een bijdrage van de Europese Commissie
voor KRM voor een verhoging van de ontvangsten (€ 0,4 miljoen).
Artikel 13 Bodem en Ondergrond
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 13 (Bedragen x € 1.000)
13
Bodem en Ondergrond
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)
Mutaties
2020
(6)
Mutaties
2021
(7)
Mutaties
2022
(8)
Mutaties
2023
(9)
Mutaties
2024
(10)
Verplichtingen
26.820
26.820
5.049
31.869
– 514
1.492
– 4.728
125
125
Uitgaven
41.436
41.436
– 776
40.660
– 277
– 33
25
125
125
waarvan juridisch verplicht
97%
100%
13.01
Ruimtelijk Instrumentarium
13.02
Geo-informatie
13.03
Gebiedsontwikkeling
13.04
Ruimtegebruik bodem
36.723
36.723
– 776
35.947
– 277
– 33
25
125
125
13.04.01
Opdrachten
16.416
16.416
329
16.745
728
– 1.225
4.653
13.04.02
Subsidies
13.480
13.480
1.444
14.924
1.156
– Bedrijvenregeling
8.657
8.657
– 1.156
7.501
1.156
– Subsidie Caribisch Nederland
4.823
4.823
2.600
7.423
13.04.03
Bijdragen aan agentschappen
3.566
3.566
125
3.691
125
125
125
125
125
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
3.566
3.566
125
3.691
125
125
125
125
125
13.04.04
Bijdragen aan medeoverheden
3.261
3.261
– 2.674
587
– 1.130
– 89
– 4.753
– Meerjarenprogramma Bodem
3.261
3.261
– 2.818
443
– 1.130
– 89
– 4.753
– Bijdragen aan Caribisch Nederland
144
144
13.05
Eenvoudig Beter
4.713
4.713
4.713
13.05.01
Opdrachten
2.353
2.353
2.353
– Overige Opdrachten
2.353
2.353
2.353
13.05.02
Subsidies
13.05.03
Bijdragen aan agentschappen
2.360
2.360
2.360
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
2.360
2.360
2.360
Ontvangsten
4.450
4.450
4.450
Verplichtingen
De verhoging van het verplichtingenbudget op dit artikel met € 5 miljoen komt met
name door een drietal mutaties:
• Ten eerste een eenzijdige verplichtingenophoging met betrekking tot de saneringsopgave
Stormpolderdijk van € 2,5 miljoen. Deze verplichtingenophoging is benodigd omdat de
gereserveerde verplichtingen in 2018 niet volledig zijn benut.
• Ten tweede worden er voor de saneringsopgave Stormpolderdijk verplichtingen uit 2020
tot en met 2022 naar voren gehaald (in totaal € 3,5 miljoen).
• Tegenover deze twee verhogingen staat een verlaging van het verplichtingenbudget door
een overboeking vanuit artikel 13 naar artikel 19 in het kader van opdrachtverlening
aan het RIVM. Het betreft een opdracht voor het uitvoeren van werkzaamheden op het
terrein van waterveiligheid, ondergrond en marien (€ 0,8 miljoen).
13.04 Ruimtegebruik Bodem
Subsidies: Caribisch Nederland drinkwater
De verhoging van het kasbudget op dit financieel instrument met € 1,4 miljoen komt
door een overboeking van het financiële instrument 13.04.04 «Bijdragen aan medeoverheden».
Deze middelen zijn benodigd om de stijgende drinkwatertarieven af te kunnen dekken.
Bijdragen aan medeoverheden
De verlaging van het kasbudget met € 2,7 miljoen komt met name door de hierboven toegelichte
overboeking (€ 1,4 miljoen) en een overboeking naar het financieel instrument 13.04.01
«Opdrachten» (€ 1,1 miljoen). Deze overboeking naar 13.04.01 heeft betrekking tot
aanvullende middelen ten behoeve van het convenant Bodem en Ondergrond 2016–2020.
Artikel 14 Wegen en verkeersveiligheid
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 14 (Bedragen x € 1.000)
14
Wegen en verkeersveiligheid
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)=(1+2)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)=(3+4)
Mutaties
2020
(6)
Mutaties
2021
(7)
Mutaties
2022
(8)
Mutaties
2023
(9)
Mutaties
2024
(10)
Verplichtingen
33.587
43.400
76.987
21.035
98.022
5.258
658
488
488
488
Uitgaven
49.917
43.400
93.317
19.293
112.610
5.258
2.658
488
488
488
Waarvan juridisch verplicht
84%
43%
14.01
Netwerk
33.397
43.400
76.797
19.293
96.090
5.258
2.658
488
488
488
14.01.01
Opdrachten
15.901
8.400
24.301
2.648
26.949
2.800
2.000
0
0
0
Beter Benutten
7.402
7.402
3.650
11.052
2.000
2.000
BOA wegverkeersbeleid
2.350
2.350
– 914
1.436
Wegverkeersbeleid
1.296
1.296
914
2.210
0
0
0
0
0
– Overige Opdrachten
4.853
8.400
13.253
– 1.002
12.251
800
14.01.02
Subsidies
7.816
35.000
42.816
– 3.212
39.604
– Overige Subsidies
650
650
100
750
Sub.DUMO
7.166
35.000
42.166
– 3.312
38.854
14.01.03
Bijdragen aan agentschappen
9.680
9.680
4.455
14.135
2.258
458
488
488
488
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
4.724
4.724
3.455
4.724
– Waarvan bijdrage aan agentschap NEa
2.122
2.122
1.000
3.122
1.000
14.01.04
Bijdragen aan mede overheden
15.202
15.202
– Waarvan bijdrage aan Caribisch Nederland
15.202
15.202
14.01.05
Bijdragen aan internationale organisaties
200
200
200
200
14.02
Veiligheid
16.520
16.520
0
16.520
14.02.01
Opdrachten
6.606
6.606
– 72
6.534
– 50
Opdrachten Verkeersveiligheid
6.606
6.606
– 72
6.534
– 50
14.02.02
Subsidies
8.370
8.370
8.370
VVN
3.736
3.736
3.736
SWOV
3.869
3.869
3.869
Overige Subsidies
765
765
765
14.02.03
Bijdragen aan agentschappen
597
597
72
669
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
597
597
72
669
14.02.05
Bijdragen aan internationale organisaties
30
30
30
Euro NCAP
30
30
30
14.02.06
Bijdragen aan ZBO’s en RWT’s
917
917
917
50
CBR
917
917
917
50
Ontvangsten
6.782
6.782
222
7.004
Verplichtingen
De verhoging van het verplichtingenbudget van in totaal € 21,0 miljoen wordt voornamelijk
veroorzaakt door de hogere uitgaven van Wegen en Verkeersveiligheid zoals hieronder
toegelicht. Daarnaast wordt € 2,0 miljoen verklaard door de ophoging van het verplichtingenbudget
van artikelonderdeel 14.01 Netwerk, zodat het verplichtingenbudget weer in lijn is
met het huidige kasbudget.
14.01 Netwerk
Subsidies
De verlaging van het subsidie budget met € 3,2 miljoen, betreft een overboeking van
– € 2 miljoen naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken ten behoeve van het Nationaal
Energiebesparingsfonds – stimuleren van laadinfrastructuur bij Vereniging van Eigenaren
(VVE’s) en een overboeking van – € 1,3 miljoen binnen dit artikel onderdeel naar agentschapsbijdrage
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland voor de uitvoering van de DKTI regeling.
Opdrachten: Beter Benutten
De verhoging van het opdrachtenbudget bij artikelonderdeel 14.01 wordt met name veroorzaakt
door overhevelingen van het Infrastructuurfonds in het kader van Beter Benutten (€ 3,7
miljoen). Het betreft middelen t.b.v. Intelligente Transportsystemen (ITS), waarvan
€ 3,0 miljoen in 2019 (in de jaren daaropvolgend € 1,5 miljoen in 2020 en € 2,0 miljoen
in 2021) en voor de opdrachten aan de Innovatieunit, waarvan € 0,65 miljoen in 2019
(€ 0,5 miljoen in 2020).
Bijdragen aan agentschappen:
Voor de werkzaamheden die RVO in opdracht van IenW uitvoert, waaronder inzet Klimaatakkoord,
beleidsactiviteiten Elektrisch rijden en de uitvoering van de DKTI-regeling is binnen
dit artikelonderdeel vanuit het financieel instrument subsidie DuMo € 1,2 miljoen
en vanuit financieel instrument opdrachten € 0,9 miljoen beschikbaar gesteld. Daarnaast
is vanuit artikel 19 – Uitvoering Milieubeleid en Internationaal, € 1,1 miljoen naar
de agentschapsbijdrage RVO overgeboekt.
NEa
Het Ministerie van Economische Zaken en Koninkrijksrelaties heeft voor de jaren 2019
en 2020 € 1 miljoen beschikbaar gesteld voor de inzet van de NEa op het beleidsterrein
energie en vervoer.
Bijdragen aan mede overheden
De verhoging van het opdrachtenbudget (€ 15,2 miljoen) van bijdragen aan mede overheden
wordt met name veroorzaakt door een overboeking vanuit het Infrastructuurfonds ten
behoeve van de bijdrage aan Caribisch Nederland voor beheer en onderhoud van infrastructuur
(€ 14,6 miljoen). Hiervoor zijn middelen gereserveerd op het infrastructuurfonds die
bij voorjaarsnota worden overgeboekt naar IenW begroting hoofdstuk XII. De overboeking
van deze middelen vindt plaats vanaf de IenW begroting XII door middel van bijzondere
uitkeringen op grond van de Wet financiën Openbare Lichamen Bonaire, Sint Eustatius
en Saba.
Bijdragen aan internationale organisaties
Het Ministerie van IenW kent € 0,2 miljoen toe aan (inter-)nationale organisaties
op grond van internationale verdragen of andere internationale afspraken financiële
bijdragen.
Artikel 16 Openbaar vervoer en Spoor
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 16 (Bedragen x € 1.000)
16
Spoor
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)=(1+2)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)=(3+4)
Mutaties
2020
(7)
Mutaties
2021
(8)
Mutaties
2022
(9)
Mutaties
2023
(10)
Mutaties
2024
(11)
Verplichtingen
11.497
11.497
21.134
32.631
14.934
13.979
13.306
11.875
waarvan juridisch verplicht
89%
32%
Uitgaven
13.157
13.157
20.628
33.785
15.551
14.746
13.550
12.400
16.01
OV en Spoor
13.157
13.157
20.628
33.785
15.551
14.746
13.550
12.400
16.01.01
Opdrachten
5.818
5.818
1.233
7.051
848
– 257
– 253
– 63
– 63
16.01.02
Subsidies
4.013
4.013
19.001
23.014
14.640
14.940
13.740
12.400
– Overige Subsidies
1.113
1.1130
4.601
5.714
40
40
40
– Subsidieregeling Spoorgoederenvervoer
14.400
14.400
14.600
14.900
13.700
12.400
– 3e spoor Duitsland
2.900
2.900
2.900
16.01.03
Bijdragen aan agentschappen
939
939
25
964
– Waarvan bijdrage aan agentschap KNMI
45
45
45
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
894
894
25
919
16.01.04
Bijdragen aan medeoverheden
2.287
2.287
369
2.656
63
63
63
63
63
CLU Betuweroute en HSL
2.287
2.287
369
2.656
63
63
63
63
63
16.01.05
Bijdragen aan internationale organisaties
100
100
100
Ontvangsten
750
750
Verplichtingen
De verplichtingenophoging van € 21,1 miljoen is voornamelijk het gevolg van de overboeking
van middelen van het Infrastructuurfonds naar Hoofdstuk XII ter dekking van de subsidieregeling
spoorgoederenvervoer (€ 14,4 miljoen in 2019). Daarnaast worden middelen overgeboekt
van het Infrastructuurfonds naar Hoofdstuk XII t.b.v. de subsidieregeling NS Samenloop
Twente (€ 2,0 miljoen), de subsidie sociale veiligheid (€ 1,8 miljoen) en de bijdrage
aan de NS exploitatie voor de Intercity Dordrecht-Breda (€ 0,8 miljoen).
16.01 OV en Spoor
Opdrachten
De verhoging van het opdrachtenbudget met € 1,2 miljoen is met name het gevolg van
overboekingen vanuit het Infrastructuurfonds voor de Midterm Review (MTR) (van de
vervoerconcessie (€ 0,55 miljoen) en het uitvoeren van de audit naar de Beheer Onderhoud
en Vervanging-reeksen (€ 0,122 miljoen). Daarnaast wordt voor het project «Regionale partijen Toekomstbeeld OV 2040» door verschillende regionale vervoerspartijen € 0,8 miljoen vrijgemaakt, deze middelen
worden gedesaldeerd ten gunste voor het opdrachtenbudget voor Toekomstbeeld OV 2040.
Overige subsidies
De verhoging van de uitgaven aan opdrachten wordt voornamelijk veroorzaakt door overboekingen
vanuit het Infrastructuurfonds voor de subsidieregeling spoorgoederenvervoer (€ 14,4
miljoen in 2019) en subsidie Samenloop Twente (€ 2 miljoen). In de periode daarna
(2020–2034) wordt voor de subsidieregeling spoorgoederenvervoer jaarlijks tussen de
€ 12,4 miljoen en € 14,9 miljoen overgeboekt.
Artikel 17 Luchtvaart
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 17 (Bedragen x € 1.000)
17
Luchtvaart
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)=(1+2)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)=(3+4)
Mutaties
2020
(6)
Mutaties
2021
(7)
Mutaties
2022
(8)
Mutaties
2023
(9)
Mutaties
2024
(10)
Verplichtingen
40.424
40.424
10.725
51.149
10.708
173
338
618
968
Waarvan garantieverplichtingen
23.000
23.000
Uitgaven
27.329
27.329
3.793
31.122
4.033
173
338
618
968
Waarvan juridisch verplicht
82%
45%
17.01
Luchtvaart
27.329
27.329
3.793
31.122
4.033
173
338
618
968
17.01.01
Opdrachten
19.957
19.957
– 2.413
17.544
– 467
173
338
618
968
– Overige Opdrachten
6.939
6.939
499
7.438
545
185
350
630
980
– Opdrachten GIS
5.228
5.228
5.228
– Caribisch Nederland
7.790
7.790
– 2.912
4.878
– 1.012
– 12
– 12
– 12
– 12
17.01.02
Subsidies
4.142
4.142
– 90
4.052
– Leefbaarheidsfonds
1.000
1.000
1.000
– Overige Subsidies
3.142
3.142
– 90
3.052
17.01.03
Bijdragen aan agentschappen
1.654
1.654
2.283
3.937
1.000
– Waarvan bijdrage aan agentschap KNMI
14
14
14
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
430
430
– 217
213
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS (Caribisch Nederland)
1.210
1.210
2.500
3.710
1.000
17.01.04
Bijdrage aan medeoverheden
3.955
3.955
3.500
– Bijdrage Caribisch Nederland
3.955
3.955
3.500
17.01.05
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties
1.476
1.476
1.476
17.01.06
Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s
100
100
58
158
– LVNL
100
100
100
– Overige bijdragen
58
58
Ontvangsten
1.365
1.365
– 140
1.225
70
210
350
630
980
Verplichtingen
Bij de Tweede Suppletoire begroting 2018 (Kamerstukken II 2018–2019, 35 095 XII, nr. 2), is verplichtingenbudget (€ 13,9 miljoen) vanuit 2018 naar de juiste jaren verplaatst
om aan te sluiten bij de kasbudgetten in die betreffende jaren. Het betreffen de middelen
voor wederopbouw van de luchthaven (€ 3 miljoen in 2019; € 1,4 miljoen in 2020) en
erosieproblematiek van de klif (€ 4 miljoen in 2019; € 5,5 miljoen in 2020) op Sint
Eustatius. Deze middelen zijn middels een Incidentele Suppletoire begroting voor Wederopbouw
Caribisch Nederland (Kamerstukken II 2017–2018, 34 897 XII, nr. 2) toegevoegd aan de begroting van IenW.
Ook is het verplichtingenbudget opgehoogd door de overboeking van de middelen uit
de Regio Envelop voor de erosieproblematiek van de klif Sint Eustatius (€ 3,5 miljoen
in 2019 en 2020).
17.01 Luchtvaart
Opdrachten: Caribisch Nederland
Ten behoeve van de realisatie van de terminal van de luchthaven op Sint Eustatius
– in het kader van de wederopbouw – is er € 2,5 miljoen in 2019 en € 1 miljoen in
2020 overgeboekt van het instrument opdrachten Caribisch Nederland naar het instrument
Agentschapsbijdrage RWS Caribisch Nederland. Tevens is ten behoeve van de wederopbouw
luchthaven op Saba € 0,4 miljoen overgeboekt van het opdrachtenbudget naar het instrument
Bijdrage medeoverheden.
Bijdrage aan agentschap: RWS (Caribisch Nederland)
Om hierboven genoemde reden is er € 2,5 miljoen in 2019 en € 1 miljoen in 2020 overgeboekt
van opdrachten Caribisch Nederland naar Agentschapsbijdrage Caribisch Nederland.
Bijdrage aan medeoverheden: Caribisch Nederland
Uit de Regio Envelop wordt een bedrag van € 3,5 miljoen in 2019 en 2020 beschikbaar
gesteld voor de kustbescherming van Sint Eustatius. Dit wordt ingezet voor de erosieproblematiek
van de klif. Bij deze Eerste Suppletoire begroting 2019 worden deze middelen toegevoegd
aan de begroting van IenW. Tevens is ten behoeve van de wederopbouw luchthaven Saba
€ 0,4 miljoen overgeboekt van het opdrachtenbudget naar het instrument Bijdrage medeoverheden.
Artikel 18 Scheepvaart en havens
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 18 (Bedragen x € 1.000)
18
Scheepvaart en Havens
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)=(1+2)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)=(3+4)
Mutaties
2020
(6)
Mutaties
2021
(7)
Mutaties
2022
(8)
Mutaties
2023
(9)
Mutaties
2024
(10)
Verplichtingen
6.070
6.070
24.864
30.934
301
Uitgaven
38.555
38.555
222
38.777
160
waarvan juridisch verplicht
97%
59%
18.01
Scheepvaart en havens
38.555
38.555
222
38.777
160
18.01.01
Opdrachten
31.763
31.763
– 1.232
30.531
210
50
50
50
50
– Topsector Logistiek
17.590
17.590
– 900
16.690
– Caribisch Nederland
12.400
12.400
0
12.400
– Overige Opdrachten
1.773
1.773
– 332
1.441
210
50
50
50
50
18.01.02
Subsidies
4.172
4.172
1.052
5.224
– Topsector Logistiek
4.104
4.104
4.104
– Overige Subsidies
68
68
1.052
1.120
18.01.03
Bijdragen aan agentschappen
988
988
988
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
988
988
988
18.01.04
Bijdragen aan medeoverheden
452
452
– Bijdrage Caribisch Nederland
452
452
18.01.05
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties
1.632
1.632
– 50
1.582
– 50
– 50
– 50
– 50
– 50
Ontvangsten
Verplichtingen
Bij de Tweede Suppletoire begroting 2018 (Kamerstukken II 2018–2019, 35 095 XII, nr. 2), is verplichtingenbudget (€ 24,6 miljoen) vanuit 2018 naar 2019 verplaatst in verband
met vertraging in de aanbesteding van noodzakelijke zeehavenverbeteringen op Saba
en Sint Eustatius. Deze middelen zijn in 2018 bij Incidentele Suppletoire begroting
voor Wederopbouw Caribisch Nederland (Kamerstukken II 2017–2018, 34 897 XII, nr. 2) toegevoegd aan de begroting Hoofdstuk XII van IenW ten behoeve van de wederopbouw
van de zeehavens van Saba en Sint Eustatius naar aanleiding van de orkaanschade.
18.01 Scheepvaart en havens
Opdrachten: Topsector Logistiek
Voor de verhoging van de subsidie Innovaties Duurzame binnenvaart wordt in 2019 € 0,8
miljoen van opdrachten Topsector Logistiek beschikbaar gesteld. Tevens wordt er € 0,1
miljoen voor het Programma Goederenvervoercorridor gefinancierd vanuit het opdrachtenbudget
Topsector Logistiek.
Overige opdrachten: IALA symposium, programma Goederenvervoercorridor en Innovaties
Duurzame Binnenvaart
In 2020 is Nederland gastland voor het IALA-symposium. Vanuit de HGIS-gelden wordt
€ 0,07 miljoen in 2019 en € 0,16 miljoen in 2020 toegevoegd aan de overige opdrachten
ten behoeve van de organisatie van het IALA symposium.
Vanuit het overige opdrachtenbudget wordt er € 0,2 miljoen voor het Programma Goederenvervoercorridor
beschikbaar gesteld. Tevens wordt € 0,25 miljoen overgeboekt vanuit de overige opdrachten
voor de verhoging van de subsidieregeling Innovaties Duurzame Binnenvaart.
Overige subsidies: Innovaties Duurzame Binnenvaart
Vanwege het succes van de tijdelijke subsidieregeling Innovaties Duurzame Binnenvaart
en de noodzakelijke vergroening in de binnenvaartsector is besloten in 2019 € 1,1
miljoen beschikbaar te stellen voor de Innovaties Duurzame Binnenvaart. Hiervan is
€ 0,8 miljoen beschikbaar gesteld vanuit de Topsector Logistiek. Zie ook bovenstaande
toelichtingen.
Artikel 19 Uitvoering Milieubeleid en Internationaal
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 19 (Bedragen x € 1.000)
19
Uitvoering Milieubeleid en Internationaal
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)=(1)+(2)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)=(3)+(4)
Mutaties
2020
(6)
Mutaties
2021
(7)
Mutaties
2022
(8)
Mutaties
2023
(9)
Mutaties
2024
(10)
Verplichtingen
44.302
44.302
6.332
50.634
– 1.161
– 1.045
– 1.137
– 1.137
– 937
Uitgaven
46.164
46.164
7.097
53.261
– 1.087
– 1.045
– 937
– 937
– 937
waarvan juridisch verplicht
94%
86%
19.01
Tegengaan klimaatverandering
19.01.01
Opdrachten
19.01.02
Subsidies
19.01.03
Bijdrage aan agentschappen
– waarvan bijdrage aan KNMI
– waarvan bijdrage aan NEa
– waarvan bijdrage aan RWS
19.02
Internationaal beleid, coördinatie en samenwerking
46.164
46.164
7.097
53.261
– 1.087
– 1.045
– 937
– 937
– 937
19.02.01
Opdrachten
6.234
6.234
523
6.757
– 35
– 511
– 367
– 42
– 42
– Uitvoering CDM
– RIVM
– RVO
– Interreg
277
277
– 277
0
– 244
– 244
– 244
– 244
– 244
– Overige opdrachten
5.957
5.957
800
6.757
209
– 267
– 123
202
202
19.02.02
Subsidies
967
967
307
1.274
274
250
244
244
244
– Interreg
967
967
277
1.244
244
244
244
244
244
– Overige subsidies
30
30
30
6
19.02.03
Bijdrage aan agentschappen
36.569
36.569
3.799
40.368
– 1.401
– 859
– 889
– 889
– 889
– waarvan bijdrage aan RIVM
27.274
27.274
3.893
31.167
248
12
12
12
12
– waarvan bijdrage aan RVO
9.090
9.090
– 204
8.886
– 1.707
– 907
– 937
– 937
– 937
– waarvan bijdrage aan RWS
205
205
110
315
58
36
36
36
36
19.02.05
Bijdragen aan internationale organisaties
2.394
2.394
2.468
4.862
75
75
75
– 250
– 250
Ontvangsten
3.500
3.500
Verplichtingen
Bij de eerste suppletoire begroting wordt het verplichtingenbudget verhoogd met € 6,3
miljoen:
• Om het programma van de Global Commission on Adaptation (GCA) uit te voeren en daarvoor
verplichtingen aan te kunnen gaan wordt de verplichtingenruimte opgehoogd met de te
ontvangen bijdragen (€ 3,5 miljoen).
• Tijdens de lancering van de Global Commission on Adaptation (GCA) heeft Nederland
aangekondigd in 2020 een Climate Adaptation Action Summit te organiseren. Het benodigde
budget (€ 0,5 miljoen) voor deze summit wordt vanuit de HGIS gefinancierd.
De overige verplichtingen betreffen met name de jaarlijkse uitvoeringskosten van de
RVO en het RIVM, die centraal vanuit artikel 19 worden gefinancierd. Vanuit diverse
beleidsartikelen, Deltafonds artikel 7 en vanuit het Ministerie van BZ en VWS worden
middelen naar artikel 19 overgeheveld.
19.02 Internationaal beleid, coördinatie en samenwerking
Bijdrage aan agentschappen: RIVM, RVO
De gecoördineerde opdrachtverlening aan de RVO en het RIVM wordt centraal vanuit artikel
19 gefinancierd. In het kader hiervan worden vanuit diverse beleidsartikelen (11,
13, 17, 20, 21, 98), Deltafonds artikel 7 en vanuit het Ministerie van BZ en VWS middelen
overgeheveld naar dit artikel. De meerjarige RVO-budgetten op het gebied van Duurzame
Mobiliteit (€ 1,1 miljoen) worden overgeheveld van artikel 19 naar artikel 14.
Bijdragen aan internationale organisaties
Het budget voor de bijdragen aan internationale organisaties wordt verhoogd met € 2,5
miljoen. Om het programma van de Global Commission on Adaptation uit te voeren wordt
het budget opgehoogd met een deel van de te ontvangen bedragen (€ 1,8 miljoen) van
de cofinanciers. Verder betreft het met name een herschikking van HGIS-budgetten (€ 0,6
miljoen) op artikel 19 voor de toe te kennen bijdragen aan diverse internationale
organisaties in 2019.
Ontvangsten
IenW ontvangt een bijdrage (€ 3,5 miljoen) van cofinanciers (Canada, het Verenigd
Koninkrijk en Denemarken) voor de te realiseren doelstellingen van de Global Commission
on Adaptation (GCA). Daarvan gaat € 1,75 miljoen naar «bijdragen aan internationale
organisaties (zie hierboven), € 1,75 miljoen komt op financieel instrument 19.02.01
onder overige opdrachten. Voor de overige ontvangsten voor GCA, zie toelichting artikel
98.
Artikel 20 Lucht en geluid
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 20 (Bedragen x € 1.000)
20
Lucht en Geluid
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)=(1)+(2)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)=(3)+(4)
Mutaties
2020
(6)
Mutaties
2021
(7)
Mutaties
2022
(8)
Mutaties
2023
(9)
Mutaties
2024
(10)
Verplichtingen
24.825
24.825
– 1.219
23.606
Uitgaven
27.603
27.603
– 919
26.684
waarvan juridisch verplicht 89%
100%
20.01
Gezonde lucht en tegengaan geluidhinder
27.603
27.603
– 919
26.684
20.01.01
Opdrachten
3.107
3.107
1.003
4.110
– Verkeersemissies
– Geluid- en luchtsanering
3.107
3.107
805
3.912
– Overige opdrachten
198
198
20.01.02
Subsidies
20.01.03
Bijdrage aan agentschappen
1.530
1.530
– 59
1.471
– waarvan bijdrage aan RWS
1.530
1.530
– 59
1.471
20.01.04
Bijdrage aan medeoverheden
22.552
22.552
– 2.124
20.428
– NSL
– Wegverkeerlawaai
22.552
22.552
– 2.124
20.428
– Overige bijdrage medeoverheden
20.01.07
Bekostiging
414
414
261
675
Ontvangsten
Verplichtingen
De lagere verplichtingen van € 1,2 miljoen komen voornamelijk voort uit een overboeking
van IenW aan het Gemeentefonds en BTW-compensatiefonds (€ 0,9 miljoen) in relatie
tot het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit 2018 voor de aanpak van binnenstedelijke
knelpunten door de gemeente Arnhem. Hiernaast is er budget overgeboekt naar artikel
19 in het kader van de gecoördineerde opdrachtverlening aan RVO en RIVM.
20.01 Gezonde lucht en tegengaan geluidshinder
Opdrachten
Het opdrachtenbudget op artikelonderdeel gezonde lucht en tegengaan geluidshinder
wordt met € 1,0 miljoen verhoogd. Dit betreft met name budget voor opdrachten gericht
op permanente verbetering van de luchtkwaliteit (€ 1,0 miljoen).
Bijdrage aan medeoverheden: Wegverkeerlawaai
Het budget voor de bijdrage aan medeoverheden wordt verlaagd met € 2,1 miljoen. Dit
betreft met name de hiervoor genoemde overboekingen van € 0,9 miljoen naar het Gemeentefonds
en BTW-compensatiefonds in relatie tot het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit
2018 en de overboeking van € 1,0 miljoen naar het artikelonderdeel gezonde lucht en
tegengaan geluidshinder. Tevens wordt € 0,3 miljoen overgeboekt naar het instrument
«bekostiging» met betrekking tot het Energiecentrum Nederland (ECN).
Artikel 21 Duurzaamheid
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 21 (Bedragen x € 1.000)
21
Duurzaamheid
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)=(1)+(2)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)=(3)+(4)
Mutaties
2020
(6)
Mutaties
2021
(7)
Mutaties
2022
(8)
Mutaties
2023
(9)
Mutaties
2024
(10)
Verplichtingen
27.673
22.500
50.173
– 14.790
35.383
Uitgaven
27.462
22.500
49.962
– 15.011
34.951
81
waarvan juridisch verplicht
84%
78%
21.04
Duurzaamheidsinstrumentarium
1.188
1.188
– 1.020
168
21.04.01
Opdrachten
1.188
1.188
– 1.020
168
21.04.03
Bijdrage aan agentschappen
– waarvan bijdrage aan RWS
21.05
Duurzame Productketens
25.436
17.500
42.936
– 9.034
33.902
81
21.05.01
Opdrachten
13.503
7.500
21.003
– 4.893
16.110
81
– Uitvoering Duurzame productketens
10.119
10.119
– 3.021
7.098
81
– Caribisch Nederland afvalbeheer
– Transitie inkopen
7.500
7.500
– 1.900
5.600
– Overige opdrachten
3.384
3.384
28
3.412
21.05.02
Subsidies
4.216
10.000
14.216
– 7.254
6.962
– 1.374
– 1.374
– 1.375
– Caribisch Nederland afvalbeheer
3.559
3.559
– 3.559
– 1.374
– 1.374
– 1.375
– Chemische recycling kunstoffen
10.000
10.000
– 5.544
4.456
– Overige subsidies
657
657
1.849
2.506
21.05.03
Bijdrage aan agentschappen
7.247
7.247
– 446
6.801
– waarvan bijdrage aan RWS
7.247
7.247
– 446
6.801
21.05.04
Bijdrage aan medeoverheden
3.559
3.559
1.374
1.374
1.375
– Caribisch Nederland afvalbeheer
3.559
3.559
1.374
1.374
1.375
21.05.06
Bijdrage aan ZBO en RWT
470
470
470
21.06
Natuurlijk kapitaal
838
5.000
5.838
– 4.957
881
21.06.01
Opdrachten
838
5.000
5.838
– 4.957
881
– Innovaties bouw
5.000
5.000
– 5.000
– Overige opdrachten
838
838
43
881
21.06.02
Subsidies
21.06.03
Bijdrage aan agentschappen
– waarvan bijdrage aan RWS
21.07
Duurzame mobiliteit
21.07.01
Opdrachten
21.07.02
Subsidies
21.07.03
Bijdrage aan agentschappen
– waarvan bijdrage aan RWS
Ontvangsten
Verplichtingen
Bij de eerste suppletoire begroting wordt de verplichtingenstand op artikel 21 verlaagd
met € 14,8 miljoen. Dit komt onder andere door het verstrekken van een opdracht aan
RWS (€ 5 miljoen) in het kader van innovaties in de Grond- Weg- en Waterbouw. Het
benodigde budget wordt overgeboekt naar artikel 11 van het Infrastructuurfonds waar
de uitgaven door RWS worden verantwoord. Daarnaast wordt € 7,7 miljoen overgeboekt
naar andere ministeries in het kader van de pilot- en demoregeling CO2-reductie Industrie (EZK) in 2019 en andere pilots en projecten (LNV, VWS, BZK). De
overige verplichtingen betreffen met name overboekingen vanuit artikel 21 naar artikel
19 voor de gecoördineerde opdrachtverlening aan RVO en RIVM.
21.04 Duurzaamheidsinstrumentarium
Opdrachten
Het opdrachtenbudget voor het artikelonderdeel Duurzaamheidsinstrumentarium wordt
verlaagd met € 1 miljoen. Dit betreft met name een overboeking naar artikel 19 in
het kader van gecoördineerde opdrachtverlening aan het RIVM voor het uitvoeren van
werkzaamheden in het kader van circulaire economie, luchtkwaliteit, geluid, ultrafijnstof,
leefomgeving en maatschappelijk verantwoord inkopen.
21.05 Duurzame Productketens
Opdrachten: Uitvoering Duurzame productketens en Transitie inkopen
Het opdrachtenbudget voor de Uitvoering Duurzame productketens wordt verlaagd met
€ 3,0 miljoen. Dit betreft voornamelijk overboekingen (€ 2,3 miljoen) naar artikel
19 in het kader van gecoördineerde opdrachtverlening aan het RIVM en RVO. In dit geval
gaat het om opdrachten voor het uitvoeren van werkzaamheden voor duurzame agro en
biotische reststromen, markprikkels, Nederland circulair en Holland Circulair Hotspot.
Daarnaast wordt er budget herschikt binnen artikelonderdeel 21.04, 21.05 en 21.06
in het kader van geplande uitgaven voor subsidies duurzame productketens en natuurlijk
kapitaal (€ 0,9 miljoen). Voorts worden bedragen overgeboekt naar:
• Het Ministerie van LNV voor luchtemmissieonderzoek Agro door de Wageningen Universiteit
(€ 0,4 miljoen).
• Het Ministerie van LNV voor het project Duurzaam Door (€ 0,1 miljoen).
• Het Ministerie van EZK voor financiering van de werkzaamheden van de Koning Willem
1 Stichting (€ 0,2 miljoen).
Vanuit de artikelen 13, 14, 22 en 97 is budget overgeboekt (€ 0,8 miljoen) in het
kader van opdrachtverlening aan het Nederlands Normalisatie Instituut (NNI) voor de
ontwikkeling en beheer van Nederlandse Normen (NEN). Op artikel 21 worden de middelen
aan het NNI verantwoord.
Het opdrachtenbudget voor Transitie inkopen wordt verlaagd met € 1,9 miljoen. Dit
betreft overboekingen (€ 1,9 miljoen) naar BZK en VWS in het kader van maatschappelijk
verantwoord inkopen en circulair inkopen in de zorg.
Subsidies: Caribisch Nederland afvalbeheer, Chemische recycling kunststoffen en Overige
subsidies
Het subsidiebudget voor Caribisch Nederland afvalbeheer is een bijdrage aan de BES-eilanden
en hoort om die reden op het financieel instrument «bijdrage aan medeoverheden». Daarom
wordt Het budget (€ 3,6 miljoen) overgeheveld van het financieel instrument «subsidies»
naar het financieel instrument «bijdrage aan medeoverheden».
Het subsidiebudget voor Chemische recycling kunststoffen wordt verlaagd met € 5,5
miljoen. Enerzijds betreft het een overboeking van IenW naar het Ministerie van EZK
(€ 5,1 miljoen) voor de pilot- en demoregeling CO2-reductie Industrie in 2019. Anderzijds betreft het een overheveling naar overige
subsidies (€ 0,4 miljoen) voor een subsidie ten behoeve van het Nationaal Testcentrum
Circulaire Plastics.
Het budget voor overige subsidies wordt verhoogd met € 1,8 miljoen. Als gevolg van
de bij «Opdrachten: Uitvoering Duurzame productketens» vermelde herschikking in het
kader van geplande uitgaven voor subsidies duurzame productketens en natuurlijk kapitaal,
is het budget verhoogd met € 1,0 miljoen. Hiernaast wordt € 0,4 miljoen overgeboekt
van artikel 22 in het kader van de subsidie aan Milieu Centraal voor de onderwerpen
gezond in en om het huis en tuin en milieurisico's. De subsidie ten behoeve van het
Nationaal Testcentrum Circulaire Plastics (€ 0,4 miljoen) wordt verantwoord onder
overige subsidies.
Bijdrage aan medeoverheden: Caribisch Nederland afvalbeheer
Het budget voor de bijdrage aan medeoverheden wordt verhoogd met € 3,6 miljoen. Dit
betreft de overboeking van het budget (€ 3,6 miljoen) voor de uitgaven voor afvalbeheer
Caribisch Nederland van subsidies naar dit instrument.
21.06 Natuurlijk kapitaal
Opdrachten: Innovaties bouw
Het opdrachtenbudget voor innovaties bouw wordt verlaagd met € 5 miljoen. Dit betreft
een overboeking naar artikel 11 van het Infrastructuurfonds voor een opdracht aan
RWS in het kader van innovaties in de Grond- Weg- en Waterbouw.
Artikel 22 Omgevingsveiligheid en milieurisico’s
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 22 (Bedragen x € 1.000)
22
Omgevingsveiligheid en milieurisico's
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)=(1)+(2)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)=(3)+(4)
Mutaties
2020
(6)
Mutaties
2021
(7)
Mutaties
2022
(8)
Mutaties
2023
(9)
Mutaties
2024
(10)
Verplichtingen
29.349
29.349
– 3.919
25.430
– 1.762
– 269
– 218
– 255
– 237
Uitgaven
33.802
33.802
– 1.652
32.150
– 1.993
– 419
– 368
– 255
– 237
waarvan juridisch verplicht 90%
87%
22.01
Veiligheid chemische stoffen
7.345
7.345
– 626
6.719
394
389
440
553
571
22.01.01
Opdrachten
4.773
4.773
– 1.095
3.678
174
169
220
333
351
22.01.02
Subsidies
235
235
30
265
– NANoREG
– Overige subsidies
235
235
30
265
22.01.03
Bijdrage aan agentschappen
2.337
2.337
439
2.776
220
220
220
220
220
– waarvan bijdrage aan RWS
2.337
2.337
219
2.556
– Overige bijdragen
220
220
220
220
220
220
220
22.01.05
Bijdragen aan internationale organisaties
22.02
Veiligheid biotechnologie
2.770
2.770
150
2.920
– 1.000
22.02.01
Opdrachten
2.770
2.770
150
2.920
– 1.000
22.02.05
Bijdragen aan internationale organisaties
22.03
Veiligheid bedrijven en transport
23.687
23.687
– 1.176
22.511
– 1.387
– 808
– 808
– 808
– 808
22.03.01
Opdrachten
4.251
4.251
1.246
5.497
2.313
2.386
9.486
18.786
18.786
– Omgevingsveiligheid
1.979
1.979
– 873
1.106
– 81
– Overige opdrachten
2.272
2.272
2.119
4.391
2.394
2.386
9.486
18.786
18.786
22.03.02
Subsidies
14.869
14.869
– 3.124
11.745
– 3.700
– 3.194
– 10.294
– 19.594
– 19.594
– Asbest
10.783
10.783
– 1.983
8.800
– 2.894
– 3.194
– 10.294
– 19.594
– 19.594
– Overige subsidies
4.086
4.086
– 1.141
2.945
– 806
22.03.03
Bijdrage aan agentschappen
1.521
1.521
486
2.007
– waarvan bijdrage aan RWS
1.521
1.521
486
2.007
22.03.04
Bijdragen aan medeoverheden
101
101
– Bijdragen programma Externe Veiligheid
22.03.05
Bijdragen aan internationale organisaties
22.03.09
Inkomensoverdrachten
3.046
3.046
115
3.161
Ontvangsten
250
250
250
Verplichtingen
De lagere verplichtingen van € 3,9 miljoen komen voor een deel voort uit de subsidieregeling
asbest. De totale hoogte van de subsidieregeling asbest bedroeg € 75 miljoen, hiervan
resteert nog € 8,8 miljoen. Deze gelden zullen in 2019 uitgekeerd worden. De verplichting
wordt hiervoor zoals gebruikelijk al een jaar eerder, in 2018, aangegaan. Teneinde
over voldoende verplichtingenruimte te beschikken is hiertoe verplichtingenruimte
(€ 2,4 miljoen) naar voren gehaald van 2019 naar 2018 zoals reeds toegelicht bij de
Tweede Suppletoire begroting 2018 (Kamerstukken II 2018–2019, 35 095 XII, nr. 2). Verder betreft het met name verplichtingen ten behoeve van Ctgb (€ 1 miljoen) (zie
toelichting bij «Veiligheid chemische stoffen»).
22.01 Veiligheid chemische stoffen
Opdrachten
Het opdrachtenbudget op het artikelonderdeel veiligheid chemische stoffen wordt verlaagd
met € 1,1 miljoen. Dit betreft met name een overboeking van IenW naar LNV (€ 1 miljoen)
ten behoeve van de Ctgb (College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en
biociden). Met deze bijdrage worden de activiteiten op bezwaar en beroep, Europese
stofbeoordeling, beleidsadvisering en de kosten van overgehevelde taken gefinancierd.
22.03 Veiligheid bedrijven en transport
Opdrachten: Overige opdrachten
Het budget overige opdrachten op het artikelonderdeel veiligheid bedrijven en transport
wordt verhoogd met € 2,1 miljoen. De overige opdrachten bestaan met name uit het ophogen
van het opdrachtenbudget (€ 2,0 miljoen) voor beleid ten aanzien van aanpak van asbest.
De subsidieregeling verwijderen asbestdaken heeft het vastgestelde plafond van € 75
miljoen in 2019 bereikt. De subsidieregeling is daarmee beëindigd. De resterende middelen
(€ 2,0 miljoen) op de budgetplaats subsidies in 2019 en in latere jaren worden daarom
overgeboekt naar de opdrachten budgetplaats ten behoeve van het verstrekken van diverse
opdrachten die verband houden met het onderwerp asbest.
Subsidies: Asbest en Overige subsidies
Het budget voor subsidies Asbest op het artikelonderdeel veiligheid bedrijven en transport
wordt verlaagd met € 2 miljoen, zie toelichting hierboven bij «Opdrachten: overige
opdrachten».
Het lagere budget (€ 1,1 miljoen) voor overige subsidies betreft met name een overboeking
naar artikel 98 Apparaat ter dekking van detacheringen Omgevingsveiligheid en Milieurisico's
(€ 0,7 miljoen), het voorschot 2019 ten behoeve van de inkomensoverdracht mesothelioomslachtoffers
aan de Sociale Verzekeringsbank (€ 0,1 miljoen) en een herschikking ten behoeve van
het taakveld uitvoering stoffen, milieu en gezondheid (€ 0,3 miljoen).
Artikel 23 Meteorologie, seismologie en aardobservatie
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 23 (Bedragen x € 1.000)
23
Meteorologie, seismologie en aardobservatie
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)=(1)+(2)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)=(3)+(4)
Mutaties
2020
(6)
Mutaties
2021
(7)
Mutaties
2022
(8)
Mutaties
2023
(9)
Mutaties
2024
(10)
Verplichtingen
53.728
53.728
53.728
Uitgaven
52.786
52.786
52.786
Waarvan juridisch verplicht
100%
100%
23.01
Meteorologie en seismologie
31.151
31.151
31.151
23.01.03
Bijdrage aan het agentschap KNMI
30.211
30.211
30.211
– Meteorologie
– Seismologie
29.259
952
29.259
952
29.259
952
23.01.05
Bijdragen aan internationale organisaties
940
940
940
– Contributie WMO (HGIS)
940
940
940
23.02
Aardobservatie
21.635
21.635
21.635
23.02.03
Bijdrage aan het agentschap KNMI
21.635
21.635
21.635
– Aardobservatie
21.635
21.635
21.635
Ontvangsten
De wijzigingen bij Eerste suppletoire wet binnen dit artikel zijn kleiner dan de gehanteerde
norm en worden daarom niet uiteengezet (zie de leeswijzer).
Artikel 24 Handhaving en toezicht
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 24 (Bedragen x € 1.000)
24
Handhaving en toezicht
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)=(1)+(2)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)=(3)+(4)
Mutaties
2020
(7)
Mutaties
2021
(8)
Mutaties
2022
(9)
Mutaties
2023
(10)
Mutaties
2024
(11)
Verplichtingen
108.072
108.072
10.000
118.072
12.000
15.000
15.000
15.000
15.000
Uitgaven
108.072
108.072
10.000
118.072
12.000
15.000
15.000
15.000
15.000
Waarvan juridisch verplicht 100%
100%
24.01
Handhaving en toezicht
108.072
108.072
10.000
118.072
12.000
15.000
15.000
15.000
15.000
24.01.03
Bijdragen aan agentschappen
108.072
108.072
10.000
118.072
12.000
15.000
15.000
15.000
15.000
Ontvangsten
Verplichtingen
Op de IenW-begroting worden middelen toegevoegd voor de Inspectie voor Leefomgeving
en Transport (ILT) om urgente knelpunten aan te pakken en invulling te geven aan de
risicogerichte aanpak. Het betreft € 10 miljoen in 2019, € 12 miljoen in 2020 en vanaf
2021 € 15 miljoen structureel.
24.01 Handhaving en Toezicht
Opdrachten
Zie toelichting verplichtingen.
Artikel 25 Brede doeluitkering
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 25 (Bedragen x € 1.000)
25
Brede doeluitkering
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)
Mutaties
2020
(7)
Mutaties
2021
(8)
Mutaties
2022
(9)
Mutaties
2023
(10)
Mutaties
2024
(11)
Verplichtingen
898.544
898.544
– 78
898.466
– 24.992
– 14.189
Uitgaven
899.965
899.965
32.756
932.721
waarvan juridisch verplicht
100%
100%
25.01
Brede doeluitkering
899.965
899.965
32.756
932.721
Ontvangsten
25.01 Brede doeluitkering
De mutatie eerste suppletoire begroting (€ 32,8 miljoen) betreft de dekking van de
uitgaven voor de jaarlijkse Brede Doeluitkeringen (BDU) aan de Stadsregio Amsterdam
en de Metropoolregio Rotterdam – Den Haag – (€ 12,5 miljoen) en de uitgaven in het
kader van het kwaliteitsprogramma Blankenburgverbinding (€ 20,2 miljoen). Conform
de wet BDU zijn vorig jaar de bedragen als verplichting vastgelegd. Deze dekking van
de uitgaven was voorzien op het Infrastructuurfonds vanuit artikel 12 Hoofdwegennet.
Artikel 26 Bijdrage Investeringsfondsen
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 26 (Bedragen x € 1.000)
26
Bijdrage investeringsfondsen
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)=(1)+(2)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)=(3)+(4)
Mutaties
2020
(7)
Mutaties
2021
(8)
Mutaties
2022
(9)
Mutaties
2023
(10)
Mutaties
2024
(11)
Verplichtingen
7.795.954
7.795.954
– 329.126
7.466.828
– 331.803
– 267.787
– 296.319
170.540
173.426
Uitgaven
7.795.954
7.795.954
– 329.126
7.466.828
– 331.803
– 267.787
– 296.319
170.540
173.426
26.01
Bijdrage Infrastructuurfonds
6.921.916
6.921.916
– 324.635
6.597.281
– 327.229
– 272.093
– 301.526
165.543
168.429
26.02
Bijdrage Deltafonds
874.038
874.038
– 4.491
869.547
– 4.574
4.306
5.207
4.997
4.997
Ontvangsten
Verplichtingen
De verplichtingenmutaties zijn een weerspiegeling van de onderstaande kasmutaties.
26.01 Bijdrage aan het Infrastructuurfonds
De bijdrage vanuit Hoofdstuk XII aan het Infrastructuurfonds voor het jaar 2019 wordt
met € 324,6 miljoen verlaagd. De belangrijkste mutaties zijn:
– De inpassing van de DBFM-conversie van de projecten Blankenburg en A16 Rotterdam.
Hierbij worden budgettaire reeksen omgezet om aan de beschikbaarheidsvergoedingen
te kunnen voldoen. Zie hiervoor ook de 1e suppletoire begroting Infrastructuurfonds
2019.
– Diverse overboekingen van het Infrastructuurfonds naar Hoofdstuk XII. De belangrijkste
overboekingen worden toegelicht in paragraaf 2.1 Overzicht uitgaven- en ontvangstenmutaties.
26.02 Bijdrage aan het Deltafonds
De bijdrage vanuit Hoofdstuk XII aan het Deltafonds voor het jaar 2019 wordt met € 4,5
miljoen verlaagd. De belangrijkste mutatie is een een overboeking van het Deltafonds
naar Hoofdstuk XII voor de uitvoering van het tijdelijke impulsprogramma Ruimtelijke
Adaptatie.
2.3 De niet-beleidsartikelen
Artikel 97 Algemeen departement
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 97 (Bedragen x € 1.000)
97
Algemeen departement
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)
Mutaties
2020
(7)
Mutaties
2021
(8)
Mutaties
2022
(9)
Mutaties
2023
(10)
Mutaties
2024
(11)
Verplichtingen
50.214
50.214
21.162
71.376
– 106
– 155
– 22
waarvan juridisch verplicht
Uitgaven
62.073
62.073
29.153
91.226
54
4
97.01
Algemeen departement
57.073
57.073
29.153
86.226
54
4
97.01.01
Opdrachten
28.815
28.815
29.153
57.968
54
4
– Overige Opdrachten
2.845
2.845
– 10
2.835
10
10
– Regeringsvliegtuig
6.737
6.737
28.315
35.052
– van A naar Beter
1.878
1.878
1.878
– Ext. juridische adv.
1.578
1.578
1.578
– DCC
7.069
7.069
50
7.119
50
– Onderzoeksproj.
1.629
1.629
– 256
1.373
– 6
– 6
– Overig alg. depart.
854
854
854
– Onderzoeken PBL
2.345
2.345
1.060
3.405
– Onderzoeken ANVS
3.880
3.880
– 6
3.874
97.01.02
Subsidies
1.255
1.255
1.255
– Overige Subsidies
1.255
1.255
1.255
97.01.03
Bijdragen aan agentschappen
21.765
21.765
21.765
– Waarvan bijdrage aan agentschap ILT
12.476
12.476
12.476
– Waarvan bijdrage aan agentschap KNMI
109
109
109
– Waarvan bijdrage aan agentschap KNMI
104
104
104
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
292
292
292
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
330
330
330
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS
2.010
2.010
2.010
– Dienstverlening RIVM
2.283
2.283
2.283
– Dienstverlening RIVM
4.161
4.161
4.161
97.01.06
Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s
5.238
5.238
5.238
StAB
5.238
5.238
5.238
97.02
Sanering Thermphos
5.000
5.000
5.000
97.02.02
Subsidies
5.000
5.000
5.000
Sanering Thermphos
5.000
5.000
5.000
Ontvangsten
1.101
1.101
800
1.901
Verplichtingen
De verplichtingenmutaties op dit artikel hangen voornamelijk samen met de overlopende
verplichting uit 2018 ten behoeve van de aanschaf van het nieuwe regeringsvliegtuig.
97.01 IenW-brede programmamiddelen
Opdrachten
De extra uitgaven betreft het niet betaalde deel van de gereserveerde gelden uit 2018
voor de aanschaf van het nieuwe Regeringsvliegtuig. Deze middelen worden aan de IenW
begroting 2019 toegevoegd, omdat een deel van de betalingen in 2019 plaatsvindt.
Tevens verwacht PBL extra opdrachten voor onderzoeksprogramma’s van o.a. de Europese
Commissie en DG Water en Bodem
Ontvangsten
De verhoging betreft voornamelijk de opbrengst van de onderzoeksopdrachten van PBL
vanuit de Europese Commissie.
Artikel 98 Apparaat van het kerndepartement
Budgettaire gevolgen van beleid artikel 98 (Bedragen x € 1.000)
98
Apparaatsuitgaven kerndepartement
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)
Mutaties
2020
(6)
Mutaties
2021
(7)
Mutaties
2022
(8)
Mutaties
2023
(9)
Mutaties
2024
(10)
Verplichtingen
293.059
293.059
6.648
299.707
915
1.710
1.973
2.525
2.558
Uitgaven
299.115
299.115
13.348
312.463
2.123
2.771
2.615
2.525
2.558
98.01
Personele uitgaven
223.422
223.422
10.501
233.923
2.273
2.141
1.985
1.835
1.705
– waarvan eigen personeel
193.622
193.622
7.110
200.732
2.348
2.068
1.912
1.912
1.782
– waarvan externe inhuur
21.241
21.241
3.391
24.632
– 75
73
73
– 77
– 77
– waarvan overige personele uitgaven
8.559
8.559
8.559
98.02
Materiele uitgaven
75.693
75.693
2.847
78.540
– 150
630
630
690
853
– waarvan ICT
20.383
20.383
3.491
23.874
– waarvan bijdrage aan SSO's
34.527
34.527
210
34.737
1
1
1
1
0
– waarvan overige materiële uitgaven
20.783
20.783
– 854
19.929
– 151
629
629
689
853
Ontvangsten
5.430
5.430
6.651
12.081
Verplichtingen
De verplichtingenmutaties hangen samen met onderstaande toelichtingen op de uitgaven.
Het verschil betreft eerdere verplichtingenschuiven naar 2018.
98.01 Personele uitgaven
De verhoging van de uitgaven eigen personeel betreft o.a. de bijdragen vanuit de Europese
Commissie (€ 1,2 miljoen) en EZK (€ 1,4 miljoen) aan PBL voor onderzoeksprogramma’s
en een bijdrage van RWS aan de exploitatie van het Standaard platform (€ 1,3 miljoen).
Daarnaast betreft het de (voorbereidingskosten) kilometerheffing vrachtverkeer (€ 0,8
miljoen), het project Smart Mobility (€ 0,5 miljoen) en beheerskosten Sap t.b.v. Buitenlandse
Zaken (€ 0,5 miljoen). Ook vindt er een overboeking plaats van artikel 22 ter dekking
van noodzakelijke detacheringen voor Omgevingsveiligheid en Milieurisico’s (OenM € 0,8
miljoen).
De toename externe inhuur betreft een bijdrage vanuit Canada, UK en Denemarken voor
de realisatie van het programma Global Commission on Adaption (€ 1,5 miljoen) en een
overheveling vanuit het IF voor de Vrachtwagenheffing (€ 1,7 miljoen).
98.02 Materiële uitgaven
De toename van uitgaven aan ICT betreft voornamelijk de verrekening met Buitenlandse
Zaken voor de beheerskosten SAP (€ 1,6 miljoen). Daarnaast verwacht PBL meerkosten
voor de transitie naar SSC Campus (€ 0,8 miljoen) en extra contractonderzoek vanuit
de Europese Commissie (€ 0,2 miljoen).
Ontvangsten
De hogere ontvangsten zijn onder andere het gevolg van verwachte externe ontvangsten
voor onderzoeksopdrachten bij het Planbureau voor de leefomgeving (€ 1,2 miljoen),
een bijdrage van Buitenlandse Zaken in de beheerskosten SAP (€ 2,1 miljoen), en een
bijdrage van € 1,5 miljoen vanuit Canada, UK en Denemarken voor de realisatie van
het programma Global Commission on Adaption (voor de overige ontvangsten voor GCA,
zie toelichting artikel 19).
Daarnaast betreft het ontvangsten van agentschappen voor uitgaven bedrijfsvoering
als gevolg van interne leveranties binnen apparaat en een bijdrage van RWS aan de
exploitatie van het Standaard platform (€ 1,3 miljoen).
Artikel 99 Nominaal en onvoorzien
Budgettaire gevolgen van beleid: beleidsartikel 99 (Eerste suppletoire begroting begroting
jaar 2019) (Bedragen x € 1.000)
99
Nominaal en onvoorzien
Stand
Ontwerp
Begroting
(1)
Mutaties
Via NvW'en
Amendementen
(2)
Stand
Vastgestelde
Begroting
(3)
Mutaties 1e
Suppletoire
Begroting
(4)
Stand 1e
Suppletoire
Begroting
(5)
Mutaties
2020
(7)
Mutaties
2021
(8)
Mutaties
2022
(9)
Mutaties
2023
(10)
Mutaties
2024
(11)
Verplichtingen
– 15.973
– 15.973
211.726
195.753
201.844
201.176
194.984
200.942
189.126
Uitgaven
– 15.992
– 15.992
211.726
195.734
201.844
201.176
194.984
200.942
189.126
99.01
Nominaal en onvoorzien
– 15.992
– 15.992
211.726
195.734
201.844
201.176
194.984
200.942
189.126
Ontvangsten
99.01 Nominaal en Onvoorzien
Het betreft grotendeels de ontvangen Loon- en Prijsbijstelling (€ 213,8 miljoen in
2019). Deze middelen worden bij Ontwerpbegroting 2019 toebedeeld binnen Hoofdstuk
XII en het Infrastructuurfonds en het Deltafonds. Tevens is er € 5 miljoen toegevoegd
voor een maatregel van asbest- naar duurzaam. Verder is € 3,6 miljoen van de bij Eerste
suppletoire begroting 2018 toegevoegde middelen Cyber-security toebedeeld aan het
Deltafonds (€ 3 miljoen) en artikel 98 (€ 0,6 miljoen).
Daarnaast wordt de taakstellende onderuitputting op artikel 99 nominaal en onvoorzien
budgettair ingevuld op de beleidsbegroting van IenW.
2.4 De agentschappen
Conform de Rijksbegrotingsvoorschriften worden hieronder de exploitatie- en kasstroomoverzichten
opgenomen van agentschappen waarbij sprake is van cumulatieve mutaties (in totaal)
groter dan 5 procent van de oorspronkelijk vastgestelde begroting of cumulatieve mutaties
(in totaal) groter dan € 20 miljoen ten opzichte van de oorspronkelijk vastgestelde
begroting.
Rijkswaterstaat
Exploitatieoverzicht Baten-lastenagentschap Rijkswaterstaat. 1e Suppletoire begroting
2019 (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
(1)
Vastgestelde begroting
(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting
(3)=(1)+(2)
Totaal geraamd
Baten
Omzet moederdepartement
2.238.924
2.364
2.241.288
Omzet nog uit te voeren werkzaamheden
0
164.603
164.603
Omzet overige departementen
31.251
24.213
55.464
Omzet derden
184.657
27.401
212.058
Rentebaten
0
0
0
Vrijval voorzieningen
0
0
0
Bijzondere baten
3.000
0
3.000
Totaal baten
2.457.832
218.581
2.676.413
Lasten
Apparaatskosten
1.060.001
37.467
1.097.468
– Personele kosten
818.108
37.467
855.575
– Waarvan eigen personeel
752.691
38.967
791.658
– Waarvan inhuur externen
63.917
0
63.917
– Waarvan overige personele kosten
1.500
– 1.500
0
– Materiele kosten
241.893
0
241.893
– Waarvan apparaat ICT
30.000
0
30.000
– Waarvan bijdrage aan SSO's
56.000
0
56.000
– Waarvan overige materiele kosten
155.893
0
155.893
Onderhoud
1.342.978
192.396
1.535.374
Rentelasten
5.878
– 5.075
803
Afschrijvingskosten
39.975
– 15.207
24.768
– Materieel
38.500
– 14.435
24.065
– Waarvan apparaat ICT
6.000
– 1.432
4.568
– Waarvan overige materiele afschrijvingskosten
32.500
– 13.003
19.497
– Immaterieel
1.475
– 772
703
Overige lasten
0
0
0
– Dotaties voorzieningen
0
0
0
– Bijzondere lasten
0
0
0
Totaal lasten
2.448.832
209.581
2.658.413
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening
9.000
9.000
18.000
Agentschapsdeel Vpb-lasten
0
9.000
9.000
Saldo van baten en lasten
9.000
0
9.000
Dotatie aan reserve Rijksrederij
9.000
0
9.000
Te verdelen resultaat
0
0
0
Toelichting
Baten
Omzet moederdepartement
De hogere omzet moederdepartement wordt met name veroorzaakt door de toekenning van
middelen voor de eerste tranche van de korte termijn fileaanpak (€ 37,1 mln., waarvan
€ 14,4 mln. in 2019) en een bijdrage vanuit de klimaatenveloppe tranche 2019 voor
de opdracht Circulaire Economie: Recycling en hergebruik van asfalt, beton en staal
in de infrastructurele sector (€ 5,0 mln. in 2019). Tegenover deze verhogingen staat
een aantal verlagingen van de omzet moederdepartement. De voornaamste verlaging betreft
de meevaller op het programma Meer Kwaliteit Leefomgeving, welke is overgeheveld naar
de investeringsruimte van het Hoofdwegennet (€ 27,8 mln. waarvan € 17,6 mln. in 2019).
Omzet nog uit te voeren werkzaamheden
Een deel van de kosten Beheer en Onderhoud wordt dit jaar gefinancierd vanuit de balanspost
Nog Uit Te Voeren Werkzaamheden (NUTW). Dit betekent dat de balanspost NUTW dit jaar
naar verwachting zal afnemen met € 164,6 mln. van € 524,2 mln. ultimo 2018 naar € 359,6
mln. ultimo 2019.
Omzet overige departementen
De hogere omzet overige departementen wordt met name veroorzaakt door de apparaats-
en programmakosten die RWS bij het Ministerie van BZK en het Ministerie van EZK in
rekening brengt voor de werkzaamheden in het kader van Beleidsondersteuning en Advisering
en de Omgevingswet.
Omzet derden
De hogere omzet derden wordt met name veroorzaakt door de opbrengsten in het kader
van Werken voor en met Partners, de opbrengsten uit schaderijden en schadevaren ter
dekking van de kosten van reparatiewerkzaamheden en de opbrengsten vanuit de Nationale
Bewegwijzeringsdienst (NBD) en de Nationale Databank Wegverkeersgegevens (NDW).
Lasten
Personele kosten
De hogere personele kosten zijn met name het gevolg van de CAO loonstijging per 1 juli
2018 van 3% en het aantrekken van capaciteit voor de toegenomen productieopgave van
RWS, waaronder de korte termijn fileaanpak, en voor het Werken voor en met Partners.
Onderhoud
De hogere verwachte uitgaven voor Beheer en Onderhoud worden met name veroorzaakt
doordat een deel van de werkzaamheden die in eerdere jaren waren gepland dit jaar
in uitvoering wordt genomen. Deze werkzaamheden worden gefinancierd vanuit de balanspost
Nog Uit Te Voeren Werkzaamheden (NUTW). Dit betekent dat de balanspost NUTW dit jaar
naar verwachting zal afnemen met € 164,6 mln. van € 524,2 mln. ultimo 2018 naar € 359,6
mln. ultimo 2019. Bij de begroting 2020 zal in bijlage 4 Instandhouding nader op de
balanspost NUTW worden ingegaan.
Rentelasten
De rentelasten zijn naar beneden bijgesteld omdat de rentepercentages in de afgelopen
jaren sterk zijn gedaald. Daarnaast zijn de investeringen zowel in het lopende jaar
als de afgelopen jaren lager dan van tevoren gepland.
Afschrijvingskosten
De afschrijvingskosten zijn naar beneden bijgesteld omdat zowel de investeringen in
het lopende jaar als de afgelopen jaren lager zijn dan van tevoren gepland.
Agentschapsdeel Vpb-lasten
Het Agentschap RWS verzorgt activiteiten die tot het departement IenW horen en voor
anderen. Voor een aantal activiteiten is RWS belastingplichtig voor de Vennootschapsbelasting
(Vpb). Het bedrag van € 9 mln. is gebaseerd op de voorlopige aanslag Vpb-aangifte
2018.
Kasstroomoverzicht Baten-lastenagentschap Rijkswaterstaat. 1e Suppletoire begroting
2019 (bedragen x € 1.000)
(1)
Vastgestelde begroting
(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting
(3)=(1)+(2)
Stand 1e suppletoire begroting
1.
Rekening courant RHB 1 januari 2019
303.413
468.825
772.238
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)
2.457.832
53.978
2.511.810
Totaal uitgaven operationele kasstroom (–/–)
– 2.408.857
– 233.788
– 2.642.645
2
Totaal operationele kasstroom
48.975
– 179.810
– 130.835
Totaal investeringen (–/–)
– 108.110
82.663
– 25.447
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)
0
3.
Totaal investeringskasstroom
– 108.110
82.663
– 25.447
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (–/–)
– 1.043
– 1.043
Eenmalige storting door het moederdepartement (+)
8.600
8.600
Aflossingen op leningen (–/–)
– 19.686
1.415
– 18.271
Beroep op leenfaciliteit (+)
71.381
– 46.781
24.600
4.
Totaal financieringskasstroom
60.295
– 46.409
13.886
5.
Rekening courant RHB 31 december 2019 (=1+2+3+4)
304.573
325.269
629.842
(noot: maximale roodstand 0,5 miljoen euro)
Toelichting
Rekening courant RHB 1 januari 2019
Dit is de mutatie naar de werkelijke stand per 1-1-2019. Voor een uitgebreide toelichting
zie het jaarverslag 2018.
Operationele kasstroom
De ontvangsten binnen de operationele kasstroom zijn gestegen als gevolg van de verhoogde
omzet moederdepartement, omzet overige departementen en omzet derden. De uitgaven
binnen de operationele kasstroom zijn, naast de verhoogde omzet, met name gestegen
doordat een deel van de werkzaamheden die in eerdere jaren waren gepland dit jaar
in uitvoering wordt genomen. Dit sluit aan bij de verwachte afname van de balanspost
NUTW.
Investeringskasstroom
De investeringen zijn met name naar beneden bijgesteld als gevolg van het besluit
van RWS om in het vlootvervangingsprogramma van de Rijksrederij een pas op de plaats
te maken en zeker te stellen dat de schepen bij oplevering voldoen aan de gestelde
eisen.
Financieringskasstroom
De eenmalige uitkering aan het moederdepartement betreft het uitkeren van het surplus
van het Eigen Vermogen aan de eigenaar, op basis van de Regeling agentschappen. Het
beroep op de leenfaciliteit is naar beneden bijgesteld als gevolg van de lagere investeringen.
Inspectie Leefomgeving en Transport
Exploitatieoverzicht Baten-lastenagentschap ILT 1e Suppletoire begroting 2019 (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
(1) Vastgestelde begroting
(2) Mutaties
(+of–) 1e suppletoire begroting
(3 = 1+2)
Totaal
geraamd
Baten
Omzet moederdepartement
120.548
10.000
130.548
Omzet overige departementen
875
0
875
Omzet derden
24.156
0
24.156
Rentebaten
50
0
50
Bijzondere baten
0
0
0
Totaal baten
145.629
0
155.629
Lasten
Apparaatskosten
144.861
10.000
154.861
– Personele kosten
108.413
10.000
118.413
Waarvan eigen personeel
103.753
10.000
113.753
Waarvan externe inhuur
4.460
0
4.460
Waarvan overige personele kosten
200
0
200
– Materiele kosten
36.448
0
36.448
Waarvan apparaat ICT
200
0
200
Waarvan bijdrage aan SSO's
17.290
0
17.290
Waarvan overige materiele kosten
18.958
0
18.958
Rentelasten
0
0
0
Afschrijvingskosten
668
0
668
– Materieel
668
0
668
Waarvan apparaat ICT
0
0
0
Waarvan overig materiele afschrijvingskosten
668
0
668
Overige lasten
0
0
0
– Dotatie voorziening
100
0
100
– Bijzonder lasten
100
0
100
Totaal lasten
145.629
0
155.629
Saldo van Baten en Lasten
0
0
0
Toelichting
Baten
Omzet Moederdepartement
Via de IenW-begroting worden middelen toegevoegd (€ 10 miljoen) voor de Inspectie
voor Leefomgeving en Transport (ILT) om urgente knelpunten aan te pakken en invulling
te geven aan de risicogerichte aanpak.
Lasten
Personele kosten
De stijging in de personele kosten zijn het gevolg van de toevoeging van extra middelen
van het moederdepartement en worden ingezet om urgente knelpunten aan te pakken en
invulling te geven aan de risicogerichte aanpak.
Kasstroomoverzicht Baten-lastenagentschap ILT 1e Suppletoire begroting (bedragen x
€ 1.000)
Omschrijving
1
Vastgestelde begroting
2
Mutaties (+of–) 1e suppletoire begroting
3 = (1) + (2)
Totaal
geraamd
1.
Rekening courant RHB 1 januari 2019
20.083
14.683
34.721
Totaal ontvangsten operationele kas
145.629
10.000
155.629
Totaal uitgaven operationele kas
– 148.861
– 6.000
– 154.861
2.
Totaal operationele kasstroom
– 3.232
4.000
768
Totaal investeringen
– 200
0
– 200
Totaal boekwaarde desinvesteringen
0
0
0
3.
Totaal investeringskasstroom
– 200
0
– 200
Eenmalige uitkering aan moederdepartement
0
0
0
Eenmalige Storting moederdepartement
0
0
0
Aflossingen op leningen
0
0
0
Beroep op leenfaciliteit
0
0
0
4.
Totaal financieringskasstroom
0
0
0
5.
Rekening courant RHB 31 december 2019
16.651
18.638
35.289
Toelichting
Rekening courant RHB 1 januari 2019
Dit is de mutatie om de rekening courant aan te sluiten op de werkelijke stand per
1-1-2019.
Operationele kasstroom
Dit betreft een technische correctie zodat het kasstroomoverzicht weer aansluit op
de staat van baten en lasten.
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut
Exploitatieoverzicht Baten-lastenagentschap KNMI 1e Suppletoire begroting 2019 (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
(1)
Vastgestelde begroting
(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting
(3 = 1+2) Totaal geraamd
Baten
Omzet moederdepartement
55.303
400
55.703
Omzet overige departementen
2.930
2.930
Omzet derden
24.809
24.809
Rentebaten
Vrijval voorzieningen
Bijzondere baten
Totaal baten
83.042
400
83.442
Lasten
Apparaatskosten
46.521
400
46.921
– Personele kosten
32.141
150
32.291
Waarvan eigen personeel
31.345
150
31.495
Waarvan externe inhuur
744
744
Waarvan overige personele kosten
52
– Materiële kosten
25.828
250
26.078
Waarvan apparaat ICT
11.546
11.546
Waarvan bijdrage aan SSO’s
4.075
4.075
Waarvan overige materiele kosten
10.207
250
10.457
Rentelasten
Afschrijvingskosten
3.438
3.438
– Materieel
3.038
3.038
Waarvan apparaat ICT
– Immaterieel
400
400
Overige lasten
–
– Aardobservatie
21.635
21.635
– Dotatie voorziening
–
– Bijzondere lasten
–
Totaal lasten
83.042
400
83.442
Saldo van baten en lasten
Toelichting
Baten
Omzet Moederdepartement
De omzet moederdepartement stijgt door een aanvullende opdracht vanuit het departement
(Directoraat-generaal Water en Bodem) in het kader van het project «Verbeterde Voorspelling»
(€ 0,4 miljoen).
Lasten
Personele kosten
Voor het uitvoeren van de aanvullende opdracht in het kader van het project «Verbeterde
Voorspelling» nemen de personele kosten toe met € 0,4 miljoen. Hiervan heeft € 0,15
miljoen betrekking op het beschikbaar stellen van de benodigde capaciteit (circa 1
Fte; zie «waarvan eigen personeel»), is € 0,2 miljoen benodigd voor uitbesteding en € 0,05 miljoen voor diverse overige
materiële kosten (zie «waarvan overige materiële kosten»).
Kasstroomoverzicht KNMI 1e suppletoire begroting 2019 (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
(1) Vastgestelde begroting
(2)
Mutaties 1e suppletoire begroting
(3 = 1+2)
Totaal geraamd
1.
Rekening-courant RHB 1 januari 2019
2.830
10.282
13.112
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)
3.438
3.438
Totaal uitgaven operationele kasstroom (–/–)
– 1.973
– 5.434
– 7.407
2.
Totaal operationele kasstroom
1.465
– 5.434
– 3.969
Totaal investeringen (–/–)
– 2.373
– 3.237
– 5.610
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)
3.
Totaal investeringskasstroom
– 2.373
– 3.237
– 5.610
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (–/–)
Eenmalige storting door het moederdepartement (+)
300
300
Aflossingen op leningen (–/–)
– 2.029
340
– 1.689
Beroep op leenfaciliteit (+)
2.373
3.237
5.610
4.
Totaal financieringskasstroom
644
3.577
4.221
5.
Rekening-courant RHB 31 december 2019 (=1+2+3+4)
2.566
5.188
7.754
Toelichting
Rekening-courant RHB 1 januari 2019
Als gevolg van de jaarafsluiting is de stand aangepast conform de jaarrekening 2018.
De toename wordt voornamelijk veroorzaakt door een stijging van de openstaande facturen
(€ 4,4 miljoen) en een stijging van de vooruitontvangen bedragen voor (subsidie)projecten
(€ 2,9 miljoen).
Operationele kasstroom
De hogere uitgaven worden veroorzaakt door een betaling aan SCC Campus voor de dienstverlening
in 2018 (€ 4,6 miljoen) en een aanvullende diensten in het kader van de het project
IT-Migratie (€ 0,9) miljoen.
Investeringenkasstroom
De investeringenkasstroom neemt toe vanwege een investering in de modernisering van
de waarneemapparatuur.
Financieringskasstroom
De financieringskasstroom neemt toe door een beroep op de leenfaciliteit bij het Ministerie
van Financiën om de geplande investeringen voor 2019 uit te kunnen voeren (€ 3,2 miljoen).
Daarnaast is de aflossing lager (€ 0,34 miljoen) doordat in 2018 minder beroep op
de leenfaciliteit is gedaan dan begroot.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.