Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
35 200 VII Jaarverslag en slotwet Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2018
Nr. 4
MEMORIE VAN TOELICHTING
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 en 2
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de rijksbegroting, worden op grond van
artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 afzonderlijk bij wet vastgesteld
en ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2018
wijzigingen aan te brengen in:
1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
(VII);
2. de begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie;
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van
deze memorie van toelichting toegelicht.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren
B. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ DE BEGROTINGSARTIKELEN (SLOTWETMUTATIES)
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII)
Hieronder worden per artikel de beleidsmatige en technische mutaties groter of gelijk
aan de ondergrens in onderstaande staffel, zoals deze in de Rijksbegrotingsvoorschriften
(RBV) zijn opgenomen, toegelicht.
Omvang begrotingsartikel
(stand ontwerpbegroting)
In € miljoen
Beleidsmatige mutaties
(ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties
(ondergrens in € miljoen)
1. Openbaar bestuur
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
2. Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD)
Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
3. Woningmarkt
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 20 mln.
Ontvangsten: 10 mln.
4. Woonomgeving en bouw
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
5. Ruimte en omgeving
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
6. Dienstverlenende en innovatieve overheid
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
7. Arbeidszaken overheid
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
8. Kwaliteit Rijksdienst
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.
Ontvangsten: –
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: –
9. Uitvoering Rijksvastgoedbeleid
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.
Ontvangsten: 4 mln.
11. Centraal apparaat
Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
12. Algemeen
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
13. Nominaal en onvoorzien
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
Daar waar dat nodig of nuttig is, ter verduidelijking, worden ook enkele andere mutaties
toegelicht.
1. BELEIDSARTIKELEN
Beleidsartikel 1. Openbaar bestuur en democratie
Op dit artikel is circa € 1,8 mln. meer verplicht. Daarnaast is er circa € 1,3 mln.
minder uitgegeven. Tevens is er circa € 0,3 mln. meer ontvangen.
Toelichting
De overschrijding komt volledig door het vastleggen van de verplichting voor de bijdrage
aan ICTU (circa € 4,5 mln.) voor het interbestuurlijk programma voor de jaren 2018
-2020. In 2018 is € 1,4 mln. betaald.
Beleidsartikel 3. Woningmarkt
Op dit artikel is circa € 174,0 mln. minder verplicht. Daarnaast is er circa € 167,5
mln. minder uitgegeven. Tevens is er circa € 111,5 mln. minder ontvangen.
Toelichting
Aan huurtoeslag is in 2018 € 76,7 mln. minder uitgegeven dan begroot door lagere voorschotbetalingen
en nabetalingen. Bij de ontvangsten is € 36,9 mln. minder gerealiseerd, waardoor voor
de huurtoeslag in 2018 een netto onderuitputting resulteert van € 39,8 mln. ten opzichte
van de begroting.
Bij 2e suppletoire begroting 2018 was voor de afwikkeling van de langdurige financiële problemen
van Woningstichting Geertruidenberg (WSG) een bedrag van maximaal € 385,7 mln. opgenomen
(cf. tegenvalscenario uit het saneringsbesluit d.d. 29 juni 2019, Kamerstukken II 2017/18, 29453, nr. 478). De saneringssubsidie komt lager uit dan het geraamde tegenvalscenario. De feitelijke
onttrekking aan de Risicovoorziening voor de sanerings- en projectsteun woningcorporaties
is daarom lager dan voorspeld. De ramingen van uitgaven en ontvangsten zijn daartoe
met ca. € 74,3 mln. naar beneden bijgesteld.
Daarnaast is er een onderuitputting van € 7,1 mln. op de tijdelijke regeling stimulering
huisvesting vergunninghouders en van € 2,5 mln. op de stimuleringsregeling voor wooncoöperaties.
Beleidsartikel 4. Woonomgeving en bouw
Op dit artikel is circa € 99.9 mln. meer verplicht. Daarnaast is er circa € 4,6 mln.
meer uitgegeven. Tevens is er circa € 0,6 mln. minder ontvangen.
Toelichting
Stimuleringsregeling energieprestatie huursector (STEP)
In 2018 zijn de laatste verplichtingen voor de STEP vastgelegd in de administratie.
Met het verlengen van de regeling naar 2018 is nu het gehele beschikbare budget van
circa € 400 mln. tot en met 2020 verplicht. Dit vastleggen leidt tot een overschrijding
op de verplichtingen van ca. € 65 mln. Het uitgavenbudget voor STEP is in 2018 met
€ 4 mln. overschreden, dit in verband met meer uitbetaalde aanvragen. De overschrijding
wordt in mindering gebracht op het beschikbare budget voor 2019.
Revolverend fonds EGO
De verplichting van de totale bijdrage van € 40 mln. aan het Nationaal Energiebespaarfonds
in 2018 en 2019 is geheel in 2018 vastgelegd en leidt tot een overschrijding van € 15
mln.
Beleidsprogramma bouwregelgeving
Naast de jaarlijkse subsidie aan het Nederlands Normalisatie-instituut is ook een
projectsubsidie toegekend voor de nieuwe energieprestatiemethode van gebouwen (onderdeel
van Europese regelgeving) van € 1,0 mln. Daarnaast is een subsidie toegekend aan het
Bouwwerk Informatie Model Loket voor de digitalisering en verduurzaming gebouwde omgeving
van € 0,5 mln. Beide bedragen leiden per saldo op deze regeling bij tot een overschrijding
van circa € 1,2 mln.
RVO (beleidsprogramma Woningbouw)
De verplichting voor de jaaropdracht 2019 aan het RVO is in 2018 vastgelegd. Omdat
in de jaaropdracht 2019 afspraken zijn gemaakt over vier woonregelingen (Bevordering
Eigenwoningbezit, Tijdelijke Regeling Stimulering Huisvesting, Regeling Vermindering
Verhuurderheffing en Regeling Vermindering Verhuurderheffing Verduurzaming) voor de
komende 5 jaar draagt dit voor € 20 mln. bij aan de overschrijding van het verplichtingenbudget.
Beleidsartikel 5. Ruimte en omgeving
Op dit artikel is circa € 17,4 mln. meer verplicht. Daarnaast is er circa € 6,5 mln.
meer uitgegeven. Tevens is er circa € 0,2 mln. meer ontvangen.
Toelichting
De overschrijding van verplichtingen komt deels door overschrijding van de uitgaven
en daarnaast zijn er verplichtingen aangegaan op het artikelonderdeel Ruimte voor
de jaaropdrachten aan het Kadaster (€ 26 mln.) en Geonovum (€ 3 mln.).
De overschrijding van de uitgaven op het artikelonderdeel Omgevingswet is onder andere
het gevolg van ontvangen facturen die tegen de verwachting in net voor het jaareinde
zijn betaald.
Beleidsartikel 6. Dienstverlenende en innovatieve overheid
Op dit artikel is circa € 5,9 mln. minder verplicht. Daarnaast is er circa € 5,9 mln.
minder uitgegeven. Tevens is er circa € 1,0 mln. meer ontvangen.
Toelichting
Per saldo is er een onderuitputting op het verplichtingenbudget. Dit hangt samen met
een lagere uitputting op de uitgaven. Daarnaast zijn er meerjarige verplichtingen
aangegaan voor de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit en de health check van de BRP.
Daartegenover staan uitgaven op verplichtingen die in eerdere jaren zijn aangegaan,
zoals bijvoorbeeld de bijdrage aan Logius.
De lagere uitgaven betreffen diverse regelingen binnen het artikel waaronder een lagere
realisatie van het opdrachtbudget voor de domeinen doorontwikkeling, aanpak van fraude
en informatiebeleid.
Beleidsartikel 8. Kwaliteit Rijksdienst
Op dit artikel is circa € 1,4 mln. meer verplicht. Daarnaast is er circa € 3,4 mln.
minder uitgegeven. Tevens is er circa € 0,6 mln. meer ontvangen.
Toelichting
De overschrijding op het verplichtingbudget komt door het vastleggen van de bijdrage
aan het A&O-fonds voor 2019 van € 3,4 mln.
De onderuitputting is het gevolg van lagere uitgaven voor bedrijfsvoering Rijk, omdat
een aantal projecten (zoals MOOI en RADIO) vertraagd zijn. Deze komen in 2019 tot
betaling.
Beleidsartikel 9. Uitvoering Rijksvastgoedbeleid
Op dit artikel is circa € 6,7 mln. minder verplicht. Daarnaast is er circa € 5,0 mln.
minder uitgegeven.
Toelichting
De lagere verplichtingenrealisatie hangt samen met de lagere uitgaven. De lagere uitgaven
bij RVB van € 5,0 mln. wordt voornamelijk veroorzaakt door overlopende facturen naar
2019.
2. NIET-BELEIDSARTIKELEN
Artikel 11. Centraal apparaat
Er zijn voor circa € 6,8 mln. minder verplichtingen aangegaan. Daarnaast is er € 5,1
mln. minder uitgegeven. Tevens is er op dit artikel circa € 9,2 mln. minder ontvangen.
Toelichting
De ontvangsten in 2018 vallen lager uit, omdat de ontvangsten van SSC-ICT voor centrale
bekostiging FMH en P-Direct (€ 7,3 mln.) in 2019 zijn ontvangen. Daarnaast heeft Doc
Direct minder ontvangsten (€ 1,7 mln.)
Artikel 12. Algemeen
Er zijn voor circa € 5,2 mln. minder verplichtingen aangegaan. Daarnaast is er € 4,9
mln. minder uitgegeven. Tevens is er op dit artikel circa € 0,9 mln. minder ontvangen.
Toelichting
De ontvangen voorlopige aanslag vennootschapsbelasting (VPB) 2018 voor het Ministerie
van BZK is betaald aan de Belastingdienst en was lager dan ingeschat.
Daarnaast leidt de definitieve aangifte voor de VPB-aanslag 2016 voor het Ministerie
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tot een lagere vaststelling dan de eerder
betaalde voorlopige aanslag. Het verschil is door de Belastingdienst overgemaakt aan
het Ministerie van BZK.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.