Brief regering : Voortgangsrapportage convenant preventie gehoorschade en resultaten Generation R
32 793 Preventief gezondheidsbeleid
Nr. 871 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 november 2025
Beginnende gehoorschade is niet altijd merkbaar, maar is onomkeerbaar en heeft een
levenslang effect. Een deel van de preventie van gehoorschade begint bij de afspraken
die zijn vastgelegd in het convenant tussen gezondheidsorganisaties, aanbieders van
versterkte muziek en overheid. Op 19 maart jl. heeft mijn voorganger aangekondigd
de eerste voortgangsrapportage van het Vierde Convenant Preventie Gehoorschade Versterkte
Muziek met u te delen.1 Met deze brief zet ik de belangrijkste bevindingen en aanbevelingen van de eerste
rapportage uiteen. Daarnaast bied ik uw Kamer het onderzoek «Prevalentie van gehoorverlies
vermoedelijk veroorzaakt door hard geluid: Onderzoek onder Rotterdamse jeugd» aan. Per rapportage geef ik een korte reactie, inclusief de vervolgstappen die ik
voornemens ben te nemen.
Eerste voortgangsrapportage Vierde Convenant Preventie Gehoorschade Versterkte Muziek
Het RIVM heeft in deze eerste rapportage op een rij gezet wat alle convenantpartijen
over 2024 hebben gedaan met de gemaakte afspraken en hoe ze daarbij hebben samengewerkt.
Deze informatie hebben zij opgehaald middels gesprekken en een online vragenlijst,
daarnaast hebben zij gebruik gemaakt van aanvullende informatie- en gegevensbronnen.
Tijdens een bijeenkomst zijn de bevindingen van het RIVM getoetst op herkenbaarheid
bij de convenantpartijen.
In de rapportage gaat het RIVM in op de zes deelonderwerpen van het convenant: geluidniveaus
en geluidsmetingen2, gehoorbescherming, kennis en onderzoek, voorlichting aan bezoekers en deskundigheidsbevordering.
Daarnaast beschrijft het RIVM de samenwerking tussen de convenantpartijen en hoe deze
door de partijen wordt ervaren. Per deelonderwerp worden de door het convenant geformuleerde
doelstellingen benoemd, waarbij het RIVM haar bevindingen rapporteert. Voor deze rapportage
lag de focus op activiteiten die plaatsvonden in het eerste jaar van het nieuwe convenant.
Tot slot wordt per deelonderwerp gereflecteerd op de bevindingen ten opzichte van
de doelstellingen.
Het RIVM benoemt dat er allerlei activiteiten worden uitgevoerd om zowel bezoekers
als werknemers van muziekactiviteiten op een voor het gehoor zo veilig mogelijke manier
van de muziek te laten genieten. Het is echter lastig om te bepalen of er voldoende
voortgang is, aangezien de in het convenant gemaakte afspraken niet goed meetbaar
zijn. Het RIVM stelt voor om in samenwerking met de convenantpartijen na te denken
over hoe de voortgang van het convenant beter kan worden vastgesteld voor een volgende
rapportage. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan kwalitatief onderzoek, een
lerende evaluatie of meetbare indicatoren.
Reactie
Deze rapportage is een goede weergave van alle activiteiten die door de verschillende
partijen binnen het convenant worden uitgevoerd ter preventie van gehoorschade door
versterkte muziek. Het is echter lastig om te bepalen in hoeverre de partijen progressie
boeken in het bereiken van de doelstellingen, aangezien de gemaakte afspraken nog
weinig concreet en niet goed meetbaar zijn. De convenantpartijen geven zelf aan dat
zij in het rapport voornamelijk losse beschrijvingen teruglezen over hoe activiteiten
vorm zijn gegeven in 2024. De partijen hebben aangegeven dat zij graag samen met het
RIVM willen nadenken over de volgende voortgangsrapportage in 2026 en de manier waarop
de inspanningen van de partijen inzichtelijk kunnen worden gemaakt. Ik merk bij de
convenantpartijen veel energie en motivatie om werk te maken van de afspraken in het
convenant. Ik verwacht bij de volgende rapportage meer meetbare voortgang van het
convenant. Daarmee kom ik tegemoet aan de wens van de Kamer om resultaten inzichtelijk
te maken3. Wanneer het convenant afloopt zal ik beoordelen of deze aanpak tot voldoende resultaat
heeft geleid.
Prevalentie van gehoorverlies vermoedelijk veroorzaakt door hard geluid: Onderzoek
onder Rotterdamse jeugd
In de reactie op het eerder verschenen Gezondheidsraad (GR) advies «Zicht op gehoorverlies bij kinderen en jongeren» heeft de toenmalige Staatssecretaris aangegeven concrete stappen te willen zetten
om meer zicht te krijgen op het probleem van gehoorverlies. Een van deze stappen was
het mogelijk maken dat kenniscentrum VeiligheidNL, met een subsidie vanuit het Ministerie
van VWS, specifieke analyses kon uitvoeren met de data van het cohortonderzoek Generation R.
Door de gehoormetingen uit het Generation R onderzoek te combineren met de openbare
demografische gegevens van het CBS zijn er in dit onderzoek prevalentiecijfers voor
Rotterdam berekend. Hierbij is specifiek gekeken naar gehoorverlies vermoedelijk veroorzaakt
door hard geluid, zelfs wanneer het gehoor in het dagelijks leven nog als normaal
wordt ervaren. De resultaten van dit onderzoek zijn weergegeven in de volgende tabel.
Prevalentie gehoorverlies vermoedelijk veroorzaakt door hard geluid bij kinderen in
Rotterdam
9-jarige kinderen in 2014
9,3% – 12,0%
13-jarige kinderen in 2018
10,7% – 14,0%
18-jarige kinderen in 2022
10,9% – 14,6%
Reactie
Binnen het onderzoek gaat het om drie losse momentopnamen, waardoor het niet mogelijk
is om uitspraken te doen over trends of veranderingen over de tijd. Wel doen de resultaten
vermoeden dat ongeveer 1 op de 8 kinderen in Rotterdam al enige mate van gehoorverlies
heeft door hard geluid. Dit vind ik een zorgwekkend beeld. Om na te gaan of dit Rotterdamse
beeld breder kan worden getrokken, heb ik de afgelopen maanden onderzocht of het thema
gehoorschade door hard geluid ook kan worden meegenomen in het cohortonderzoek Lifelines
in Noord-Nederland. Ik ben blij te melden dat Lifelines de komende jaren gehoormetingen
zal meenemen in het cohortonderzoek. Daarnaast zal het thema gehoorschade worden meegenomen
in de CBS-gezondheidsenquête, waardoor het een vast onderdeel wordt van de Landelijke
Leefstijlmonitor. Ik verwacht hier volgend jaar de eerste resultaten van te ontvangen
en zo meer inzicht te krijgen in risicovol luistergedrag van jongeren en gehoorproblematiek
(bijv. tinnitus). Tot slot ben ik nog in gesprek met de GGD GHOR Nederland om het
thema gehoorschade toe te voegen aan de basisvragenlijst van de Gezondheidsmonitor
jeugd in 2026.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, J.Z.C.M. Tielen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.Z.C.M. Tielen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport