Brief regering : Inventarisatie van instrumenten voor bevordering handel met Israël
23 432 De situatie in het Midden-Oosten
Nr. 615 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS EN MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 oktober 2025
Tijdens het Commissiedebat over de uitkomsten van de informele Raad Buitenlandse Zaken
van 10 september jl. heeft de Minister van Buitenlandse Zaken toegezegd bestaande
instrumenten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken voor bevordering van handel
met Israël te inventariseren en uw Kamer hierover te informeren.1 Met deze brief geven wij invulling aan die toezegging. Daarnaast beschrijft deze
brief hoe uitvoering is gegeven aan de motie Paternotte en Hirsch over het proactief
benaderen en ontmoedigen van Nederlandse bedrijven.2
Het kabinet verwelkomt de overeenstemming tussen Israël en Hamas op 9 oktober jl.
over de eerste fase van het plan om het conflict in de Gazastrook te beëindigen. Graag
verwijzen wij in dit kader naar de kabinetsreactie op het staakt-het-vuren in de Gazastrook
van 10 oktober jl.3
Het kabinet ontmoedigt al jaren economische activiteiten van Nederlandse bedrijven
die direct bijdragen aan de aanleg en instandhouding van onrechtmatige nederzettingen
in de door Israël bezette gebieden of die de aanleg of instandhouding ervan direct
faciliteren. Dit ontmoedigingsbeleid wordt momenteel actief uitgedragen, onder andere
via de websites van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en de Nederlandse
ambassade in Tel Aviv. Het kabinet verzoekt de Europese Commissie eveneens al geruime
tijd om een voorstel voor handelspolitieke maatregelen jegens de onrechtmatige nederzettingen.
Wegens het uitblijven van dergelijke EU-maatregelen, heeft het kabinet besloten om
zo spoedig mogelijk te komen met nationale maatregelen om producten uit de onrechtmatige
nederzettingen in de door Israël bezette gebieden te weren en zoekt hierbij samenwerking
met gelijkgezinde landen.
Inventarisatie handelsbevorderende instrumenten
Het reguliere handelsbevorderende instrumentarium van het Ministerie van Buitenlandse
Zaken is beschikbaar voor alle landen, waaronder Israël. Vanzelfsprekend is dit instrumentarium
niet beschikbaar voor activiteiten in of ten behoeve van de onrechtmatige nederzettingen
in bezet gebied. Hier is het ontmoedigingsbeleid van toepassing. Het instrumentarium
laat zich onderverdelen in de volgende vijf categorieën:
1. Informatie en advisering
Het Ministerie van Buitenlandse Zaken informeert ondernemers over de mogelijkheden
en risico’s van ondernemen primair via landenpagina’s op de website van de RVO en
via de ambassade. De RVO landenpagina over Israël bevat informatie over marktomstandigheden,
regelgeving, handelspraktijken, risico’s en het ontmoedigingsbeleid. RVO en de economische
afdeling van de Nederlandse ambassade geven ook individuele ondersteuning en actueel
advies over ondernemen in Israël en beantwoorden vragen van bedrijven wanneer deze
gesteld worden. Daarnaast kan RVO ondersteunen met marktonderzoek en sectorrapporten,
of ondernemers doorverwijzen naar gespecialiseerde RVO adviseurs en/of de ambassade.
Sinds 15 juli. jl. informeert het kabinet actief over het ontmoedigingsbeleid via
de websites van de Nederlandse ambassade in Tel Aviv en de RVO landenpagina voor Israël.
In lijn met motie Paternotte en Hirsch4 wordt het ontmoedigingsbeleid ook proactief gecommuniceerd aan bedrijven via voorlichtingsbijeenkomsten.
De eerste bijeenkomst vond plaats op 3 oktober jl. met bedrijven die in het verleden
contact hebben gehad met de ambassade of RVO met vragen over zaken doen in Israël.
2. Handels- en economische missies
RVO organiseert en ondersteunt handelsmissies namens het Ministerie van Buitenlandse
Zaken, waaronder inkomende en uitgaande economische missies naar kansrijke markten.
In het verleden hebben handelsmissies naar Israël plaatsgevonden. De laatste missie
met een bewindspersoon was in 2020 onder leiding van voormalig Minister Kaag, de laatste
daarvoor was een missie in 2013 onder leiding van voormalig Minister-President Rutte.
Op dit moment is er geen door RVO georganiseerde handelsmissie naar Israël gepland.
3. Subsidies en co-financieringsprogramma’s voor internationalisering
Voor kleinere stappen in internationalisering zijn er de SIB-regelingen (Support International Business), die subsidies bieden voor coaching en marktentree-ondersteuning, met name voor het
MKB. Daarnaast ondersteunt RVO deelname aan internationale beurzen via collectieve
stands of beurssubsidies. Voor structurele samenwerking op buitenlandse markten bestaat
het programma Partners for International Business (PIB); dit programma is nooit toegepast in Israël. PIB kan alleen ingezet worden op initiatief
van de private sector (vraaggestuurd). Tevens staat ook de DHI-regeling (Demonstratieprojecten, Haalbaarheidsstudies en Investeringsvoorbereidingsprojecten) open voor Israël. De DHI-regeling ondersteunt bedrijven financieel in het onderzoeken
en voorbereiden van internationale projecten en investeringen. De laatste goedgekeurde
DHI-aanvraag dateert uit 2018; sindsdien zijn er geen aanvragen gehonoreerd. Ook het
Oranje Handelsmissiefonds (OHMF) staat open voor gebruik richting Israël; dit fonds
ondersteunt MKB-bedrijven die willen internationaliseren. Dit instrument is nooit
ingezet voor bevordering van handel met Israël.
4. Financiering, garanties en exportkredietinstrumenten
Voor exportprojecten die moeilijk financierbaar zijn, kan het Dutch Trade & Investment Fund (DTIF) worden ingezet, onder meer in de vorm van leningen, garanties of koperfinanciering.
DTIF staat open voor Israël, maar is daar nooit eerder gebruikt. Daarnaast biedt Atradius Dutch State Business (Atradius DSB) exportkredietverzekeringen en garanties namens de Nederlandse staat. Deze instrumenten
beschermen Nederlandse bedrijven tegen commerciële en politieke risico’s en maken
het mogelijk grote projecten of leveringen te realiseren, afhankelijk van de specifieke
risicobeoordeling. De instrumenten van Atradius DSB staan open voor Israël, de laatste polis is afgegeven in 2016.
Voor financierings- en verzekeringsinstrumenten (zoals DTIF en exportkredietverzekeringen) geldt dat de inzetbaarheid afhankelijk is van een
beoordeling van landen- en klantrisico’s, contracttype en staatsbeleid. Atradius DSB beoordeelt dossiers per geval op basis van productvoorwaarden. Voor alle instrumenten
geldt dat zij formele aanvraagvereisten, maximumbedragen, anti-corruptieclausules
en uitsluitingen (bijvoorbeeld in bepaalde sectoren of bij specifieke eindgebruikers)
kennen. Daarom vindt altijd een individuele projecttoetsing plaats en ook hier geldt
het ontmoedigingsbeleid. RVO en Atradius DSB bieden hierbij advies en quick scans om ondernemers tijdig inzicht te geven in de (on)mogelijkheden. Toegang tot de Dutch
Good Growth Fund (DGGF) is niet van toepassing omdat Israël een hoog-inkomensland
is.
5. Verdragen
Ten slotte bestaan er verdragen als onderdeel van de economische betrekkingen tussen
Nederland en Israël. Het bilaterale verdrag ten behoeve van wederzijdse bijstand in
douanezaken5 is het enige bilaterale handelsverdrag tussen Nederland en Israël. Nederland hanteert
een strikte lijn ten aanzien van de gelding van bilaterale verdragen tussen Nederland
en Israël: door Israël in eigen naam gesloten verdragen zijn niet van toepassing op
de bezette gebieden; deze verdragen gelden alleen binnen Israël op basis van de internationaal
erkende grenzen van het land. Nederland en Israël zijn beiden partij bij relevante
multilaterale verdragen, waaronder multilaterale akkoorden van de Wereldhandelsorganisatie
en het EU-Israël Associatieakkoord. Ook deze verdragen zijn niet van toepassing op
de bezette gebieden.
De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, A. de Vries
De Minister van Buitenlandse Zaken, D.M. van Weel
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. de Vries, staatssecretaris van Buitenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
D.M. van Weel, minister van Buitenlandse Zaken