Brief regering : Geannoteerde agenda voor de Europese Raad van 23 en 24 oktober 2025
21 501-20 Europese Raad
Nr. 2295 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 oktober 2025
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister-President, de geannoteerde agenda aan voor
de Europese Raad van 23 en 24 oktober 2025.
De Minister van Buitenlandse Zaken, D.M. van Weel
Geannoteerde Agenda Europese Raad 23 en 24 oktober 2025
Op donderdag 23 en vrijdag 24 oktober vindt de Europese Raad (ER) plaats. Op de agenda
staan momenteel de Russische agressie tegen Oekraïne, de situatie in het Midden-Oosten,
Europese veiligheid en defensie, concurrentievermogen en de dubbele transitie, huisvesting
en migratie. In de marge van de ER zal een Eurotop plaatsvinden. Voorafgaand aan de
ER is een EU-Egypte top gepland.
Russische agressie tegen Oekraïne
De ER zal spreken over de voortdurende Russische agressieoorlog tegen Oekraïne. Hierbij
zal de Raad naar verwachting stilstaan bij de urgentie van militaire en niet-militaire
steun aan Oekraïne. In dit kader spreekt de ER naar verwachting verder over het initiatief
van de Europese Commissie om reparatieleningen te verstrekken op basis van de bevroren
Russische Centrale Banktegoeden. Ook staat de ER mogelijk stil bij het belang van
aanvullende begrotingssteun voor Oekraïne na 2025 om het land maatschappelijk en economisch
op de been te houden.
Het kabinet blijft Oekraïne politiek, militair en financieel actief en onverminderd
steunen in tijden van oorlog, herstel en wederopbouw, zolang als dat nodig is. Het
kabinet benadrukt het belang van de militaire en niet-militaire steun, inclusief voldoende
en voorspelbare begrotingssteun. Het kabinet zal tijdens de ER benadrukken dat het
cruciaal is dat alle EU-lidstaten een substantiële bijdrage leveren aan de ondersteuning
van Oekraïne en zo verantwoordelijkheid nemen voor de Europese veiligheid. Het kabinet
staat open voor het initiatief van de Commissie voor reparatieleningen, dat in lijn
is met de Nederlandse oproep om aanvullende maatregelen op basis van de bevroren tegoeden
te verkennen in lijn met de motie Boswijk c.s.1. Nederland acht het van belang dat het voorstel juridisch, technisch en financieel
houdbaar is, dat de risico’s en lasten door alle EU-lidstaten gedragen worden en dat
de steun zoveel mogelijk aansluit op de financieringsnoden van Oekraïne, conform de
motie Van Campen en Boswijk2. In lijn met eerdere financiële steunpakketten zoals de EU Oekraïnefaciliteit, hecht
Nederland waarde aan conditionaliteit, in het bijzonder voor hervormingen op het gebied
van rechtsstaat. Tot slot blijft het kabinet actief bijdragen om via aanvullende restrictieve
maatregelen de druk op Rusland verder op te voeren.
Midden-Oosten
De ER zal spreken over de situatie in het Midden-Oosten. De Raad zal naar verwachting
de voortgang van implementatie van het plan van de Amerikaanse President Trump ter
beëindiging van het conflict in de Gazastrook op de agenda zetten.
Op 9 oktober jl. bereikten Israël en Hamas overeenstemming over de eerste fase van
het plan om het conflict in de Gazastrook te beëindigen. Het kabinet stuurde u per
brief de reactie op het staakt-het-vuren in de Gazastrook en de stand van zaken ten
aanzien van medische evacuaties op 10 oktober jl.3 Dit akkoord biedt, na ruim twee jaar van lijden, geweld en verwoesting, het broodnodige
perspectief op een duurzaam einde aan de oorlog. Het is van essentieel belang dat
de afspraken over deze eerste fase volledig worden geïmplementeerd en nageleefd. Tegelijkertijd
dienen alle partijen te blijven werken aan overeenstemming over de volgende fase van
het vredesplan, met als doel het bereiken van een duurzame vrede tussen Israëli’s
en Palestijnen.
Het kabinet beziet steeds hoe het, zowel bilateraal als via de EU en andere multilaterale
kanalen, op de meest effectieve wijze kan bijdragen aan de volledige uitvoering van
deze overeenkomst en het bredere vredesplan. Op 13 oktober jl. nam de Minister-President
deel aan een bijeenkomst in Sharm el-Sheikh geïnitieerd door Egypte en de Verenigde
Staten om samen met ruim twintig landen te spreken over het vredesplan en de volgende
stappen richting een duurzame vrede in de Gazastrook en de regio. Daarnaast blijft
het kabinet druk houden op beide partijen en ook pleiten voor verdere sancties tegen
Hamas.
Defensie & Veiligheid
De Commissie en de Hoge Vertegenwoordiger (HV) zullen op de ER van 23-24 oktober een
routekaart publiceren met daarin een overzicht van alle inspanningen inzake defensiegereedheid
2030. Voorafgaand aan de Informele Europese Raad (1 oktober) presenteerde de Europese
Commissie een scoping paper waarin, naast reeds aangekondigde instrumenten en bestaand beleid, ook een aantal
nieuwe initiatieven is opgenomen. De Commissie kondigde in dit paper aan dat een jaarlijks
rapport defensiegereedheid inzicht zal moeten bieden in de gezamenlijke vorderingen
ten aanzien van defensiegereedheid. Nieuwe flagship-projecten uit het scoping paper betroffen onder meer initiatieven op het gebied van drones en het versterken van
de capaciteiten aan de oostgrenzen.
Het kabinet acht het positief dat deze routekaart concrete stappen bevat om defensiegereedheid
in 2030 te bereiken. De taakverdeling tussen de EU en de NAVO is daarbij een blijvend
aandachtspunt. Het kabinet acht het NATO Defence Planning Proces (NDPP) leidend voor het vaststellen van de Capability Targets, en hecht eraan dat Command & control bij de NAVO blijft. De EU heeft een belangrijke ondersteunende en coördinerende rol
in het versterken van de Europese defensiegereedheid en het stimuleren van de defensie-industrie.
In EU-verband geldt: defensie is en blijft een competentie van de lidstaten. Andere
aandachtspunten zijn de steun aan Oekraïne, inclusief evenredige verdeling over EU-lidstaten,
de Priority Capability Areas (PCA’s) als drijvende kracht voor capaciteitsontwikkeling en het verminderen van
wetgevende belemmeringen voor de defensiegereedheid.
Het kabinet acht het positief dat de Commissie de Europese veiligheid en defensie
als prioriteit beschouwt binnen het meerjarig financieel kader (MFK), binnen de algemene
kaders dat de middelen die uiteindelijk beschikbaar komen in het MFK in verhouding
moeten staan tot de beoogde doelen en eisen die aan de lidstaten worden gesteld. Tot
het nieuwe MFK van kracht is, is het kabinet geen voorstander van nieuwe EU-financieringsinstrumenten.
Concurrentievermogen en dubbele transitie
De ER zal een discussie voeren over het versterken van het EU-concurrentievermogen.
Naar verwachting zal de ER spreken over de voortgang van de groene en digitale transitie.
Het kabinet geeft prioriteit aan het optimaal benutten van de kansen die ontstaan
door de groene en digitale transitie. Zo zet het kabinet in op groene marktcreatie
en het stimuleren van innovatieve lead markets. Daarnaast zet het kabinet in op de ontwikkeling en toepassing van digitale technologieën
zoals AI en het wegnemen van innovatiebelemmeringen door regeldrukvermindering. Verder
zal de ER naar verwachting een richtinggevende discussie voeren over de groene transitie,
waaronder het EU-klimaatdoel 2040. Voor het kabinet gaan het versterken van EU-concurrentievermogen
en decarbonisatie hand in hand. Het kabinet steunt het EU-klimaatdoel van netto 90
procent, pleit voor investeringszekerheid voor bedrijven en een stevig uitvoeringspakket
om het doel haalbaar te maken. Er is binnen de ER brede overeenstemming over de urgentie
van het versterken van het EU-concurrentievermogen. Tegelijkertijd bestaan er tussen
de lidstaten verschillende opvattingen over thema’s zoals financiering, staatssteun,
aanbesteden, mededinging en industriebeleid. De inzet van het kabinet tijdens de ER
zal in lijn zijn met de Kamerbrief kabinetsvisie EU-concurrentievermogen.4
Huisvesting
Tijdens de ER zal gesproken worden over huisvesting en de wooncrisis die in meerdere
EU-lidstaten ervaren wordt. De exacte invalshoek van de discussie is op het moment
van schrijven nog niet bekend. Volkshuisvestingsbeleid is primair de verantwoordelijkheid
van de lidstaten en moet dat blijven. Wel ziet Nederland meerwaarde in een gecoördineerde
Europese benadering voor harmonisatie en standaardisering op relevante Europese wetgeving
wanneer dit bijvoorbeeld leidt tot een effectievere inzet op innovatieve bouwvormen
die de woningbouwopgave kunnen versnellen en kostenefficiënter maken. Ook wil Nederland
samen met lidstaten en de Europese Commissie inzetten op het versimpelen en aanpassen
van Europese regelgeving om onnodige belemmeringen voor woningbouw weg te nemen, terwijl
we onze voortgang op de bredere EU-agenda behouden.
Migratie
Het kabinet kijkt uit naar de reguliere voortgangsbrief van de Commissie over de EU-inzet
op migratie. Nederland acht het van belang dat de ER aandacht heeft voor zowel EU-interne
als EU-externe aspecten van migratie. Voor het kabinet zijn het tegengaan van irreguliere
migratie, het bevorderen van terugkeer en de bescherming van migranten belangrijke
prioriteiten. Het kabinet zet daarbij in op voortgang ten aanzien van de (door)ontwikkeling
van brede partnerschappen, waar migratie een onderdeel van is, naleving van de Dublin-verordening
en het zo snel mogelijk implementeren van het Asiel- en Migratiepact. In het kader
van terugkeer benadrukt het kabinet dat de terugkeerprocedure in Europa simpeler en
efficiënter moet worden en er meer ruimte komt voor innovatieve partnerschappen, zoals
terugkeerhubs. Het kabinet wil daarom dat vaart wordt gemaakt met de onderhandelingen
over het voorstel voor een terugkeerverordening, alsook met de herziening van het
concept veilig derde land. Ook binnen bestaande kaders kan hier voortgang gemaakt
worden. De Letter of Intent die het kabinet ondertekende met Oeganda is hiertoe een belangrijke stap.5 Het kabinet zal en marge van de ER in gesprek gaan met gelijkgezinde lidstaten en
de Commissie over knelpunten in het asiel- en migratiebeleid, inclusief t.a.v. het
EVRM en EU-regelgeving, in lijn met de moties- Van Zanten/Boomsma6, Eerdmans7, Van Zanten8 en Van der Plas-Yesilgöz9.
Eurotop
En marge van de Europese Raad op 23 en 24 oktober zal een Eurotop plaatsvinden, een
bijeenkomst van regeringsleiders van landen die de euro als munt hebben. Een agenda
is nog niet bekend. Naar verwachting wordt onder andere gesproken over macro-economische
omstandigheden in het licht van geopolitieke ontwikkelingen, de digitale euro en de
internationale rol van de euro (waaronder stablecoins, tokenisatie en internationale betalingen).
EU-Egypte
Op 22 oktober a.s. vindt, voorafgaand aan de Europese Raad, de eerste EU-Egypte Top
plaats, in aanwezigheid van Egyptische President Al-Sisi. Aansluitend organiseert
voorzitter van de Europese Raad Costa een informeel diner waarvoor ook de regeringsleiders
van de EU-lidstaten zijn uitgenodigd. Minister-President Schoof is voornemens daaraan
deel te nemen. De Top is een goede gelegenheid voor versterking van het EU-partnerschap
en de politieke dialoog met Egypte. Het partnerschap omvat zes deelterreinen: politieke
betrekkingen, economische stabiliteit, handel en investeringen, migratie en mobiliteit,
veiligheid en people and mobility. Egypte is een belangrijke partner, mede gelet op stabiliteit in de bredere regio,
alsook vanwege het migratiedossier. Daarom steunt Nederland het EU-Egypte partnerschap
en verdere operationalisering daarvan volledig. De Top biedt tevens gelegenheid Nederlandse
prioriteiten op het gebied van onder meer migratie, veiligheid, handel en mensenrechten
onder de aandacht te brengen.
Indieners
-
Indiener
D.M. van Weel, minister van Buitenlandse Zaken