Brief regering : Invulling ontijdige en overbodige moties ingediend tijdens het Tweeminutendebat Herstel Groningen d.d. 19 juni 2025
33 529 Gaswinning
Nr. 1339
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 september 2025
Op 25 juni jl. zijn door uw Kamer moties aangenomen die tijdens het tweeminutendebat
Herstel Groningen van 19 juni jl. mijn appreciatie ontijdig of overbodig hebben gekregen.
In deze brief licht ik toe hoe ik uitvoering zal geven aan deze moties en welk tijdspad
uw Kamer daarbij kan verwachten. Daarnaast geef ik een toelichting over andere toezeggingen
en een motie.
Kwaliteit van het beoordelingsproces
Uw Kamer sprak met de aangenomen moties over de kwaliteit van het beoordelingsproces
en kwaliteit van versterkte woningen een duidelijke verwachting uit: de kwaliteit
moet omhoog en bewoners moeten kunnen vertrouwen op de veiligheid van hun woning.
Ik deel dat volledig en gaf dit ook aan in mijn eerdere brieven aan uw Kamer.1
2 Tegelijkertijd wil ik wel realistisch blijven. Ik kan fouten niet volledig voorkomen.
Wel kan ik ervoor zorgen dat fouten worden beperkt, minder ingrijpend zijn en beter
worden opgelost. Hieronder licht ik toe hoe ik invulling geef aan de verschillende
moties over kwaliteit, met verbeteringen in de hele versterkingsoperatie en specifiek
in het beoordelingsproces.
De motie Bikker over de NCG te verzoeken zich in te spannen de kwaliteit van opgeleverde
versterkte woningen te verhogen, hierover in gesprek te gaan met corporaties en gemeenten,
en één loket in te richten waar bewoners terecht kunnen als de kwaliteit van hun woning
te wensen overlaat.3
In lijn met de motie van het Kamerlid Bikker spant de Nationaal Coördinator Groningen
(NCG) zich in om de kwaliteit van opgeleverde woningen te verhogen met verschillende
waarborgen, onder andere door extern toezicht in alle fasen van het versterkingsproces
en meer bouwtoezicht.4 Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) heeft aangegeven dat de kwaliteitscontroles
voor het merendeel zijn geborgd en heeft adviezen gegeven om dit beter te doen.5 De verbeteringen die NCG heeft doorgevoerd zijn in lijn met de adviezen van het SodM.
Verder heeft NCG een team nazorg ingericht waar bewoners terecht kunnen als de kwaliteit
van de opgeleverde woning te wensen overlaat of er sprake is van gebreken. Het verzoek
om in gesprek te gaan met gemeenten en corporaties over de kwaliteit van versterkte
woningen neem ik mee in mijn reguliere gesprekken met gemeenten en corporaties. Dit
in aanvulling op mijn gesprekken met gemeenten waarover ik uw Kamer reeds heb geïnformeerd.6
De motie Bushoff c.s. over ervoor zorgen dat alleen versterkingsadviezen op norm afgegeven
worden als zeker is dat er geen fouten in deze versterkingsadviezen zitten en daar
waar fouten in al afgegeven versterkingsadviezen zijn gemaakt deze zo spoedig mogelijk
te herstellen.7
De gewijzigde motie Bikker c.s. over de NCG verzoeken om met een algehele aanpak te
komen om alle afgegeven besluiten op norm te reviseren en waar nodig te corrigeren.8
De motie Bikker over de NCG verzoeken herbeoordeling van versterkingsrapporten reeds
mogelijk te maken gedurende de beoordelingsfase van de versterkingsprocedure, en niet
pas nadat de volledige bestuursrechtelijke route via bezwaar en beroep is doorlopen.9
In mijn brieven van 28 januari jl. en 13 maart jl. heb ik uw Kamer geïnformeerd over
de maatregelen die NCG heeft genomen om de kwaliteit van beoordelingsrapporten te
verbeteren.10
11 De moties heb ik de appreciatie ontijdig gegeeven, omdat ik ten tijde van het Tweeminutendebat
nog in afwachting was van de eerste bevindingen van het ACVG over de kwaliteit van
beoordelingsrapporten van NCG. Dat heb ik tijdens het debat ook toegelicht. Inmiddels
is duidelijk dat er geen aanleiding is om te twijfelen aan het veiligheidsoordeel.
Ik lees uw moties als ondersteuning van dit ingezette beleid om de kwaliteit van de
beoordelingsrapporten te verbeteren. ACVG voert als onderdeel van zijn vervolgtraject
bovendien dit najaar steekproeven uit in de praktijk, om de opnames van woningen te
controleren en ook zo meer zekerheid te bieden over de kwaliteit. Groningers moeten
kunnen vertrouwen op het veiligheidsoordeel en de kwaliteit van het rapport in geheel.
Ik geef invulling aan deze moties met de afspraken die ik met NCG heb gemaakt om het
beoordelingsproces te verbeteren.12 Met deze verbeteringen, de acties die NCG zelf al onderneemt, en het opvolgen van
de aanbevelingen uit het SodM-advies, worden fouten in de beoordelingen zoveel mogelijk
voorkomen. Fouten die reeds zijn vastgesteld of aan het licht komen in gesprek met
bewoners, worden snel opgelost, zonder formele processtappen. Daarnaast zijn er meer
mogelijkheden om twijfels te adresseren, zoals wordt verzocht in de motie van Bikker.13 Tijdens het gehele beoordelingsproces kan een bewoner bijgestaan worden door een
onafhankelijk deskundige. Op het moment dat er fouten worden geconstateerd, kan gevraagd
worden om de beoordeling nog een keer te laten controleren en eventueel te herzien.
Bewoners die het bezwaar- en beroepsproces hebben doorlopen kunnen vanaf september
2025 hun beoordeling laten controleren door een ander ingenieursbureau. Daarnaast
breid ik dit jaar nog de bestaande regeling voor rechtsbijstand uit. Deze regeling
is door de Staatssecretaris van JenV voorgehangen aan uw Kamer.14 Zo kunnen bewoners in elke fase van het versterkingsproces, straks – naast de huidige
deskundigen – ook worden ondersteund door een bodemdeskundige, geoloog, hydroloog
of ecoloog. Hiermee wordt de uitgangspositie van de eigenaar meer in balans gebracht
met het NCG.
Voor de motie van Bikker c.s. om alle afgegeven besluiten-op-norm te reviseren en
waar nodig te corrigeren is relevant dat ik in juni 2026 het definitieve rapport van
het ACVG ontvang. Nadat ik de definitieve resultaten ontvang, informeer ik uw Kamer
over de uitkomsten en de uitvoering van deze motie. Oplevering in juni 2026 is later
dan eerder aan uw Kamer gemeld.15 Het ACVG heeft mij laten weten een eindadvies te zullen opleveren om een goed onderbouwd,
volledig en begrijpelijk antwoord te geven op de door mij gestelde vragen. Dat vereist
een zorgvuldig en intensief proces waar meer tijd voor nodig is, daar hebben bewoners
recht op. Dat geldt in het bijzonder voor de benodigde bezoeken aan woningen om ter
plaatse de bureaustudie te controleren met de praktijk.
Eenoverheidsaanpak
De motie Beckerman en Bushoff over een plan presenteren om tot een echte eenoverheids-deur-tot-deuraanpak
te komen waarbij alle woningen heel, veilig en duurzaam worden.16
Zoals ik tijdens het debat ook heb aangegeven ondersteun ik de gedachte achter deze
motie. Ik heb de appreciatie overbodig gegeven, omdat ik het afgelopen jaar al intensief
heb gesproken met de provincie Groningen, de vijf versterkingsgemeenten, NCG en het
IMG om tot zo’n éénoverheidsaanpak te komen in de vorm van een Agenda voor Herstel.
Voor mij is daarin het belangrijkste vertrekpunt dat de overheid niemand vergeet,
ook zeker de zwaarst getroffen bewoners en meest complexe gevallen niet. Hierover
heb ik uw Kamer eerder ook geïnformeerd met mijn beleidsbrief.17
Inmiddels zijn we zo ver dat we hier uitvoering aan kunnen gaan geven. Daarbij zetten
we ons gezamenlijk in voor het bereiken van veilige, herstelde en verduurzaamde woningen,
in leefbare dorpen, wijken en buurten met veerkrachtige inwoners. Een letterlijke
deur-tot-deur aanpak zal dit niet worden, dat is niet uitvoerbaar. Wel werken we zoveel
mogelijk vanuit het éénoverheids-principe en zorgen we dat inwoners zich beter geholpen
en ondersteund voelen, door te redeneren vanuit de bewoner en niet vanuit het systeem.
Hier is geen grote systeemwijziging voor nodig. Dit kan door voort te bouwen op de
inzet en de talloze acties die de betrokken organisaties al hebben ondernomen.
Een voorbeeld daarvan is de aanpak van onaanvaardbare verschillen die zijn ontstaan
in de versterking. BZK, NCG en de regionale overheden hebben samen een routekaart
ontwikkeld om proactief onaanvaardbare verschillen tussen bewoners in beeld te brengen
en gericht maatregelen te nemen. Ook werk ik momenteel aan een wijziging van de Tijdelijke
wet Groningen (hierna: TwG), waarmee het IMG bewoners van wie het vermoedt dat zij
schade hebben, maar die nog nooit een aanvraag hebben gedaan, gericht kan benaderen.
Zo kan het IMG hen proactief informeren en desgewenst ondersteunen bij het melden
van schade aan hun woning.
Op deze en andere manieren zal ik de komende periode samen met uitvoeringsorganisaties
en decentrale overheden blijven werken aan herstel. In het najaar zal ik uw Kamer
nader informeren over de voortgang van een Agenda voor Herstel.
Vergoeding voor eigen tijd
De motie Bushoff en Beckerman over er zorg voor dragen dat voor komende Prinsjesdag
de € 2.500 is uitgekeerd aan alle bewoners conform maatregel 16 en ook aan hen die
nog geen opname hebben gehad, maar wel al net zo lang of langer in de versterkingsoperatie
zitten.18
De vergoeding voor eigen tijd voor het lang wachten op een besluit op norm of een
versterkingsbesluit (maatregel 16) wordt in het reguliere proces bij NCG vanaf 6 september
2024 al uitgevoerd. Eigenaar-bewoners van een gebouw en de rechtmatige gebruikers
(ofwel huurders van een woning), waarvoor na die datum een besluit op norm of versterkingsbesluit
is genomen door NCG hebben de vergoeding al ontvangen of krijgen deze uitgekeerd.
De uitbetaling van de vergoeding aan eigenaren en particuliere huurders die tussen
25 april 2023 en 6 september 2024 een «besluit op norm» of een «versterkingsbesluit»
hebben ontvangen is nu ook in uitvoering en wordt naar verwachting begin volgend jaar
afgerond.
Voor de uitbetaling van de vergoeding aan de huurders van een corporatiewoning door
NCG moet de regelgeving onder de TwG worden aangepast. De wijziging van de Regeling
TwG zal naar verwachting op 1 november 2025 inwerkingtreden. NCG treft reeds de voorbereidingen
om de vergoeding vanaf Q1 2026 uit te kunnen keren.
Ik ben daarnaast bezig met het uitbreiden van de scope van maatregel 16, naar aanleiding
van de aangenomen motie Beckerman en Bushoff van 12 september 2024.19 Dit wordt meegenomen in de hiervoor genoemde aanpassing van de Regeling TwG. Met
deze aanpassing wordt geregeld dat een eigenaar-bewoner of een rechtmatig gebruiker
die vóór 25 april 2023 een versterkingsbesluit heeft ontvangen, maar sinds die datum
nog moet wachten op een opgeleverde, versterkte woning ook de vergoeding kan ontvangen.
Deze vergoeding is daarmee niet verbonden aan het moment van een opname van de woning.
Om verschillen weg te nemen tussen huurders met versterking onder regie van NCG of
onder regie van de gemeenten wil ik ook nog de adressen uit Batch 1588 en Zandplatenbuurt-Zuid
in Delfzijl aan de scope toevoegen. Hierover heb ik uw Kamer geïnformeerd in mijn
brief van 23 juni jl. Dit vereist echter een wijziging van het Besluit TwG. Na de
behandeling van uw Kamer over deze wijziging van het Besluit TwG, kan de NCG over
tot uitwerking en vervolgens uitvoering.
De financiële gevolgen voor de uitbreiding van de scope kan uw Kamer formaliseren
bij de budgettaire besluitvorming over de ontwerpbegroting van 2026. Wanneer de extra
middelen beschikbaar zijn en de voorgenoemde wijzigingen van de regelgeving zijn doorgevoerd,
kunnen de vergoedingen aan de bewoners van adressen die later aan de scope zijn toegevoegd,
worden uitgekeerd. NCG verwacht begin 2026 een start te kunnen maken met het uitbetalen
van de vergoedingen voor adressen die later aan de scope zijn toegevoegd.
De motie Bushoff en Beckerman over maatregel 16 als compensatie ook laten gelden voor
geleden schade en lang wachten voor ondernemers en dus niet als staatssteun.20
Ik voer deze motie uit door de eigen tijd die ondernemers steken in de versterking
– en daardoor niet in hun eigen onderneming – via «Schade Door Versterken» (SDV) te
vergoeden. Deze eigen tijd is daarbij meegerekend in de inkomsten van de onderneming.
Afhankelijk van de hoeveelheid tijd die een ondernemer in de versterking heeft gestoken,
is dit meer of minder dan 2.500 euro. Hiermee krijgt de ondernemer een vergoeding
zonder dat er sprake is van onrechtmatige overcompensatie. Voor de ondernemer zou
dit namelijk betekenen dat een ontvangen vergoeding vanuit de overheid later met rente
moet worden terugbetaald.
Voor specifiek het mkb is er een vermogensschaderegeling. Deze vergoeding gaat over
de derving van inkomsten veroorzaakt door de versterking. Daarnaast zijn er in Nij
Begun ook andere maatregelen opgenomen die specifiek voor ondernemers gelden, zoals
het uitkeren van gevolgschade, inkomstenderving, of bijvoorbeeld de investeringsregeling
mkb via de Provincie. Als een ondernemer een pand bewoont, en daarmee dus eigenaar-bewoner
is, krijgt deze uiteraard de vergoeding van 2.500 euro van maatregel 16.
Heffingen WGO Omissies d.d. 29 januari 2025
De motie Beckerman en Bushoff over zo snel mogelijk een – bij de Tijdelijke wet Groningen
maximaal toegestane – heffing op te leggen aan Shell en Exxon om ze te dwingen recht
te doen aan Groningen.21
Momenteel vinden de voorbereidingen plaats om zo spoedig mogelijk de heffingen met
betrekking tot 2024 op te leggen aan de NAM. Deze heffingsbesluiten worden zorgvuldig
voorbereid om tot een goed onderbouwd heffingsbesluit te komen. Daarbij wordt (financiële)
informatie van het IMG en NCG betrokken. Daarbij is in lijn met de motie de mogelijkheid
onderzocht voor het opleggen van een tussentijdse heffing. Een tussentijdse heffing
is echter niet sneller en nauwkeuriger om de zaken bij NAM in rekening te brengen
dan een jaarlijkse heffing. Het leidt in beginsel tot meer kosten voor de overheid,
omdat meerdere tussentijdse heffingsbesluiten moeten worden opgesteld.
Toezeggingen commissiedebat Herstel Groningen d.d. 2 juli
Tijdens het commissiedebat Herstel Groningen van 2 juli jl. heb ik aan de heer Bamenga
toegezegd uw Kamer een lijst toe te sturen met kwaliteitseisen waaraan aannemers in
het aardbevingsgebied moeten voldoen.22
Voor een aannemer geldt dat, zowel als wordt gewerkt in opdracht van NCG als in opdracht
van de bewoner, deze geregistreerd moet zijn voor de Bouwpool. Daar geldt een aantal
voorwaarden voor, onder andere om de kwaliteit te borgen. Deze voorwaarden verschillen
niet wanneer in eigen beheer wordt versterkt:
• Er wordt gevraagd voor welke kenmerken van projecten de aannemer in aanmerking wil
of kan komen. Bijvoorbeeld alleen bouwen of dat ze ook de ontwerpverantwoordelijkheid
willen dragen, het type gebouw (bijv. vrijstaand, rij of erfgoed) en type contract.
• Daarnaast wil NCG weten hoe groot het bedrijf is om een inschatting te kunnen maken
hoe groot de projecten kunnen zijn die de aannemer aan kan.
• Voor al deze kenmerken moeten referenties worden aangeleverd, om in te schatten hoe
groot de projecten kunnen zijn die de aannemer aan kan.
• Verder wordt gevraagd of ze relevante certificaten hebben en wordt van de aannemers
geëist dat ze bij de Kamer van Koophandel zijn ingeschreven, een verwerkersovereenkomst
tekenen en het Uniform Europees Aanbestedingsformulier invullen.
• Tot slot dient de aannemer akkoord te gaan met de voorwaarden van NCG (waaronder de
overeenkomsten, algemene voorwaarden en het gebruik van de Groninger Maatregelen Catalogus).
Op deze manier kan in principe elke aannemer meedoen in de Bouwpool (groot en klein).
Het gaat om een goede match tussen project en aannemer.
Daarnaast heb ik tijdens het commissiedebat toegezegd aan mevrouw Beckerman dat ik
schriftelijk terug zou komen op de situatie in De Aak in Uithuizen.23 Wanneer een bewoner in het kader van onaanvaardbare verschillen (maatregel 12) maatwerk
krijgt om een vergelijkbare situatie te creëren, dan horen daar ook vergoedingen bij.
Dit geldt ook voor de bewoners van De Aak. Wel moet worden onderzocht welke vergoedingen
van toepassing zijn op de betreffende situatie. In de versterking geldt namelijk ook
dat een bewoner soms geen aanspraak maakt op een vergoeding, omdat de vergoeding op
de betreffende situatie niet van toepassing is. Ik kijk hierbij ook naar de juridische
grondslagen om deze vergoedingen uit te kunnen keren en uitvoerbaarheid. Ik kom voor
het einde van dit jaar bij uw Kamer hierop terug.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
E. van Marum
Indieners
-
Indiener
E. van Marum, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties