Brief regering : Verslag 78e World Health Assembly
36 600 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2025
Nr. 195
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 juni 2025
Van 19 tot en met 27 mei 2025, vond in Genève de 78e World Health Assembly (WHA),
de jaarvergadering van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), plaats. Met deze brief
informeer ik U over de belangrijkste uitkomsten hiervan.
Algemeen
De WHA stond dit jaar in het teken van noodzakelijke hervormingen, gezien de grote
financiële tekorten waar de WHO mee kampt, met name na het aangekondigde vertrek van
de Verenigde Staten uit de WHO. Het pandemieverdrag was het andere grote onderwerp
op deze WHA.
WHA-agenda
De agenda van de WHA bevatte meer dan 45 vooral technische agendapunten. Voor Nederland
waren het meest relevant:
Nieuwe begroting
Het vertrek van de VS uit de WHO gaf aanleiding tot een neerwaartse aanpassing van
het budget en aangescherpte prioritering van het WHO-werkprogramma. Het budget voor
2026 en 2027, inclusief de in 2023 reeds afgesproken verhoging met 20% van inkomsten
uit verplichte lidmaatschapsbijdragen om de organisatie minder afhankelijk te maken
van geoormerkte financiering, werd met consensus aangenomen. De stijging voor Nederland
beperkt zich tot zo’n 9%. Dit omdat de schaalverdeling van de verdragscontributie
voor de WHO voor 2026–2027 opnieuw berekend is. In deze nieuwe verdeling is Nederland
neerwaarts gecorrigeerd, omdat andere landen, waaronder China, een groter percentage
voor hun rekening krijgen.
Pandemieverdrag
Tijdens de 78e Wereldgezondheidsvergadering is via een resolutie, de tekst van het
WHO-pandemieverdrag vastgesteld. De overgrote meerderheid van lidstaten stemde voor
het verdrag. Nederland heeft zich, conform de wens van de Tweede Kamer, onthouden
van stemming, evenals een tiental andere lidstaten. Er waren geen tegenstemmen.
Het verdrag beoogt mondiale samenwerking te versterken op het gebied van pandemische
preventie, paraatheid en respons, met aandacht voor o.a. zoönosebeleid, surveillance
en eerlijkere toegang tot medische producten.
De aangenomen tekst spreekt expliciet uit dat dit verdrag de WHO op geen enkele wijze
de autoriteit verleent om maatregelen op te leggen aan lidstaten.
Het formele goedkeuringsproces door de WHO-lidstaten voor dit verdrag, start pas nadat
de onderhandelingen over de bijlage bij het verdrag, over een systeem voor het delen
van pathogenen en eerlijkere toegang tot vaccins, zal zijn uitgewerkt. Naar verwachting
duurt dat nog zeker een jaar. Pas daarna zal het verdrag ter ondertekening en nationale
goedkeuring kunnen worden aangeboden aan de lidstaten van de WHO. Voor het Koninkrijk
der Nederlanden geldt dat eerst de uitdrukkelijke parlementaire goedkeuringsprocedure
zal worden afgerond, waarbij de Staten-Generaal kunnen beoordelen of zij de regering
willen machtigen om het Koninkrijk der Nederlanden aan het verdrag te binden.
Nederlandse inbreng bij andere gezondheidsonderwerpen
Op een drietal voor de Nederlandse gezondheidszorg belangrijke onderwerpen, werd via
statements specifieke inbreng geleverd. Zo werd bij het onderwerp «zorgpersoneel»
het belang van het waarborgen van veilige werkomstandigheden bepleit, mede om het
werken in de zorgsector voldoende aantrekkelijk te houden. Verder werd steun uitgesproken
voor de verlenging van het WHO-actieplan met betrekking tot dementie. Dit onderwerp
raakt de Nederlandse samenleving steeds meer en heeft geleid tot een nationale strategie.
Tijdens de WHA werd ook gewezen op de toegevoegde waarde van samenwerking op dit onderwerp
met de WHO en andere lidstaten. Ten slotte is bij de strategie rond traditionele medicijnen
het belang van duurzaamheid en biodiversiteit en het toepassen van een One Health
aanpak benadrukt. Hierbij is conform de motie Graus1 ook aandacht gevraagd voor de infectierisico’s van het gebruik van wilde dieren voor
de productie van traditionele medicijnen.
Klimaatverandering en gezondheid
Vorig jaar is een nieuwe WHA-resolutie over klimaatverandering en gezondheid aangenomen
op initiatief van Nederland en Peru. Dit jaar heeft de WHA het actieplan met de concrete
uitwerking hiervan na stemming aangenomen.
Oekraïne
Net als afgelopen jaren was de gezondheidssituatie in Oekraïne onderwerp van bespreking.
Een besluit daarover, waarin de gezondheidseffecten van de oorlog worden aangekaart
en de agressie van Rusland wordt veroordeeld, is aangenomen. Ook Nederland heeft dit
besluit gesteund. De amendementen die Rusland indiende op dit besluit om de behandeling
van het onderliggende rapport niet op de WHA-agenda als apart item te laten terugkeren,
werden niet aangenomen. De algehele steun van de WHA-lidstaten voor het besluit over
Oekraïne neemt af, zoals blijkt uit de uitslag van de stemming.
Palestijnse Gebieden
Dit jaar werd wederom gestemd op een besluit en op een resolutie over het versterken
van de gezondheidssituatie in de Palestijnse Gebieden. Nederland onthield zich van
stemming op het besluit.
In een stemverklaring is toegelicht dat, hoewel het besluit recht doet aan de catastrofale
situatie in de Gazastrook, het besluit tevens stellingen bevat omtrent schendingen
van het humanitair oorlogsrecht. Dergelijke vaststellingen zijn volgens Nederland
in beginsel aan de (internationale) rechter. Daarnaast had Nederland graag een veroordeling
van de terroristische aanval van Hamas op 7 oktober 2023 teruggezien in het besluit.
Nederland heeft vóór de resolutie over de gezondheidssituatie in de Gazastrook gestemd,
waarbij in de stemverklaring de ernst van de situatie in de Gazastrook werd benadrukt,
maar dat een vermelding van de gijzelaars en een veroordeling van de aanval van Hamas
op 7 oktober opportuun was geweest.
Daarnaast heeft Nederland zich onthouden van stemming op een besluit met betrekking
tot de status van de Palestijnse Autoriteit bij de International Health Regulations en een resolutie over het hijsen van de Palestijnse vlag bij de WHO, vanwege de Nederlandse
positie inzake niet-erkenning van de Palestijnse staat. De vier besluiten/resoluties
zijn aangenomen met een ruime meerderheid.
Ook heeft Nederland, conform de motie van het lid Van der Burg (VVD)2, in de nationale verklaring expliciet het belang van betekenisvolle deelname van
Taiwan aan bijeenkomsten in WHO-verband benoemd.
Jongerenvertegenwoordiging
Ten slotte meld ik u graag dat er ook dit jaar weer een jongerenvertegenwoordiger
deel uitmaakte van de Nederlandse delegatie. Gelukkig geldt dat voor steeds meer landen.
Het is een goed signaal dat jongeren en (toekomstige) gezondheids-professionals actief
bij het internationaal gezondheidsbeleid betrokken worden.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
D.E.M.C. Jansen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D.E.M.C. Jansen, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport