Brief regering : Lijst van vragen over het Jaarverslag Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2024 (Onderdeel Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) (Kamerstuk 36740-VII-1)
2025D25083 Lijst van vragen
De vaste commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening heeft een aantal
                  vragen voorgelegd aan de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening inzake
                  het Jaarverslag Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2024 (Onderdeel
                  Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) (Kamerstuk 36 740 VII, nr. 1).
               
De voorzitter van de commissie,
Postma
De griffier van de commissie,
Morrin
Nr
Vraag
                         
                         
1
Wordt binnen het ministerie overwogen om huurtoeslag mogelijk te maken voor onzelfstandige
                              woonruimten, zoals kamerbewoning of gedeeld wonen?
                           
2
Wanneer zal de Hospitawet in consultatie gaan en wanneer verwacht u deze met de Kamer
                              te kunnen delen?
                           
3
Hoe staat het met de ontwikkelingen omtrent de Woningwet voor de BES-eilanden?
4
Hoe gaat het effect van Schrappen Tegenstrijdige en Overbodige Eisen en Regelgeving
                              (STOER) gemeten en gerapporteerd worden?
                           
5
Wat zal STOER financieel aan voordelen moeten gaan opleveren?
6
Welke zaken ten aanzien van de Wet betaalbare huur zijn op dit moment nog niet geregeld
                              bij de Huurcommissie en per wanneer verwacht u dat dit wel geregeld zal zijn?
                           
7
Wat waren de doelstellingen van het programma NOVEX waarvoor 3,1 miljoen euro is gerealloceerd,
                              en hoe wordt de voortgang gemonitord?
                           
8
Hoe staat het met het ontwerp van de Nota Ruimte en wanneer verwacht u deze te delen
                              met de Kamer?
                           
9
Welke onderdelen van het Voorontwerp Nota Ruimte worden op dit moment herijkt op basis
                              van het regeerprogramma?
                           
10
Van de 1.021.400 geplande woningen tot en met 2030 is 50 procent harde plancapaciteit.
                              Wat is de verwachting voor de resterende 50 procent en hoe wordt versnelling daarin
                              gerealiseerd?
                           
11
Wat was de voornaamste reden voor de vertragingen in het leveren van flexwoning? Is
                              hier een plan van aanpak voor?
                           
12
Tijdens de bestuurlijke overleggen is afgesproken nog sterker te sturen op harde plancapaciteit
                              voor 2024/2025, kunt u aangeven hoe «nog sterker te sturen» gaat worden vormgeven?
                           
13
Om de woningbouwdoelstellingen te realiseren, is de ambtelijke beleids- en uitvoeringskracht
                              in 2024 versterkt en geprofessionaliseerd. Hierbij ligt de focus op samenwerking met
                              alle partners in de woningbouwketen. Kunt u aangeven hoe deze versterking en professionalisering
                              exact is vormgegeven?
                           
14
Wat is de status en de waarde van de afspraken die het kabinet in december 2024 op
                              de Woontop heeft gemaakt, gezien de samenhang van de Woontopafspraken met de Nationale
                              Prestatieafspraken (NPA)?
                           
15
Op hoeveel projecten is het «parallel plannen principe» inmiddels toegepast?
Is de verlaging van de overdrachtsbelasting naar 8 procent voldoende gebleken om het
                              investeringsklimaat voor verhuurders te verbeteren?
                           
16
Hoe vond het kabinet in december 2024 dat een huurbevriezing zich zou verhouden tot
                              de inhoud, intentie en doelstellingen van de NPA en de afspraken van de Woontop?
                           
17
Wat is de status en de waarde van de afspraken die het kabinet in december 2024 in
                              de Nationale Prestatieafspraken (NPA) heeft gemaakt?
                           
18
De Landelijke Versnellingstafel Woningbouw heeft samen met de Rijksdienst voor Ondernemend
                              Nederland (RVO) en het ministerie gewerkt aan negen complexe projectinterventies,
                              meerdere thematische verkenningen en de totstandkoming van 35 regionale versnellingstafels.
                              Kunt u wat meer informatie geven inzake de 9 complexe projectinterventies?
                           
19
In hoeverre is het nog mogelijk de in december 2024 gemaakte woningbouw- en verduurzamingsdoelstellingen
                              te realiseren, gezien de fors verminderde investeringsruimte bij woningcorporaties
                              als gevolg van de bij Voorjaarsnota 2025 gepresenteerde plannen voor huurbevriezing
                              in 2025 en 2026?
                           
20
Kunt u aangeven, kijkende naar het steeds lager wordende aandeel van ouderen dat verhuisd
                              is, wat aanvullend kan worden gedaan om meer woningen voor hen beschikbaar te stellen?
                           
21
Kunt u aangeven wat de gevolgen (kunnen) zijn voor de woningbouwambities, kijkende
                              naar de recent naar buiten gebrachte ruimtelijke plannen van Defensie?
                           
22
Hoeveel agrarische gronden zijn in 2024 door het Rijksvastgoedbedrijf aangekocht ten
                              behoeve van nationale beleidsdoelen?
                           
23
Wat zijn de belangrijkste conclusies tot nu toe uit de strategische verkenningen die
                              onder «Mooi Nederland» vallen?
                           
24
Uit de meest recente kapitaaltoereikendheidstoets blijkt dat het beschikbare kapitaal
                              van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) boven het vereiste niveau ligt, betekent
                              dit dat er beschikbaar kapitaal is dat mogelijk op andere belangrijke woondossiers
                              gebruikt kan worden of ligt dit kapitaal juridisch vast?
                           
25
In tabel 9 staat op welke posten er sprake is van onderuitputting. Kan u per post
                              aangeven wat er met het niet bestede bedrag gebeurt?
                           
26
In hoeverre speelt de nieuwe Omgevingswet een rol in het achterblijven van omgevingsvergunningen
                              voor ouderenhuisvesting? Is er een analyse beschikbaar van welke gemeenten hierop
                              vastlopen?
                           
27
Kunt u aangeven wat precies de vertraging heeft veroorzaakt van de plaatsing van door
                              het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) ingekochte flexwoningen en wat (extra) kan worden gedaan
                              om vertraging in het vervolg te voorkomen?
                           
28
Kunt u aangeven welke aanvullende maatregelen zijn genomen om openstaande vacatures
                              ingevuld te krijgen en op welke specifieke «onderwerpen» er personeelstekorten zijn?
                           
29
Kunt u meer informatie geven inzake de «vertraging in bodemonderzoeken»?
30
Klopt het dat het feit dat de huurontwikkeling in 2024 lager is uitgevallen dan verwacht,
                              aangeeft dat de feitelijke huurontwikkeling geen aanleiding geeft voor ingrijpende
                              maatregelen zoals een huurbevriezing?
                           
31
Kunt u aangeven wat de oorzaken zijn dat een groot deel van de aanvragers niet op
                              tijd een omgevingsvergunning heeft aangevraagd of ontvangen en wat is gedaan om dit
                              te verbeteren?
                           
32
Kunt u aangeven hoeveel evacuees in 2024 zijn opgevangen, hoe lang het gemiddeld duurde
                              om een evacuees te huisvesten, hoeveel sociale huurwoningen daarvoor zijn ingezet
                              en of er op wat voor manier dan ook voorrang is gegeven aan deze mensen ten opzichte
                              van andere woningzoekenden?
                           
33
Kunt u aangeven wat de argumentatie is geweest om specifiek een regeling voor statushouders
                              te maken en niet een algemene regeling waar ook andere grote gezinnen onder hadden
                              kunnen vallen? Wat doet het kabinet op dit vlak voor grote Nederlandse gezinnen?
                           
34
Hoeveel lager dan verwacht lagen de huren binnen de huurtoeslagpopulatie in 2024?
35
Welk deel van de huurtoeslagmeevaller van 333,8 miljoen (ten opzichte van de oorspronkelijke
                              begroting) is veroorzaakt doordat de huren binnen de huurtoeslagpopulatie in 2024
                              lager waren dan verwacht?
                           
36
Klopt de conclusie dat de realisatie in 2024 van de huurtoeslaguitgaven en de lager
                              dan verwachte huren binnen de huurtoeslagpopulatie geen enkele aanleiding geven om
                              in 2025 en 2026 tot huurbevriezing over te gaan? Zo nee, waarom niet?
                           
37
Wat zegt de meevaller van 333,8 miljoen euro bij de huurtoeslaguitgaven over de betaalbaarheid
                              van huurwoningen?
                           
38
Hoe valt de meevaller van 333,8 miljoen euro bij de huurtoeslaguitgaven in 2024 te
                              rijmen met het voorstel van het kabinet om de huren in 2025 en 2026 te bevriezen?
                           
39
Waarom is het nodig om de huren in 2025 en 2026 te bevriezen, terwijl er in 2024 nog
                              333,8 miljoen euro op de plank bleef liggen van het budget dat oorspronkelijk was
                              gereserveerd voor de huurtoeslag?
                           
40
Kunt u (bij benadering) aangeven hoe de kosten van biobased bouwen zich verhouden
                              tot «regulier» bouwen, en hierbij ook het effect van subsidies meenemen?
                           
Indieners
- 
              
                  Indiener
J.J.M. Uitermark, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.