Brief regering : Afgifte vergunning voor de uitvoer van militaire goederen naar Qatar
22 054 Wapenexportbeleid
Nr. 457
BRIEF VAN DE MINISTERS VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSHULP EN VAN BUITENLANDSE
ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 mei 2025
Conform het op 10 juni 2011 per brief gemelde aangescherpte wapenexportbeleid (Kamerstuk
2010–2011, 22 054, nr. 165) en de motie van het lid El Fassed c.s. van 22 december 2011 over verlaging van de
drempelwaarde voor de versnelde parlementaire controle bij specifieke wapenexportaanvragen
naar EUR 2.000.000,– (Kamerstuk 2011–2012, 22 054, nr. 181), ontvangt uw Kamer onderstaande informatie over een door Nederland afgegeven vergunning
voor de uitvoer van militaire goederen naar Qatar.
Een Nederlands bedrijf heeft onlangs een exportvergunning verkregen voor de uitvoer
van een communicatiesysteem inclusief bijbehorende programmatuur, technologie en technische
ondersteuning naar Qatar. De eindgebruiker van de goederen is de marine van Qatar.
De goederen worden geïntegreerd in een marineschip.
De aanvraag is getoetst aan de acht criteria van het EU Gemeenschappelijk Standpunt
inzake wapenexport.1 Deze toetsing, waarvan de essentie ten aanzien van het meest relevante criterium
hieronder wordt weergegeven, leidde tot het afgeven van de vergunning op basis van
de volgende argumenten:
Naleving mensenrechten en eerbiediging humanitair oorlogsrecht (CR2)
De Qatarese regering heeft de afgelopen jaren stappen gezet om de mensenrechtensituatie
te verbeteren, al blijven er op verschillende terreinen aandachtspunten bestaan. De
marine van Qatar is echter niet betrokken bij deze punten van zorg met betrekking
tot de mensenrechten.
Verder is op dit moment Qatar niet betrokken bij een internationaal – dan wel niet-internationaal
gewapend conflict. Tevens is Qatar niet betrokken bij een militaire bezetting.
Gelet op het feit dat de eindgebruiker niet betrokken is bij de geconstateerde punten
van zorg m.b.t. mensenrechten en Qatar niet betrokken is bij een gewapend conflict
dan wel een militaire bezetting is er geen sprake van een duidelijk risico dat de
te leveren militaire goederen of technologie gebruikt worden voor binnenlandse onderdrukking,
alsmede bij het begaan van andere ernstige schendingen van mensenrechten en het humanitair
oorlogsrecht. Toetsing aan criterium 2 heeft geleid tot een positief oordeel.
Handhaving regionale stabiliteit (CR4)
Qatar houdt goede banden aan met de landen in de regio. Tevens speelt Qatar een rol
als mediator in verschillende conflicten. In de afgelopen jaren heeft Qatar een belangrijke
rol gespeeld m.b.t. verschillende vredesonderhandelingen. Op dit moment speelt Qatar
een cruciale bemiddelende rol in de onderhandelingen tussen Israël en Hamas.
Gelet op de houding van Qatar en het ontbreken van serieuze spanningen met anderen
landen in de regio, bestaat er geen duidelijk risico dat de te leveren militaire goederen
ingezet worden voor agressie jegens een ander land of het met kracht bijzetten van
territoriale aanspraken. Toetsing aan criterium 4 heeft geleid tot een positief oordeel.
Ten aanzien van de overige criteria gelden geen bijzonderheden, deze zijn positief getoetst.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, R.J. Klever
De Minister van Buitenlandse Zaken,
C.C.J. Veldkamp
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp -
Mede ondertekenaar
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken