Brief regering : Feitenrelaas inzake ondertekening lintjes-voordrachten
36 600 XX Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Asiel en Migratie (XX) voor het jaar 2025
Nr. 56
BRIEF VAN DE MINISTER-PRESIDENT, MINISTER VAN ALGEMENE ZAKEN EN VAN DE MINISTER VAN
ASIEL EN MIGRATIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 april 2025
Meerdere leden van uw Kamer hebben verzocht om een feitenrelaas in het kader van het
debat over eenheid van regeringsbeleid inzake de ondertekening van lintjes-voordrachten.
Met deze brief geven de Minister-President en de Minister van Asiel en Migratie (AenM)
invulling aan dit verzoek. De informatie wordt aan u verstrekt voor zover deze binnen
de gestelde termijn te verzamelen was.
Op 11 maart 2025 heeft de Minister van AenM de voordrachten onder ogen gekregen. Een
Minister kan binnen het decoratiestelsel, en dat is overigens hoge uitzondering, een
advies van het Kapittel voor de Civiele Orden naast zich neerleggen. Indien een Minister
dit voornemen heeft, dan schrijft de procedure van artikel 9, lid 5 van het Reglement
op de Orde van de Nederlandse Leeuw en de Orde van Oranje-Nassau voor dat dit voornemen
wordt voorgelegd aan de ministerraad.
Op 24 maart 2025 heeft de Minister van AenM intern op het Ministerie van AenM het
voornemen kenbaar gemaakt de voordracht van Koninklijke Onderscheidingen van een aantal
vrijwilligers te willen weigeren. Over dit voornemen is het Kapittel geïnformeerd.
De voorzitter van het Kapittel informeerde de Minister-President op 25 maart 2025
over dit voornemen van de Minister van AenM.
Op 26 maart 2025 heeft de Minister-President hierover contact gehad met de Minister
van AenM. Binnen het kabinet liep daarna het gesprek over hoe dit verder opgepakt
zou moeten worden. Gaande dit gesprek, op 28 maart 2025, heeft het Kapittel het verzoek
om de voordracht te ondertekenen bij de Minister van AenM ingetrokken.
Op zondag 30 maart 2025 ontstond publiciteit en maatschappelijke verontwaardiging
over het weigeren van de voordracht, die zich op maandag 31 maart 2025 voortzette.
Een aanhoudende maatschappelijke discussie over de individuele verlening van Koninklijke
Onderscheidingen tast de waardigheid van het decoratiestelsel aan. Op dat moment is
de weging gemaakt dat het niet langer een optie was om het weigeren van het tekenen
van de voordracht te bespreken in de eerstvolgende ministerraad op vrijdag 4 april
2025.
Hierop hebben de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelatis (BZK) als stelselverantwoordelijke,
en de Minister-President een bredere weging gemaakt, en ter borging van de goede werking
van het decoratiestelsel besloten om de voordrachten te ondertekenen. De Minister-President
heeft alle vicepremiers, de Minister van BZK als stelselverantwoordelijke, en de Minister
van AenM geïnformeerd, en het bovengenoemde voornemen besproken. Dit kon op volledige
steun rekenen binnen het kabinet en was daarmee in overeenstemming met het gevoelen
van de ministerraad.
De geest van de procedure van artikel 9 van het Reglement op de Orde van de Nederlandse
Leeuw en de Orde van Oranje-Nassau, dat uitgaat van agendering in de ministerraad
is hiermee recht gedaan.
De Minister-President, Minister van Algemene Zaken, H.W.M. Schoof
De Minister van Asiel en Migratie, M.H.M. Faber-van de Klashorst
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.W.M. Schoof, minister-president -
Mede ondertekenaar
M.H.M. Faber-van de Klashorst, minister van Asiel en Migratie