Brief regering : Verzamelbrief ontwikkelingen in vastgoed, leefomgeving en ruimtelijke ordening
36 592 Defensienota 2024 – Sterk, slim en samen
Nr. 13
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag. 31 maart 2025
Defensie groeit door de veranderde situatie in Europa en de wereld. Het uitgangspunt
is dat Defensie de activiteiten en projecten die nodig zijn voor de gereedstelling,
zoals trainen en oefenen, binnen de bestaande wettelijke kaders en procedures uitvoert.
De reële dreiging als gevolg van de geopolitieke situatie in Europa vereist echter
dat de krijgsmacht zich sneller, beter en in grotere mate gereed moet stellen om hoofdtaak
1 uit te voeren: het beschermen van ons grondgebied en/of dat van onze bondgenoten.
Dit is een grote opgave voor Defensie. De tijdige en stelselmatige gereedstelling
– het voorbereiden van militairen op een gevecht – wordt in sommige gevallen belemmerd
door de (aanscherping van) huidige wet- en regelgeving en procedures.
Vanuit Defensie lopen vanwege de urgentie nu verschillende initiatieven om de groei
mogelijk te maken en waar nodig te versnellen. Het gaat daarbij om het Nationaal Programma
Ruimte voor Defensie, de inzet van Defensie in de MCE&N en het voornemen om te komen
tot een Wet op de defensiegereedheid. Hierbij dient een evenwicht te worden gevonden
tussen de bescherming van de leefomgeving en het uitvoeren van defensieactiviteiten
voor de nationale veiligheid en de voorbereiding van onze militairen op een gevecht.
In deze brief informeer ik uw Kamer over diverse recente ontwikkelingen:
• Vastgoed: versnellingsmogelijkheden;
• Vastgoed: verduurzaming vastgoed;
• Vastgoed: behoud Mariniersmuseum Rotterdam;
• Leefomgeving: vliegbasis Geilenkirchen;
• Leefomgeving: PFAS-programma.
Vastgoed: versnellingsmogelijkheden
De gewijzigde geopolitieke situatie zorgt voor een urgente en structurele behoefte
aan meer militairen, meer materieel en meer activiteiten. Dit betekent dat in het
Koninkrijk meer ruimte nodig is voor de krijgsmacht voor onder meer het oefenen en
trainen van onze eenheden. Het huidige vastgoed is veelal verouderd en moet worden
aangepast aan de huidige normen en aan de groeiende krijgsmacht.
In 2022 is onderkend dat de behoefte aan vastgoed veranderde, met het Strategisch
Vastgoedplan 2022 (SVP 2022)1 is toen ingezet op het concentreren, verduurzamen en vernieuwen van vastgoed. De
recente focus op hoofdtaak 1, de verdediging van het eigen grondgebied en dat van
onze NAVO-bondgenoten, maakt het noodzakelijk het SVP 2022 te herijken en nadrukkelijk
de gereedstelling van Defensie op de eerste plaats te zetten. Defensie werkt daarom
aan een Strategisch Vastgoedplan 2025, hierbij wordt het bestaande projectenportfolio
opnieuw geprioriteerd zodat Defensie de belangrijkste vastgoedprojecten voor een versnelde
inzetbaarheid van de krijgsmacht met voorrang oppakt. Hierover wordt uw Kamer in het
derde kwartaal van 2025 geïnformeerd.
De ontwikkelingen in de wereld vragen om actie. We moeten vaart maken. Het vastgoed
moet op orde zijn. Daarom neemt Defensie diverse initiatieven om het realisatievermogen
van de vastgoedketen structureel te vergroten en het tempo te verhogen. Zo wordt ingezet
op zoveel mogelijk gestandaardiseerde oplossingen, waarbij als eerste concrete toepassing
de standaardisatie van legeringsgebouwen nu wordt uitgewerkt. Bij deze ontwikkeling
hoort industrieel bouwen van gebouwen, wat zorgt voor snellere realisatie op locatie
omdat de productie in de fabriek en de voorbereiding op locatie kunnen worden losgekoppeld.
De start van de aanbesteding van de legeringsgebouwen staat gepland voor eind maart,
de gunning voor het einde van 2025 en de ingebruikname van het eerste gebouw in het
najaar van 2026. Randvoorwaardelijk voor deze planning is de omgevingszekerheid die
door de recente uitspraak van de Raad van State over stikstof complexer is geworden.
Voor de realisatie van de vastgoedopgave van Defensie is het Rijksvastgoedbedrijf
(RVB) essentieel. Om de samenwerking met het RVB verder te intensiveren, werken zij
verschillende maatregelen uit die moeten leiden tot verhoogde productie. In het kader
van deze maatregelen is Defensie samen met het RVB in gesprek met Bouwend Nederland
en een brede vertegenwoordiging marktpartijen om sneller de grotere vastgoedopgave
te realiseren en om te bepalen hoe de markt kan helpen met de uitvoering van deze
opgave. Het bouwen van gestandaardiseerde legeringsgebouwen is een goed voorbeeld
van een project dat door marktpartijen gaat worden uitgevoerd.
Vastgoed: verduurzaming vastgoed
Uw Kamer is eerder geïnformeerd dat Defensie met de verduurzamingsmaatregelen van
haar vastgoed gaat voldoen aan de wettelijke verplichtingen op het gebied van energiebesparende
maatregelen.2 Daarmee levert Defensie ook een bijdrage aan het verlagen van het energiegebruik.
Het gaat hierbij om circa 3500 gebouwen, waarvan circa 500 kantoren. Deze verduurzaming
neemt meerdere jaren in beslag en betreft:
• Het uitvoeren van de zogenoemde Erkende Maatregelen in alle binnen de reikwijdte vallende
defensiegebouwen;
• Het verbeteren van de kantoren naar tenminste energielabel C;
• Het voldoen aan de onderzoeksplicht energiebesparing en opstellen van een uitvoeringsplan
met de verplicht uit te voeren maatregelen. Het gaat hier om het verduurzamen van
bedrijfsprocessen en faciliteiten, zoals machinerieën en veel energie gebruikende
gereedschappen;
• Defensie voldoet nu aan de informatieplicht energiebesparing.
Op 50 defensielocaties met een zeer hoog energiegebruik is inmiddels in kaart gebracht
hoe energiegebruik kan worden teruggebracht. Het uitvoeringsplan voor de onderzoeksplicht
is afgerond en wordt voor 1 april 2025 aangeboden aan de toezichthouder, de Inspectie
Leefomgeving en Transport (ILT). In januari 2025 is gestart met inspecties van de
kantoorgebouwen, om na te gaan wat het huidige energielabel is en wat nodig is om
de kantoorgebouwen te verduurzamen naar tenminste energielabel C.
Daarnaast heeft Defensie diverse eenvoudige en snel te realiseren verduurzamingsmaatregelen
uitgevoerd, zoals TL-verlichting vervangen door LED-verlichting.
Defensie streeft het merendeel van de verduurzamingsmaatregelen rond 2030 af te ronden.
De financiële omvang van deze opgave valt binnen de bandbreedte 250 miljoen tot 1
miljard euro. Over het tempo van de verduurzamingsmaatregelen, die allen zijn gericht
op vermindering van het energiegebruik, zijn afspraken gemaakt met de bevoegde gezagen,
namelijk met de gemeenten, de omgevingsdiensten en de ILT.
Vastgoed: behoud Mariniersmuseum Rotterdam
Uw Kamer is op verschillende momenten geïnformeerd over de voortgang van de uitvoering
van de motie Belhaj3 over het behoud van het Mariniersmuseum te Rotterdam.4 De Stichting Koninklijke Defensiemusea (SKD) is verantwoordelijk voor de exploitatie
van het Mariniersmuseum. Het museum blijft vooralsnog gehuisvest op de huidige locatie
in Rotterdam. De SKD zal een actueel haalbaarheidsonderzoek in combinatie met een
draagvlakonderzoek voor het Mariniersmuseum opstarten. Naar verwachting worden de
resultaten hiervan eind 2025 opgeleverd. Als dit leidt tot wijzingen in de locatie,
zal uw Kamer hierover worden geïnformeerd.
Leefomgeving: vliegbasis Geilenkirchen
Op 7 februari jl. is Defensie samen met de gemeenten Beekdaelen en Brunssum tot een
bestuurlijke overeenkomst gekomen. Deze bestuurlijke overeenkomst omvat een afsprakenpakket
dat zich richt op de impact op de leefomgeving door het vliegen met AWACS-vliegtuigen
vanaf de NAVO-vliegbasis Geilenkirchen, net over de grens in Duitsland. Onderdeel
van het afsprakenpakket is het gezamenlijk beheer van de Schinveldse Bossen en het
geven van een financiële impuls aan de leefbaarheid.
De operationele gereedheid van vliegbasis Geilenkirchen is cruciaal en hiervoor is
beheer van de bosstructuur van de Schinveldse Bossen essentieel. Om de Schinveldse
Bossen beter te beschermen en te versterken, werken de gemeente Beekdaelen en de terreineigenaren
– waaronder Defensie – samen aan een gezamenlijk beheerplan. Dit plan vormt de basis
voor alle toekomstige maatregelen in het gebied. De partijen zetten in op duurzaam
beheer, met ecologie als uitgangspunt. Met het beheerplan willen de terreineigenaren
investeren in de gezondheid, biodiversiteit en aantrekkingskracht van de Schinveldse
Bossen en wordt de gereedheid, inzetbaarheid en effectief gebruik van de vliegbasis
Geilenkirchen geborgd.
Defensie stelt eenmalig een financiële bijdrage ter beschikking waarmee beide gemeenten
investeringen in de kwaliteit van de leefomgeving kunnen doen. Voorbeelden hiervan
zijn duurzaamheidsmaatregelen en het versterken van natuur, landschap en recreatiemogelijkheden
in de zone Schinveldse Bossen – Schutterspark – Brunssummerheide.
Leefomgeving: PFAS-programma
Binnen de programmatische PFAS-aanpak van Defensie werkt Defensie aan een risicogestuurd
saneringsprogramma per locatie. Dit betekent dat Defensie samen met betrokkenen per
locatie (eventuele) uitvoeringsmaatregelen bepaalt op basis van humane risico’s, ecologische
risico’s en verspreidingsrisico’s. Uw Kamer is met de brief van mijn voorganger «Ontwikkelingen
in vastgoed en ruimtelijk domein» van 10 juni 2024 geïnformeerd over deze programmatische
aanpak PFAS.5 Op dit moment is het nog niet goed mogelijk om een deugdelijke kostenraming te maken
voor de uiteindelijk benodigde PFAS sanering en preventie. Wel heeft Defensie op dit
moment € 50 miljoen op de begroting gealloceerd als een eerste tranche om de kosten
van de lopende saneringen te kunnen dekken.
Op de Vliegbasis Leeuwarden is Defensie bezig met het uitvoeren van maatregelen conform
het risicogestuurd saneringsprogramma. In week 6 van dit jaar is gestart met een pilot
om het voormalige brandweeroefenterrein te saneren. Hier bevindt zich een sterke bodemverontreiniging
die in contact staat met het nabijgelegen oppervlaktewater. Het doel van de pilotsanering
is om de aanwezige grondverontreiniging in de bovengrond voor een deel te ontgraven
en tijdelijk afgedekt in een depot te zetten op de vliegbasis. In dat depot kan worden
onderzocht welke verwerkingsmogelijkheden er zijn voor deze sterk verontreinigde klei.
Daarnaast wordt grondwater tijdens de pilotsanering onttrokken en gezuiverd via actieve
koolfilters. Hiermee willen wij inzichtelijk krijgen of het grondwater te zuiveren
is tot een niveau dat het veilig kan worden geloosd in het oppervlaktewater. De opstelling
is nu zo gebouwd dat het onttrokken en te zuiveren grondwater wordt opgevangen in
containers. Er wordt geen verontreinigd grondwater geloosd op het oppervlaktewater,
tenzij het gezuiverde water voldoet aan de door het waterschap gestelde normen. Bij
deze pilotsanering werkt Defensie goed samen met het waterschap, de gemeente en ILT.
Op basis van de resultaten maakt Defensie met het RVB een plan voor het tweede deel
van deze sanering; de rest van de verontreiniging op het voormalig brandweeroefenterrein.
Na goedkeuring van dit plan door ILT wordt een bestek gemaakt en zal een aanbesteding
plaatsvinden. Parallel aan deze bodemsanering worden voorbereidingen getroffen om
de watergangen op de vliegbasis te baggeren om het met PFOS-verontreinigde slib uit
deze watergangen te verwijderen.
Op de Vliegbasis Eindhoven voert Defensie een veldonderzoek uit naar aanleiding van
het negatief zwemadvies voor recreatieveld De Landsard vanwege een te hoge hoeveelheid
PFAS in het water. Met dit onderzoek op de hele vliegbasis kan worden vastgesteld
wat de eventuele bron is van deze verhoging. Aansluitend worden zo snel mogelijk gerichte
maatregelen genomen om bij het lozen van water de gehalten PFAS in het oppervlaktewater
te minimaliseren. De verwachting is dat de eerste fase van dit onderzoek medio 2025
zal zijn afgerond. Voor de Vredepeel, Luitenant-generaal Bestkazerne, geldt dat het
hydrologisch onderzoek is opgestart in het kader van de gemelde verhoogde concentraties
aan PFAS in zowel grond en grondwater als oppervlaktewater. Een dergelijk hydrologisch
onderzoek duurt gemiddeld enkele maanden.
Tot slot
Eind mei wordt uw Kamer geïnformeerd over de ontwerp Beleidsvisie Ruimte voor Defensie
en eind 2025 volgt de definitieve Beleidsvisie Ruimte voor Defensie, inclusief nota
van antwoord en het planMER.6 Ook op andere onderwerpen binnen het vastgoed, de leefomgeving en ruimtelijke ordening
is Defensie volop in ontwikkeling, hierover zal uw Kamer in het derde kwartaal van
dit jaar worden geïnformeerd.
De Staatssecretaris van Defensie,
G.P. Tuinman
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
G.P. Tuinman, staatssecretaris van Defensie