Brief regering : Reactie op de motie van het lid Kostic c.s. over de consument €0,15 statiegeld laten betalen bij aankoop van ieder plastic flesje en blikje en €0,20 laten terugkrijgen bij het inleveren ervan (Kamerstuk 32852-338)
32 852 Grondstoffenvoorzieningszekerheid
Nr. 351
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 maart 2025
In het tweeminutendebat van 6 maart 205 heeft het lid Kostic (PvdD) mij middels een
motie verzocht om producentenorganisatie Verpact officieel te verzoeken om 5 cent
meer statiegeld terug te geven aan consumenten dan zij bij de aanschaf van de verpakking
hebben betaald1. In reactie gaf ik aan dat deze motie ontijdig was en verzocht ik het Kamerlid de
motie aan te houden tot de evaluatie van de statiegeldregeling en het handhavingstraject
van de ILT richting Verpact zijn uitgekristalliseerd. Tijdens het debat heb ik toegezegd
schriftelijk een nadere toelichting te sturen op deze appreciatie, vóór de stemmingen
op 11 maart.
De statiegeldregeling is de afgelopen periode geëvalueerd. Zoals toegezegd, stuur
ik de Tweede Kamer nog voor het Commissiedebat Circulaire Economie van 16 april aanstaande
een Kamerbrief met de evaluatie en mijn beleidsreactie. Daarnaast loopt er op dit
moment een handhavingstraject vanuit de onafhankelijke toezichthouder, de Inspectie
Leefomgeving en Transport (ILT), richting Verpact ten aanzien van het niet behalen
van de inzameldoelstelling van 90%.
Ik heb de ILT gevraagd wat de stand van zaken is van dit handhavingstraject. De ILT
heeft mij laten weten dat de volgende stap in het handhavingstraject vóór het volgende
Commissiedebat zal plaatsvinden. Ik benadruk daarbij dat het aan de ILT als onafhankelijke
toezichthouder is om besluiten te nemen over de timing en inhoud van de lasten in
dit handhavingstraject.
Het is mijn verwachting dat deze beide trajecten voor aanvang van het Commissiedebat
op 16 april voldoende helderheid zullen geven aan de Tweede Kamer over de intenties
aan de zijde van mijn ministerie en aan de zijde van de onafhankelijke toezichthouder
over de opvolging van deze trajecten, waarbij ook wordt gekeken naar het niet uitgekeerde
statiegeld.
Ik acht het van belang eerst deze stappen af te wachten en niet op mogelijke uitkomsten
vooruit te lopen. Om die reden apprecieerde ik de motie als ontijdig en vroeg ik het
Kamerlid de motie aan te houden tot na het Commissiedebat dat op 16 april plaatsvindt.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
C.A. Jansen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.A. Jansen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat