Brief regering : Eindrapport Zbo evaluatie CAK 2019 – 2023 ‘Goed op weg’
34 104 Langdurige zorg
Nr. 428
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 februari 2025
Hierbij bied ik u het eindrapport van de Zbo-evaluatie over het functioneren van het
CAK in de periode 2019–2023 met als titel «Goed op weg» aan. Het CAK draagt zorg voor
publieke dienstverlening in delen van de zorg en het sociaal domein. CAK is onder
meer verantwoordelijk voor het innen van eigen bijdragen voor de Wet maatschappelijke
ondersteuning en de Wet langdurige zorg. Ook voert het CAK taken uit voor burgers
die anders buiten ons zorgstelsel dreigen te vallen. Deze evaluatie komt voort uit
de verplichting in de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen (zbo) om elke vijf jaar
aan beide Kamers der Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en doelmatigheid
van de organisatie te zenden. Deze brief heb ik daarom eveneens verstuurd aan de voorzitter
van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.
Opzet onderzoek
Ik heb onderzoeksbureau Andersson Elffers Felix (AEF) gevraagd het evaluatieonderzoek
uit te voeren. AEF voerde ook de evaluatie over de periode 2013–2018 uit.1 De evaluatie focust op de doeltreffendheid, de doelmatigheid, de governance en de
organisatieverandering van het CAK.
Om de onderzoeksvragen te kunnen beantwoorden heeft AEF, aan de hand van een evaluatiekader,
een documentstudie uitgevoerd, interviews gehouden met diverse kernspelers binnen
het CAK, het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en ketenpartners
en meegelopen bij het CAK. Het onderzoek is begeleid door een begeleidingscommissie
met vertegenwoordigers van het Ministerie van VWS en het CAK.
Appreciatie
Ik ben blij met de positieve toonzetting van dit rapport. In algemene zin onderschrijf
ik de conclusies en bevindingen uit het evaluatierapport. Het CAK heeft de afgelopen
jaren fors ingezet op haar veranderopgaven. De ingezette verandering is omvangrijk
en vraagt tijd, maar in de praktijk zien we duidelijk dat dit zijn vruchten afwerpt.
Het is goed te constateren dat de positieve effecten van de ingezette veranderingen
ook in deze doorlichting zichtbaar zijn. Ik ondersteun de veranderopgaven en ben de
afgelopen jaren waar mogelijk terughoudend geweest met taakwijzigingen om het CAK
rust en ruimte te bieden voor haar eigen veranderopgaven. Waarbij het wenselijk is
dat het CAK op termijn wel weer ruimte heeft om nieuw taken of wijzigingen te implementeren.
Conclusies rapport
Hieronder wordt een samenvatting van de conclusies weergegeven uit het onderzoek voor
de vier focusgebieden van de evaluatie.
Doeltreffendheid
AEF concludeert dat het CAK de afgelopen jaren de focus heeft gelegd op de kwaliteit
en rechtmatigheid van de dienstverlening. Het CAK heeft zich ontwikkeld richting een
meer klantgerichte, empathische en wendbare organisatie. Ook heeft het CAK een belangrijke
ontwikkeling doorgemaakt om geborgd in control te komen.
Verder concludeert het rapport dat het CAK meer grip gekregen heeft op de kwaliteit
van dienstverlening. Een aantal prestatie-indicatoren blijft een aandachtspunt. Verder
ervaren ketenpartners van het CAK een verbeterde samenwerking. De rol die het CAK
pakt in de keten wordt gewaardeerd en aangemoedigd. Het doorvoeren van verbeteringen
in de keten wordt nog bemoeilijkt door beperkingen in de (ICT-)verandercapaciteit
van het CAK.
Doelmatigheid
Het rapport concludeert dat de focus de afgelopen jaren meer op de kwaliteit en rechtmatigheid
van de dienstverlening lag, dan op de doelmatigheid. Dit is te verklaren door de grote
uitdagingen op doeltreffendheid, waardoor er beperkt aandacht voor monitoring en sturing
op doelmatigheid was. Het CAK heeft desondanks wel stappen gezet in het versterken
van doelmatigheid.
Het CAK werkt aan een CAK breed doelmatigheidskader. Hiervoor is helderheid nodig
over wanneer het CAK, VWS en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) kunnen spreken over
een doelmatig CAK. Het kostprijsmodel dat momenteel in ontwikkeling is kan hier een
goede basis voor bieden. Verder stelt het rapport dat het CAK behoefte heeft aan een
passend financieringskader, met name voor meerjarige financiering van IT-innovatieprojecten
en een passend budget voor loon- en prijsindexatie.
Governance
Ten aanzien van de governance concludeert het onderzoek dat de interne en externe
checks and balances zijn verbeterd tijdens de evaluatieperiode. De open en transparante
houding van het CAK in de afgelopen jaren heeft hier sterk aan bijgedragen. De Raad
van Advies, de Audit Advies Commissie en de Ondernemingsraad van het CAK ervaren een
verbeterde samenwerking en sterkere positionering. In de externe governance heeft
de afstemming binnen de driehoek van opdrachtgever, eigenaar en opdrachtnemer zich
eveneens positief ontwikkeld. In deze driehoek is tevens aandacht voor de situatie
van het CAK en de onderlinge informatiebehoeften. Door het versterken van de planning-
en controlcyclus en het risicomanagement is het CAK beter in staat zich te verantwoorden.
De verantwoording is tevens verschoven van een focus op incidenten, naar sturing op
de ontwikkeling van het CAK. Tegelijkertijd ervaart het CAK een hoge verantwoordingsdruk.
AEF stelt dat het CAK een stapeling van verantwoordings- en toezichtslijnen ervaart.
De NZa heeft het CAK de afgelopen evaluatieperiode kritisch gevolgd en schetst de
laatste jaren een positiever beeld. De reikwijdte van het toezicht van de NZa is niet
altijd direct te relateren aan haar wettelijke opdracht en lijkt in de praktijk overlap
te vertonen met ander toezicht.
Organisatieverandering
Het rapport laat zien dat het CAK intensief heeft ingezet op een aantal veranderopgaven
en hiervoor van VWS de ruimte heeft gekregen. In 2021 is de organisatieverandering
herijkt langs de gebieden: «In Control», «Vereenvoudiging van haar ICT» (V-ICT) en
«Cultuur», wat heeft bijgedragen aan focus en inzicht. Met name de laatste jaren zijn
duidelijk stappen merkbaar op deze drie focusgebieden. De voortgang op de diverse
gebieden wordt intern en extern gewaardeerd, hoewel de inzet voor «V-ICT» ook de flexibiliteit
van het CAK beperkt.
Aanbevelingen rapport
Doeltreffendheid
AEF stelt dat de gekozen koers van het CAK resultaat oplevert en dat het van belang
is dat het CAK deze koers vasthoudt. Ook de komende jaren dient het CAK scherp te
blijven op de haalbaarheid van het takenpakket. Het is waardevol als het CAK voortbouwt
op de wijze waarop zij haar verantwoordelijkheid neemt in de keten. Ook stelt het
rapport dat het goed is te blijven reflecteren op de relevantie en volledigheid van
de prestatie-indicatoren.
Doelmatigheid
AEF stelt dat nu het CAK meer «in control» is, doelmatigheid sterker de aandacht verdient.
Voor het monitoren en verbeteren van doelmatigheid zijn inzichten en heldere afspraken
nodig. De ontwikkeling van het kostprijsmodel en het doelmatigheidskader verdienen
aandacht van zowel het CAK als VWS. Daarnaast stelt het rapport dat het terugbrengen
van de externe inhuur en (langdurig) verzuim de komende jaren een aandachtspunt blijft.
Ook dient het gesprek gevoerd te worden over een passend financieringskader voor IT-(innovatie)
projecten.
Governance
AEF beveelt aan om verder in te zetten op versterking van de cliëntenraad. Ten aanzien
van de governance in de driehoek is de aanbeveling om aandacht te hebben voor de rolscheiding
tussen opdrachtgever en eigenaar, nu er geleidelijk meer van het CAK gevraagd kan
worden en er een sterkere focus zal komen op doelmatigheid. Ook beveelt het rapport
aan om gezamenlijk als VWS, de NZa en het CAK de inrichting van het toezicht op het
CAK onder de loep te nemen en te bezien welke verbeteringen mogelijk zijn.
Organisatieverandering
Op het vlak van de organisatiecultuur zijn de afgelopen jaren belangrijke stappen
gezet in een relatief korte tijdsperiode. Het rapport benadrukt voldoende aandacht
te besteden aan de borging en voortgang van veranderingen in de organisatiecultuur.
Het rapport stelt dat het van belang is dat, naast de opbrengsten, ook de prestatie-indicatoren
op het gebied van verbeterde control en ICT in de lijn geborgd worden, zodat ontwikkeling
op deze functies een focus blijft van het CAK.
Tot slot
De aanbevelingen in het rapport geven aanknopingspunten om het functioneren van het
CAK verder te verbeteren. Voor een aantal aanbevelingen geldt ook een directe betrokkenheid
voor het Ministerie van VWS, daar ga ik hierna verder op in.
Doelmatigheidskader
Ten aanzien van de ontwikkeling van een doelmatigheidskader heb ik met het CAK afspraken
gemaakt om te komen tot een kostprijsmodel, dat van alle regelingen binnen het CAK
de kostenopbouw zichtbaar maakt. Het kostprijsmodel wordt gezien als een goede basis
voor het doelmatigheidskader. Samen met het CAK zal ik hierin de komende tijd verder
stappen zetten.
Financieringskader
Het CAK geeft aan behoefte te hebben aan een passend financieringskader, met name
voor structurele ICT-innovatieprojecten. Dergelijke projecten worden momenteel vaak
met incidentele middelen bekostigd. Dit knelpunt is mij bekend en speelt tevens bij
meer concernorganisaties en vergt naar verwachting een bredere blik op de financiering
van concernonderdelen.
Rolscheiding
AEF stelt dat er aandacht dient te zijn voor rolscheiding tussen opdrachtgever en
eigenaar. Ik ben mij bewust van de diverse rollen binnen de driehoek. Ondanks dat
er de afgelopen jaren constructief met elkaar is samengewerkt in de driehoek, onderschrijf
ik dat het goed is om alert te zijn op ieders rol, met name in tijden van relatieve
schaarste.
Toezicht
Tot slot stelt het rapport dat het Ministerie van VWS, de NZa en het CAK gezamenlijk
de inrichting van het toezicht op het CAK onder de loep dienen te nemen. Ik zal aan
het CAK en de NZa vragen om dit samen met mij te doen.
Ik heb het CAK tevens gevraagd uit te werken hoe zij opvolging zullen geven aan de
aanbevelingen uit het rapport. Hierover ga ik de komende tijd graag het gesprek aan
met het CAK.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,M-F. Agema
Indieners
-
Indiener
M. Agema, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport