Brief regering : Uitspraak inzake voorlopige voorziening Landelijke Vreemdelingen Voorziening (LVV) in Rotterdam
19 637 Vreemdelingenbeleid
Nr. 3337
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ASIEL EN MIGRATIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 december 2024
Ik heb kennisgenomen van de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank
Rotterdam inzake het verzoek van 22 deelnemers aan de Landelijke Vreemdelingen Voorziening
(LVV) in Rotterdam om een voorlopige voorziening, in afwachting van de beslissing
op hun bezwaar tegen de beƫindiging van de opvang in de LVV. De uitspraak luidt dat
de Minister ervoor moet zorgdragen dat verzoekers gebruik kunnen blijven maken van
24-uurs basisopvangvoorzieningen (onderdak, voedsel en de mogelijkheid zich te wassen)
tot vier weken na bekendmaking van de beslissing op bezwaar. Dit kan zijn in het kader
van de VBL, de LVV dan wel een andere opvangvorm met vergelijkbare basisvoorzieningen.
Ik zal de uitspraak van de rechter nader bestuderen en uiteraard naleven.
Er zijn in meer gemeenten bezwaren en verzoeken om voorlopige voorziening ingediend.
Als de definitieve beslissing op de bezwaren genomen is, zal ik de Kamer nader informeren.
De Minister van Asiel en Migratie, M.H.M. Faber-van de Klashorst
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.H.M. Faber-van de Klashorst, minister van Asiel en Migratie