Brief regering : Veegbrief Defensiematerieelbegrotingsfonds

Nr. 6
BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 december 2024

In overeenstemming met de Comptabiliteitswet 2016 informeer ik u met de bijlage bij
deze brief, mede namens de Staatssecretaris, over de nu voorziene overschrijdingen
(uitgaven, ontvangsten en/of verplichtingen) op begrotingsartikelniveau, die na het
vaststellen van de tweede suppletoire begroting 2024 zijn geconstateerd.

Aangezien de begrotingsuitvoering van zowel de reguliere bedrijfsvoering als van de
lopende missies doorgaat tot de sluiting van de kassen op 31 december en ik u nu reeds
over de uitkomst moet informeren, berusten de bedragen op de huidige verwachtingen.
De definitieve realisatiestanden zullen worden opgenomen en toegelicht in de Slotwet.

De Minister van Defensie,
R.P. Brekelmans

Overzicht beleidsmatige mutaties na 2e suppletoire begroting 2024 van het Ministerie
van Defensie (Defensiematerieelbegrotingsfonds)

Artikel 1. Defensiebreed materieel

Lagere ontvangsten

Als gevolg van minder verkopen van materieel en geen ontvangsten uit royalties wordt
circa € 22 miljoen minder ontvangen dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting
werd geraamd. De overige ontvangsten (verkoopopbrengsten), zijn gebaseerd op het Defensie
Afstotingsplan (DAP).

Als gevolg van vertraging bij de aankopen van personenvoertuigen worden er ook minder
auto’s ingeruild waardoor de ontvangsten circa € 10 miljoen lager zullen uitkomen.
Het is de verwachting dat deze ontvangsten de komende jaren alsnog gerealiseerd zullen
worden.

Artikel 4. Lucht materieel

Hogere uitgaven

Naar verwachting realiseren wij € 113 miljoen meer dan ten tijde van de tweede suppletoire
begroting werd geraamd.

Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het voorschot dat gemoeid is met de versnelde
bestelling van de Medium Utility Helikopters (MUH) voor € 1,1 miljard welke gemeld
is in de Tweede suppletoire begroting. Bij de tweede suppletoire begroting hielden
we nog geen rekening met de betaling in 2024. Deze betaling zal toch nog in 2024 worden
gedaan.

Artikel 5. Infra en Vastgoed

Hogere uitgaven

Naar verwachting realiseren wij € 20 miljoen meer dan ten tijde van de tweede suppletoire
begroting werd geraamd. Dit wordt deels veroorzaakt door hogere realisatie van instandhouding
infrastructuur door het Rijksvastgoedbedrijf gedurende 2024 en € 10 miljoen door hogere
realisatie van investeringen.

Artikel 6. IT

Hogere verplichting

Naar verwachting verplichten wij € 100 miljoen meer dan ten tijde van de tweede suppletoire
begroting werd geraamd. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door prijsstijgingen en
een hogere afname op bestaande contracten. Naar verwachting vindt de oplevering op
contracten (releases van IT-middelen) eerder plaats.