Brief regering : Samenwerkingsconvenant COA en Veldzicht
24 587 Justitiële Inrichtingen
19 637
Vreemdelingenbeleid
Nr. 1007
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ASIEL EN MIGRATIE EN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN
VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 november 2024
Op 8 oktober jl. is uw Kamer geïnformeerd over de actuele stand van zaken over de
samenwerking rondom asielzoekers en ongedocumenteerde vreemdelingen in het Centrum
voor Transculturele Psychiatrie Veldzicht (hierna: CTP Veldzicht).1 Daarin is aangegeven dat de Kamer later wordt geïnformeerd over de vervolgstappen.
Met deze brief komen wij deze toezegging na. Tevens geven wij met deze vervolgstappen
uitvoering aan de motie van de leden Van Nispen, Lahlah en Podt.2 Achtereenvolgens gaan wij in deze brief in op de voorgeschiedenis, de aanleiding
tot de besluitvorming en de inhoudelijke besluiten die wij genomen hebben.
Voorgeschiedenis en aanleiding besluitvorming
Veldzicht was tussen 1933 en 2012 een tbs-kliniek. Daarna is Veldzicht een gespecialiseerd
Centrum voor Transculturele Psychiatrie geworden. De aanleiding hiervoor was dat CTP
Veldzicht in eerste instantie gesloten zou worden als gevolg van de toenmalige dalende
behoefte aan tbs-capaciteit. Sinds 2014 behandelt CTP Veldzicht, tbs patiënten, vreemdelingen
met een tbs-maatregel, vreemdelingen in de strafrechtketen (VRIS), bestuursrechtelijke
vreemdelingen en daarnaast ook COA-bewoners en ongedocumenteerde vreemdelingen die
(acute) psychiatrische zorg nodig hebben. Voor deze laatste twee doelgroepen geldt
dat zij op basis van samenwerkingsafspraken in CTP Veldzicht geplaatst kunnen worden.
Deze afspraken zijn vastgelegd in een convenant tussen DJI, COA en andere belanghebbende
partijen. Het convenant is in 2017 afgesloten voor de duur van 5 jaar en nadien enkele
malen verlengd met een kortere geldigheidsduur. Het huidige convenant loopt tot 1 december
2024.
Zoals in de brief van 8 oktober aangegeven, wordt met partijen verkend welke alternatieve
zorgaanbieders er zijn die in de zorg- en beveiligingsbehoefte van de COA-doelgroep
kunnen voorzien. Aanleiding voor deze gesprekken is tweeledig. Ten eerste ontstaat
door een stijgend aantal tbs-opleggingen meer behoefte aan tbs-capaciteit. Veel tbs-gestelden
zijn langdurig in afwachting van plaatsing in een tbs-kliniek. Zij verblijven in het
gevangeniswezen en vergroten de daar al aanwezige capacitaire problematiek. Ten tweede
is er steeds meer behandelinhoudelijke kritiek over het feit dat plaatsing in een
hoog beveiligde behandelsetting disproportioneel is en een inperking inhoudt van vrijheden
voor deze doelgroep. De geneesheer-directeur van CTP Veldzicht heeft vanuit zijn bevoegdheden
CTP Veldzicht een aanwijzing gegeven dat deze doelgroep niet langer geplaatst dient
te worden.
Extern onderzoeksbureau Significant is ingeschakeld om meer zicht te krijgen op de
doelgroep, de zorgbehoefte en alternatieve aanbieders. Uit hun eerste bevindingen
blijkt dat een deel van de doelgroep op een lager beveiligingsniveau geplaatst zou
moeten worden. Daarnaast wordt gesproken met alternatieve zorgaanbieders voor de doelgroep.
Het definitieve onderzoeksrapport wordt eind januari verwacht.
Besluitvorming
De hiervoor geschetste omstandigheden geven aanleiding de samenwerkingsafspraken te
herzien. Het uitgangspunt hierbij is dat patiënten – dat geldt zowel voor vreemdelingen
als Nederlandse staatsburgers – op de juiste plek behandeld worden. Dat wil zeggen
dat we mensen niet op een andere plek plaatsen dan waar ze op basis van hun zorg-
en eventuele beveiligingsbehoefte geplaatst zouden moeten worden en dat alleen beveiligde
zorg wordt geleverd als dat aangewezen en proportioneel is. Hierbij maken we een onderscheid
tussen groepen patiënten op basis van hun zorg- en beveiligingsbehoefte. Bij de herziening
van de samenwerkingsafspraken houden wij rekening met de uitvoeringsconsequenties
en gevolgen voor zowel DJI, COA als de reguliere zorg. De COA-doelgroep met psychische
klachten is een bijzondere doelgroep omdat zij op een opvanglocatie verblijven hetgeen
prikkelrijk kan zijn. Bovendien kunnen zij een extra risico vormen voor bewoners,
medewerkers en de omgeving van een opvanglocatie als zij ernstige psychische klachten
hebben en niet tijdig zorg ontvangen. Vast staat dat mensen met ernstige psychiatrische
problematiek moeten kunnen blijven rekenen op passende zorg, waar nodig in een beveiligde
setting. We zetten psychiatrisch patiënten niet op straat en willen borgen dat patiënten
met ernstige psychiatrische problematiek, die niet meer op hun COA-locatie kunnen
verblijven, een plek krijgen in de zorg. Uitgangspunt is dan ook dat bij aanpassing
van de samenwerkingsafspraken er toegewerkt wordt naar een volwaardig alternatief.
Gelet op bovenstaande worden de samenwerkingsafspraken per 1 december 2024, de einddatum
van het huidige convenant, herzien. In de praktijk gaan de herziene samenwerkingsafspraken
per 1 januari 2025 in en wordt tot 1 januari gehandeld langs de lijnen van het huidige
convenant. Dit geeft COA en DJI ruimte om hun werkprocessen aan te passen aan de herziene
samenwerkingsafspraken. De herziene samenwerkingsafspraken zien er als volgt uit:
COA-bewoners met een zorg- en beveiligingsbehoefte op beveiligingsniveau 3
Er is een groep COA-bewoners die een zorg- en beveiligingsbehoefte heeft die past
bij het beveiligingsniveau dat CTP Veldzicht biedt (niveau 3). Voor deze groep blijven
de samenwerkingsafspraken vooralsnog ongewijzigd. Deze groep kan ook na 1 januari
bij CTP Veldzicht terecht voor zorg. Het is wel de bedoeling dat deze groep op termijn
bij alternatieve zorgaanbieders geplaatst wordt, zodat de bedden bij CTP Veldzicht
beschikbaar komen voor tbs-gestelden. De duur van deze termijn wordt nader bepaald
aan de hand van de bevindingen in het rapport van Significant. Met deze constructie
wordt gewaarborgd dat er gedurende de periode dat gezocht wordt naar alternatieve
zorgaanbieders, opnamemogelijkheden zijn voor deze doelgroep. Dit verkleint het risico
op incidenten en draagt bij aan de veiligheid op de COA-opvanglocaties en in de gemeenten/samenleving.
COA-bewoners met een lagere of geen beveiligingsbehoefte
Er is een groep COA-bewoners die een zorg- en beveiligingsbehoefte heeft die lager
is dan niveau 3. Voor deze groep is het uitgangspunt dat CTP Veldzicht hen per 1 januari
niet langer opneemt. COA-bewoners met een lagere beveiligingsbehoefte dan beveiligingsniveau
3 dienen daarom vanaf 1 januari in beginsel via de reguliere weg geplaatst te worden
bij reguliere zorgaanbieders.3
Voor de overgangsperiode hebben wij besloten tot een overgangsbeleid voor de duur
van in beginsel 3 maanden met ingang van 1 januari ten einde maatschappelijke risico’s
te beperken. Voor die gevallen dat plaatsing bij een reguliere zorgaanbieder, ondanks
de inzet van het COA, de door COA gecontracteerde zorgpartijen, de crisisdienst en/of
een crisismachtiging van de burgemeester, niet (direct) lukt en dit tot onveilige
situaties zou leiden op de COA-opvanglocaties, stelt CTP Veldzicht «bedden» beschikbaar.
CTP Veldzicht besluit wie op deze bedden wordt geplaatst. We doen hierdoor ervaring
op met de werking van het stelsel voor mensen met ernstige psychiatrische problematiek
in de asielketen zonder CTP Veldzicht, terwijl wel de zekerheid wordt geboden dat
mensen in het uiterste geval in CTP Veldzicht terecht kunnen. We vragen hierbij COA,
de crisisdiensten en andere partijen zich voortvarend in te zetten om plaatsing bij
reguliere zorgaanbieders te realiseren. Dit houdt onder meer in dat afspraken worden
gemaakt over de processtappen en termijnen alvorens een bed in CTP Veldzicht wordt
ingezet. We richten verder adequate monitoring en evaluatiemomenten in om de lessen
uit de overgangsperiode te gebruiken voor de inrichting van een solide doorverwijzings-
en plaatsingsbeleid voor betreffende doelgroep. Waar dit knelt met het zorgstelsel,
betrekken we het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) om in afstemming
met hen deze knelpunten op te pakken.
Voor COA-bewoners met een lagere of geen beveiligingsbehoefte die per 1 januari al
bij CTP Veldzicht geplaatst zijn, geldt dat zij niet op straat worden gezet. Zij worden
in CTP Veldzicht behandeld totdat zij kunnen terugkeren naar de opvanglocatie, dan
wel overgeplaatst kunnen worden naar een andere zorgaanbieder.
Ongedocumenteerde vreemdelingen
Uit de mediaberichten blijkt dat bij het lokaal bestuur de indruk is ontstaan dat
de gesprekken over de aanpassingen van de samenwerkingsafspraken ook zien op een andere
doelgroep: ongedocumenteerde vreemdelingen die in CTP Veldzicht verblijven. Die indruk
is onjuist. De in CTP Veldzicht gereserveerde bedden voor deze groep (7) blijven vooralsnog
voor hen beschikbaar. In 2025 wordt bezien of CTP Veldzicht het meest passend is om
aan deze doelgroep zorg te verlenen.
Tot slot
Zowel de asielketen als de forensische zorgketen staan – om uiteenlopende redenen
– onder grote druk. Daar hebben wij in onze besluitvorming rekening mee gehouden.
Met voorgaande herijking van de samenwerking tussen COA en CTP Veldzicht zorgen we
ervoor dat de patiënt meer op de juiste plek belandt. Tegelijkertijd zetten we een
eerste stap om op termijn extra capaciteit voor tbs-gestelden te creëren. Met de overgangsperiode,
zoals beschreven in deze brief, wordt geborgd dat er geen problemen op- of rondom
COA locaties zullen ontstaan. In het voorjaar 2025 wordt de Kamer over de verdere
ontwikkelingen geïnformeerd.
De Minister van Asiel en Migratie, M.H.M. Faber-van de Klashorst
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
I. Coenradie
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.H.M. Faber-van de Klashorst, minister van Asiel en Migratie -
Mede ondertekenaar
I. Coenradie, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid