Brief regering : Reactie op verzoek commissie de brief van de Nederlandse Akkerbouw Vakbond (NAV) met betrekking tot kalenderlandbouw en weersinvloeden
28 625 Herziening van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid
Nr. 369
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, VISSERIJ, VOEDSELZEKERHEID EN NATUUR
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 november 2024
Op 12 juni 2024 verzocht de vaste commissie voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid
en Natuur een reactie te ontvangen op de brief van de Nederlandse Akkerbouw Vakbond
(NAV) met betrekking tot kalenderlandbouw en weersinvloeden (kenmerk: 2024Z09287/2024D24333). Op 30 oktober 2024 heb ik mijn reactie met de NAV gedeeld.
De NAV heeft wegens de natte weersomstandigheden in het voorjaar verzocht om de uiterste
inzaaidatum voor groene braak te verplaatsen naar 15 juni en de stimuleringsmaatregel
om op uiterlijk 1 oktober van dit jaar een vanggewas in te zaaien na de oogst van
consumptieaardappelen op löss- en zandgronden te schrappen.
In mijn brief geef ik aan mee te leven met alle boeren en tuinders die zijn getroffen
door het natte voorjaar. Extreem natte weersomstandigheden vanaf het najaar 2023 hebben
er onder andere toe geleid dat agrariërs in de knel komen met de 1-oktoberdatum, de
verplichte uiterlijke inzaaidatum van vanggewassen na maïs en de gestimuleerde uiterlijke
inzaaidatum van vanggewassen na overige teelten op zand- en lössgrond. Ook heeft het
natte voorjaar ertoe geleid dat agrariërs lastig konden voldoen aan de regelingsvoorwaarden
van de eco-activiteit «groene braak».
Om deelnemers meer flexibiliteit te bieden is eind mei de startdatum voor zichtbare
bedekking (conform de regelingsvoorwaarden) voor «groene braak» verplaatst van 31 mei
naar 15 juli. Deze versoepeling heeft mijn ambtsvoorganger ook op 27 juni jl. gedeeld
met de Kamer (Kamerstuk 28 625, nr. 364). Op deze manier is landbouwers meer ruimte geboden om ondanks de omstandigheden
de voorgenomen eco-activiteiten uit te voeren en in aanmerking te blijven komen voor
de ecopremie.
In de Kamerbrief (Kamerstuk 28 625, nr. 367) van 4 september jongstleden heb ik mijn besluit kenbaar gemaakt om uitstel te verlenen
voor het inzaaien van vanggewassen na maïs en overige teelten, waaronder de consumptieaardappelen,
tot en met uiterlijk 21 oktober 2024 voor heel Nederland. Met het verlenen van het
uitstel tot en met 21 oktober 2024 bied ik agrariërs de ruimte om gewassen rijp te
oogsten, zodat nadelige gevolgen van het onrijp oogsten van gewassen kunnen worden
voorkomen.
Wel blijft het in het algemeen van belang dat een vanggewas zo vroeg mogelijk wordt
ingezaaid, omdat vanggewassen kunnen leiden tot een forse verlaging van de nitraatconcentratie
in het grondwater.
De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.M. Wiersma, minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur