Brief regering : Toezegging n.a.v. de gebeurtenissen in Amsterdam

Nr. 32
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 november 2024

Met deze brief informeer ik u, conform toezegging aan het lid Wilders (PW) tijdens
het debat over de geweldsincidenten in Amsterdam d.d. 13 november jl., mede namens
de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht dat er door Israël signalen
zouden zijn afgegeven aan de Nederlandse autoriteiten voorafgaand aan de gebeurtenissen
in Amsterdam in de nacht van 7 op 8 november 2024. Op basis van de thans bekende informatie
kan ik uw Kamer het volgende melden.

Allereerst is er bij de NCTV geen informatie ontvangen van de Israëlische autoriteiten.
Ook heeft de politie een interne zoekslag gedaan. Hieruit is naar voren gekomen dat
via formele kanalen geen informatie is gedeeld die zag op de gebeurtenissen, zoals
deze hebben plaatsgevonden in de nacht van 7 op 8 november 2024. Dit is door de Israëlische
politie bevestigd.

Zekerheidshalve is ook navraag gedaan bij de Israëlische ambassade in Nederland door
het Ministerie van Justitie en Veiligheid. De enige informatie die de ambassade hierop
heeft gegeven, is dat de ambassade op 12 november 2024 heeft laten weten dat zij op
7 november 2024 17.50 uur informatie gedeeld zouden hebben met de politie. Dit zag
specifiek op de risico's rondom de geplande demonstratie op 7 november om 19.00 uur
bij de Johan Cruyff Arena. In het reguliere (operationele) contact met de Israëlische
supporterbegeleiders is logischerwijs ook over de demonstratie gesproken. Over een
mogelijke «jacht op joden» met hit-and-run acties en de gebeurtenissen, zoals die
in de nacht van 7 op 8 november hebben plaatsgevonden, is er echter vanuit de Israëlische
autoriteiten – op basis van de naslag op dit moment – geen informatie gedeeld.

Voor verdere vragen rondom de opvolging verwijs ik naar hetgeen de driehoek van Amsterdam
daarover heeft gewisseld in de brief van 11 november 2024 van de burgemeester van
Amsterdam en de Raadsvergadering hierover.

Voor contacten met betrekking tot de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD)
geldt dat de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten 2017 eisen stelt aan de
geheimhouding omtrent de werkwijze van de diensten. Daarom geldt altijd terughoudendheid
met wat ik in het openbaar kan delen over de AIVD. Wel kan ik u, conform de uitlatingen
hierover aan uw Kamer, informeren dat de AIVD voorafgaand aan de geweldsincidenten
geen contact heeft gehad met de Israëlische veiligheidsdiensten. Dit is ook bevestigd
door de Israëlische veiligheidsdiensten.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
J.J.M. Uitermark