Brief regering : Onaanvaardbare wachttijden bij het CBR
29 398 Maatregelen verkeersveiligheid
Nr. 1130 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 oktober 2024
Op 25 september jongstleden heeft de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
(IenW) mij gevraagd te reageren op een brief van de Koepel Rijopleiding en Verkeerseducatie
(KRV), mede namens BOVAG en ANWB, met betrekking tot de petitieaanbieding door Klankbordgroep
Rij-instructie «Onaanvaardbare wachttijden bij het CBR». Het terugdringen van de reserveringstermijnen
voor de praktijkexamens auto bij het CBR heeft de aandacht, wat hier nader wordt toegelicht.
De KRV geeft in de brief van 14 september jongstleden aan teleurgesteld te zijn over
de petitie die door Klankbordgroep Rij-instructie op 16 augustus 2024 aan u is aangeboden.
De petitie vraagt aandacht voor de reserveringstermijnen voor de praktijkexamens auto
bij het CBR en roept op om de reserveringstermijnen te verkorten omdat leerlingen,
rijschoolhouders en rij-instructeurs hierdoor worden benadeeld.
Momenteel vinden er gesprekken plaats tussen het CBR en de rijschoolbranche over hoe
om te gaan met de reserveringstermijnen voor de praktijkexamens. De KRV geeft, mede
namens BOVAG en de ANWB, aan in een stevig en positief overleg te zijn met het CBR
over de wachttijden, waarbij de KRV begrip toont voor de uitdagingen van het CBR zoals
tekorten aan examinatoren. Uit de brief van de KRV blijkt daarnaast een constructieve
en positieve insteek jegens het CBR, in de hoop gezamenlijk naar structurele oplossingen
te kunnen zoeken. Deze positieve grondhouding verdient waardering. De petitie van
Klankbordgroep Rij-instructie is een aanmoediging om blijvende inspanningen te leveren
om de reserveringstermijnen terug te dringen.
Het is belangrijk is dat leerlingen die er klaar voor zijn snel examen kunnen doen.
Daarnaast hoeven rijscholen dan minder ver vooruit de praktijkexamens in te plannen
voor de kandidaten, waarbij ze een inschatting moeten maken van het moment waarop
de kandidaten examengereed zijn. Dit vraagt de komende tijd inspanning van het CBR.
Het inzetten van een tijdelijke noodmaatregel zoals het tijdelijk schrappen van de
tussentijdse toetsen heeft momenteel niet de voorkeur, omdat deze toetsen bijdragen
aan een examengerede kandidaat, dat ten goede komt aan de slagingspercentages.
De reserveringstermijnen bij het CBR zijn vanwege de coronalockdowns opgelopen. Als
gevolg van de lockdowns vanaf 2020 konden ruim 300.000 praktijkexamenmomenten niet
doorgaan. Sinds praktijkexamens weer mogen, werkt het CBR er hard aan om de reserveringstermijnen
weer terug te brengen op de afgesproken «key perfomance indicator» (kpi) van 7 weken.
Vanaf het einde van de coronamaatregelen zijn de reserveringstermijnen fors gedaald.
Op dit moment zijn de reserveringstermijnen echter nog niet terug op het gewenste
niveau en de onderlinge verschillen tussen CBR-locaties kunnen groot zijn. Eind juni
jongstleden lagen de reserveringstermijnen gemiddeld op 11,5 weken, medio oktober
jongstleden liggen de reserveringstermijnen op een gemiddelde van 8,4 weken. Het wegwerken
van de achterstand vergt een lange adem en gaat stap voor stap. Het CBR werft nieuwe
examinatoren en leidt hen op. Daarnaast wordt overgewerkt en aan gepensioneerde examinatoren
wordt gevraagd om langer door te werken. Naast het reguliere overwerk worden in het
najaar, net zoals dit voorjaar, een aantal «Super Saturday» georganiseerd. Op vrijwel
alle examenlocaties worden dan op zaterdag examens afgenomen. Hier mogen alleen leerlingen
van rijscholen aan meedoen met een gemiddeld slagingspercentage vanaf 40%.
Het CBR informeert het ministerie regelmatig over de reserveringstermijnen en uw Kamer
ontvangt elk kwartaal een rapportages over de ontwikkeling van de reserveringstermijnen.
Deze rapportages blijft u ontvangen zolang de gemiddelde reserveringstermijnen niet
conform kpi zijn. De prognose is dat de gemiddelde reserveringstermijnen eind 2024
weer rond de vastgelegde kpi zijn (7 weken).
Het CBR geeft aan dat van de opleiders wordt gevraagd om bij het plannen van het examen
rekening te houden met de huidige situatie en kandidaten goed voor te bereiden op
het examen. Het is niet altijd gemakkelijk voor de rijschoolbranche om dit zo goed
mogelijk op te pakken en daarvoor is grote waardering voor de inspanningen van de
rijschoolbranche op zijn plaats. Dit geldt ook voor de slagingspercentages; de rijschoolbranche
werkt er hard aan om een hoger slagingspercentage te realiseren maar helaas leidt
dit nog niet tot een structurele verbetering van de slagingspercentages. Een stijging
van het slagingspercentage helpt bij het terugdringen van de reserveringstermijnen
omdat kandidaten dan gemiddeld minder vaak langs hoeven te komen. Een verbetering
van het slagingspercentage met 1% scheelt circa 8.000 examens per jaar, dat komt overeen
met bijna 1 week reserveringstermijn.
De reserveringstermijnen die het CBR deelt op haar website zijn gemiddelden en worden
berekend op basis van meerdere meetmomenten in een week. Per dag (en zelfs op een
dag) verschillen de reserveringstermijnen omdat er continu nieuwe capaciteit wordt
bijgezet. Deze wordt dan ook weer snel door opleiders weggekocht. Deze systematiek
brengt met zich mee dat de rijschoolbranche regelmatig het reserveringssysteem moet
raadplegen om te kijken of er examenplekken zijn bijgekomen die eerder in de tijd
liggen. De wachttijd op een locatie is dus niet statisch en verandert continu. Dit
is geen ideale situatie voor de rijscholen, het betekent dat het soms lastig plannen
van examens is.
Dit najaar deel ik de CBR kwartaalrapportage examenafname van het derde kwartaal 2024
met u. Tevens wordt u dan over de stand van zaken rondom de problematiek bij het CBR
geïnformeerd, gelet op het commissiedebat over het CBR dat op 28 november aanstaande
is gepland.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, B. Madlener
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat